lift Land fan flensden en Altena. (straat en A, P. FEUILLETON. Een man een man, een woerd een woord. U 1040. WOENSDAG 28 OCTOBER Uitgever: L.. J. YEERMAK, Heusden. <2 185) D VOOR Dit blad verschjjnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00. verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen ingewacht. We gaan iets meedeelen over de letters A. P., die ieder lezer van nieuwsbladen tal van malen onder de oogen gehad heeft. Van de cijfers, „die -gewoonljjk dit A. P. verge zellen, han^vpor duizenden van onze land- genooten «-ageljjksch brood afin den zomer bepalen ze voor een groot deel de uitkomst van den oogst, in den winter de waarde der landerijen voor den zaai. We zijn daarom zeker dat velen belang zullen stellen in de geschiedenis van dat algemeen be kende A. P. V>ÏFet meten op de oppervlakte der aarde is aan groote moeilijkheden onderhevig. Men denke b.v. aan de bepaling van den afstand tusschen twee plaatsen, die door bergketens gescheiden zijn. De grootste moeilijkheid l echter L de bepaling eener hoogte. Een toren in de Haarlemmermeer van den voet tot den top 50 M. zal minder hoog zijn dan een in de Veluwsche dorpen, die van be neden tot boven 20 M. is. Dat schijnt vreemd, doch men bedenke, dat de bepaling eener hoogte afhangt van de meer of mindere ver hevenheid van den bodem. Om de juiste hoogte van eenig voorwerp aan te duiden, zou men moeten meten van het middelpunt der aarde. Men doet dat echter niet en neemt de oppervlakte der zee als vlak van uitgang aan. Men deed dit in de veronder stelling dat elk punt in dat wateroppervlak op denzelfden afstand gelegen was van het aard middelpunt. Nauwkeurig onderzoek heeft echter aangetoond, dat men daarin mistastte: de hoogte der zeeoppervlakte vertoont aan merkelijke verschillen en ofschoon die ver schillen op de bepaling van de hoogte eens bergs van eenige duizend meters niet noe menswaard zjjn, hebben we er degelijk mee te rekenen waar het geldt de hoogte of beter gezegd de laagte van onzen bodem te bepalen, die we tot in de puntjes nauw keurig kennen moeten. Er is in vroegere tjjden wat inkt ver morst en wat vijandschap gezaaid door dat verschil in hoogtebepaling. Ieder waterschap, iedere polder had zijn eigen hoogtemerk, zijn eigen peilschaal en het kleinste verschil tusschen deze peilen van aangrenzende pol De weg door de bergkloof is eenig in schoonheidde blauwe schaduwen wezen op het vroege morgenuur en de bloeiende struiken van Alpenrozen waren vochtig van de dauwdroppels en van het stuivende water des ruischenden Fölz. De koele, uivere luÉ% was vervuld van dennengeur, de toppeniüer rotsen waren door de zon goud getint; alles werkte samen om ons het harte vroolijk te doen kloppen en de ziel harmonisch te stemmen. »Franz,« z,-y»9 ik onderweg, »hoewel wij geen van beiuen onze plichten en rechten uit het oog moeten verliezen, zoo wensch ik wel dat wij als kameraden te zamen onzen zwerftocht maken. Ik ben hierheen gekomen om mijne drukke bezigheden in de stad eens met een paar vroolijke dagen af te wisselen; gij moet dus in mijne opge wektheid deelen en het leven met zijne noeilijkheden voor een oogenblik vegeten. Als .Antwoord jodelde hij een tyroler lied en trachtte door allerlei grappen mij te overtuigen, dat hij zjjn opgeruimd humeur niet thuis had gelaten. ders had noodlottige gevolgen en deed buren speilnagel», doch er werd geen gevolg aan in heftige vijanden verkeeren Eindelijk ging men echter inzien dat gegeven. In het begin dezer eeuw is door generaal dergelijke oorloogjes tusschen broederen, die Krayenhoff aan het hoofd eener commissie, dezelfde belangen hadden, voor het alge-j deze belangrijke zaak tot een goed einde meen en bijzonder belang hoogst nadeelig waren en dat het, indien men ooit tot een juiste kennis van onze rivier- en kanaal standen komen wilde, volstrekt noodzake lijk was één enkele peilsehaal te bezitten. Gelijk alle andere plaatsen, had ook Am sterdam de zijne. Het IJ was toen nog open water en de hoófdstad werd door zware