Hel Land van Hensdeii en Allena, de Langstraat en tie llomnielenvaard. Landverhuizing'. M 1232. FEUILLETON. K unstenaar s-Eer Uitgever: Ll. J. YEERMAK, Heusden. WOENSDAG 30 AUGUSTUS. 1893. Dit blad verschgnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprjjs: per 3 maanden f l.OO. Franco per post zonder prjjsverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters Daar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmor gen ingewacht. De roem, de kracht, de vrjjheid en de eer van zijn vaderland, moeten den goeden mensch zoo dierbaar zijn als zijn leven. Maar dan moet hg ook een vaderland hebben. En geen stiefvaderland. Geen land, dat men hem voortoovert met allerlei frasen, maar een heusch, een waar vader-land. Millioenen menschen hebben geen vader land, of geen vaderland meer. Zij kennen een rjjk, een staat, een vorst; zij hebben een plekje waarop zg leven en een om geving. En daar hebben zij van alles, maar niets wat hun spreekt van den roem, de kracht, de vrjjheid en de eer van een vaderland zjj, de armen en verstootenen. En millioenen andere menschen zien in de geheele aarde slechts een groot veld voor de voldoening van hun gewinzucht. Zg kennen geen ander vaderland dan den wereldhandel, de internationale beurs, de internationale geldzak. Roem, kracht, vrg heid en eer zjjn voor hem niets; zij zoeken slechts de macht om zich op kosten hun ner medemenschen te verrijken. En zg hebben slechts een vaderland, zoolang het hun er bevalt. Voor hem, die geen handbreed gronds, geen eigen thuis, geen cent vermogen bezit, is het woord vaderland niets dan een frase. Hg wandelt zonder rust op de aarde rond, hier verjaagd, daar verstooten, nergens een plaats vindend om zgn hoofd neer te leggen. Zgn vaderland heeft hem alleen noodig om belasting op te brengen en zijn dienst plicht te vervullen. Dan kan hg zich laten doodschieten voor een vaderland, dat hg niet heeft. Maar wie een volle tasch heeft, die gaat naar een ander land, en laat zich daar naturaliseeren om zijn militieplicht te ontduiken. Voor hem geldt de spreuk »Ubi bene ibi patriae (Waar ik het goed heb is mjjn vaderland). En om het begrip vaderland geheel uit te wi8schen uit de gedachten en uit de herinnering van den verdrukten en minder bevoorrechten, hebben de landsvaderlijke regeeringen der Europeesche Staten al sinds jaren zich er op toegelegd, den las- tigsten onder de landskinderen te beduiden, dat zg maar liever moesten oprukken. Zeide de Duitsche keizer nog niet vóór weinige maanden: »Wenn's euch hier nicht gefallt, schüttelt den Staub van den Pan- toffeln* hetwelk, overgezet zjjnde, zeggen wilAls je niet tevreden bent met de heerlijkheden die het lieve vaderland A aar den iOn druk van Octave Feuïllet. Zoo als Fabrice baar vroeger heeft ge zien, gehoord en bewonderd in 't witte ^alon van Mevrouw De Montauron, met iaar heerljjke schoonheid en haar ernstige zangerige st- ui, zoo is zjj op dit oogenblik bij hem en zij is zijn vrouwOok heeft bij tegeljjkertgd onder de oogen, onder 't be reik zijner hand, dicht bjj zjjn hart, zijn dochtertje, zgn kunst, al wat hij ter wereld lief beeft, en hij is niet gelukkig De giftige inblazingen van Mevrouw De Montauron komen te dikwjjls op in zgn herinnering. Hg meent in de manier, waarop Beatrice hem behandelt, een soort van treurige berusting, een gemis van overgave een ietwat verachtende koelheid te bespeuren, die de verfoeilijke voorspellingen van Mevr. De Montauron waar maken. Hoewel dit schoone standbeeld hem toebehoort, meent hij te gevoelen dat ze hem niet geheel be hoort, dat er niets in haar is dat tegen streeft, een schat van hartstochtelijke tee- derheid, die ze niet voor hem bewaart. Dewijl hg onmogelgk vermoeden kan, dat