lel Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Sonunelenvaard.
Keurvorst en Geldvorst.
FEUILLETON.
M 1356.
WOENSDAG 7 NOV.
1894.
Een ziek plekje in de
gemeente-huishouding.
Uitgever: L.. J. YEERMAH, Heusden.
I
VOOR
Dit blad verschjjnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO.
Franco per post zonder prjjsvei hooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 7yg et. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
ingewacht.
't Zij men in deze dagen zijn blik richt
op 't noorden of zuiden dan wel op 't
oosten of westen, het oor verneemt uit alle
hemelstreken klachten. Nn onze vaderen,
onze naaste vaderen uit de gemeenteraden
de begrooting opmaken voor 't jaar 1895,
blijkt het niet alleen dat de uitgaven stjjgen,
maar ook dat de inkomsten ze maar niet
bij kunnen houden. Met kunst en vlieg
werk worden de begrootingen sluitend ge
maakt; in de eene plaats wordt beknibbeld
op hoogst noodige sommen, in de andere
wordt den schuldeischers een half percent
der vroeger beloofde rente willekeurig ont
nomen hier rijzen klachten over 't dure
onderwijs, daar over dure politie; ginds
over de voortdurende stijgende uitgaven
voor armenzorg.
Deze klachten zijn niet nieuw, telken
jare worden ze herhaald, een twintigtal
jaren geleden ging het p., vóór tien jaren
m. thans klaagt men in f. en eer de
eeuw ten einde is zal de grootte der klacht
tot dubbel-forto zijn aangegroeid. En als dan
de nood der gemeenten tot de lippen zal
gestegen zjjn, moet de regeering bespringen.
Men zal dan een anderen kijk op de dingen
hebben en veel, van wat nu gemeentezaak
is, armenzorg b.v. en onderwijs zal van
uit de gemeenteraden naar 't centraalbu-
reel op 't Binnenhof worden overgebracht.
Natuurlijk zullen daarmee de kosten niet
verminderen, maar ze worden dan gelijk
matiger verdeeld, de noodlijdende gemeen
ten staan dan op gelijken voet met de
minder slecht bevoorrechte en belasting-
verhooging gaat altijd beter van uit het
Binnenhof dan van de gemeente-raad
huizen.
Dat herziening van sommige toestanden
en verhoudingen broodnoodig is, dan hebben
ze o.a. ook ondervonden in het dorpje Klei
dorp. Kleidorp is een zeer bekende gemeente,
al is het op geen enkele kaart te vinden
Het is gelegen in een vruchtbare streek,
wat reeds merkbaar is aan den naam en
in vroeger jaren toen de prijzen der land
bouwproducten meer dan dubbel zoo hoog
waren als thans, ging het den boeren goed.
Het gebeurde dan menigmaal, dat een in
gezetene, in de volle kracht zijns levens
nog, het bijltje neerlegde en zijn steê over
liet aan zijn opvolger, terwijl hijzelf stil
ging leven. Die tijd is echter voorbjj. De
LOUISE MüHLBACH.
(11
1 zin om stil te gaan leven is er nog wel,
maar de gereedschappen daartoe worden niet
zoo vlug meer verworven. Men ploetert thans
voort, ziet het 60ste, 70ste jaar aanrukken,
weet geen raad met de kinderen en 't eene
jaar verslindt wat het vorige jaar overge
laten heeft. De gemeentehuishouding heeft
groote moeite het noodige te verwerven. De
hoofdelijke omslag stijgt, de verdiensten
minderen. Geboren klagers profiteeren ten
koste van hen, die zich goed houden en
liever niet aan de groote klok hangen, dat
hun zaken achteruit vliegen.
Kleidorp heeft dit jaar buitengewone uit
gaven gehad. Jaren lang is het in den om
trek berucht geweest om zijn merkwaardig
slechte brandspuit, een exemplaar, dag-
teekenende nog uit het begin dezer eeuw.
't Was een log, zwaar gevaarte, dat niet
dan met de grootste moeite naar de uithoeken
der gemeente gesleept kon worden en als 't
er was, merkte men voor de zooveelste maal
op, dat men 't evengoed thuis had kunnen
laten. Gelukkig hadden er in de laatste
kwarteeuw geen branden van eenige be
teekenis plaats, maar de ingezetenen onder
vonden desniettemin telken jare bij het be
talen hunner assurantie, dat 't ding zelfs in
de stad, ten kantore der verzekering, be
kend was. Het ging dus niet langer en B.
en W. kwamen in 't voorjaar met een
voordracht ter tafel tot uitgave van f 950
voor een nieuw, compleet stel brandblusch-
middelen. Men schrok van 't cijfer, op een
budget van enkele duizenden was dat on
geveer 12 °/0, maar de overweging dat Klei
dorps brandspuit een voorwerp van be
spotting was voor alle buurdorpen en dat
men toch niet wist wat er gebeuren kon,
gaven den raadsleden den moed toe te
stemmen.
