lid Land van Heusden en Allena, ilc Langstraat en de lloninielmvaard. BERICHT! De Provinciale Staten. DE DIEFSTAL. Nieuwjaarsgroet FEUILLETON. Verbetering van bet Paardenras. VOOR Dit blad verschuilt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO. rranco per post zonder prjjsverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Uitgever: Lx. J. VELKRMALL, Heusden. M U62. WOENSDAG 28 DECEMBER. 1892. Advertentiën van 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmor gen ingewacht. In 't „Nieuwjaarsnummer" staat weder voor belanghebbenden de gelegenheid open, om aan Familie, Vrienden en Begunstigers hun te brengen, tegen den prijs van 50 Cent. Voor spoedige bezorging houdt zich zeer aanbevolen de Uitgever L. J. VEERMAN. uitgegeven. Het volgend No. zal een dag later worden Onder onze staats-collegiën behooren nog altijd de provinciale staten. Twee malen 's jaars in Juli en in November houden zij een paar vergaderingen, gewoonlijk een o n de commission van onderzoek te benoemen en een om overeenkomstig de uitgebrachte rapporten beslissingen te nemen, wel een flauwe, zeer flauwe weerschijn van vroegere macht en majesteit. De Staten van Holland en West-Friesland toch, de Staten der andere gewesten vertegenwoordigden tijdens de doorluchtige republiek de oppermacht. Door de Staten der verschillende gewesten werden de algemeene Staten gekozen, de stadhouders waren niet hun meesters maar hun dienaren. De afgevaardigden der vroedschappen van de stemhebbende steden en die der edelen waren de souvereinen en een afgevaardigde van Amsterdam achtte zich vrij wat hooger dan menig vorst. Toen bestuurden de Staten, geleid door den raadpensionaris het landzij sloten ver bonden, en oorlog en vrede hingen van hunne stem af. Met den val der republiek vielen ook de Staten. De zeven zelfstandige, doch ver- eenigde landjes werden één en voor de af zonderlijke Staten was geen plaats meer in het bestuur der Bataafsche republiek. Na (12 De heer Becker had madame Rosemejjer noodig, om zijn banknoten weder tegen geld, of, wat nog beter was, om alle verdenking te vermijden, tegen wissels op Brazilië van de hand te zetten. Zoo, meende hij, zou het den schijn krijgen, als bracht de arme bloemenverkoopster hem een aanzienlijke huwelijksgift mede; hij wilde haar trouwen en rustig het vermogen zijner vrouw, dat wil zeggen dat van den heer Martin ge nieten. Madame Rosemeijer was licht te misleiden, en moest dit tot het einde toe blijven. Hij wilde den volgenden morgen een ontvangst bewijs van zjjn geld opstellen en haar daarna, zonder haar te begeleiden, terstond laten afreizen, want hij zag zeer goed in, dat het hem na een diefstal, als de door hem be raamde, onmogelijk zou zijn Parijs te ver laten zonder zich zei ven te verraden. Hij wilde dus blijven, en groote jjver betoonen om den dief te ontdekken, in armoede en ellende leven, als iemand die van al zijn goed beroofd is. Alleen moest hij den dief stal, dien hij aan den rechter wilde aan- toonenzoo waarschijnlijk als mogelijk maken, alleen de keus in een heiper bracht hem in verlegenheid. Zich tot iemand te wenden die van stelen en rooven leefde was te gevaarlijk. Zulk een zou hem wel goede diensten bewjjzen; maar wanneer die wist welk een winst die daad aan Becker gaf, dan zou hij met hem willen deelen en daarbjj zou hij steeds in vrees voor een ontdekking levér*. Er. boven.lien heet't de politiestand wü vooituUiciid w tittkxiuuu tu opmerkzaam het herstel der onafhankelijkheid werden de provinciale Staten ook weder onder de regeering8-collegiën opgenomen. Aan hen werd de keuze opgedragen van leden der Tweede Kamer. Na 1848 werden ook die collegiën ge kozen en in plaats van leden der Tweede Kamer die