IVIostsrdfahridk IJzer- en GEORGE DUFAY Zn., astpapier astranden Bruin Brood. Kamer- en Keukenstoelen Oliene en Loog. Quina Laroche Salmiak-Pastilles. LAS KLF.1S Specerij - Malerij WÊÊÊmÊÊÊÊMÊÊÊÊÊÊÊmm Levend begraven in China. ïHertoptacli, Nooriwal. L. VEERMAN te Specialiteit in Stuwschroeven. 99 Proefnummers van het Schapenmarkt A 436, 's-BOSCH. Solide afnemers gevraagd. Slaalhoudende Quina Laroche gwne omtrent diens geestvermogens iets meer wilde weten, wendde zich schriftelijk tot dr. Schermers, geneesheer-directear van het krankzinnigengesticht en vroeg dezen tevens of Ter Bruggen geen verlof, om het gestieht voor een bepaalden tjjd te verlaten, zou kunnen erlangen. Hierop kreeg bij ten antwoord, dat de directeur nog weinig verschijnselen van krankzinnigheid had ontdekt en voor het geven van verlof de toestemming van de vrouw van Ter Brugge noodig had. Toen dese brief in onze handen was ge steld, vo»den wjj het noodig een der onzen te zenden naar het gesticht >Bloemendaal«, ten einde den directeur af te vragen, wat hg bedoelde met de woorden: »nog weinig ver schijnselen van krankzinnigheid te hebben ontdekt.* Zjjn beleefd antwoord luidde, dat deze woorden beteekenden, »dat bij tot dusver niet eenige termen had gevonden om* Hermanns ter Bruggen »in het gesticht te houden en dat deze vermoedelijk krachtens de wet (art. 28, sub 1°) »in den loop van de week zou ontslagen worden als geen blijken van krankzinnigheid te hébben gegeven. Na deze vrjj apodictische verklaring van dr. Schermers vonden wjj het noodig een bezoek te brengen aan dr. Delpratwjj wezen hem op de meening der brievenbestel lers, op het schriftelijk attest van den heer postdirecteur en vroegen hem toen, wat hem toch wel genoopt had de bjj de wet ver- eischte verklaring af te geven dat Hermanus ter Bruggen krankzinnig was. Het antwoord lnidde: >Niets noopt me n die motieven mede te deelen; dat zjjn doctorszaken.* Daarna brachten wjj een bezoek aan den geneesheer-directeur van het Wilhelmina- Gasthuis*, die er ons op wees, dat aan alle formaliteiten, door de wet gevorderd, was voldaan, en das de opname geschiedde tot den tjjd, dat elders verpleging mogeljjk zou zjjnwaarna Ter Brnggen was opgezonden naar >Bloemendaal«. Ook hg zag nu juist niet in Ter Bruggen een zeer ernstigen patient, maar had toch verschillende zaken vernomen, o. m. de minder goede verstandhouding tusschen man en vrouw en het misbruik maken van sterken drank, dat aanleiding kon geven tot abnormaliteit van den geest. Dat mis bruik maken van sterken drank zou zelfs oorzaak zgn geweest van straf, hem opge legd in de uitoefening van zgn betrekking. De geneesheer-directeur van het Wilhel- mina-Gasthuis* had een brief om inlichtin gen ontvangen van dr. Schermers, en hg had cjezen medegedeeld wat hjj van de zaak wist. Wjj hebben toen dadel jjk een onderzoek ingesteld, naar de beschuldiging van mis bruik,^ van sterken drank maar. volgens de verklaring van den cbef-hoofdbesteller had de man zelfs nooit eenige straf opgeloopen voor het vergrjjp, waarvan hjj beschuldigd werd en sloot deze nhef-hoofd bestel Ier zich geheel aan de verklaring van zgn directeur, dat .Hermanns ter Bruggen »steeds goed ge noteerd stond.