Ifel Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
EERSTE BLAD.
ante Ursula's ongelk
M 1283.
FEUILLETON.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
ZATERDAG 24 FEBRUARI. 1894.
VOOR
Dit Klad verschjjnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO.
Franco per post zonder prjjsve. hooging. Afzondeljjke
nummers 5 cent.
Adyertentiën ran 16 regels 60 ct. Elke regel
meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Yrgdagmer»
gen ingewacht.
In de laatste helft der eerste eeuw onzer
jaartelling leefde in Rome de hekeldichter
Juvenalis, die vijftien gedichten nagelaten
heeft, waarin het zedenbederf en de dwaas
heden zijner tijdgenooten geducht onder
handen genomen worden. Ze zjjn herhaalde
malen herdrukt in rerschillende talen, o.a.
in de onze ten jare van 1685.
In het tiende dezer hekeldichten geeselt
de schrjjver den zin van het volk voor de
stoffeljjke dingen en den daarmee samen-
gaanden trek naar openbare spelen. Sedert
het vólk de vrjjheid verloor, zegt hij, en
bedoelt daarmee sedert het gewillig d-m
nek buigt onder de keizerlijke heerschappij,
acht het zich van alle zorg ontslagen. Eens
bezat het veen uitgestrekte macht, zond
legioenen naar alle einden der wereld en
had de vrjje beschikking over staatsambten
thans wenscht het nog slechts twee
dingenpanem et circuses, brood en cir-
cusspelen
Verbazende berichten zjjn tot ons ge
komen van die publieke voorstellingen. Al
wat in Azië en Afrika klauwen en tandeE
bezat, werd tegen elkaar opgehitst om he*,
volk te doen genieten. Honderden leeuwet
eu leeuwinnen werden gelijktijdig in dj
arena losgelaten, heele kudden van berei
door honger gedwongen elkaar te verslip-
den, olifanten streden met tijgers en njj-
horde wüe dieren, die hem in een oogen-
blik verslinden.
veranderd.
De tjjdn zjjn veranderd. Geen politie
van eenign staat in Europa zou heden
zulke moodtooneelen en slachtpartijen meer
dulden en lechts het Spaansche volk frischt
zjjn dapp^heid op door den aanblik van
getergd rundvee.
Vergis i echter niet. Uit de diepte der
menschenzii dringt nog altjjd de oude
tweevoudige wensch naar boven van het
Romeinsche gepeupelpanem et circenses!
•Geef ons brood en spelenLeeuwen
temmers en slangenbezweerders zjjn onder
het «og der wet aan zekere regelen ge-
bondm wees echter verzekerd, wanneer
die vet niet stellig sprak dat ons overge-
voelg geslacht geen bedenking zou hebben
der circus te bezoeken, welks zand met
het bloed gedrenkt was van wilde dieren
en hun bestrijders.
óeker, op den voorgrond van het volks-
intinct onzer dagen staat het onontbeer-
ljsste aller levensbenoodigheden, het brood.
Velke vragen ook de hoofden en harten
broeren, aan welke eischen des tijds ook
gtrachfc wordt door wetteljjke voorschriften
t( voldoen, het is ten slotte toch de zeer
pozaische vraag der maag, die staat en
ylk doet ademen. In sommige tijdperken
z>u men zeggen dat drang naar vrijheid
bt hoogste woord voert, in andere b.v.
ii onze, dat 't 't verlangen naar kiesrecht
is geloof het niet, 't is de simpele
vaag naar brood, die in eiken staat, in
eken stand aan 't roer zit. Men bedenke
Kerbjj, dat het eenvoudig begrip »dage-
paarden. Het bloeddorstige volk was echteif Jijksch brood* van 't »Onze Vader* in den
nooit meer tevreden dan wanneer de gla-j loop der eeuwen zich zeer rekbaar getoond
diatoren elkaar met zwaard en dolk't te ljji heeft, zoodat er thans maar een zeer enkele
gingen en een welgemikte stoot de doode-jeenvoudige ziel gevonden wordt, die daar-
Ijjk getroffen tegenpartij ter aarde wierp, onder iets minder verstaat dan eten en
Hoe vindingrijk men was bjj de inrichting drinken, kleederen en schoeisel, huis en
van dergelijke voorstellingen, daarvan ver<buur, akkers, vee, geld en goed, terwjjl
haalt ons Strabo een voorbeeld uit den tg<jniet weinigen zich nog op den achtergrond
van keizer Augustus. Silurus, een herde er iets bjj denken van de schatten der
op het eiland Sicilië, had zich aan he aarde. Maar wat men ook onder »d*ge-
**^ofd eener groote rooverbende gesteld et
aangenomen »Zoon van dei
W(.