rechtstreeks gekozen werden zouden zij de leden der Eerste Kamer kiezen uit de hoogst aangeslagenen. Zoo werd de machten invloed der provinciale staten steeds minder, maar toch zjjn zij nog altijd als een monument uit vroeger tijd in stand gehouden. Gaat men de werkzaamheden dier collegiën na dan moet men wel eens vrageD, waartoe is het noodig? Slechts zelden hebben zij belangrijke onderwerpen te behandelen. Goedkeuring van polder reglementen, verorderingen op wegen en vaarten, subsidiën aan eenige inrichtingen van provinciaal nut zijn zoo de gewone zaken die op de agenda voorkomen. Eigen belastingen heffen zij over het algemeen niet; meestal behelpen zij zich met opcenten op de rijksbelastingen en die moeten nog door de wetgevende macht, de Tweede en Eerste Kamer goedgekeurd worden. Eene provinciale paardenbelasting maakt hierop in Noord-Brabant eene uitzondering. Van politiek belang zijn zij slechts als kiescol- legiën voor de leden der Eerste Kamer. Mocht de Eerste Kamer nog eens ver vallen of mocht de keuze der leden ook rechtstreeks geschieden zooals in andere landen, dan is de beteekenis der provinciale staten onbeduidend en zij zouden in het raderwerk van ons bestuur zonder eenig bezwaar gemist kunnen worden. De waterschappen, de waterstaat en het ministerie van waterstaat, handel en nijver heid zouden zeer goed de werkzaamheden der provinciale staten onder elkander kunnen verdeelen, indien zjj niets anders presteerden, dan wat men kan lezen in de verslagen dier vergaderingen, die slechts door weinigen worden nagegaan, indien geen lokale be langen bij de behandelde zaken betrokken zjjn. Er is echter nog iets van veel meer belang wat niet zoo terstond in het oog valt. Door de provinciale staten worden uit hun midden de Gedeputeerde Staten gekozen oog voor dieven van beroepzij spoort ze overal op. En de gevangenneming van zijn medehelper, was hetgeen Bekker het meeste vrees aanjaagde. Hij behoefde een door en door eerljjk man, die na gepleegde misdaad, wanneer hij hem toevallig tegen kwam, de oogen voor zjjn misleider neersloeg, die hem ontvlood, die als bij ontdekt werd, alles hardnekkig zou heeten te liegen. Zulk een persoon te vinden, was niet gemakkelijk en de bankier was reeds besloten alleen te handelen, waardoor bjj hoogstens in eenige verdenking kon komen, toen hem het toeval in denzelfden nacht, dien hij tot de uitvoering van zijn voornemen gekozen had, in het koffiehuis de la Paix voerde. De partjj, die Gideon daar speelde, had reeds lang geduurd, en de arme knaap was reeds geheel de kluts kwijt. De bankier zag terstond, dat, moest de jonge man nog meer verliezen, deze een werktuig voor hem was, die de hemel hem zond. Wjj hebben reeds verhaald wat er volgde. Ook heeft men gezien dat hjj zich trouw hield aan zijne belofte, en dat hij niet eer begon te roepen en zjjn hond toe stond te blaffen, dan nadat Gideon de straat weer bereikt had. Het behoorde ongetwijfeld tot zijn plan, dat de buren den dief zouden zien, maar geenszins dat deze door hen zoude gegrepen worden. Alles ging tot nu toe goed zoover was de onderneming gelukt en Jean Becker, verzekerd van zijne straffeloosheid, behoefde nu de buren maar te laten praten. Om de rechterlijke macht beter nog op een dwaalspoor te brengen, gaf hij aan, dat hij door drie dieven overvallen was geworden hij toonde eene lichte wonde en een paar kwetsuren, die bjj zich zei ven toegebracht had en verzon een verhaal, waarin hij meldde, dat zijn leven in gevaar was geweest en liet eindelijk de in zyne kamer ter onderzoeking gezonden politiedienaars verscheidene breek ijzers, dievensleutels, enzoovoorts, die hjj er en de werkkring van die collegiën is hoogst belangrijk. Zjj toch hebben