waterkeeringen in 't noorden tegen de woede der golven beveiligd. In die dijken waren sluizen aangebracht, die gesloten werden, zoo spoedig het IJ water een zekere hoogte had bereikt. Die hoogte nu noemde men Amsterdamsche Peil. De praktijk had ge leerd het nulpunt op die schaal te bepalen. Ten opzichte der stad had men daarbij rekening te houden met de ligging der laagste straten en kelderwoningen en ten opzichte van 't IJwater met de gelegenheid van spuiïng. Het was dus het stadspeil en niet gelijk men gewoonlijk meent de ge middelde hoogte van het water in 't IJ. Wanneer dit peil is vastgesteld is niet met zekerheid op te maken maar zeker is het dat reeds in 1689 het stadspeil 5 duim lager was dan het oorspronkelijke, waar- schjjnljjk in 1602 aangenomene. Het eerste is echter steeds als A. P. in gebruik ge bleven. Nu kan ieder licht begrijpen dat het heel wat voeten in de aarde had eer alle peil schalen zoo ingericht waren dat op alle het nulpunt op A. P. gebracht was. Zelfs al ware men terstond begonnen dit peil aan te nemen, zouden daartoe jaren noodig ge weest zijn. Doch de tijd waarin men op dit punt tot eensgezindheid trachtte te komen was nog in lang niet aangebroken. Eerst anderhalve eeuw later is men daartoe gekomen. In de vorige eeuw is door verschillende bekende mannen, o. a. Cruqius, die ook een dempingsplan van de Haarlemmermeer ont worpen heeft, een poging gewaagd de Staten van Holland te bewegen waterpassingen te laten doen, om zoo te komen tot een vaste Professor Koch zal binnenkort eenige brek aan krijgsvoorraad. De muiters dron- nadere bijzonderheden aangaande zijne mid- gen daarop binnen en bevrijdden de ge- delen tegen tuberculose openbaar maken, vangenen. Inmiddels kwam echter van elders en daarbij tevens de resultaten mededeelen militaire hulp opdagen, waarop de rebellen gebracht. Door en onder hem zijn tal van waterpassingen verricht en alle peilschalen overeenkomstig A. P. ingericht. De hoogte waarna Krayenhoff zich regelde is echter allengs een weinig vergroot. Men heeft na hem het A. P. genomen, gelijk dat in de schutsluis in den Amstel staat aangeteekend, waar het nulpunt 24 mM. hooger ligt dan op het peil door hem tot basis genomen. Deze waterpassingen worden voortdurend voortgezet en in tal van plaatsen is door merkteekenen in vaste gebouwen het A. P. aangegeven. Op dit stuk staat Nederland in zoo'n goeden naam, dat de Pruisen ook het A. P. tot maatstaf van hoogtebepalingen genomen hebben. Nu de hoogte van alle dijken, rivieren, kanalen enz. naar eenzelfde maatstaf bepaald wordt, is het mogeljjk, zich een denkbeeld te vormen omtrent de hoogte van onzen bodem. We eindigen met een bijdrage tot de juist heid van den naam onzes lands: Nederland. Een gewone vloed stijgt aan den Hoek van Holland 1.05 M. boven A. P. en bij den Helder 0.23 M. De ebbe daalt op deze plaatsen tot 0.62 M. en 0.92 M. beneden A. P. Wanneer men nu weet, dat Zuid- en Noord-Holland gemiddeld 1 M. onder A. P. liggen, hier en daar zelfs 5 M, dan is het duidelijk dat ons land terecht zijn naam draagt, daar het zonder duinen zelfs bij laag water gedeeltelijk zou overstroomen. zijner gedurende de zomermaanden genomen proeven ter zuivering der tuberculine van die stoffen, welke bij den mensch soms ge vaarlijke verschijnselen te weeg brengen, en daardoor de gunstige werkiDg der grond stof belemmeren. Buitenland. Later kwamen ook de steilere gedeelten, de brandende zon en de dorst; wij rustten echter in de schaduw uit en laafden ons uit den goed ge vulden knapzak. De dag was lang, wij konden dus naar hartelust genieten van den prachtigen plantengroei op de bergen, de giazende kudden, de woeste rotsen van de Fölzstein, Mitteralp en Dul- witz, de valken en gieren, het kristalheldere bronwater en de gemzen die, in groote getale zich vereenigende, van de toppen op ons nederzagen. Mijn Franz gaf menige aardige opmerking ten beste, waarmede hij van zijn gezond verstand blijk gaf, in tegenstelling van zoo menigen gids, wiens schijnbare naïviteit en