el Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
ËEKSTE BLAD.
Kapitein Ourson-IJzerhoofd.
Vreemdelingen.
FEUILLETON.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
M 1297.
zaterdag 14 april.
1894.
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprjjs: per 3 maanden f l.OO.
Franco per post zonder prjjsve. hooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 60 ct. Elke regel
meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmor
gen ingewacht.
Wij Nederlanders zjjn, al heeft! vader
Tollens ook eens gezegd«wereldburger
ben ik niet* een cosmopolitisch volk. Vreem
delingen worden niet geweerd, tenzij zij
zonder middelen van bestaan zijn, door
vreemde krachten in ons op te nemen, ver-
boogen wjj onze kracht om den strijd tegen
het bestaan te voeren, getuigen daarvan
zjjn de vele vreemdelingen op onze handels
kantoren, de vree «delingen in ons Indisch
eger, de vreemdelingen helaasook op onze
haringvloot. Waarom o Hollandsche jongens,
daar plaats gelaten voor den vreemdeling,
laar waar de wieg en bakermat van onze
koopvaardijvloot en onze marine moet ge
zocht worden? Zonder onze haringvisschers
hadden wjj geen Chattam gehad, zonder de
haringvisscher had onze De Ruiter niet tot
driemaal toe twee groote koninkrijken de
trotsche vlag doen strijken voor onze zege
vierende republiek. En nu bemant ook de
vreemdeling onze haringschepen, terwijl
vruchteloos tal van Hollandsche jongens
naar werk uitzien. Moge het «Naar Zee
naar zee* weder voor velen de leuze worden
Maar daarover wilde ik nu niet schrijven.
Ik bedoelde andere vreemdelingen, die meer
en meer misbruik maken van onze onver
schilligheid, die steeds meer burgerrecht
krijgen in iets wat vooral een klein volk
heilig moest wezen, zjjn aloude onverbasterde
taalIs de taal gansch het volk, is de taal
het beste wat een volk bezit, wat het meest
getuigenis geeft van zjjn vrijheid, van zijn
onafhankelijkheid, dan moet die taal ook
vrjj en zuiver gehouden worden van allerlei
vreemde inmengselsop dat gebied althans
moeten vreemdelingen zooveel mogeljjk ge
weerd worden.
En treurig, zeer treurig ziet het er in
dit opzicht bp ons uit.
Vreemde woorden, uitdrukkingen in andere
talen worden in menigte door onze beste
schrjjvers gebruikt en uit de letterkunde
zjjn ze in de spreektaal overgegaan. Lees
de handelingen der Staten-Generaal en de
uitverkorenen des volks schijnen de Neder-
landsche taal geheel onvoldoende te vinden
om hun gedachten ter kennis van het Neder-
landsche volk te brengen. Lees de bladen,
en tal van vreemde woorden zullen u her
inneren dat de Nederlandsche taal geheel
GUST AVE AIMARD.
onvoldoende schijnt in de oogen van het
schrijvende deel des volks. Maar ook op
vergad ringen, in gezelschappen, in de dage-
ljjksche gesprekken hoort men tal van
woorden en uitdrukkingen die aan het
Fransch, Duitsch, Engelsch, Latjjn, en wat
niet al ontleend zijn.
Is het Fransche Adieu niet mooi genoeg,
men neemt het Italiaansche Addioen Bon
jour, BonsoirBonappétit en wat niet meer
worden gebruikt alsof het Nederlandsche
woorden zijn. Lees een verslag van een
wedstrijd en gjj wordt overstelpt met een
menigte vreemde woorden zoodat gij van
het geheele bericht weinig of niets kunt
begrijpen als gij niet de zaak onbekend
zjjt. Onze taal is geen vuilnisbak om vreemden
rommel op te nemen, maar dikwijls komt
men wel tot die gedachte, als men bedaard
het een of ander stuk leest, want zoover is
het kwaad reeds doorgedrongen, dat men
bij vluchtige lezing niet eens meer bemerkt
dat de vreemdelingen een hoog woord
voeren.
Maar door die vreemde woorden wordt
onze taal verrijkt.
