Hel Land van Hensden en Altai, de Langstraat en de Bommelenvaard.
LEERPLICHT.
FEUILLETON.
Uit het Parlement.
M 1204.
Uitgever: E. J. VEERMAN., Heusden.
WOENSDAG 24 MEI.
1893.
Dit blad verschynt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO.
Franco per post zonder prgsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentien van 16 regels 60 ct. Elke regel
meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentien worden tot Dinsdag- en Vrijdagmor
gen ingewacht.
In het program der Liberale Unie is op
veler aandrang ook »invoering van leer
plicht* geschreven. Zonder leerplicht konden
geen vruchten van ons onderwjjs verwacht
worden, die eenigszins in overeenstemming
waren met de groote kosten het schoolver-
zuim, het te vroeg verlaten van de school
moesten ernstig bestreden worden, want de
gebruikte middelen, schoolfeesten, spaarbank
boekjes, belooningen mochten goed voor
enkele kinderen en gezinnen werken, de
massa is daarvoor ongevoelig geblekenin
voering van leerplicht, het verplichte school
bezoek tot dertien of veertien-jarigen leef
tijd zoo mogelijk nog verplichte bijwoning
van het herhalingsonderwjjs, kon alleen
verbetering aanbrengen.
Jaren lang is dit reeds betoogd door velen,
die het wel meenden met ons volksonder
wijs, en eindelijk zal aan die uitgesproken
wenschen voldaan worden door de indiening
van een wetsontwerp tot regeling van leer
plicht. Omtrent den inhoud van dit ontwerp
is nog weinig of niets uitgelekt, toch wordt
het reeds bestreden, of liever nu leerplicht
ingevoerd zal worden komt men met on
overkomelijke bezwaren aandragen. Wil
men leerplicht, dan moet de schoolgeld
heffing worden afgeschaft, het onderwijs
moet verplichtend, maar kosteloos zijn. De
inkomsten die de gemeenten van de school-
geldheffing trekken, moeten vervallen; men
moet het althanb vrjj laten of men het
schoolgeld al of niet betalen wil. En die
eiscb, nu eerst kort geleden de schoolgeld-
heffing verplichtend is gesteld
Geen leerplicht, of eerst moet bepaald
worden dat in de voeding en de kleeding der
leerlingen voor zooverre de ouders dit ver
langen van overheidswege zal voorzien
worden. Uniform kleeding en gemeenschap
pelijke maaltjjden zijn noodzakelijk, als men
de ouders wil dwingen om hun kinderen
naar school te zenden. Het menu van het
maal mag dan ook wel bepaald worden,
want spoedig zou geklaagd worden, dat de
spijzen onvoldoende waren. Is men nu
tevreden met een paar boterhammen, dat zou
ophouden als aan de overheid de verplichting
werd opgelegd om voor de voeding te zorgen.
Zyn deze eischen misschien voor weer
legging vatbaar, er is een andere die wel
voor geen bettrjjding vatbaar is. Wil men
leerplicht invoeren, dan moet men daartoe
in de rnogeljjkheid zijn, en dat is in de
meeste gemeenten volstrekt het geval niet.
Er is gebrek aan lokaliteit, er zyn niet
genoeg onderwijskrachten.
Moet de Staat zorgen, dat in de laatste wordt met het oog op de geldmiddelen der
behoefte zoo spoedig mogeljjk voorzien wordt,
de zorg voor de lokaliteit is aan de ge
meentebesturen opgedragen, die gedwongen
moeten worden zoo spoedig mogelijk in het
gebrek aan ruimte te voorzien. Wordt daar
mede gewacht tot het tjjdstip der invoering
van de wet, dan zal het getal onuitgevoerde
wetten met één vermeerderd worden. Nog
onlangs hebben wjj dit gezien, toen de tjjd
gemeente op groote zuinigheid en op inkrim
ping der uitgaven aangedrongen.
Zal hiermede in het ontwerp rekening
gehouden worden.
