el Land van Neusden en Altena, de Langstraat en de Boiiinielenvaard. EERSTE BLAD. Verloren schapen zoeken. DE DIEFSTAL. FEUILLETON. Wl v-! ir Uitgever: Lu J. YLIKRMAM, Heusden. 1159. ZATERDAG 17 DECEMBER. 1892. VOOR Dit blad verschjjnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00. franco per post zonder prjjs verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters Daar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrpdagmor gen ingewacht. De volgende belangwekkende bijzonder heid op dit gebied is ontleend aan een schets van een der gevierdste Schotsche predikers Henri Drummond te Glascow. Wij meenen dat ze ook voor ons land, waarin klachten over de bandeloosheid der jeugd ste ids aan de orde zjjn, haar nut kan hebben. Wat zjjn dat voor schepsels, die daar over de plaats slenteren? Dat zjjn twee loop jongens. En dat andere, dat als een aap aan de trapleuning hangt? Dat is een derde jongen, de andere opwachtend. Waarom wacht die laatste? Omdat hij nooit alleen rondloopt en omdat hij oneindig veel tjjd heeft. Geven ze elkaar de hand, wanneer ze samenkomen? Neen, die aan de ijzeren leuning hangt steekt den voet uit en geeft een der anderen een schop, welke begroeting door den getroffene met een steenworp wordt beantwoord. En nu zal 't op een vechten gaan? Volstrekt niet, dat zjjn teekenen van vriendschap. Nu voegen ze zich bjj elkaar en bespreken de wereldsche zaken. Onderwijl zet de een zjjn korf neer en doet een dansje. Of hjj verlegen zou worden, wanneer men hem bespiedde? O neen, zulke jongens worden nooit verlegen. Straks gaat hjj fluiten en slaat bjj het hooren van een klokslag fluitend op hol. Zoo'n jongen kon men, leefde hjj niet in een stad en praat hjj niet in een erbarmeljjk dialect, voor een wilde houden. Hjj bezit bekwaamheden van verschillenden aard. Hjj is klei, leem, gips, waaruit een schoone vorm te kneden is. Hjj kan niet rechtuit loopen, verstaat niet zich te kleeden of zjjn haar te katumen. Hjj is niet goed en ook niet slecht. Hjj heeft geen ziel hjj heeft niet eens zeep om zich te wasschen. Hjj is kort gezegd, een ongewasschen, onbe schaafde straatjongen, dien een bad der wedergeboorte ontbreekt. Kan men niets voor hem doen? Zeker, men heeft een kos- telooze uitvinding gedaan, welke onder den naam »Straatjongens-brigade« bekend is. Voor deze uitvinding wist men geen weg, hoe uit zoo'n jongen een man, een christen te maken. Aan 't eind dezer eeuw zal hjj (9 Bjj deze verklaring stiet Clarisse een kreet van vreugde uit. Maar madame Rosemejjer zette de beide handen in de zjjden en brak in een luid lachen uit. »Goed verzonnen zeide zjj. Het sprookje is waarljjk niet kwaad; de erfenis kon op geen gelegener oogenblik komen, mjjnheer Gideon, maar met zulke praatjes en uit vindsels bedriegt men moeder Rosemejjer niet. Gjj een erfenis en uw oom de erflater! Wat wilt gjj mjj toch op de mouw spelden! Ik raad het reeds, gjj en Clarisse hebt dit met elkaar afgesproken. Gideon putte zich uit in betuigingen der waarheid. Hjj noemde den notaris, maar madame Rosemejjer wilde niets hooren, niets gelooven. Eindeljjk moede van de tranen barer dochter en de bezweringen van den jongen man, zeide zjj tot den laatste: Welnu 'tis goed! Gjj zijt rijk, des te beter voor u, behoud uw rijkdom voor u zei ven. Ik heb mjjnheer Becker tot schoon zoon en ik behoud hem; hjj heeft mijn woord en ik heb het zjjne. En weet gjj ook, wat bjj voor Clarisse doet? Hjj noodigt haar niet uit tot buiten-partyen naar Saint Cloud, waardoor hjj alleen haar goed voor zich zou stemmen, maar hjj maakt haar ook rjjk, vóór hij met haar trouwt. Ja, hjj tot de traditie behooren, waarvan niets over gebleven is dan zjjn mand en zjjn wollen