Bjj tal van zaken worden goede Neder
landsche woorden gemist en moet men zijn
niet zelden moet vragen overgebracht. De diet had zich, voor hij
man, maar wanneer ten gegrepen werd, van het gestolene ontdaan,
geven dat men
wat bedoelt de
goed Nederlandsch woord tot onze be- trad daardoor vrjj onbeschaamd op en be-
schikking staat, moeten wij de vreemdeling weerde, dat hij het slachtoffer eener nood-
in zijn eigen land laten. Hoe wordt het lottige vergissing was. Toen proces-verbaal
woord velocipède niet "verknoeid en mis-werd opgemaakt, speelde hij comedie, door
handeld? Wat is aan te merken op wielen, zoogenaamd een poging tot zelfmoord te
wielrjj den enz., goede woorden, die iederdoen, hij slikte den inhoud van een pakje
terstond begrijpt en niet verknoeien zal in wit poeder en vertelde, dat het ratten
de uitspraak, omdat de beteekenis duide- kruid was.
lijk is.
en evenals in 1893 dreigen te ver
anderen, maar de atmospherische invloeden,
zijn zoo sterk, door de kracht en den weer
stand der anticycloon, dat de zomer er niet
door onderbroken wordt.
De Belgische socialisten hebben beslo'en
Mei het werk te steken.
Gisterenmorgen was er groote vreugde
te Parijs, welke echter niet lang duurde.
De kerel werd nu naar een hospitaal j mftre vloog door de stad, dat de be-
overgebracht en hierop had hjj gerekend Jrijver van den aanslag in den restaurant
»De taal is gansch het volk*, behelst
dit vliegend woord waarheid, dan volgt want hij wilde onderweg trachten te ont-jFoyot was gevat. De politie had hem niet
daaruit dat de beste waarborg voor onze snappen. De agenten echter letten goed opgevonden, maar hjj had zichzelf verklapt
zelfstandigheid en onafhankelijkheid een
zuivere taal is, door het geheele volk ge
sproken en geschreven. Wordt ons volks
bestaan niet in gevaar gebracht door het
toelaten van tal van vreemde woorden en
uitdrukkingen?
en van ontvluchten kwam niemendal.
In het hospitaal ontdekte men weldra,
dat van vergiftiging geen sprake was. In
waarhei 1 had de man dan ook enkel witte
suiker geslikt. Toen deed de boef een nieuwe
poging tot ontsnapping en hij verzette zich
De schrijvers moeten voorgaan, om zichzoo hevig tegen de politieagenten, dat men
van het gebruik van vreemde woorden te hem het dwangbuis moest aandoen. Het
onthouden, die toch geven hun het burger
recht in de spreektaal. Reeds in de Camera
Obscura van Beets, dien schrijver bij uit
nemendheid, zijn op velerlei wijze de vreem
delingen toegelaten. Met
gladde heerschap werd naar de gevangenis
overgebracht.
Aan de weervoorspellingen van den heer
den titel begintLancaster te Brussel, wiens voorzeggingen
het, en slechts weinige bladzijden zal men ivoor den winter van 1893/94 vrij goed zijn
toevlucht wel nemen tot de vreemdelingen, opslaan waar men g en vreemdelingen ont-uitgekomen, wordt het volgende ontleend:
Vooral bij nieuwere zaken is dit zeker het moet. Nog erger is het in de dagelijksche De thans merkbare droogte, die al reeds drie j hij opnieuw een langdurig verhoor onder-
geval; het woord electriciteit bijv. heeft leesstof van het volk, de dag- en week-j jaren duurt, zal nog wel eenigen tijd aan- r"v>~ n" 1- R—i—i-
aan een hotelhoudster in de Rue St. Mar
guerite. Deze dame gaf kennis aan de politie
en deze vatte toen Henri Jean B., make
laar, geboren te Bordeaux, thans wonende
in de Rue Laplace te Parijs. De politie
scheen de zaak niet zoo vreemd te vinden
als zjj schijnen moest en behandelde haar
met grooten ernst. De gearresteerde ont
kende, dat hij gezegd had, dat bjj de dader
was van den aanslag bij Foyot, maar dat
was juist een reden om hem wel voor den
schuldige te houden. Bij het verder verhoor
sprak de man zich telkens tegen, een
nieuw bewjjs, en de makelaar werd voor
den rechter van instructie gebracht, waar
het burgerrecht in alle talen en is dus een
woord dat alom verstaan en begrepen wordt.