* Hg had zelfs Ter Bruggen te Loosdrecht opgezocht, had een paar uur mei hem aldaar op het uitgestrekte terrein van »Bloemendaal< rondgewandeld, de ge- heele lijdensgeschiedenis uit zgn mond ge hoord en geen spoor van krankzinnigheid bjj hem ontdekt. Wel bleek uit dat verhaal, dat de ver houding tnsschen man en vrouw niet te best was. Wjj twgfelen er geenszins aan of Ter Bruggen zal worden ontslagen al zou het dan zgn krachtens art. 81 van bovenge noemde wet; toch doet zich in deze zaak het zonderlinge, bjjna ongelooflijke, feit voor, dat iemand, op zgn zachtst genomen door een vergissing, minstens zes weken in een krankzinnigengesticht kan zgn op gesloten, zonder daaraan zelf iets te kunnen doen. Misschien ware dit alles niet gebeurd, in dien de kantonrechter, die volgens art. 17 de machtiging tot opname verleent, gebruik had gemaakt van de bevoegdheid hem ge geven bjj al. 3 en 4 van genoemd artikel om den persoon, wiens plaatsing verzocht is, te hooren, al of niet in tegenwoordig heid van een geneeskundige door den rechter aan te wjjzen. »Tpch bljjft het de vraag, of de wet- »geving op het opnemen van krankzinnigen »niet eenigszin8 behoorde gewjjzigd te wor gden, opdat er nog betere waarborgen tegen >deze soort van vergissingen worden ge- >geven, dan nu het geval is.« Neêrlandsch Indië. Aan een brief, den 13en uit Kotta-Radja ■aan de Java-Bode* geschreven, ontleenen wjj het volgende: Lambari en Anagaloeng hebben het hard te verantwoorden en kosten ons van tjjd tot tgd gewonden. De vjjand zit als in Abraham's schoot door dat de Ajeh-rivier hem van ons scheidt en ons belet, van de bajonet gebruik te maken. Het voren op een zoo gedekten tegenstander, die daarbjj uitstekend verstoppertje spelen kan, big ft uatuurljjk altgd maar van betrekkelgke waarde. Als ik nu nog vertel, dat het voorgekomen is en nog voorkomt, dat onze troepen op plm. 50 passen afstand bescho ten werden, dan zal het wel een ieder duideljjk zgn, dat het transportloopen in die streken allesbehalve aangenaam is en ons nog menig offer zal kosten, als men er niet toe overgaat, den rechteroever der Atjehrivier ook te bezetten, door het op richten eener tijdelijke versterking. Dat het plan er toe bestond, meldde ik u al eene vorige maal, maar nu, na ruim een maand, Onze panglina prang besar is heden, ge steund door eene sectie bergartillerie, be gonnen onze tegenstanders te verdrgven. In het plan ligt Senolp, Djerir en Pajaoe te vermeesteren en dan te Lam Dam een post op te richten. De vijand gaf in den laatsten tgd weder vele bewijzen van werkzaamheid, o.a. door het herhaald en hevig beschieten van Boekit Daroe, zoowel 's nachts als over dag. Den 7en kostte dit nachteljjk vuur ons één doode (Europeesche fuselier) en twee licht gewon den (Inlandache fuseliers). Het is duideljjk, dat men van onze zjjde zich ook duchtig met artillerie- en iufanterievuur weerde met welk gevolg is echter niet bekend. Den vol genden dag rukte eene colonne van het 3e bataljon uit. Geen vjjand werd echter meer aangetroffen. Wees het bovenstaande al op een niet zeer gunstigen toestand, het feit, dat gis teren (12 Februari) Toekoe Ateuh met 200 volgelingen 's vijands zjjde heeft gekozen, duidt op aanstaande verwikkelingen, waar van het einde niet is te overzien. Ook is het door ons op den rechteroever van de Atjeh rivier opgerichte blokhuis door kwaadwilligen bezet. Op heden den 13en Februari is het 3e bataljon weer geconsigneerd, om op het eerste sein met twee compagnieën en eene sectie berg-artillerie te kannen uitrnkken. Het is mg nu niet recht duidelijk, waarom de bestraffende hand zoolang moet uitbljjven. Naar mjjne meening had desnoods heden nacht reeds moeten uitgerukt zjjn geworden om de schuldigen streng te straffen, en was het gebleken dat het bericht niet geheel jnist was, welnu, een beetje