Zal tegeljjk met het ontwerp een herzie
ning van de wet tot regeling van het lager
onderwijs ter tafel komen, waarin de gemeen
ten van velerlei uitgaven voor het onderwjjs
ontlast worden, of waardoor de macht van
stoom een ge'ueele verandering op het ge
bied der nyverheid had teweeg gebracht,
j Aan zyn belofte getrouw heeft de minis
ter Pierson een voorstel gedaan om tot af
schaffing der patentbelasting te kunnen
komen, door de indiening van het ontwerp
tot heffing eener belasting op de bedrjjfs-
en andere inkomsten. Na het onderzoek
heeft de minister op verschillende punten
toegegeven, en door de krachtige medewer-
king van de commissie van rapporteurs,
(3
Toen het gekletter hunner wapenen en
het geraas, dat hunne pantoffëlen op de
steenen der terassen maakte, in de verte
afnam, begon de vluchteling haar schoon
bleek hoofd boven de randen der vaas uit
te steken, en liet hare blikken om zich heen
weiden, daarna stak zjj hare schouders in de
hoogte en richtte zich overeind. Niemand
meer dan Sidi-Mahmoud bemerkende, die
haar door teekens te kennen gaf, dat zij
niets te vreezen had, sprong zij uit de vaas,
en naderde den jongman in eene nederige
houding en met saamgevouwene handen.
»Red mij, edele heer, red mij uit edel
moedigheid! Verberg my in den duistersten
hoek van uw huis, en bevrijd my van deze
duivels, die mij vervolgen.*
Sidi-Mahmoud nam baar by de hand,
leidde baar naar den trap van het terras,
waarvan hi] de valdeur dichtsloot, en voerde
haar naar zjjne kamer. Nadat bij de lamp
aangestoken had, zag hij, dat de vluchteling
jong washij had het reeds aan het liefe
lijke geluid van hare stem geraden, en dat
aangebroken was tot invoering van het het Rjjks toezicht wordt uitgebreid
Zonder een groote wyziging van den toe- waarvan de heer Van Houten voorzitter is,
nieuwe leervak, de vrjje- en ordeoefeningen.
Slechts enkele gemeentebesturen hadden by stand is de invoering van leerplicht niet
tjjds gezorgd gereed te zyn, in de meeste mogelijk, en zou die wet voor een groot
gemeenten ontbrak de gelegenheid om dat deel onuitvoerbaar bljjven of verdaagd moeten
onderwjjs te geven, stapels verzoekschriften j worden tot een volgend geslacht,
om uitstel werden ingediend en het gevolg j Het onderwjjs moet Rjjkszaak worden,
is geweest, dat men vooreerst wel niet van heeft men reeds herhaaldeljjk gezegd, en
die vrjje- en ordeoefeningen zal hooren. En wordt dit nu door velen nog minder nood-
zoo zal het ook met de invoering van leer- zakeljjk geacht, zy zullen die noodzakelyk-
plicbt gaan, als niet bjjtjjds door schooltoe- heid gevoelen als de leerplicht de kosten
zicht en gemeentebesturen maatregelen be
raamd worden, om die invoering inogeijjk
te maken.
In de meeste gemeenten is de ruimte vol
doende voor het getal schoolgaande kinderen,
wordt dat getal echter met twee of althans
één leerjaar vermeerderd, dan zal voor die
meerdere leerlingen geen ruimte beschikbaar
zjjn omdat een afzonderlyk lokaal in de
zesklassige school voor een zevende en achtste
klasse ontbreekt, en men kan toch niet
zeggen zooals onlangs een piaatselyke school
commissie adviseerde»Die 40 kinderen vol
strekt geen bezwaar; zulke kleintjes kunnen
gemakkelyk drie op één bank en plaatst
men er nu in ieder lokaal een stuk of acht,
dan zjjn zjj onder dak en de zaak is gezond.
Het hoofd der school dat zich met zulke
domheden niet kon inlaten, werd ais weer
spannig gebrandmerkt.
En nu is de groote vraag en ook het
groote bezwaarzullen de gemeentebesturen
in het algemeen bereid bevonden worden om
zich opnieuw in het belang van het volks
onder wjjs belangrjjke uitgaven voor lokali
teit en personeel te getroosten
Gaat men na, hoe tegenwoordig gesukkeld
wordt met het personeel, hoe in vele ge
meenten het geld aan onderwjjs besteed
nauwkeurig wordt afgepast, hoe men noode
van het onderwijs aanzienlyk zal verhoogen,
ter wjj I de ontevredenheid zal toenemen,
omdat met die wet het eiploiteeren van
jongens van 12 jaren door ouders en werk
gevers zal moeten ophouden.