het
bladen, waarvan de schrijvers zich alleen
kunnen verontschuldigen door te wjjzen op
houden. De zomer zal niet veel verschillen
van dien van verleden jaar. Den 20en Maart
Maar waarom spreekt een jonge dame van 'den weinigen tijd dien zjj beschikbaar heb- is het mooie weer begonnen (in 1893 den
haar braceletten, baar broche, haar peignoir,ben, door den haast, waarmede zjj niet 19n Maart). Dit schjjnt in verband te staan
met een depressie, die een gevolg is van de
verplaatsing der anticycloon op de Azorische
eilanden. Deze anticycloon die in Januari
in de nabjjheid van Marokko is, wordt ge
woonlijk in Juli in Spanje waargenomen.
Telkens als die depressie zich tot in onze
waarom moet mijnheer naar zijn club of zelden moeten werken. Geven de schrjjvers
college, waarom moeten onze kleederen toch een goed voorbeeld, wordt de schrijftaal
door een tailleur of tailor gemaakt worden,gezuiverd van de indringers, dan zal het
waarom rjjden wij in een vigelant of panier, volk spoedig zich ook van het gebruik ont-
Maar waar te eindigen als men een lijst houden, en men zal de Nederlandsche taal,
wilde geven van vreemdelingen die uitste-'onze taal, in eere herstellen. Zij is rjjk
kend door Nederlandsche woorden kunnen genoeg en behoeft waarlijk niet uit den luchtstreek voortplant, was het weer in ge
vervangen worden. Zjjn armbanden of man-vreemde gesteund te worden. De wereld-1 heel Europa langen tijd achter elkaar mooi,
dewagens geen goede Nederlandsche woor- burgers, zooals bjjv. minister, officier, con-
den, die volkomen het begrip uitdrukken? sul, kunnen wjj behouden, in alle landen
Begrijpt niet ieder wat een kleermaker is toch weet men wat daardoor moet verstaan
en zou men een confiseur-patissier niet worden, maar anders, geen ontsiering of
even goed door een inboorling kunnen verminking van onze taal door het gebruik
vervangen Nog erger is de mishandeling van vreemde woorden
die de vreemdelingen op Nederlandschen
bodem ondergaan. Wie heeft zich niet wel
Buitenland.
(3
Etnige dagen luttr scheepte Ourson zich
in, onder bevel van Montbarts den Ver
delger.
Zoo dted hjj verscheidene tochten in ge
zelschap van de voornaamste hoofden der
vrjjl uiters en binnen weinig tjjds verkreeg
fcjj Liet alleen aanzienljjke rjjkdounuen,
n.a&r verwierf hjj zich ook door zjjn moed,
zgne onversaagdheid, maar vooral door
zjjn beleid, een grooten naam onder de
Broeders van de Kust.
Sedert zjjne vrjj verklaring, had Ourson
nooit gerept van de vreeseljjke martelingen
die hij gedurende zjjne slavernjj had uit
gestaan en was de naam van Boute-Feu
nooit over zijne lippen gekomen. Wanneer
men somtjjds in zijn bijzjjn van den woesten
Boekanier had gesproken, had hjj zich steeds
buiten het gesprek gehouden. Daarenboven
hadden zjj elkander sinds meer dan twee
jaren niet gezien.
Deze reeds oude geschiedenis, vooral in
een land waar eike dag nieuwe lotgevallen
eens laten uitfotografeeren Zeker, het
gaat niet aan op het voorbeeld van onzen
Hooft om van vernuf telingen te spreken
als men ingenieurs bedoelt. Of met de
Vlaamsche drijvers voor goed bekende en
algemeen gebruikte woorden andere te
zoeken die het begrip zoo oDduideljjk weer-
medebracht, was bjjna geheel vergeten en
zij die in het eerste oogenblik eene ge
duchte wraakneming van den vrjjbuiter
hadden verwacht, begonnen reeds twjjfel-
achtig het hoofd te schudden wanneer men
somtjjds over den onverzoenljjken haat dier
beide mannen sprak toen het toeval
Boute-Feu op zekeren avond met zijn
vroegeren ljjfeigene in de herberg «het
Geslipte Anker« te samenbracht.