een uitgebreid toezicht op de gemeente- en polderbesturen. De besluiten der gemeenteraden moeten aan hun goedkeuring onderworpen worden, de gemeente-begrootingen en gemeentere keningen worden nauwkeurig door hen onderzocht en gecontroleerd. Overtreedt het gemeente-bestuur door zijn besluiten de wetten des rijks, gaat het zjjn bevoegdheid te bniten of schiet het in zijn verplichtingen te kort, terstond trachten gedeputeerde staten de zaken in orde te brengen, zij zjjn als het ware de voogden der gemeentebesturen, en niet zelden worden zjj als lastige voogden beschouwd. Maar is het daarom nu noodig in elke provincie een aantal leden tweemalen 's jaars bijeen te roepen, is het daarom noodig het kiezerscorps in beweging te brengen om van tjjd tot tijd hun oordeel over de leden der Staten uit te spreken bij de periodieke aftreding! Waarlijk het getuigt niet van geringe belangstelling als de verkiezing voor een lid der provinciale staten de kiezers koud laat, want het werk dier heeren is van weinig algemeen belang. Gaat men nu nog ter stembus, met het oog op de be noeming van leden der Eerste Kamer, komt daarin verandering dan zou misschien de tjjd gekomen zijn om aan de provinciale staten een eervolle begrafenis te bezorgen. Een collegie als dat van gedeputeerde staten, wat zeker zeer noodig is en nog lang noodig zal bljjven, kan zeer goed op een andere wijze benoemd worden, daarvoor behoeft men waarljjk de staten niet te handhaven. Werd die controle in iedere provincie opgedragen aan een collegie door de regeering te benoemen, werd alles wat polderzaken betrof onder waterstaat gebracht dan zouden de zaken zeker niet minder goed afgedaan worden dan zou de zaak van de afwatering van Gorinchem bjjv. spoedig geregeld kunnen worden, omdat dan de beslissing bij mannen zou berusten die geen partij behoefden te kiezen voor of tegen Gorinchem. Maar dan ook zou voorgoed een einde gemaakt worden aan den geest van provin cialisme die nog altijd niet geheel ver dwenen is en door het voortbestaan der zelf neer gelegd had, vinden. Eerst nu op het oogenblik, dat notaris Pichon vergezeld van Gideon bij hem binnentrad, en toen hjj in den erfgenaam van den heer Martin zijn slachtoffer van misleiding herkende, verliet hem zijn zelfvertrouwen en hjj viel, zooals wjj verder gezegd hebben, in onmacht. Toen hjj na rjjkeljjke besprenkeling met Eau de Cologne, uittrekken der kleederen en wrjj vin gen weder tot zich zei ven kwam, toonde bij zich verwonderd, den notaris naast zich te zien en verzocht om een dag, of tenminste eenige uren uitstel. »Ik ben te beklagen, injjnheer notaris ik vrees niet sterk genoeg te zjjn om den slag die mjj getroffen heeft te kunnen dragenmSn hoofd is in de war sta mjj toe dat ik mij te bed begeef.* Dit verlangen was te billyk om geen ge hoor te vinden. Alleen Pichon, ofschoon Beckers verhaal geenszins in twjjfel trek kende, vertrouwde deze toch niet recht, en haastte zich dus ook geenszins om heen te gaan, maar liep de slaapkamer op en neer, terwijl hjj zeide: »Gjj zijt koortsachtignw hoofd is in de wardat geloof ik gaarne het kan ook niet anders. Maar ik heb voor rnjjn kliënten te zorgenhet vermogen van den armen jongeling is verloren ten minste voor dit oogenblik!Wat zal er van hem worden? Het verlies is voor hem te gevoeliger, daar hjj met een jong meisje in betrekking staat, die hij beloofd had te trouwen, maar die een geldgierige moeder aan een rjjk heer verkoopen wil Werkelijk, ik ben over den armen jongen bezorgd, als hjj zich maar niet ergens ver dronken heeftzulk een stap in zoo'n toestand laat zich wel begrijpenmaar met zijne nalatenschap kon hij wel hoop voeden, madame Rosemeijer te vermur wen misschien was het hem dan ge