bouffante. Geljjk alle groote uitvindingen is de nieuwe behandeling zeer eenvoudig. Veronderstel eens, gjj hadt een uit zulke jongens bestaande klasse eener zondagschool om u verzameld en behandeldet deze op de gewone oude manier. Vooreerst is het ont- zagljjk moeiljjk zulke schepsels bjjeen te brengen. Daar ze eenig en alleen in de hoop op pleizier uw roep volgen, zoo zult ge al aw krachten hebben aan te wenden om de orde te handhaven, het lawaai te onder drukken, onpasseljjke uitdrukkingen af te keuren en uwen zondagschen hoed te be schermen. Want geen dezer snuiters vermag u langer dan twee minuten aan een stuk opmerkzaamheid te schenken. Respect is hun totaal onbekend, van gehoorzaamheid en andere kleinere deugden als ordeljjkheid en beleefdheid is nooit een lichtstraal in hun gemoed doorgedrongen. Het is evenzoo te beklagen dat ze geen belangstelling kennen als dat gij geen poging doet, die op te wekken. Het zjjn straatjongens, die gjj behandelt als bezaten ze dezelfde aandrift van kinderen, die in ordeljjke huis houdens opgroeien. Die echte straatnatuur wordt in hen niet genoeg ontzien. Ge moogt b.v. een bewonderenswaardig mensch zjjn, doch ge bezit niet dat, wat den jongens bewondering afdwingt en derhalve zult ge in hun oogen nimmer voor een autoriteit gelden. Tusschen uw doen en het hunne is een hemelsbreed onderscheid. In elk uur, 't welk ge met hen doorbrengt, geeft ge hun argeloos gelegenheid uw karakter te door gronden. Eens op een avond, nadat ge het oord uwer kwelling verlaten hebt, vat ge het vaste voornemen op, raad te schaffen. Den volgenden morgen begeeft ge u naar het hoofdkwartier van »the boy's-brigade* en hier onthult zich voor uw oog de kunst en het geheim hoe met uw volkje om te springen. De manier ze netheid en reinheid te leeren, de wjjze hoe hun gedachten in de ware richting te leiden, de kunst hun een gezond lichaam en een gezonde ziel te verschaffen, wordt u klaar. En in uw voorbereidingsuur bepaalt ge u niet tot den gang der Israëlieten door de Roode zee, maar bestudeert ge de literatuur der brigade en leert daaruit, hoe ge de kinderen uwer eigen gemeente langs veel moeiljjker weg, door de fel bewogen geeft haar een huweljjksgift, die met uw erfenis geljjk staat, ja, deze zelfs overtreft; en hjj belooft haar dit niet slechts, maar geeft het haar ik heb het in handen voegde madame Rosemejjer er met een trotsch gebaar bij. »Gjj hebt dit?« vroegen de beide jonge lieden geljjktjjdig. »Ja, mejuffrouw, terwijl gij gisteren naar de zoete woorden vau een met schulden overladen speler luisterdet, bracht mynheer Becker mjj uwe huweljjks gift.* Toen Gideon nu door een beweging zjjn ongeloof te kennen gaf, ging madame Rosemejjer, die de begeerte niet weerstaan kon, om met haar geld te pralen, en den rjjkdom baars toekomenden schoonzoons te bewijzen, in hare kamer, kreeg een sleutel uit den zak, waarmede zij een notebooraen- houten kom mode opende, en keerde met een portefeuille van rood marokkjjn leder in de eetkamer terug. Deze was zoozeer met papieren gevuld, dat het stalen slot het nauwelyks kon houden. Zij opende de portefeuille en zeide, terwjjl zy verscheidene bankbiljetten er uit haalde en voor Gideon uitspreide »Gjj ziet, dat de zaak in orde is. Alles behoort aan mjjne dochter, de toekomstige van Jean Becker, haar moeder zal het be waren; het is zooals ik zeide haar huwelijks gift. Zijn wjj eenmaal in Brazilië, dan zullen wjj ons in de nabjjheid van den heer Jean Becker vestigen, en een landgoed van hem koopen, want hij bezit vele goederen in dat land. Wjj zullen oerwouden bezitten, waar de papegaaien zoo talrijk zjjn als bjj ons de spreeuwenen daar deze banknoten in zee der aardsc'ne