Twee of drie dagen te voren was een
vrjjbuitersvaartuig, onder bevel van Michel
den Baskiër, na een kruistocht van een
In de Hoogstraat, te Brussel, zagen een
paar voorbjjgangers een man de vlucht
nemen, nadat hjj een paar broeken uit een
magazjjn van gemaakte kleederen had ont
vreemd. Een politieagent die gewaarschuwd
werd, zette hem na en kreeg den dief te
pakkeD, die naar een der politiebureaux werd
Michel den Baskiër werd er overal gespeeld,
op straten en pleinen, op omvergeworpen
tonnen, in de herbergen, zelfs in het huis
van den heer d'Ogeron, den gouverneur;
allerwege rezen er twisten en het bloed
vloeide bjj stroomen. Wjjzen en dwazen
ondervonden de i invloed van deze soort
«delerium tremens,* die even vreeseljjk en
moorddadig als de andere is.
Wellicht de eenige onder allen was kapi
tein Ourson aan deze razernjj eener geheele
bevolking ontsnapt; hjj verachtte het spel
dat hjj als een schandelijken hartstocht be-
maand in de golf van Mcxiko, met goud schouwde. Zjjne vrienden hadden hem dik-
terwjjl de landen, die in den regel van de
aanwezigheid dier anticycloon genoten, dan
slecht weer hebbenSpanje, Portugal en
Noord-Afrika. Dat dit op het oogenblik het
geval is, evenals in Maart en April 1893,
bewjjst dat de redeneeringen van den heer
Lancaster op goede grondslagen berusten.
En daarom zjjn de kansen groot, dat de
voorspellingen van den heer Lancaster uit
komen en wij een langen, warmen zomer
krjjgen. Waarschjjnlijk zullen daarin twee
a drie weken van hevige onweders en zware
regens voorkomen, evenals in de zomers
van 1834, 1846, 1857, 1859 en 1868.
Vaak zal het weer schijnbaar betrekken
en gevangenen beladen teruggekeerdzes
Spaansche schepen door de kapers van het
Schildpadden-eiland overrompeld, waren ge
ënterd, geplunderd en vervolgens als naar
gewoonte in volle zee verbrand.
Zoodra het vaartuig te Port-Margot het
anker had geworpen, waren de gevangenen
ontscheept, waarna men tot de verdeeling
van den buit was overgegaan.
Nauweljjks hadden de vrjjbuiters hun
deel ontvangen of zjj hadden zich, zoo als
altijd, gehaast het in dolle feestgelagen te
verspillen. Deze mannen hadden het goud
alleen lief om de genietingen die het huD
verschafte. Het spel vooral was een hunner
grootste hartstochtenzjj gaven er zich met
onbeschrjjfeljjke razernjj aan over, zetten
wjjls spottenderwjjs een puritein genoemd,
doch hjj was steeds onwrikbaar gebleven en
niets had hem de grens kunnen doen over
schrijden die hjj zich zeiven gesteld had.
Op den avond waarvan wjj spreken, om
streeks zeven uur, op het oogenblik toen de
zon in de blauwachtige wateren van den
Atlantischen Oceaan begon weg te zinken,
wandelde de kapitein, doof voor het riads-
gedruisch, achteloos langs het strand, met
een sigaar in den mond, het hoofd op de
borst gezakt en de handen op den rug.
«Hola!* riep een vrooljjke stem hem plot
seling toe, «wat doet gij daar toch, dui-
velsche droomer, als de geheele stad in
opschudding is?«
De kapitein hief het hoofd op en terwjjl
groote sommen op een enkelen worp en hjj zijnen bekende, een van de vermaardste
verlieten meestal de speeltafel niet vóór zij opperhoofden der vrijbuiters, glimlachend
hun goud, hunne kleederen en dikwerf zelfs de hand toestak, zeide hjj
hunne vrjjheid hadden verloren. j «Gjj ziet het, waarde Vent-en-Panne, ik
Bedert de aankomst vun het schip van bewonder al wandelende het ondergaan der
ging. De tegenspraak, waarin de beschul
digde zich wikkelde, werd echter van dien
aard, dat er een nieuw licht over de zaak
begon op te gaan; de man bleek gek te
zjjn en moest naar een krankzinnigenhuis
worden overgebracht. De politie is nu met
meer ijver aan het zoeken gegaan, maar
heeft nog niets gevonden.