Want die werkgevers zyn dikwyls raads
leden, die het gemis van goedkoope werk
krachten zullen betreuren en volstrekt niet
met die nieuwigheid zullen gediend zjjn. Men
heelt van die zyde tegenwerking en geen
medewerking te verwachten, men zal nieuwe
grieven tegen het openbaar onderwjjs breed
uitmeten, en het geheele onderwjjs zal daar
door schade ljjden, zoodat die wet in plaats
van verbetering, wel eens achteruitgang kon
tengevolge hebben. De Regeering moet dus
öf berusten in den tegenwoordigen toestand,
öf flink doortasten, van halve maatregelen
is geen heil te verwachten. Is de gemeen
schap te arm om voor goed volksonderwjjs
zorg te dragen, dan moet zjj zich daaraan
onttrekken, en die zaak overlaten aan het
individuheeft men scheiding van Kerk en
Staat, dan zal men ook hebben scheiding van
Onderwjjs en Staat en men zal tot vroegere
toestanden terugkeeren.
Wat de Staat op zich neemt, moet hjj
goed doen; hjj mag het voorbeeld niet geven
van gebrekkig werk. Het ontwerp is gereed,
zal het wet worden, en zal die wet worden
tot verbeteringen besluit indien geld daar- uitgevoerd? Het zyn vragen, waarop het
mede gemoeid is, dan zal de vraag wel niet
zonder beteekenis zjjn: Is leerplicht by de
tegenwoordige regeling van ons onderwjjs
inogeijjk? Zal de invoering niet veeleer
schadeljjk dan nuttig voor het onderwijs
zyn!
Er zjjn zeker gemeentesturen, die zich
gaarne uitgaven, groote uitgaven voor het
onderwijs getroosten, maur over het geheel
zjj schoon was, hetgeen hem niet verwon
derde, daar hjj reeds hare sierlijke gestalte
bij het licht der starren had gadegeslagen.
Zij scheen ten hoogste vijftien jaren oud
te. zjjn. Hare buitengewone bleekheid deed
hare groote zwarte oogen, welker hoeken
zich bjjna tot aan de slapen verlengden,
des te meer uitkomen; haar fijn gevormde
neus veredelde hare gelaatstrekken, en zoude
baar met de marmeren schoonheden, door
de oude grieksche heidenen aangebeden,
kunnen doen wedijveren. Haar hals was
sneeuwwit, alleen op haren nek zag men
eene fllaauwe dunne purperen streep, even
als een haar of als het fijnste zijden draadje;
eenige droppeltjes bloed vloeide uit deze
roode lijn. Hare kleeding was eenvoudig,
en bestond uit een met zjjden boordsels be
legd vest, neteldoeken broeken en eenen
bontgekleurden gordelhare hijgende boezem
werd door een kleed van gestreepte gaas
bedekt; zjj was nog buiten adem en ter
naauwernood van baren angst bekomen.
Toen zij een weinig uitgerust en gerust
gesteld wus, knielde zjj voor Sidi-Mahmoud
neder, en verhaalde hem hare geschiedenis
in de navolgende sierlijke bewoordingen
>Ik was eene slavin in het serail van den
rjjken Abu-Becker, en beging den misslag,
om aan de begunstigde sultane eenen selam
of brief van bloemen te overhandigen, haar
door eenen jongen en zeer schoonen emir,
antwoord nog zeer twyfelachtig is.
Afschaffing der patentbelasting is sedert
lang wenscheljjk geacht; die belasting toch
was geheel verouderd en gaf tot de won-
derlykste toepassingen aanleiding, nu de
met wien zjj eene liefdesbriefwisseling hield,
gezonden. Abu-Becker, den selam ontdekt
hebbende, geraakte in eene verschrikkelijke
woede, deed de begunstigde sultane, met
twee katten, in eenen lederen zak sluiten, in
het water werpen, en my veroordeelen, om
het hoofd te verliezen. De kislar-agassi
werd met de volvoering van dit vonnis
belast maar, gebruik makende van de ver
warring, veroorzaakt door de vreeselijke
straf aan de arme Nourmahal opgelegd, en
de deur van het terras open vindend, ont
vluchtte ik. Mjjue vlucht werd ontdekt en
weldra werd ik door de zwarte gesnedenen,
de Zebeks en de Albanezen in den dienst
van mijnen meester achtervolgd. Een hun
ner, Mesrour genaamd, wiens aanmatiging
ik immer weerstond, naderde rujj zoo dicht
met zjjn uitgetogen zwaard, dat er slechts
1 weinig ontbrak of hij had my geraakteens
zelfs raakte zyn zwaard ter loops mjjn vel,
en het was toen dat ik dezen verschrik-
j keljjken kreet heb aangeheven, welke gjj
zonder twijfel gehoord hebt, want ik beken
het u, ik daeht dat mijn laatste uur genaderd
was. Maar God is God en Mahomet is zyn
profeet; de engel Asraël is nog niet ge
reed, my naar de brug van Alsirat te
voeren. Thans is al mjjne hoop op u. Abu-
Becker is machtig, hjj zal mij doen opsporen,
en indien hij my terug kan krjjgen, zoo
zal Mesrour ditmaal eene vastere hand
is nu het ontwerp in openbare beraadslaging.