verleiding zult heenvoeren. Als nu de Zondagavond komt en gjj, vervuld van uw voornemen, voor de klasse treedt, bemerken ze met een oogopslag dat er iets op til is. Ze hadden een plannetje gemaakt tot muitery over te slaan, maar uw blik bedwingt ze en voorloopig laten ze alle vjjandeljjkheden daar en geven u ge legenheid ze toe te spreken. Nu noodigt gjj hen tegen den volgenden Donderdag uit in zeker lokaal en wanneer ze daar 's avonds 8 uur komen, zullen ze den schoonsten avond huns levens door brengen. Gjj en een jong officier van het korps vrjjwilligers zult hun van het drillen vertellen en ze leeren, wat daar bjj te pas komt. Gjj zegt te zullen zorgen voor petten en riemen, die ze voor enkele stuivers kunnen koopen. Ge maakt een toespeling op een sjerp, en strepen, op te behalen prjjzen, ja dat ook geweren niet zullen uitbljjven. Na nog eenige andere verlokkende opmerkingen is de mjjn gesprongen. En nadat ge nu in een kort nawoord de Israëlieten herdacht hebt, sluit ge voor dien avond af, een avond die in vergeljjking met andere, zegerijk af loopt. Den volgenden Donderdagavond is iedere jongen stipt op tjjd. Ge bemerkt geen enkelen rondzwevenden, onverschilligen blikalle oogen zjjn gevestigd op een pakket in bruin papier gewikkeld, waarop ge met groote letters het opschrift accoutrementsgeplakt hebt. De jongens kennen de beteekenis van dit woord niet, maar ze zjjn vast overtuigd dat het woord iets militairs moet uitdrukken. Ge zet ze in 't gelid, deelt petten en riemen uit en gaat nu tot de zaak over, maar niet met het verdrietige zondagsge zicht jdu, jongens, gedraagt u ordentelijk Neen, jongens zjjn er niet, 't zjjn louter soldaten, echte soldaten, voor wie ge u niet buigt en vleit om oplettendheid, maar die ge met vaste, luide stem kommandeert »geef acht!« De nadruk op het laatste woord toovert ze om in standbeelden. Nu laat ge ze marcheeren, stilstaan, weer mar- cheeren in versnelden pas, tot ze van moe heid bjjna omvallen. Wat kunt ge thans niet met hun aanvangen! Geen leeuwen temmer kan met meer trots zijn wilde dieren door hoepels laten springen. Geljjk een keizer deelt ge bevelen uit. Gij kritiseert hun handen, hun gezichten, hun voeten, zonder een enkele tegenwerping te vernemen. Het ongekamde haar van no. 5 wordt voor de geheele compagnie berispt; de scheur in de kiel van no. 11 noemt ge een schande voor een militair. Wie van de soldaten den volgenden Donderdag ontbreekt, zal als deserteur beschouwd worden en die onge wasschen waagt te verschjjnen, komt voor den krijgsraad. Wat een verschil! Noem deze jongens >jongens« geljjk ze zjjn en probeer ze in de zondagschool recht te laten zitten, ge Wanneer hjj ze in de week tot een mili taire compagnie vereenigde en drilde, meende hy ze een goede les te geven in gehoor zaamheid eerbiedgeduld, waardigheid, reinheid en nauwgezetheid, zonder dat ze zich daarvan bewust waren en steeds op de wjjze alsof 't voor hen een uitspanning gold. Dril geen soldaatjespelen meer dril in de volste beteekenis van het maar woord, werd ingevoerd en een geheelen zult dat door geen macht ter wereld be- winter doorgezet. Het resultaat was boven reiken. Maar zet ze een pet van een schelling verwachting en schitterend. De schoot was op en noem ze »soldaten«, wat ze niet zjjn, herschapen, de discipline volkomen, er en ze zullen tot middernacht uw bevelen heerschten goede zeden, het zedeljjke ka- volgen. i rakter was gesterkt en het fundament tot Het genie, hetwelk dit psychologische godsdienstige grondbeginselen gelegd, feit ontdekte, mag op dezelfde hoogte ge- Spoedig werden meer compagniën opge steld worden met Newton. Men spreekt van richt en de beweging breidde zich uit. En 't geen