hij in haar hart een mededinger heeft, beschuldigt onder mijne regeering je aanbiedt, ga dan maar gerust, waar je denkt het beter te krjjgen. Zoo is het gekomen, dat Amerika het beloofde land is geworden voor allen, die aan deze zijde van de Oceaan geen vader land meer hebbenen de stoomvaart maatschappijen hebben er een winstgevend zaakje van gemaakt de arme verstootenen, de ongelukkigen, de zieken en de mis dadigers uit de oude wereld naar de nieuwe over te brengen. Een der groote Amerikaansche bladen, de Boston Evening Transcript*, heeft onlangs aan de landverhuizing een lezens waardig artikel gewijd minder met de bedoeling de regeeringen in Europa een compliment te maken over de uitmuntende sociale toestanden of de onverbeterlijke in richting der staatsregelingen dan wel om de Amerikaansche maatschappij eens opmerkzaam te maken op het gevaar dat haar dreigt, door den steeds toenemenden vloed van landverhuizers. Aan dat artikel wjj raden alle sociaal politici dringend aan het eens in zijn geheel te lezen is het volgende ontleend In het jaar 1880 zaten in Engeland 25000 misdadigers in de gevangenissenin het jaar 1892 ongeveer 12000. Deze ver mindering is het gevolg van de verscheping dezer heeren naar Amerika. Er zgn in Engeland ruim 90 genootschappen tot ondersteuning van ontslagen gevangenen en allen zijn agenten der regeering voor het bevorderen der landverhuizing. Eenige dagen vóór een misdadiger uit de ge vangenis wordt ontslagen, ontvangt hij bezoek van een lid van zoo'n genood schap, die hem voorstelt naar de Ver- eenigde Staten te gaan. Verheugd te ont komen aan het politie-toezicht dat hem wacht, stemt de gevangene toe. Het ge nootschap ontvangt van de regeering 30 dollars; daarvan wordt 17% dollar ge bruikt voor kosten van den overtocht; de man krjjgt van het genootschap kleeren, een bed en andere benoodigdheden en 12Yj dollar in geld. En zoo onderneemt hij de reis. Natuurljjk begint hg, in Amerika aangekomen, een andere naam aan te nemen en dan zet hij het in Europa uit geoefende handwerk voort. De Engelsche regeering heeft om de landverhuizing te bevorderen expres het stelsel van korte gevangenisstraffen en langdurig politietoezicht ingevoerd. In 1865 telde men in Engeland en hg zich zelf en ook een weinig hun om geving. Hij is zonderling ongerust; hij be waakt zichzelf met pijnlijk wantrouwen hij vreest dat er in zijn taal, in zijn houding, in zjjn gewoonten de een of andere on willekeurige linkschheid is, waaraan de ver fijnde smaak en de hoogere beschaving zjjner vrouw zich stoot. Hij vreest ook dat de wel een weinig alledaagsche betrekkingen, waarin door zgn beroep en kameraadschap de kunstenaar verkeert, haar krenken. En ongelukkig zijn die vermoedens niet ver van de waarheid. Hoewel zij hem uit wanhoop heeft getrouwd, is Beatrice bij hem ge komen met het vast besluit elk gevoel dat strjjdig was met haar nieuwe verplichtingen te verstikken en zich geheel aan haar man te wijden. Maar, hoewel ze zgn talent acht, is er in de schilderkunst een zeker iets, dat aan den koopman en de handwerksman doet denken, en de jeugdige edelvrouwe hindert. Met leedwezen, bijna met smart, merkt ze in den gewone, dagelijkschen om gang kleine onbeschaafdheden, geringe on bekendheden met en fouten tegen het ge bruik, die zeer natuurlijk te verklaren zijn uit de eerste opvoeding van den armen, nu grooten kunstenaar. Vrouwen, die zooals Beatrice zgn geboren en opgevoed, vergeven eerder een ondeugd, zelfs een misdaad dan een onnauwkeurigheid. Fabrice, die wist hoeveel Beatrice van allerlei sport hield, wilde dat ze weer zou paard rijden. Sedert twee of drie jaar was hij zelf ge woon te rjjden en hg deed 's morgens Wales 47 armlastigen op de duizend