Terecht opende de heer Meyier dan ook
de discussie met hulde te brengen aan de
voortvarendheid, de werkkracht en vooral
aan den concilianten zin van den minister.
Dat men overigens niet eenstemmig over
alle bjjzonderheden van zulk een regeling
zal denken, bleek spoedig. Betuigde de
eerste spreker, de heer Meyier, zyn instem
ming, toch heeft hjj ook bedenkingen. Hjj
had verwacht, dat de herziening van het
personeel nu reeds ter tafel zou liggen,
want de herziening moet hen vergoeding
geven, die door deze belasting nu te zwaar
gedrukt worden. Ook had hjj eenige in
lichtingen gewacht omtrent de plannen van
den minister in zake gemeente-belastingen.
Waarom, vroeg spreker, de vrijstelling voor
landbouwers bestendigd en predikanten,
advocaten, onderwyzers, enz. aangeslagen?
Hy verwacht van de commissie voorstellen
om daarin tegemoet te komen. De heer
Vroolik, lid der commissie, is mede geen
onbepaald voorstander. De heer RoëU achtte
het nog noodig de grieven tegen de patent
wet in het licht te stellen, omdat in de
laatste dagen stemmen zyn opgegaan om
die wet gewjjzigd te behouden. In de be
lasting der ambtenaren zag hjj minder be
zwaar. Aardig was de verklaring van den
heer A. van Dedem, na een uitvoerige lof
rede wat het vorige ministerie had willen
doen, maar niet gedaan heeft, verklaarde
hjj, dat deze belasting als complement voor
de vermogens-belasting moest aangenomen
worden. Er is A gezegd, en nu moet ook
B gezegd worden. Hij zal dus aannemen
al zyn hare grondslagen niet billjjk. Over
den eersten dag der discussie kan de minis
ter tevreden zjjn. In weerwil der menigte
amendementen van de commissie en ook
van verschillende leden, schijnt de aanne
ming, na de verklaring van den heer A.
van Dedem, verzekerd.
Nog duidelijker bleek het den tweeden
dag, toen ook de heer Van Velzen ver
klaarde dat hjj geen oppositie wil voeren.
De tjjd voor debat is uit. Hoofdzaak is voor
hem afschaffing der patentwet, in het stuk
hebben, en zjjn zwaard zal zich niet verge
noegen slechts mijnen hals aan te raken,*
zeide zjj lachende, terwjjl zjj hare hand
over de onmerkbare roode streep, door het
zwaard van den Zebek gemaakt streek.
»Neem mij als uwe slavin aan, ik zal u mjjn
leven toewijden, dat ik u verschuldigd ben.
Gjj zult altjjd mjjne schouders gereed vinden,
om er uwen elleboog op te leunen, en mjjne
lokken, om het stof van uwe sandalen af te
vegen.*
Sidi-Mahmoud was zeer medelijdend van
aard, even als alle lieden die de letteren
en de dichtkunst beminnen. Leïla, zoo werd
de voortvluchtige slavin genaamd, bediende
zich van de fraaiste uitdrukkingen; zjj was
jong, schoon en al ware zjj zulks niet ge
weest, ook dan zoude de menscheljjkheid
hem verhinderd hebben, haar weg te zenden.