tegenwoordig al niet uit steenkolen- toch, toen in 1883 de heer William Smith teer te halen is en waartoe oude verbruikte te Glascow er mee begon, durfden zelfs niet stoffen al niet dienen kunnen. Welnu be- de vurigste voorstanders dit succes voor- handel uwe straatjongens, uwe boy's, uwe spellen. Doch de eenvoud der zaak, het gamins, uwe barsehen naar hetzelfde principe gezonde beginsel, het zuiver practische doel, en wat ge uit hen halen zult, is niet te was een aanbevelingsbrief aan allen, die zeggen, het hangt geheel van uw wil af. zich voor straatjongens interesseeren. Thans Bezie eens deze compagnie, die vroeger een is de brigade over geheel Groot-Brittannië klasse was. Als klasse was ze lauter ver- verspreid. Verleden jaar bedroeg de sterkte warring, zedeloosheid, Godslastering, chaos. 433 compagniën, met 1370 officieren en Als compagnie toont ze respect, zelfver- 18052 jongens, trouwen, begeestering, vrede en geluk. Het Ziehier den groei der brigade, heerlijkste in deze verandering is, dat ze 1884 1 comp. 3 off. 30 mansch. zonder dwang bljjft voortduren. De eigen 1885 5 20 268 natuur heeft den knaap geholpen. Hoe 1886 44 136 1499 levendiger de knaap, des te zekerder de1887 124 315 6116 overwinning. i 1888 220 706 10388 De eigenlijke geschiedenis der brigade is 1889 318 1028 14372 i spoedig verteld. Het is bekend dat vele jon- 1890 433 1370 18052 f gens uit de lagere standen in voortdurenden opstand zjjn tegen de ouderljjke autoriteit. Uit het Parlement. Ze verlaten de school eer ze eenige zelfbe- j heersching geleerd hebben en nu ze hun j De algemeene beraadslagingen over de eigen onderhoud zelf verdienen moeten,begrootingen van justitie gaven den Minister worden ze zelfstandig en wassen op in 't gelegenheid tal van zaken te bespreken, wild, zonder beginselen, zonder wet. Wat oud en nieuw wisselde af; voor eD tegen- ze in de eerste plaats behoeven is discipline, standers bespraken de wenscheljjkheid om Nu treft het zoo dat er een soort discipline de wetboeken stuksgewjjze te herzien, de is, die volkomen met hun natuur overeen- i Minister toonde zich daarvan ook een voor- Brazilië iets in waarde dalen, zal ik die morgen bjj Brouwel voor wissels verruilen, waarvoor ik overal goudstukken kan krjjgen. Hier is ook mjjnheer Becker's pas, en zoowel de mjjne als de uwe, Clarisse.* »Loop naar den duivel met die bank biljetten!* riep Gideon uit, toen hij die rijk dommen voor zich zag, en aan de werkelijk heid niet meer kon twijfelen. »Het schjjnt alsof deze sedert eenige dagen zoo overvloedig zyn als het zand.* »Ik wil geen huweljjksgift en geen oer woud,* zeide Clarisse. »Geef die portefeuille maar aan den he9r Becker terug, lieve moeder. Ik zal hem nooit trouwen.* Gideon zag wel in, dat iedere tegenwerping te vergeefs zou zjjn, en dat hjj tegen een zoo rijken medeminnaar als Becker, wiens naam hjj voor de eerste maal hoorde, niet opgewassen was. Hem bleef niets over dan Clarisse's liefde. Alleen deze bezat hjj geheel, en hjj moest deze onmiddelljjk op de proef stellen. Hjj was rjjk. Wanneer hij aan den notaris Pichon het beheer van zjjn vermogen over droeg, dan kon deze hem overal geld heen zenden, voor het overige bevond hjj zich in het bezit van vijfduizend francs, en met zulk een som in den zak kon hjj Clarisse ontvoeren en haar aan de nasporingen van madame Rosemejjer onttrekken. Hjj besloot om met haar naar Brussel te gaan, en haar daar te trouwen. Toen madame Rosemejjer de portefeuille weder naar hare kamer bracht om die weg te sluiten, fluisterde hij Clarisse toe: »Geen woord aan uw moeder. Heden avond om acht ure zal ik u afhalen. Houd komt. Want alleen aan de militaire orga- stander, vooral omdat nog wel vooreerst nisatie, in welken vorm ook, wil de jongen niet een geheele herziening van het bur- zich onderwerpen. j gerljjk wetboek te wachten isregeling van Zoo gebeurde het, dat een jong officier j den arbeid is noodig, maar de grootste be- der vrjjwilligers, die arbeidde aan een groote hoedzaamheid is daarbjj noodzakeljjk, wil zondagschool, op den inval kwam daarvan een nuttig gebruik te maken, in de hoop, bjj de oudere jongens een meer scherpe discipline in te stellen. u gereed.