in woners en thans slechts 23. Deze ver mindering is niet aan verhoogde welvaart toe te schrijven. Men scheept de armlastige maar naar Amerika in, en men is ze kwijt. Jaarljjks worden duizenden ouderlooze kin deren, die in de straten van de groote Engelsche koopsteden rondzwerven, naar Amerika gezondenen meer dan honderd asylen voor gevallen vrouwen in Engeland vinden eveneens in de Vereenigde Staten een uitweg voor de steeds toestroomende bevolking. Het is onder deze omstandigheden niet 'te verwonderen, dat 40% der in de ge- 't vangenissen van Noord-Amerika opgesloten misdadigers, buitenlanders zijn en dat in enkele staten dit cjjfer tot 75 a 80 stijgt. In het jaar 1891 werden in Alleg hany County, PeDnsylvanië, 58 moorden begaan, en de daders waren allen vreem delingen. Italië zendt het grootste aantal moordenaars uit; jaarlijks - worden in Amerika 5000 moorden door Italianen begaan. Evenals in hun moederland, richten de Italianen in Amerika geheime genoot schapgen op, wier doel moord, straatroof, diefstal en inbraak is. En jaarlijks ver huizen gemiddeld 150000 Italianen naar de Vereenigde Staten. Het geheele aantal landverhuizers uit Europa bedraagt minstens een millioen per jaar. Welken invloed dat heeft op de arbeidsloonen, zal het volgende duidelijk maken. De Italianen, die bij groote menigte in de V. S. als handwerkslieden aan den kost moeten komen (men schat hun aantal op 22 millioen) zijn zeer werkzaam en hoogst zuinig. Zjj leven als het ware van water en droog brood en nemen daardoor hun verdiend geld bjjna geheel mee naar hun vaderland. Overal waar zij komen, drukken zij de loonen daar zij ver onder den marktprijs werken. In de steen- kolendistricten van Pennsylvanië, die vroeger bevolkt waren door welgestelde arbeiders, zgn thans kazernachtige loodsen opgericht, die tot woning dienen voor 20 a 30 mannen en een vrouw, die het huishouden waarneemt. De levensmiddelen die zij noodig hebben, betrekken zij uit de maga zijnen der maatschappijen, waarbij zjj werk zaam zgn, en dat bepaalt zich tot het noodzakeljjkste. Indien de Amerikaansche werkman den strjjd om het bestaan tegen dezen toevloed van vreemdelingen wil vol houden, zal hjj genoodzaakt zjjn, zich dezelfde ontberingen te getroosten. Met welke hoogdravende beloften men geregeld een rit door het Bosch. Hjj was een stout en flink ruiter, maar hjj reed niet mooi, zonder school en sierljjkheid. Dat hinderde zijn vrouw; ze zocht dikwijls een voorwendsel om hem niet te vergezellen en wilde liever van haar liefste genot afstand doen, dan de nette bezoekers van de laan der accacia's over haar man te zien glimlachen, 't Was ook waar, dat er onder de getrouwe bezoekers van Fabrice's atelier sommige jongelieden warenwier toon en onbe schaafde manieren Beatrice vreeslijk hin derden. De schilder trachtte, zonder te kort te komen aan zijn verplichtingen, deze be zoekers zoo veel mogelijk te verwijderen, vooral hen, die losbandig waren. Onder deze laatste was er een, dien Fabrice tot zjjn spjjt meende te moeten dulden en ont zien, en dat was juist de persoon van wien Beatrice den grootsten afkeer bad. Hjj heette Gustaaf Cal vat, was een broer van Fabrice's eerste vrouw en dus een oom van de kleine Marcelle. Hjj kende Jacques reeds van den tijd toen ze beiden nog leerlingen van den zelfden meester, op 't zelfde atelier waren. Hun uitgangspunt was dus 't zelfde; maar terwjjl Fabrice door volhardenden, strengen arbeid langzamerhand de hoogste treden van :zjjn kunst bereikte, verknoeide Gustaaf Calvat zijn tijd met woorden, plannen, theorieën, gewaagde aanmerkingen en kunst beschouwingen, die op de boulevard Des Batignolles zeer bewonderd werden. »Je praat te veel en teekent niet genoeg,* zei