plotseling machtsvertoon kan geen kwaad. Van verschillende kanten hoort men echter ongunstige berichten. Zoo werd op Edi de afkomende wacht (6 man onder een korporaal) van de Boekit Roembia overvallen, met het gevolg, dat wjj drie gewonden kregen en vier geweren verloren gingen. Op Analaboe was men met behulp van hulptroepen bezig den vjjand te verdrgven, en was men daarin geslaagd. Den laatsten dag der operatiën is eene afdeeling onder den le luitenant P. v. d. Molen in eene hinderlaag gevallen. Bjj deze gelegenheid j kreeg genoemde officier vgf klewanghouwen zjjn toestand is echter bevredigend. De Atjehers lieten zes dooden achter, zoodat onze soldaten wel hun plicht scbjjnen ge-: daan te hebben. Pitt schrjjft uit Kotta-Radja aan het tBat. Hbl.«, dat het bericht van eenen tocht naar Kemala een verzinsel is. Waar toe zou het ook dienen? Ons bestuur geeft om den president-sultan zoo weinig als de Atjehers zelf. Op ons naderen zou hg een voudig dieper het land intrekken, en Kemala is van geen strategische waarde. Hg schrjjft verder: Nabjj Anagaloeng is weer een nieuwe post opgericht namelgk Lamsoet; de bezetting bestaat uit twee officieren en zestig minderen, voorde artil lerie is een mitrailleur aangewezen. Blang Tjoet wordt voortdurend door de maréchaus sees bezet. Door de genie zijn twee groote defensieve wachthnizen vervaardigd, om bjj de bruggen tnsschen Lambaroe en Lam- reng bjj de Kroeng Tandjoeng opgericht te worden. Van den overloopen Atenh schrijft Pitt: Wat de man daartoe bewogen heeft is niemand duidelijk. Die Toekoe is een vrjj onbeduidend persoontje; een zenuwachtig manneke, dat zelfs geen stom woord maleisch verstaat. Zgn overloopen schjjnt echter op ernstige gebeurtenissen te wjjzen, want ook de vrouwen en kinderen hebben, met mede- nemen van hun vee, de kampongs verlaten. Toekoe Djohan is er op uitgegaan, om de af/allige Toekoe Ateuh op te zoeken en hem weer naar zgn kampong te brengenof het onzen slimmen vogel zal zgn. Ook Toekoe Nja Bantah is een vriend daar we al weinig aan hebben. Bjj uit nemendheid laf durft hjj niets te beginnen zoolang er niets bjjzonders gebeurt bljjft bjj rustig in zgn bentings zitten, doch nauwe- ljjks komt het er op aan, of hjj gaat er van door. Eenige dagen geleden heeft hg weder daarvan bet bewjjs geleverd, door zonder een schot te lossen vier bentings in de buurt van Pajaoe te verlaten, toen de djahats te veel opdrongen. Men schr jjft uit Solo aan het »Soer.-Hand.« Volgens berichten uit Klatten is daar in de laatste dagen een lichte aschregen ge vallen. Uit de bnürt van de ondernemingen Gemampir en Tjepogo en omliggende dessas en van Bojolalie komt hetzelfde bericht. De Merapi leverde een paar nachten geleden een prachtig gezicht op; wist men niet dat de berg aan het werken was, men zou aan eenen grooten boschbrand denken. Het leken nu eens bliksemflitsen die uit den krater schotendan weer zag men een gloeienden lavastroom, een kolossale vunrslang geljjk. Een enkele maal worden zware schoten ge hoord. geving; hnn familie of de plaats waar in zjj wonen. Zoo b.v. de onverbeterlijke spelers de dieven van professie, de aan opium ver slaafde ongelnkkigen, de raelaatschen enz. De Fransche zendeling Piton, die lange jaren in het Hemelsche Rjjk heeft doorge bracht, is in de gelegenheid geweest tal van gevallen, van dien aard bg te wonen in de districtèn waarin hjj woonde of die hjj doortrok. Zoo verhaalt hjj o.a. dat in het district Tchong Lok, waar hg van 1865 tot 1872 gevestigd was, een gezin