dop
h*.
no
bilje
der
I
bes<
te z.
hebL
ze
te h
i naam aangenomen ȣoon van
Etna*. Hjj viel in handen der krijgslieden
I gevackeljjk naar Rome gevoerd e.
het Forum te kjjk gesteld. Men bouwd
voor hem een kunstigen Etna en plaatst van
I op den top. Op een gegeven ooger
viel de berg ineen en de rooverhoofr
i komt te vallen in de ingewanden ós
•s, welke bljjken te bestaan uit et0|
v-af r:' -r
DOOR
GEORGE OH NET.
0
Dat had ik niet verwacht kuotezg,
•dat men mgn ongeluk zoo vergeta kin
Maar, bedenk wel: nooit zal een mn,die
tot het leger behoort, mgn huis betenn!
Eer zou ik het verlaten Aline kan nar
keus volharden, zij is vrjjAlleen tsscen
baar en mg zal dan alles ten eine zn
Ik ten minste zal het mjjne gedaan ebbn,
om haar leven voor ramp te beoecen,
welke mgn bestaan ellendig gemaaktaeeft!*
Tragisch, als een moderne K$and»,
vatte zjj haar rouwsleep en ruiscle nar
buiten. Vader, moeder en dochtf zaten
elkaar aan, en allen was het te mc.de,ils
werd met het sluiten dezer deur geeel tn
hoop grafwaarts gedragen.
Ik heb bet u immers voorspeld* be)on
mijnheer Bernard het gesprek. »Ni hetjn-
geluk, haar overkomen, kon zjj imters
niet anders spreken. Mgn God! ioe zden
wg ons nu uit de verlegenheid redden,j/at
jnoet ik den jongman zeggen, omtrent ten
ik slechts goeds gehoord heb?*
Hoe, papa!* vroeg Aline, btvendfan
verontwaardiging, >gg ook kondet eiüan
■denken, toe te geven V*
ljjksch brood* belieft te begrgpen, opmerke
lijk is het, dat ieder volk, ook het Aonge-
rigste, voor 't welk brood hef eerste en
gewichtigste nummer is in zgn - armelgk
bestaan, bewustzgn heeft dat <fe mensch
brood alleen niet leven ian, zjj het
ook dat het dit beroemde woord anders
opvat dan 't oorspronkelijk bedoeld werd.
Niet van brood alleen, maar ook van tooi,
dans en spel. Nauwelijks is de maag ge
vuld of oogen en ooren, handen en voeten
worden in 't werk gesteld oin iets lustigs te
hooren en te zien, iets overmoedigs uit te
voeren. Panem et sir censes!
Een reiziger dien het geluk te beurt
viel een zomermaand op het eiland Capri
door te brengen, roemt de bewoners: »het
vreedzaamste tolk der wereld, eenvoudig
van zeden, zeer arm en ongemeen arbeid
zaam*. Hij zag mfiejes van sierlijke vormen,
liefelijke kinderen van 14 tot 20 jaren,
Gabrielle, Constans.iella, Antonia, Concetta,
Teresia e. a., welker schilderachtige kopjes
buiten in Engeland, Frankrjjk en Duitsch-
land op verschillende kunstwerken in mu
seums bewonderd worden, van 't zeestrand
lasten naar boven dragen, die nauwljjks
door mannenkrachten te tillen waren en
dat wel op diezelfde bewonderde kopjes.
Ze begonnen met dien arbeid vóór den
opgang der zon en eindigden niet voor de
purperen gloed achter de verre Pontinische
eilanden verdween. Dageljjks stegen zjj in
de hitte der Augustuszon zestienmaal met
steenen beladen tegen den berg op. Hun
loon was vijftig cents per dag. Maar ze
schertsten niettemin onder 't zware werk
en waren vrooljjk. 's Middags zaten ze in
een kring op den grond onder de schaduw
van een Johannesbroodboom en deden hun
maaltjjd, dje uit onrjjpe pruimen en droog
brood bestond en wanneer ze deze karige
kost genoten hadden stonden ze lachend
en pratend op en huppelden als gazellen
den berg af naar de zee. Had na eehter
Constanziella den heelen dag door een
pjramide van steenen op haar kopje berg
opwaarts gedragen, dan stond zjj 's avonds
voor de deur van haar klein huisje en be
speelde de mondharmonica.