lukt haar van haar afschuweigk plan af te staten wordt levendig gehouden. Treden nu de staten niet zelden op als verdedigers der lokale belangen, dan zouden de zaken in het belang van het algemeen kunnen geregeld worden, en het zou weinig baten of een deel der provincie een of meer goede woordvoerders of invloedrjjke afge vaardigden had om een zaak tegen te houden of door te drijven die juist niet in het alge meen belang was. Kieswet en Gemeentewet zullen herzien wordenbij die herziening is het tjjd, om zich de vraag te stellenkunnen de provin ciale staten niet gemist worden; kannen de werkzaamheden aan die collegiën opgedragen niet met veel minder kosten en veel minder moeite door anderen vervuld worden. Wel zullen daardoor tal van eervolle betrek kingen vervallen, maar daarvoor houdt men toch geen verouderde regeerings- collegiën in stand. Zijn die staten noodig? moet de vraag zjjn, die de quaestie beheerscht, en moet die ontkennend beantwoord worden, dan is het noodig om ter vereenvoudiging van het bestuur de wet tot regeling van het bestuur der provinciën te doen vervallen, verouderde toestanden toch, die niets of zeer weinig goeds hebben, moeten den weg gaan van zooveel wat verouderd was en zoo spoedig mogelijk opgeruimd worden. In de laatste jaren zijn velerlei pogingen? aangewend tot veredeling van het paarden ras bier te lande en die pogingen worden door de regeering krachtdadig gesteund. Geen wonder, dat de vertegenwoordiging belang stelt in de vruchten, die daarmede verkregen worden. In het antwoord van den Minister van Binnenlandsche Zaken op het afdeelings-verslag over zijn begrooting wordt daaromtrent een en ander medege deeld, dat in iedere provincie, waar in die richting met kracht medegewerkt wordt, zeker met belangstelling zal worden ver nomen. »De gevolgen der subsidiën voor de ver betering der Nederlandsche paardenrassen zijn geweest, dat met vrucht gearbeid wordt tot bereiking van het doel, waarvoor de brengen. Maar zoo Bij het noemen van madame Roseoiejjer's naam sprong Becker van zjjn stoel op en riep uit Madame Rosemeijer?* »Ja, madame Rosemeijer*, zeide de notaris, het woord vattende, »die van een knappe dochter, de geliefde van mjjn kliënt, voor deel wil trekken. Twjjfelt gij daaraan? Och dat kunt gjj niet. Deze madame Rosemejjer verkoopt kunstbloemen, zij heeft haar zaak in de Martin straat. »Uw kliënt, de heer Gideon, bedoelt gjj dien? Kent die madame Rosemeijer?* vroeg Becker. Hjj wil hare dochter huwen,* antwoordde de notaris. Wanneer gjj hem ten minste aan zjjn geld kunt helpen en wanneer niet een rijke schurk Bjj deze woorden, die te duidelijk waren stond Becker haastig op, bond zjjn das om, verwijderde den doek van zjjn hoofd, nam zjjn hoed van een tafel en verdween als de wind. »Uw koorts!Uw zwakhoofdig heid mijnheer Becker,hoor toch eensriep de notaris hem na, doch zonder gevolg. De bankier verdween even snel als Gideon even te voren. »Zjjn zjj allen gek!* dacht de notaris. »Zou ook hjj op de dochter van madame Rosemeijer verliefd zjjn, dan moet zij in derdaad een gevaarljjke schoonheid zjjn.* Hij richtte te vergeefs eenige vragen tot de dienstmeid, die even verwonderd en on bekwaam als hjj zelf was, om te begrjjpen op welke wijze madame Rosemeijer en hare dochter in een diefstal met inbraak konden betrokken zijn.