woonde, waarvan het hoofd een harts- tochteljjk opiumschuiver was. Wanneer hg een goede hoeveelheid van dat vergift had verbruikt en het begon zjjne gewone uit werking te vertoonen, verloor de dronkaard zoo kan men hem gerust noemen den last tot werken en verwaarloosde hg zgn eigendommen en landerjjen, zoodat de oogst niet bjjzonder mede viel en hg van de op brengst daarvan een hoeveelheid op'um kocht, waarvan binnen weinig tjjds ook niets meer te vinden was. Wat te doen? Er bleef hem niet veel anders over dan de verschillende leden van zjjn gezin te ver- koopen, met welk denkbeeld hg zich zonder veel gemoedsbezwaren verzoende. Hg begon met zich van zgn vrouw te ontdoendaarna kwam de beurt aan zgn zoons. Hg verkocht er twee of drie, maar op dat oogenblik, waarop hg zijn jongstgeborene hetzelfde lot zon doen ondergaan, trad hem de zendeling Piton in den weg, die door een bloedver want van den dronkaard, welke tot het Christendom was overgaan, was aangezocht om te beproeven den ongelukkige van zgn noodlottige passie te genezen. De zendeling deed alles wat in zjjn vermogen was om den opiumschuiver tot inkeer te brengen; het mocht niet baten. Eerst beloofde deze alles wat men wilde, doch dan deed de kracht der gewoonte rich opnieuw en met te grooter hevigheid gelden; hjj verdween om weinig dagen later terug te komen en zgn jongsten zoon te verkoopen. Toen ook van het geld van dien verkoop niets meer te vinden was, nam hij zgn toevlucht tot diefstal, ontstal hjj zgnen verwanten wat hjj machtig kon worden en ging hg zelfs zoover, dat hg zich niet ontzag de doeken, die het dak van den tempel zjjner voorouders bedekten te verkoopen. Zulk een heilig schennis deed de familie besluiten tot het uiterste middel haar toevlucht te nemen: op een goeden dag traden vier of vgf sterke kerels zgn woning binnen en deelden hem zonder veel omslag mede, dat de familie hen had gezonden om hem uit den weg te ruimen en levend te begraven. De aldus ter dood veroordeelde uitte geen enkele klacht, protes teerde op geen enkele wjjze. Kalm stond hg op en volgde de mannen naar een dal, waar een versch gegraven kuil hem wachtte. Voor hjj zich liet begraven, vroeg hg niets anders dan dat men hem het en men behoefde slechts de komst der ljjk- dragers af te wachten. Maar, o, ontzetting, daar beweegt zich de doode, hg ontwaakt en verklaart, dat hjj een langen en ver- kwikkenden slaap heeft genoten. De zoon, aldus in zgn verwachtingen teleurgesteld besluit, al vloekend, den lijk dragers kennis te gaan geven, dat ze zich maar niet moeten derangeeren. Maar daar kwamen ze reeds met haastigen tred, tuk op het hun beloofde loon en onwillig, te vertrekken zonder dat zjj de zilverlingen hebben opgestreken. Na een korte beraad slaging komt men overeen dat de zieke de zaak tot een oplossing zal brengen, door zich te laten begraven en zonder een oogenblik te verliezen, wordt hem dit mede gedeeld. Hjj begint met eenige tegenwer pingen te maken, maar hjj begrgpt spoedig, dat elke tegenstand nutteloos is en daar men hem voorspiegelt, dat het hier naraaals zooveel beter voor hem zal zgn, geeft hij eindelijk zgn toestemming. Een kist wordt gehaald, alsmede een pak mandarjjnskleeren, dat den veroordeelde zal worden aange trokken, als een blijk, dat men hem erken- teljjk is voor den dienst, dien hjj zgn familie bewgst. Intusschen is het reeds laat ge worden en wordt de executie tot den volgenden dag uitgesteld. Reeds bg de eerste morgenschemering wordt met de verdere toebereidselen een aanvang