Constantie]la at nooit vleesch, zjj droeg
maar steeds steenen en musiceerde des
avonds. Daartusschen at zjj droog brood
en pataten met zout en olie. Ze lachte
luid toen de reiziger haar vroeg of ze wel
eéiis gebraden vleesch geproefd had. Ze
kende het niet. Frisscher echter ea bloei-
ender Waren noch Hebe, noch Crrce, noch
Diana van Deli: Panem et cireenses
•Ja, wat anders?*
•Alles eer dan dat! Mgn geluk aan een
grillige lnim, aan een dolzinnigen haat ten
offer brengen? Denk.daar toch niet aan!
Omdat tante Ursula ongelukkig geweest is,
moet ik het ook worden Waar toch staat
geschreven, dat mij hetzelfde moet weder
varen als haar? Neen dat weet ik
daar bljjf ik borg voor dat zweer ik
En zjj werd bepaald driftig, de kleine
Aline, en bepleitte de zaak van Roger en
de hare met een geestkracht, een betere
zaak waardig.
•Lief kind,* riep de ontstelde mevrouw
Bernard, »ik bid en smeek je, je kent tante,
laat allen tegenstand varen, onderwerp je
•Liever sterven!*
En toen zjj kon het niet langer uit
houden hevig snikken en de gebruike
lijke waterlandersde overspanning was te
sterk voor baar ontvankelijk zenuwgestel.
•Aline!* Mjjn schat!* riepen mgnheer
en mevrouw Bernard als uit één adem en
snelden naar hun dochter, om haar gerust
te stellen en haar met de grootste teeder-
heden en alle mogeljjke verzekeringen op
te beuren.
Ach, alles wilden zjj immers doen, om
hun kind niet. te zien weenen, noch te doen
wanhopen. Zjj wilden den strjjd opnemen
Aline zou de keuze haars harten mogen
volgen.
Zoodra zij vader en moeder als bondge-
nooten tegen tante Ursula had, kwam het
jonge meisje tot bedaren en lachte met een
ware geruststelling vreugdetranen.
Toen wjj nog kinderen varen, lag ook
onze wereld tusschen tw# grenzen, brood
en spel, en bjj gebrek aan 't laatste, diende
ook wel 't eerste tot tjjdverdrjjf. Nu ver
beelden we ons hoog verheven te zgn
boven deze dagen van onverzadiglijken
honger en onafgebroken spel en we be-
III.
Tante Ursula, na het salon verlaten te
hebben, had zich naar haar kamer begeven,
zich opgesloten en was nu, zich voor iedere
verdere beleediging vrjjwarend, in gepeins
verdiept.
Hier harmonieerde geheel de omgeving
met haar sombere levensopvattingdonker
bruine tapijten, meubelen uit zwart hout,
een haard-garnituur uit donker brons en
op de pendule een biddende engel. In een
hoek was een soort van altaar opgericht,
aan hetzelve stond een met fluweel bekleede
bid stoel. Van den zolder neer hing een
lamp van gedreven zilver aan een korten
ketting en een daguerrotype in zilveren lijst
scheen het onderwerp van dit stichteljjk
tafereel te wezen.
Het stelde een jonkman voor, die een
knevel droeg, den mond tot dien glimlach
vertrokken had, zooals de photograaf het
verlangt, en wiens oogen in de holle ruimte
staarden. Hg was in uniform, met den
langen mantel en den zeer hoogen infan
terie-chako van het jaar 1854. Beneden
aan de plaat was een bordje bevestigd,
waarop gegraveerd was: »Louis Sylvain
Exupère de Murieux, gesneuveld bjj de be
legering van Sebastopol. Zgn ziel ruste in
vrede!* Een verwelkte krans was er ook
op aangebracht.
Tante Ursula begaf zich naar het geschied
kundig hoekje. Op de knieën vallend en
een vochtigen blik op de daguerrotype
werpende, fluisterde zjj»Een soldaat in de
spotten met Juvenalis het Romeinsche ge
peupel, dat tot zijn aardsch geluk niet
anders vroeg dau brood en spelen.
Alsof ons verlangen niet op hetzelfde
neerkwampanem et circenses
Buitenland.