natuurlijkheid ge maakt en vooraf overlegd zijn. Ik herinner mij nog dat ik hem vraagde waarom hij met zoo weinige middelen van bestaan toch getrouwd was, waarop bij antwoordde, dat zijn vader hem, toen hij niet wilde trouwen, gezegd had: »Wilt ge waarlijk een man zijn, dan moet ge ook vrouw en kind heb ben Daar viel niets tegen te zeggen en hij had dien raad maar gevolgd. Ik ben vrijgezel, zooals gij weet, en vond het dus maar geraden dit gesprek niet voort te zetten. Intusschen was.er nog stof genoeg tot aangenaam onderhoud, en toch viel de dag ons ten laatste lang; reizen is ver moeiend, al rust men nu en dan. De voort durende opgetogenheid spant ook in. Dit De Xantensche moordgeschiedenis heeft treurige gevolgen voor de Joden in de Duitsche grensplaatsen. Te Emmerik gaan de Joodsche winkeliers te gronde, daar zij niets kunnen verkoopen. Op de jongste feestdagen moest de synagoge door de politie bewaakt worden. In een dorp nabjj Kleef leest men aan hier niet toegelaten. den ingang: Joden worden zou een alpenbewoner niet gevoelen, zoo niet de vermoeienis de sluimerende zorgen opwekte. Het kwam toen uit als ik gezegd had, precies zoo. Wel sprak Franz geen enkel woord over de zijnen, maar hij werd steeds minder opgeruimd. Ik begon over zijne vrouw te praten, omdat hij misschien gaarne zijn hart eens wilde uitstortenhij sprak er echter over heen en zweeg. In de hut boven op den Dulwitz, die leeg stond, legden wij vuur aan en maakten ons avondeten en onze legerstede gereed. Wel bleef hij bij mij, maar ik bemerkte, dat hij op zijn stroo volstrekt niet insliep en hoorde gedurig de zuchten, die hjj trachtte te onderdrukken. Ik zeide niets, was bijna verheugd dat ik gelijk had, en dat de man nu erkennen moest, dat ik, een vreemdeling, hem nog beter kende dan hij zich zeiven. Den volgenden dag bestegen wij den hoogsten bergtop. Mijn metgezel sprak onderweg zeer weinig, en ik niet veel meer, want deze onderneming langs de steile kanten en punten gaf de longen reeds ge noeg te doen. Op de hoogte, waar geen struik of halm groeide, gierden ijskoude winden en was een dichte nevel, zoodat wij slechts nu en dan het gezicht op de uitge strekte gids was De overstroomingen in het Zuiden van Frankrijk duren nog voort. De Rhone en de Durance zijn op onrustbarende wijze ge wassen, en bedreigen versóhillende plaatsen. Ook de Loire is bij Saint-Etienne buiten hare oevers getreden en heeft groote schade aangericht. De rivieren voeren een menigte voorwerpen mede: werktuigen, boomen, stukken van verwoeste woningen, lijken van dieren en, naar men beweert, ook van menschen. Volgens de laatste berichten is echter verbetering in den toestand te be speuren. Donderdag is een poging gedaan om den sneltrein van Eastbourne naar Londen te doen ontsporen. Er waren stukken ijzer op de rails gelegd, maar de locomotief ging er door haar groote snelheid over heen. De zaak maakt veel sensatie, omdat twee der gelijke aanslagen eenige dagen geleden plaats hadden op de Great-Westernlijn. Betreffende de ongeregeldheden in de Chineesehe provincie Fukien zijn thans de bijzonderheden bekend. De leider van den opstand, Chen genaamd, had 2000 man vereenigd en deed een banier ontrollen, waarop men ongeveer deze zinsnede las Ruimt de Tsingdynastie uit den weg en stelt het volk gerust. Allereerst begaf men O O zich naar de gebouwen der zoutwerken te Thema, en deed die in de vlammen opgaan. Daarna trok de bende tegen de stad zelve op. De overheid was daarop niet voorbe reid en kon ternauwernood een duizendtal vrijwilligers bijeenbrengen, vóór de opstan delingen den aanval waagden. Toch werden dezen teruggedreven; zij sloegen toen een formeel beleg voor de stad. Na verloop van drie dagen moesten de vrijwilligers de verdediging der stad opgeven wegens ge- opmerkingen en vragen korte en verkeerde antwoorden en scheen onverschillig zoowel voor mij, als voor de heerlijkheden van het gebergte. Op den top van den berg ontmoetten wij eenige toeristen, die van Weichselboden waren- opgeklommen, en