gemaakt. Een heerljjk maal wordt aangericht, men laat het zich goed smaken en daarna zet de stoet zich in beweging. Voorop gaat de ledige kist, dan volgt de veroordeelde en daarna komen de »trooste- looze* verwanten. Aan den rand des grafs gekomen maakt de melaatsche zgn toilet; met zeker welbehagen trekt hg de manda rjjnskleeren aan, neemt een goede hoeveel heid opium in enlegt zich ter ruste in de kist. De zoon slnit het deksel en de kist wordt nedergelaten in de groeve, met wee moed nagestaard door hen die hem gekend hebben en door allen, die zich zgn komen overtuigen, of de plechtigheid wel overeen komstig het al-oude gebrnik plaats heeft. in 'uitgebrei Pelserstraat. sorteer ingf, Heusden. De ondergeteekende, Agent van d< Nederlandsch-Amerikaansche Stoomvaartmaatschappij, sluit verbintenissen voor de Rois naai Amerika, zoowel voor enkele personen als voor geheele gezinnen. Mondelinge en schrifteljjke inlichtingen worden volgaarne verstrekt. A. BOLL, m en F ranco toezending. Degelijk actueel interessant. Redacteur!' Dr. FUSS Gratis HEUSDEN, 24 Maart. Op de botermjjn waren heden aangevoerd 152 kilo. De prjjs varieerde van f 1.02 tot fl.19. WAALWIJK, 23 Maart. Bjj flinken aan voer ter veemarkt was de handel niet vlug voor kalf beesten evenmin als voor vet vee. Jonge beesten voor de weierjj daarentegen met weinig aanvoer hoog in prjjs. Kalfkoeien golden f 110, f205. Dito vaarzen f 95, a 175, f 185. Jonge varkens f a f Ter botermarkt werden afgeslagen en verkocht 981 Kg. van f 0.97 a f 1.18 per Kg. Kippeneieren f 2.50 a f 3.50 per 100 elaat met frisch gras stuks. i EN provisie. '^Hl 25 26 Mrt. Mrt. Gemengd en Allerlei. Vrjj algemeen is 't bekend, dat in China de gewoonte om in sommige gevallen men- schen levend te begraven, die zich nog ver heugen in 't ongestoord bezit van hun be- wustzjjn in alle eeuwen tot den huidigen dag bewaard is gebleven. Maar wat minder bekend is, zjjn de omstandigheden, of liever de gevallen, waarin die afsGhuweljjke ge woonte gevolgd wordt. Levend worden be graven de personen die door hun harts tochten, hun ondeugden of hun ziekten, gevaarlyk kunnen worden voor hun om- zou bedekken en 'niet 'haetf aarde, zoo ge schiedde zónder eenige verdere ceremonie. In het dorpje Tchim-Cong leefde een arme grjjsaard, die door mel&atschheid was aangetast en dien zgn familie uit vrees voor besmetting in een afgezonderde hut onder dak had gebracht. Hjj zocht geen enkel lid zjjner familie op en toch stelde zjjne afzondering hun niet volkomen gerust, zoo dat zgn kennissen, zgn zoons en andere bloedverwanten, geregeld iemand tot hem zonden, met het dringend verzoek, zich in een meer verwjjderde streek te vestigen. Men verzekerde hem, dat men het hem aan niets zon laten ontbreken, ook niet als hg verhuisdehet was te vergeefsch. Hij hield zich doof aan dat oor en bleef waar hjj was. Na verloop van eenigen tgd verergde zgn ziekte zoodanig, dat hg er weldra afschnwe- ljjk uitzag en het gevaar van besmetting nu inderdaad groot was. Ten einde raad deed de familie hem vragen of hg niet liever sterven wilde, dan zgn treurig en nutteloos bestaan voort te sleepen. Men voegde er bg, dat men hem indien hg goed vond, zich uit den weg te laten ruimen, op de gewone wjjze de laatste eer zon bewjjzen. De melaatsche antwoordde daarop, dat hg het leven boven den dood verkoos en boven de meest luisterrgke begrafenis en dat hg voorziende de dingen, die zouden kunnen gebeuren, zich een zekere hoeveelheid opium had doen verschaffen, genoeg om zich te