X>e ramp te Kiel.
Naar thans bericht wordt, moet de vreese-
ljjke ramp, die Vrjjdag op het pantserschip
Brandenburg* plaats had, niet worden toe
geschreven aan het springen der hoofd-
stoombuis, maar aan het springen van een
der afsluiters. Om 10 uur 28 des voor
middags had de ontploffing plaats, zooals
blijkt uit de klokken, die op dien tjjd zgn
big ven stilstaan. De stoom, die in een oog
wenk de ruimten vnlde, deed de met asphalt
geïsoleerde geleidingen voor bet electrisch
licht smelten. De machine, zoowel als de
geheele machinekamer is met een vuile,
vettige zelfstandigheid bedekt. Nadat Zater
dag de gerechteljjke ljjksehouwing had
plaats gehad, werd eergisteren verlof ge
geven een bezoek te brengen aan de plaats,
waar de ljjken liggen. Welk een afgrjjseljjk
schouwspel sloeg men daar gadeGeen
dooden, nog met een kalmen glimlach op 't
gelaat, maar slachtoffers met verwrongen en
verbrand gelaat; de ljjken zgn letterljjk ge
kookt, want het is thans vastgesteld, dat ze
ongeveer drie uren in de machinekamer
hebben gelegen, vóór men door den heeten
stoom kon binnendringen. In drie zalen
liggen de ljjken op met bloed gedrenkte
lakens. De lichamen der slachtoffers zgn
geel, terwjjl allen dikken schuim op den
mond staat. In alle mogeljjke van de uiterste
wanhoop getuigende houdingen liggen de
rampzaligen daar ter neder. Velen liggen
met de armen omhoog, alsof zjj op het
laatste oogenblik het gevaar nog van zich
hadden willen afwenden. De schoenzolen
der ongelukkigen zjjn ten gevolc"tfer groote
hitte gesprongen en het *s geheel op
gekruld. De ljjken later gestorveD ge
wonden yert^'^tin ulle ontzettende brand
wond^- Bjjna alle hooge beambten, die zgn
omgekomen, schgnen daartoe door een som
ber noodlot voorbestemd te zgn geweest,
want voor het grootste gedeelte vervingen
zjj op den proeftocht hun collega's. De
reserve-ingenieur Schulz zou Zaterdag zgn
oefeningstgd doorloopen hebben, ware hjj
niet Vrjjdag een slachtoffer der ontzettende
ramp geworden. Vrg willig heeft hg zich
aangeboden, dienst te de doen op het pant
serschip Bran den burg*, en wel met het
familie na jou? Neen, dat zal, dat mag
niet geschieden!*
Der trouwe, oude jongejuffrouw scheen
het toe, alsof de blik van den gephotogra-
feerden held vriendeljjker werd, en met ver
heerlijkt gelaat en in haar besluit gesterkt,
gevoelde zjj zich in staat, iederen aanval af
te slaan.
Hg, dien tante Ursula als een dierbaren
doode beweende, was, tjjdens bjj leefde, een
vrg lichtzinnig personaadje geweest. Ouder
loos, als twintigjarig jongeling, had hg zgn
best gedaan, zjjn vermogen hoe eer hoe
liever aan den man te brengen. Met paarden,
welke nimmer een prijs buitmaakten, nam
hg deel aan de wedrennenook joeg hg
vrouwen natamelgk gelukkig op dit teere
punt, veroverde hjj achtereenvolgens haar
aller hart, om zooveel te vaster in haar
macht te geraken. Op deze wjjze was hg na
korten tijd van alle middelen beroofd en
moest tegen wil en dank bjj woekeraars en
soortgeljjk gespuis zgn toevlucht nemen.
Even lichtzinnig als goedhartig was deze
alledaagsche sterveling een van die
naturen, welke hun evenmensch eerst in
het ongeluk storten, maar later oprecht
medeljjden met hem hebben, wat trouwens
niet aanstonds het geschokte evenwicht
herstelt. Met mgnheer Prévot, zgn voogd,
den vader van Ursula, had hg vaak hevig
ongenoegen, want deze, een gewezen koop
man, verstond op het punt van rechtschapen
heid geen scherts en verklaarde maar trouw,
dat de mooie mgnheer Louis met al zgn
beminnelgkheden grooten aanleg tot een
doel zich op de hoogte te stellen van de
nieuwe machines. Ook de om het leven ge*
komen machineboawmeester der keizerljjke
werf, Ofers, verving een ander, evénals de
ingenienr Merks. Ofers en Merks zgn toen
de ontploffing plaats had, weggesneld van
de plaats des onheils, maar op korten af
stand van den uitgang dood nedergevallen.