De nieuwe machine kwam, ze was een
lust der dagen en de beproeving gelukte
boven aller verwachting. Daarna werd ze
met groote zorg in haar hok gebracht tot
't volgende jaar, als wanneer ze wederom
beproefd zou worden.
Maar zoo lang duurde 't niet. 't Was
of de vuurduivel haakte den strijd met dat
nieuwe ding aan te bindennog geen maand
na de aanschaffing stond het heele gedoe
van boer Harms in lichtelaaie en geen tien
nieuwe brandspuiten hadden kunnen ver
hinderen dat huis en schuur tot den grond
toe afbrandden. Het eenige wat de spuit
doen kon en dan ook met succes deed, was
de naastliggende woning van zjjn broer
»lk wensch te weten of Gudula nog in
de villa is,roept Meyer Anselm hem toe
op gebiedenden toon.
>Gudula, wie is Gudulavraagt hem
de portier toornig.
Gudula, de dochter vun Baruch Schnap-
per, de naaister van de gravin Tettenborn
Ze is van avond hierheen gegaan, om naai
werk t'huis te brengen en ze is niet weer
terug gekomen. Zij moet dus hier zijn en
ik kom, om ze af te halen.
On zin! Ze is hier geweest en weer ver
trokken. Gelooft gij misschien, dat mevrouw
de gravin een jodendeern bij zich te logeeren
zal houden. YVie kan zeggen waar ze heen
gedwaald is; ze zal misschien door de nacht
wacht opgepakt en t'huis gebracht zjjn.«
En de portier maakte aanstalten om al
vloekende het raampje weer dicht te slaan,
doch Meyer's krachtige hand belette hem
dat en met een van woede bevende stem
riep hij hem toe: »Kon ik je gezicht maar
zie"n, dan zoudt gjj spoedig mya vuist op je
tronie voelen, die je den mond zou snoeren.
Ik kom morgen weer terug en wee je ge
beente, als ge 't dan weer waagt om zulke
schandelijke verdenking over haar uit te
spreken. Maar thans wil ik, dat gjj najj
zegt, wat er van Gudula geworden is, of ik
roep aanstonds om hulp en zal de heele buurt
in beweging brengen en den nachtwacht
halen, om huiszoeking in de villa te doen.
Want, ziet gjj, Gudula is hier naar toe ge
gaan en ze is niet weer teruggekeerdGjj
moet dus weten, wat er met haar ge
beurd is.«
»En gij, gij zjjt gek, dat gjj zulke dollig-
heden van mij verlangen kunr,« schreeuwde
de portier hoe langer hoe woedender. »'t
Komt er nog aan te kort, dat men zou
moeten passen op de naaimuggetjes, die
hier haar werk komen t'huis brengen. Toch
weet ik, ditmaal bjj toeval, zeer zeker, dat
dat meisje, de jodenkoningin, mooie Gudula,
weer weggegaan is. 't Trof precies, dat
mevrouw de gravin uit zou rijden, toen zjj
Gudula op de trappen ontmoette en toen
hoorde ik zelf hoe mevrouw de gravin aller-
vriendeljjkst tot Gudula zei: »Als gij van
bloemen houdt, lief kind! dan moogt gjj
gerust in den tuin gaan, om voor u een
ruiker te plukken. Dan kunt gjj daarna
door 't kleine poortje, achter in den tuin
muur weer naar huis gaan, dan hebt gjj
een veel korteren weg.« En zoo ging Gudula
ook naar het park en heeft zich dus stellig
door het kleine poortje verwjjderd.
Ziedaar alles wat ik weeten nu pak je
weg, en wanneer ge 't nog eens waagt om
terug te komen, dan laat ik beide honden
tegen je los, en kunt ge zien hoe ge daar
mee klaar komt!«
En met geweld werd 't raampje dicht
bewaren. Allen waren 't er over eens, dat
ook deze een prooi der vlammen zou ge
worden zjjn wanneer de oude spuit nog
haar diensten had moeten verleenen.