nu juist hun gids ontsloegen, daar zij den terugweg door den Dulwitz naar Seewiesen alleen wenschten te maken. Van het korte gesprek, dat ik met hen voerde, herinner ik mij slechts dat zij gedeeltelijk uit Graz, gedeeltelijk uit Leoben waren. Wij beschouwden te zamen het heerlijke uitzicht, schonken elkander wijn en stopten toen in de ledige flesschen onze visitekaartjes, opdat zij, die na ons kwamen op deze hoogte, een aandenken zouden vindenzoo deden ook wij hetgeen bergklimmers gewoonlijk doen, wanneer zij hun doel bereikt hebben. Liever ware ik met mijn Franz alleen op dezen bergtop geweest, indien wij ten minste beiden in een goede stemming waren ge bleven. Toen ik weder naar mijn metgezel om zag, stond hij ter zijde, achter een rotsblok, in druk gesprek met den gids uit Weichsel boden. Dit kwam wij terstond verdacht voor. Het duurde niet lang of de vreemde gids kwam terwijl Franz achter de rots met vluchtten. Aan beide zijden viel een groot aantal dooden. Te San-Stefano is prins Adhemar Savalan, verbonden aan de Russische ambassade te Konstantinopel, op zijn landgoed vermoord. Men denkt dat dit het werk is van den roover Athenase. Omtrent dezen beruchten man wordt be richt, dat hij van Fransche afkomst is en dat zijn ware naam Boyer is. Volgens bericht uit Cettinje zijn dezer dagen eenige naar Servië reizende Monte- negrijnsche gezinnen tusschen Brelopolje en Siemtra door 15 Albaneesche roovers aan gevallen, die 5 mannen doodden en ver scheidene vrouwen en kinderen zwaar ver wondden. De markies Gritnaldi, een der verinogenste grondbezitters van bet eiland Sicilië, werd dezer dagen nabij Caltanissetta door roovers opgelicht en meegevoerd. De bandieten hebben nog niets van zich doen hooren. De laatste stormen op kust van Labrador blijken groote verwoestingen te hebben aangericht. Dertig schepen zijn ten gronde gegaan en vijftig menschenlevens zijn te betreuren. Bij Gales bury (Illinois) is een sneltrein ontspoord. 4 personen, waaronder de machi nist en de stoker werden gedood en 18 ver wond. De materieele schade is zeer groot. - In de nabijheid van Petersburg is den 22 dezer op de Wolga een passagiersboot in brand geraakt, tengevolge waarvan 7 per sonen het leven verloren. - Een jeugdige boer te Granard (Ierland) heeft zijne huis houdster met een hooivork vermoord. Hij begaf zich daarna met het mes in de hand naar het huis van zijn oom, wiens zoon hij daar aantrof en zware verwondingen toe bracht. Daarna sneed de ongelukkige zich zelf den hals af. Aan de Daily News« wordt gemeld, dat er overvloedige regen gevallen is in Zuid- Rusland; daardoor verbeterden de vooruit zichten op den winter-oogst aanmerkelijk. is, mijnheer, maar De kameelrug alpenwereld genieten konden. Mijn zijn bergschoenen bezig was naar mij j as steeds achter mij, gaf op mijnel toe, en zeide: »het is jammer dat het uit-I zicht niet zeer helder het zal vandaag nog wel opklaren, barometer stijgt. Ziet gij dien daar? dat is de hooge Veitsch.« »Dat weet ik,zeide ik kortaf en keerde mij naar de andere zijde. »Zoo, mijnheer zoekt de alpen van het Ennsthal,« praatte hij verder; »de Dachstein is, helaas, onder de wolken. Die hooge berg daarginds, die er als een hooiberg uitziet, is de Grimming. »Ik weet het,« snauwde ik hem toe. »Franz, waar blijf je toch?« De gids uit Weichselboden liet zich niet uit het veld slaan »Is mijnheer van Aflenz naar boven gekomenzeide hij; »nu wilt gij zeker naar den kant van Salza weer naar beneden. Dat is ook mijn weg, dus zouden wij samen kunnen gaan. Mag ik?« met deze woorden wikkelde hij mij warm in de plaid, die mij door den wind van de schouders gerukt werd. Ik wendde mij naar Franz, die in de richting van Aflenz naar beneden tuurde; de gids uit Weichselboden kwam mij in tusschen terstond achterna en zeideInder daad, mijnheer, wij hebben denzelfden weg naar beneden; voor een kleine fooi wil ik u dien gaarne wijzen. Franco per post zonder prijs- jiJ Slot volgt.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1891 | | pagina 1