De zaak van Emile Henry zal waarschjjn-
ljjk den 28sten dezer voor het hof van
assises in behandeling komen. Hjj zal
terechtstaan zoowel wegens den aanslag op
de kantoren der mjjn-maatschappjj te Car-
maux, in de Rue des Bons-Enfants, als op
het café-Terminus.
Betreffende den loop der cholera deelt het
laatste bulletin van het «Kais. Gesundheits-
arnt* te Berljjn mede, dat de volgende ge
vallen zijn voorgekomenin Rusland in het
gouvernement Plock van 26 Februari—
10 Maart 2 gevallen (2 sterfgevallen), in
de stad Warschau van 1521 Maart 5 g.
(4 st.), in het gouvernement Kowno van 25
Februari24 Maart 35 g. (22 st.), in Tur-
kjje te Konstan tin opel van 22 Februari—
7 Maart 53 g. (21 st.), waaronder de meeste
gevallen in Pera.
«Gjj staat er dus op?*
«Ik verzoek het u.«
Welaan dan, zoo als het God behaagt.*
De beide Broeders van de Kust sloegen
nu gezamenigk den weg naar «het «Geslipte
Anker* in.
zon.*
«Ik gun u de pret,* hernam de vrjjbuiter
lachende. «Ga liever met mij mede, in plaats
van hier, als eene verdoemde ziel, alleen op
het strand rond te dwalen.*
«Wat zal ik u zeggen, vriend, ieder heeft
zjjn eigen begrip van vermaak.*
»Dat geef ik u toe; maar waarom wilt
gjj mjj niet vergezellen?*
«Ik heb het u nog niet geweigerdmaar
als het u niet kan schelen, zou ik liever niet
medegaan: gjj gaat spelen en ik heb een
afschuw van spelen!*
«Volstrekt niet, maar dat schouwspel be
droeft mjj.«
«Gjj zjjt dwaas! Luister: er schijnt op dit
oogenblik in het «Geslipte Anker* een Boe
kanier van de Grand Fond aan de Artibonite
te zjjn, die met een duivelsch geluk speelt
men zegt dat bjj al de halve equipage van
Michel den Baskiër moest hebben uitge
kleed.*
«Wat kan ik daaraan doen, waarde
vriend? Het is mij immers niet mogeljjk het
geluk te doen keeren.*
Misschien wel.
«Hoe zoo
«Luister: toen ik u daar straks zag, viel
mij een denkbeeld in. Ik ben van plan
tegen dien man te spelenga met mij mede,
bljjf aan mjjne zjjde, en daar alles u gelukt van een spaansch schip krjjgsgevangen waren
wat gij onderneemt, zult gjj mjj geluk aan- gemaakt en nu hunne meesters tot laatsten
brengen en ik zal de winnende partij zijn.* inzet dienden.
«Gjj zjjt gekj «Dat is de Boekanier dien ik bedoel,*
«Neen, ik ben een speler en dus bjjge- sprak Vent-en-Panne. «Volg mjj.«
loovig.* 1 /Wordt vervolgdj
II.
Toen de beide vrjjbuiters de deur der her
berg bereikten trof zulk een zonderling
schouwspel hunne oogen, dat zjj onwille
keurig een oogenblik op den drempel bleven
staan en verbaasd in het rond keken.
Bjj het schjjnsel der lampen, wier walm
met den rook van pjjpen en cigaren ver
mengd in donkere wolkjes aan de zoldering
van het vertrek bleek hangen, bemerkte
men, als door een nevel heen, de forsche
gestalten van eene menigte inwoners, Boeka
niers en Broeders van de Kust, wier gelaat,
door den hartstocht van het spel ver
wrongen, bjj het flikkerende licht eene on
heilspellende uitdrukking aannam.
In het midden der zaal, op eene lange
tafel, uit planken op tonnen zamengesteld,
lagen hopen goud opgestapeld voor een
man die met een onbeschaamden spottenden
blik de dobbelkroes uitdagend schudde.
Achter hem stonden een tiental mannen
en vrouwen, die op den jongste kruistocht
Naar het Fransch
DOOR
j