* Zonder den eigenljjken zin dezer woorden te begrjjpen, knikte Clarisse als teeken harer goedkeuring met het hoofd, en dadeljjk daarop trad madame Rosemejjer weer binnen. »Nu mjjnheer Gideon, denk ik, dat gij bevredigd zjjt. En neem nu afscheid, want van nu tot morgen hebben wjj nog veel te doen; en helpen inpakken kunt gjj niet.* Gideon verwijderde zich, zonder iets te zeggen. Hij vliegt naar huis, om de papieren te halen, die de notaris van hem verlangde. Madame Rosemejjer keek hem na, en zeide tot hare dochter: »Hjj heeft de zaak lichter opgevat dan ik dacht. Gij ziet, Clarisse, dat hjj een verstandige knaap isAls het waar is, dat hij van zijn oom heeft geërfd, dan zal hij zich wel weten te troosten. Droog dus uw tranen af en schrei maar niet. Becker zal om vjjf uur hier zjjn; doet uw haar goed, en trek een ander kleed aan, uw nieuw kleed.* Gideon begaf zich ondertusschen met de benoodigde stukken naar den notaris, den heer Pichon. Onderweg vroeg hij zich zeiven af, wien die heer Becker zjjn kon, wiens verwenschte liefde hem zjjne bruid dreigde te ontvoeren. Hjj geloofde geenszins aan een werkeljjk huwelyk, maar vermoedde, dat er meer achter de zaak stak, waartoe madame Rosemejjer de hulpzame hand bood. »Die erbarmelijke Becker,* dacht hjj, betaalt een voorbjjgaanden droom zeer duur, en hjj moest boven alle maten rijk zyn, en een groot vertrouwen er bij hebben, dat hy zoo vooruit betaalt. Mijne schoon mama zou hare arme dochter voor de helft der banknoten, die zy my getoond heeft, men niet meer kwaad dan goed doen; had de wet den Minister verplicht om bjj konink- ljjk besluit het getal notarissen aanmerke- ljjk te vermeerderen, om het in overeen- aan hem verkocht hebben Als dit anders ware, waarom zou hjj dan naar Brazilië gaan, ver van zjjne verwanten en kennissen en vrienden. Wanneer men in Parjjs is, en het oprecht meent, dan wendt men zich, als men een jong meisje wil trouwen, tot de ambtenaren, en wacht niet tot men eerst in Brazilië is. Maar hier is handel gedreven. Anders zou deze heer Becker de moeder voor zyn huwelyk met hare dochter, het vele geld dat hjj voor laatstgenoemde bestemd heeft, niet in de handen gegeven hebben.* Deze zeer juiste aanmerkingen zouden Gideon eiken twjjfel benomen hebben, wan neer hjj er nog een had gehad, en hjj be sloot dit zjjne bruid mede te deelen, om haar de oogen te openen, en haar het gevaar te toonen, dat haar dreigde. Madame Rosemejjer kwam hem nu onder de hateljjkste vormen voor; Becker moest volgens zijn idee een even vermogend als invloedrjjk man zijn, en den pas, dien men hem getoond had, de verre reis, waarvan men hem had gesproken, dat alles hield hjj voor een list om hem te verwijderen en Clarisse te bedriegen. Men wilde, meende hjj, het arme meisje uit de om geving van Parijs naar een afgelegen slot voeren en buitendien scheen hem den naam Becker als een aangenomen naam toe. Zyn vrees was te meer natuurljjk, daar Clarisse haar aanbidder vroeger nooit gekend had zjj had eerst pas een dag te voren iets van hem gehoord, en madame Rosemejjer scheen zich al zeer weinig om Clarisse's toestemming te bekommeren. Wordt vervolg dj

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1892 | | pagina 1