Sidi-Mahmoud wees der jonge slavin een
Perzisch tapjjt aan, de zijden kussens in
den hoek der kamer en een klein maal van
dadelen, gekonfijte geurige citroenen en
rozen van Konstantinopel, welke hjj niet had
aangeraakt, alsmede twee potten van the-
baansche aarde, om het water te verfrisschen,
op schoteltjes van Japansche porsolein ge
plaatst. Na Leïla aldus voorloopig geplaatst
te hebben, keerde hjj naar zjjn terras terug,
om zyn narguilhé uit te rooken, en het
laatste rjjmwoord van het ghazel te vinden,
dat hjj ter eere der prinses van Ayesha ver
van belastingen moet de eene staatsburger
niet bevoorrecht zyn boven den anderen
de aanslag der ambtenaren is dus voor hem
volstrekt geen grief, vooral nu de percentage
gering is. De vrystelling der landbouwers
werd echter door hem in bescherming ge
nomen
Minder tevreden was de conservatieve
liberaaal of de liberale conservatief Van
Karnebeek, die vond dat de minister slechts
oor scheen te hebben voor de wenschen der
vooruitstrevenden, de minister schijnt met
ben een wedstryd te hebben aangegaan,
zeker niet aangenaam voor hen die niet
tot hen behooren, ook hjj spreekt van amen
dementen. Nu echter komt een der voor
uitstrevenden de heer Gerritsen verklaren
dat hij niet bevredigd is door de hervor
mingsplannen van den ministerdiens
standpunt is het zyne niet, hjj zou willen
dat de wetgeving dienstbaar werd gemaakt
aan een betere rerdeeling van het maat
schappelijk vermogen, ook moet belasting
zyn in evenredigheid van het draagver
mogen en dat is het geval niet, want er
wordt geen rekening gehouden met de
grootte van het gezin en met de plaatselyke
omstandigheden, terwyl aan de progressie
alle wetenschappeljjken grondslag ontbreekt.
Een zuivere inkomstenbelasting had hjj
wenscheljjk geacht, de redenen om te split
sen in vermogens- en bedrijfsbelasting acht
hy verkeerdom den burgerstand te ont
heffen acht hjj herziening van het personeel
noodzakeljjk en zou die voor willen laten
gaan. Moet er equivalent zyn, dan wil hjj
dit vinden in het successierecht en de toe
gezegde herziening der grondbelasting.
Waarom geen belasting op de goederen
in de doode hand, vraagt hjj, zooals de
Balye van Utrecht, waarvan adellyken en
gefortuneerden groote inkomsten trekken.
Ook op de voorgestelde regeling zelve heeft
spreker velerlei aanmerkingen. De slechte
regeling der progressie zal hoofdzakelyk de
midden klasse drukken; de geheimhouding
der kohieren is zeer in het nadeel van de
opbrengstde volslagen willekeur by de
aangifte als by den aanslag.
Bovendien acht spreker deze Kamer
moreel onbevoegd in deze zaak uitspraak te
doen. Eerst het kiesrecht geregeld, dan de
belastingen eu andere groote dingen
Ligt de waarheid in het midden, dan kan
de minister gerust zjjn, nu Van Karnebeek
evenmin vrede met d^ zaak heeft als Ger
ritsen. Ook de Heer Heemskerk behoorde
niet tot de lofredenaars, met deze voor
dracht is hjj niet byzonder ingenomen, en
zijn eindoordeel behoudt hjj zich voor. Het
zou dan ook te erg geweest zyn als van
vaardigde: een ghazel, waarin de leliën van
Iran, de bloemen van Guilistan, de sterren
en al de hemelsche gesternten eene plaats
I bekleeden.
Des anderen daags bjj het rjjzen der zon,
herinnerde Sidi-Mahmoud zich dat hjj geenen
muskus meer had, en dat de zyden met
I gouden lovertjes versierden zak, waarin hy
zyne latakié bewaarde, geheel bedorven was,
en noodzakeljjk door eenen meer prachtigen
en bevalliger vervangen moest worden. Ter
naauwernood nam hjj den tyd om zyne,
door de wet voorgeschrevene wasschingen
te doen, en zjjne gebeden met het gezicht
naar het Oosten gewend op te zeggenhjj
verliet zjjne woning, nadat hjj het gedicht
j overgeschreven, en hetzelve even als de
eerste maal in zjjne mouw geborgen had,
niet met oogmerk om het zjjnen vriend
Abdul te toonen, maar om het aan de
prinses Ayesha zelve te geven, wanneer hjj
haar op de bazar of in den winkel van
Bedredin zoude aantreffen.
De Mahomedanen gelooven, dat de engel Asraël,
de afgestorvenen naar de brug van Aleirat voert, welke
geheel uit messen bestaat, waarvan de scherpe kant naar
boven gekeerd is; diegene, welke gedurende hun leven
deugdzaam en godvruchtig geweest zijn, kunnen onge
stoord over deze brug gaande goddeloozen daarentegen
vallen in eenen daarondergelegen vuurpoel.
Wordt vervolgd.)