* Pichon stapte weder in zijn rijtuig en liet zich naar huis rjjden. Voor onzen Gideon, die, toen hjj den hond aan zijn blaffen herkend had, dadeljjk had begrepen gelden worden uitgetrokken. Duidelijke be wijzen daarvan waren te zien op de paar- den-tentoonstelling te Scheveningen in Juli j.l., waar naast de sehoone exemplaren van door buitenlanders tentoongestelde fok- en gebruikspaarden, zeer goede paarden van beiderlei soort door Nederlanders waren aan gevoerd. Moeieljjk is het intusschen voor alsnog de hoogte te bereiken, die men in Engeland, Frankrijk, Duitschland, Oosten rijk en België reeds heeft bereik, in landen waar reeds vroeger van Regeeringswege veel gedaan werd tot steun en aanmoediging van de fokkerij. »In het volgend jaar zoude de Minister gaarne willen onderzoeken, of het wenseheljjk is, dat ook de besturen van die provinciën, waar zulks nog niet is tot stand gebracht, verplichte keuring van fokdieren voor schrijven, opdat een eind kome aan de mogelijkheid, dat gefokt wordt met hengsten, behebt met erfelijke gebreken, en ook meer aandacht gewijd worde aan den toestand der merriën, die ter dekking worden aan geboden. Dit laatste is een punt van veel belang, waaraan tot dusver nog niet de vereischte aandacht is gewijd. Wel is het bij de des kundigen een uitgemaakte zaak, dat ook de toestand der merriën een grooten invloed heeft op de veulens, die men bekomen zal, maar tot dusver schjjnt men geen kans ge zien te hebben, daaromtrent doeltreffende voorschriften te geven. Terwjjl aan de heng sten alle zorgen werden gewijd, liet men de keuze der merriën nagenoeg geheel aan de belanghebbenden over. Alleen mag men aannemen, dat de keuring van veulenmerriën een goeden invloed in die richting heeft uitgeoefend en nog zal uitoefenen, maar wat de Minister bedoelt, is een goede keuze der merriën bjj voorbaat te bevorderen. Dat dit goed zon werken, is ontegenzeg- geljjk waar. Of het uitvoerbaar is, is eene andere vraag. Gaat het wel aan, om iemand, i die eene merrie heeft, en er zjjn voordeel in ziet, een veulen daarvan te verkrjjgen en dat, hetzij voor eigen gebruik op te fokken of te verkoopen, daarin te bemoeie- ljjken, omdat het paard niet voldoet aan dat hij zich in hetzelfde huis bevond, dat hjj den nacht te voren op een zoo zeld zame wjj ze bad bezocht, was plotseling een licht opgegaan, toen de notaris den heer Becker bjj zijn naam had genoemd- hjj, die vjjfduizend francs aan Gideen had be taald, om 's nachts om twee uur bjj hem in te klimmen, en den schijn van een dief stal bewerkte, was niemand anders dan Jean Becker; hjj die de nalatenschap zijns ooms in dien gang aan madame Rosemeijer had gegeven, en hem met één slag zjjn geld en zijne geliefde roofde, was ingelijks Jean Becker. Eindelijk was Gideon bjj het binnenkomen in het voor hem zoo betee- kenisvolle huis in de straat Louis le Grand een politie commissaris tegen gekomen, en ongetwjjfeld kon hjj vreezen, dat Becker hem aan dezen als dief had aangewezen, en dat, terwjjl zjjn mede-minnaar en tegen- partjj den volgenden dag naar Brazilië zou afreizen, waartoe hjj zich reeds van een pas had voorzien, hjj zelf binnen weinige minuten zjjn geld, zjjn geliefde en zjjn eer zou kwjjt zijn. Ieder oogenblik was kost baar. Met reuzenschreden spoedde hjj zioh naar madame Rosemejjer. Zonder eigenljjk te weten, hoe hjj het moest aanleggen om de portefeuille met zijn erfenis te bemachtigen, die zjjn schoon mama hem had getoond, was hij vast be sloten die tot eiken prjjs in handen te zien te krijgen, want deze bevatte zjjn vermogen. Zelfs wanneer het gerecht zich in deze zaak zou mengen, moest deze portefeuile, waarin reispassen en banknoten zaten, die wel niet voor zjjn onschuld, dan ten minste toch tegen Beckers afschuwelijke diefstal ge tuigen konden, terwjjl de drie vereenigde passen een vluchtplan uitwjjzen zouden, en madame Rosemeijer zoude dwingen, het in hare handen berustende geld over te geven. Zoodra Gideon dit plan vastgesteld had, verliet hjj, zooals wjj gezien hebben, op I I1R1I WSBIiAI

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1892 | | pagina 1