De koksmaats zgn in hun kombuizen ver
brand. Een »stewart« was in zgn angst in
een kast gekropen en had de deur op sloft
gedraaid. Men vond zgn deerljjk verbrand
Ijjk in staande houding in de kast.
Bjj de eergisteren plaats gehad hebbende
ter aardebestelling van het atoffeljjk over*
schot der slachtoffers, had prins Heinrich,
die te Willemhaven vertoeft, zich doen
vertegenwoordigen door kapitein Yon Rüx-
leben. Op het garnizoenskerkhof werden
30 en op het stedeljjk kerkhof 6 lijken
begraven, terwjjl 6 ljjken per spoor, op ver
langen der verwanten, zgn vervoerd.
De stad zelve, zoowel als de haven te
Kiel, waren ter gelegenheid van de begra
fenis als in rouwgewaad. Van het marine
hospitaal tot het garnizoenskerkhof stonden
niet minder dan 25000 personen geschaard
om den somberen stoet te zien voorbijtrek
ken. De stoet werd voorafgegaan door een
muziekkorps dat treurmuziek speelde,, dan
volgden 6 onderofficieren met kransen, waar
onder een van den keizer en van prins
Heinrich17 ljjkwagens met 30 kisten,
alle onder bloemen en kransen bedolven.
Langs eiken ljjkwagen liepen 6 mannen van
de »Brandenburg«. Achter het laatste rjjtoig
kwamen de vertegenwoordiger des keizers
en des prinsen, generaal Waldersee, het
korps officieren, deputaties van vereeni-
gingen, het stadsbestuur enz. De stoet be
stond uit 5000 personen. Op den dooden*.
akker werden 9 ljjken in afzonderlijke gra
ven en 21 in een gemeenschappelijk graf
aan den schoot der aarde toevertrouwd. De
plechtigheid giug gepaard met gebed en
ljjkreden, uitgesproken doo* Katholieke en
Protestantsche geesteljjken.
Wederom is eergister een der gewonden,
de machinist Stephany bezweken. Toen de
ontploffing plaats had bevond zich o.a. de
Ober-Ingenieur Flohr van de Vulcan* in
de machinekamer, hjj dankt aan zgn tegen
woordigheid van geest het leven. Onmiddel
lijk wierp hjj zich op den grond en kroop
toen op den buik langzaam naar den uit
gang, het gelaat steeds op den grond hon
dend. Zgn plan gelukte, ofschoon het adem
halen hem nagenoeg onmogeljjk was.
galgenbrok had en geen goed einde zon
hebben.
Ursula echter, nagenoeg even oud als hst
jongmensch, kon hem niet genoeg bewon
deren en had, zonder één oogenblik te wei
felen. haar hart naar den lombard gebracht,
wanneer zjj hem daardoor de middelen tot
zgn uitspattende levens wjjze had kunnen
verschaffen. Zjj aanbad hem met elkaar
opgewassen, waren zjj trouwe speelgenooten
geweest en Ursula, toen zjj twintig jaar
was, liet deze onschuldige belofte niet varen,
middelerwjjl Louis, zich badend in de gulden
vrg eid, een en al verkwister was.
Mgnheer Prévot drukte de hartstocht
zgner oudste dochter weldra onrustbarend.
Hg had gepoogd, Ursula rede te doen ver
staan, maar tegenover zgn beste vermaningen
was zjj even weerspannig gebleven als een
Spaansch muildier. Dit groote, magere,
bruine meisje had zich door de verleidelijke
verschijning van den statigen man laten
kluisteren, en hoe meer men hem baar als
onwaardige voorstelde, hoe aantrekkelijker
hjj Raar werd. Er zgn immers menschen,
welke door hunne feilen oneindig meer be
hagen dan anderen door hnnne dengden.
Haar vader zeide haar: »Nooit zal ik
jou den slungel laten trouwen. Je leven
ware een hel.
Door de liefde zal ik hem verbeteren,*
had zjj geantwoord. >Zjjn hart is goed, er
blijft das nog altjjd de hoop.*
NIElIWmi»
Gregorovius, Wandelingen in Italië.
(Wordt vorvelgdj