Fabrice eenvoudig. in Europa de menschen er toe brengt naar Amerika te trekken, mag men genoeg be kend achten. Minder bekend is het, dat ver schillende Europeesche staten er gewoonte van maken de bevolking hunner gevange nissen, armenhuizen en asylen naar Amerika inteschepen. De regeeringen betalen direct, of aan liefdadige instellingen de reiskosten en de landverhuizers worden met een luttel geldel ijk bedrag bjj zich aan wal gezet. Van de bevolking der Zuid-Europeesche staten vooral, waaronder de grootste ellende heerscht, worden heele troepen, om ze kwijt te raken, naar Amerika gezonden. De stoom- vaartljjnen maken er goede zaken meevoor de beesten die aan boord zijn, wordt beter !zorg gedragen dan voor de menschen. Want |een koe of paard heeft nog waarde, doch een tusschendekspassagier, wiens vracht vooruit betaald is, wordt eenvoudig over boord gezet als hjj sterft. En dan wordt er een minder aan land gebracht. De Amerikaansche landverhuizings-cora- missaris H. J. Schulteis, heeft op een reis door Europa op de best denkbare wijze een onderzoek ingesteld naar de sociale verhou-! dingen en naar de verschillende manieren, j waarop landverhuizers naar Amerika worden aangenomen. In Engeland, Nederland, Duitschland, Italië, Oostenrijk en Spanje heeft hij maanden lang rondgezworven, onder alle standen der maatschappij, het liefst zich aansluitend bij de laagste klassenals dokwerker, sigarenmaker en smidsknecht; als draaiorgelraan, bedelaar en reizend mars kramer deed hij zjjn onderzoekingen. En overal was het derde woord, waarmede men hem aan boord kwamof hij uiet naar Amerika wilde gaan. Eindeljjk liet hjj zich te Londen bepratendoor de »Societij of Friends of Foreigners in Distress*, die hem de V. S. als een paradjjs op aarde afschil derde, liet hjj zich den overtocht betalen en in gezelschap van een lading menschen maakte hij de reis naar zgn vaderland. Aan boord was hij getuige van de schandeljjkste be handeling, die allen, en vooral jonge meisjes, ondergingen zonder dat er iets aan te doen was. En toen hjj landde, kreeg hjj van den scheepsdokter een bewjjs van vaccinatie, terwijl noch hij, noch een zjjner 235 mede reizigers ingeënt was. j In Amerika teruggekeerd, heeft hjj op al deze dingen breedvoerig de aandacht ge- vestigd. En zijn overtuiging is, dat als alles zoo voortgaat het in Amerika binnen enkele jaren nog armoediger en ellendiger zal worden dan het in Europa reeds is. Op zjjn aandringen zjjn dan ook reeds wetsvoorstellen in behandeling ge - nomen, die er toe zullen leiden dat de vloed van landverhuizers wat vermindert, want de regeering der Vereenigde Staten is, en terecht, niet langer voornemens haar land open te stellen als toevluchtsoord voor de armen en misdadigers der oude wereld. Als in Europa de regeeringen maatregelen wilden nemen tot verbetering van het lot der arbeidende klassen, en tot vermindering van den schier ondrageljjk wordenden mili tairen dienstplicht, dan zou reeds veel ge wonnen zgn. En daardoor zou men in Europa ook vele goede, arbeidzame en be kwame mannen behouden, die nu naar Amerika trekken, wjjl daar de sociale toe standen tot dusverre nog beter zjjn dan overal elders. »D. v. N.« Ï3 ii i tenland. Het Berliner Tageblatt* en de »Voss. Zeitg.