vergiftigen, als henï dit geschikt voorkwam. Op een goeden dag geloofde zjjn oudste zoon, dat het werkelijkheid geworden was; als naar gewoonte had hjj voor de dear van den melaatsche het sober maal gereed gezet, dat hem iederen dag verstrekt werd en had hjj hem bg zgn naam geroepen, evenwel, hg kreeg geen antwoord. Enkele voorbijgangers gingen mede aan 'troepen, maar het antwoord bleef uit. Ten slotte was men overgegaan tot het bombardeeren der dear, de steenen maakten een heidensch geweld tegen de houten wanden, doch de zieke gaf geen teeken van leven. Men be schouwde zgn dood dus als zeker en zgn zoon van oordeel, dat het nattig kon zgn de begrafenis zoo spoedig mogelijk te doen plaats hebben, liep naar het dorp zoo hard hg kon om daar eenige mannen aan te werven, die op een vastgesteld uur voor de begrafenis zonden zorgen. Hg zon jnist huiswaarts keeren, in afwachting van het 1 plechtig oogenblik, toen een buurman hem curreereu aansprak en verkondigde, dat de voorzich tigheid gebood zich eerst eens werkeljjk té overtuigen van het feit, dat men met groote overhaasting had beschouwd als volkomen waar te zgn. De zoon besloot zich persoon lijk te overtuigen, forceeerde den toegang tot de hut en vond er zgn vader uitgestrekt op den grond liggen, onbewegeljjk. De melaatsche was dus werkeljjk de eeuwigheid ingegaan VV a t e r h o o g t e 24 Mirt. (voorm. 8 uur) Heusde n. 2.40 M. A. P. 2.30 2.20 Telefoon-N ommer 126. Bevelen zich bëleefdeljjk aan tot het leveren van alle moge- en voor Machine- en allé teeken ingen en mo> een hevig ljjden onze jongste ren GR, leeftgd van 5 Heden overleed van slechts drie lieveling PIG in den maanden. Geve de Heere öns de kracht om te berusten in dit v|or ons zoo zwaar verlies. W. A. VAN DONGEN en Echtgenoote. ("rtit en blauw?) 3 (witien gekleurd,) in groote keuze, in dén Boekhandel van vervaardigen en ljjke Grietst Bouwvak, naar dellen. Daar wjj onze Gieterjj aanmerkelijk hebben vergroot, z#i. wjj in staat alle orders in den korst mogelgken tgd ten uitvoer te brengen. I BRUIN BROOD, bereid volgens het voorschrift van Dr. J. R. ALLINSON, is dageljjks versch te bekomen ïii ae Wei. J. 1ESTERLAKEN, Stoo m brood bakkerij '8-Bosch, Schapenmarkt A 456. ipt Eene g-roote partij solide in verschillende modellen voorradig bjj P. EMMEN, Stoelenfabrikant. Schoolstraa i M 500, Tilburg A. DE JtOODE Co., Schieda m. FABRIKANTEN VAN (Opgericht 1878.) Aan bovenstaande Fabriek Ie en 2e Qualiteit steeds te verkrjjgen, tegen con- prjjzen. Bekroond met Gouden Medailles. KRAPELIEN HOLMS BN is de meest krachtige en versterkende KINA- WIJ IS. Aanbevolen door tal van binnen- en buitenlandsche Geneesbeeren. Verkrjjgbaar in flesschen a f 1.90 en f 1.00 De inademing van den rook dezer Ciga- retten geeft den ljjder aan ASTHMA terstond verlichting. In Etui 80 en 50 Cents. Een algemeen als goed erkend middel bg HOEST en VERKOUDHEIDoplos send en verzachtend. Prjjs per fleschje 20 Cent. KRAEPELIEN HOLM, ZEIST. Hofleveranciers en verder bij de meeste Apothekers te bekomen. Bg den ondergeteekende is thans verkrjjgbaar het merk prijs per mille f tot dusverre met succes gedebiteerd door den Heer H. B. VAN ANDEL, alhier. H. J. VAN E G G E L E N-MI C H EL S, Er viel niet meer «.«.n twüfoinv,raftiwww'o*'f ,triW"n1 'Jgii'ii .tl1.'- - is dit plan nog niet tot uitvoering; gekomen. mmmm GENDEREN. Adres: te St. Pie ter (bij Maastricht.) Marktberichten. Ad vertentiën. Utrecht25 Maart 1894. i

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1894 | | pagina 3