* bestrjjden met nadruk de rede, door vorst Bismarck tot zijne vereerders uit Thüringen gehouden, waarin bjj op de hand having der afzonderljjke zelfstandige bonds staten aandrong. Beide bladen wjjzen er op dat von Bismarck zelf aan het Rjjk eene grondwet heeft gegeven, welke het Rjjk als een ondeelbaar geheel beschouwt, en dat zjjne opvolgers die grondwet moeten ten uitvoer leggen. In plaats dus van het par ticularisme te begunstigen, zeggen zjj, is het meer dan ooit noodig, het denkbeeld van rjjkseenheid te versterken en aldus te komen tot de vereeniging van alle Duitsche staten tot een vast geheel. In den Landdag van Saksen-Coburg heeft de staatsminister Strenge, na kennisgeving van het overljjden des Hertogs, diens akte van overigden overgelegd en vervolgens de oorkonde van de eedsaflegging door hertog Alfred, daarbjj verklarende dat deze, over eenkomstig de wetteljjke bepalingen, de regeering aanvaard heeft, en den wensch uitsprekende dat zjjne regeering het land tot rjjken zegen moge strekken. De Landdag nam een en ander voor ken nisgeving aan. In het Engelsch Lagerhuis vroeg een der leden verlof om de Regeering te interpel- leeren over de vraag, of de Hertog van Edinburg het actief admiraalschap van de Britsche vloot zal behouden, nu hjj den eed van trouw heeft gezworen aau een vreemd land, De secretaris der admiraliteit, Kay- Shuttleworth, wenschte de interpellatie eenige dagen uitgesteld te zien. Calvat had lang gezocht naar dat genre van schilderen, dat het best voor hem en voor zjjn tjjd paste. Meermalen meende hjj 't gevonden te hebben. Bjj een reis in Italië, die hjj op kosten van Fabrice deed, had hjj een dwaze voorliefde opgevat voor de oude schilderkunst; voortaan sprak hjj slechts van Ducio, Cimabue, Giotto, Taddeo Gaddi, en was in verrukking over de mo- saïeken van San-Miniato en de grootsche eenvoudigheid der Byzantijnen. »Iu die frisscbe en heldere bron«, zei hjj met zjjn al te veel door alcohol besproeide welbe spraaktheid, »iu die frissche en heldere bron moest men de uitgemergelde kunst der XIX eeuw doopen...* Hjj zelf zou per- soonljjk de apostel en voorlooper van een nieuwe renaissance zjjn De bezieling, de behandeling van deze bewonderenswaar dige ouden wilde hjj diep in zich opnemen En wat was hun kracht? Oprechtheid, een voud, gelootDe kunstenaar moest be ginnen flink de spons te halen over de geschiedenis der wereld sinds 1400... totaal vergeten dat er een Luther, een Voltaire, een inneming van de Bastille, beginselen van '89 enz., enz., geweest waren de oogen sluiten, peinzen over, in den geest knielen te midden van de oude monniken der XIV eeuw dan de oogen weer openen, en, naar boven zien, eenvoudig, nederig, als een kind dat zgn gebed doetEn dan dan zgn palet grjjpen en schilderen!* Waarna hjj met een paar energique vinger- zwaaiïngen in de lucht de lijnen van een ingebeeld meesterstuk beschreef. Het was grappig te zien hoe Gustaaf Calvat gewoon was deze machtige theorie na te apen, en hoe hjj aan zijn losbandig gelaat een verheven uitdrukking trachtte te geven. Nadat hjj een Maria-Boodschap met gouden achtergrond had geschilderd en een Heilige familie met lange handen op een wolkeloos blauw, kreeg hjj een hekel aan de ouden, (er was reden voor) en ging de Vene- tiërs navolgen; toen de Vlaamsche en Hol- landsche school, die meer de natuur naderde, en eindeljjk de natuur zelf. Eindeljjk had hjj 't aan 't rechte c-ind. Hjj ging dus de natuur copiëeren, altjjd met de eenvoudig heid van een kind, en van dien tjjd af ge leken zijn werken, die achtereenvolgens op die van iedereen hadden geleken, op niets meer. Fabrice beproefde vergeefs hem te over tuigen, dat de kunst volstrekt niet bestaat in 't copiëeren der natuur, die uit zichzelve ongevoelig en dom ismaar hierin, dat wjj op haar laten weerspiegelen het denkbeeld, dat zjj in ons opwekt en dat wjj haar een weinig geven van 't geen wjj hebben en zjj mist, n.l. ziel. Calvat verweet hem dat hjj een landschap- een salonschilder was en thuis behoorde in dat groote graf van vuil idealisme, dat men het Instituut noemt. door B. (25 Wordt vervolgd.}

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1893 | | pagina 1