Harms zit op 't oogenblik in een splinter
nieuw woonhuis, van modernen bouwtrant
en verheugt zich in 't bezit van een voor-
trefteljjke schuur, een en ander bestreden
uit de ontvangen f 11.000 van de verzeke
ring. Zjjn broer, die is bljjven zitten in zjjn
oud boeltje, is stil en in zichzelven gekeerd,
sinds die gebeurtenis. Als wethouder heeft
hjj gejjverd voor een nieuwe brandspuit,
maar nu, lettende op zjjns broeders pracht-
gebouw is hem een licht opgegaan.
Daar is iets mat die brandspuit niet in
orde. Door de aanschaffing van dit dure
gemeentemeubel heeft de raad niet de bur-
gerjj geholpen, maar de directie van de ver
zekering een voordeel bezorgd van eenige
duizenden. De gemeente heeft door de goede
zorg voor de brandbluschmiudelen zjjn huis
bewaard. Heeft ze hem daarbij bevoordeeld?
In geenen deele. Ware ook zjjn woning een
prooi der vlammen geworden, dan had de
verzekering ook hem in een nieuw spul
gezet, hij is geassureerd voor f 9000. Heeft
de gemeente zichzelf bevoordeeld? Evenmin,
want er wordt door den ambachtsman meer
verdiend aan twee, dan aan één boerderij.
Waarvoor heeft de gemeente dan de nieuwe
brandspuit aangeschaft? Uitsluitend om de
aandeelhouders der assurantie f 9000 uit te
sparen. Over hen allen verdeeld is dat mis
schien yi0 pCt. meer rente in 't jaar, niet
veel dus, maar de gemeente bloedt en zal
nog jaren bloeden voor de uitgave van
f 950 ten gerieve van een rijke maatschappij.
Zie, dat alles spookt nu in 't brein van
Harms broer, den wethouder in Kleidorp
en 't maakt hem stil, want hjj durft het
niet uitspreken, daar zjjn dorpsgenooten,
die hem toch al in de maling nemen over
zjjn broers vooruitgang, zjjn beweren al
licht aan jaloerschheid zouden toeschrijven.
Hjj heeft ons daarom in den arm genomen
en gevraagd of we daarover niet eens een
stukje in de krant wilden zetten, wat we
gaarne doen, daar we meenen dat 't hier
niet een uitsluitend Kleidorpsch maar een
algemeen belang geldt.
Ook dit onderwerp zal, als de nood der
gemeenten ten top gestegen is, onder de
oogen gezien worden en eer we een kwart
eeuw verder zjjn, zal de meening vasten
voet verkregen hebbende onkosten der
brandweer worden gedragen door de ver-
geslagen, nadat Meyer Anselm's hand was
teruggestooten.
Een oogenblik stond de jongeling be
dremmeld, niet wetende wat te doen, of wat
te beginnen. Waar zou hjj nu de verlorene
gaan zoeken? Waarheen thanszjjneschreden
richten
Ze was den tuin door gegaan. Derhalve
niet langs den gewonen weg was ze naar
huis teruggekeerd! Dat mocht hjj dus ook
niet doen. Alleen op den weg, dien zjj in
sloeg, was er kans haar spoor te vinden.
't Kwam er daarom in de eerste plaats
op aan, dien weg, dat poortje te ontdekken,
waardoor men buiten 't park komen kon.
Hij liep dus snel om de villa heen, naar
de achterzijde tegenover het park. Een hooge
muur met ijzeren pennen op den bovenrand
liep om den tuin. Voorzichtig sloop hij
daar langs henen.
»0 maan, maan! wees mij thans genadig
en laat toch geen schaduw op den muur
vallen
En de maan was barmhartig en goot
haar volle licht over den tuinmuur uit
zoodat men iederen voeg zien, en reeds in
de verte het donkere poortje ontdekken
kon, dat aan 't einde daarvan te vinden was.
Hij heeft hem dus gevonden, den uit
gang, dien bij zoekt, »dien weg moet
Gudula dus opgegaan zjjn. Maar is ze
inderdaad die poort ook uit gegaan? Zou
ze werkelyk het park verlaten hebben?*
En met bliksemsnelheid voer hem de
gedachte door de ziel, dat haar vader hem
had gezegd, dat er in het park een paviljoen
was, waarin wel een heele familie wonen kon.
zekeringsmaatschappjjen.
Buitenland.
des keizers uit verschrompeling der nieren
bestond, zonder eenige complicatie. Professor
Sacharin, de ljjfarts Hirsch, dr. Popow en
dr. Weljaminord waren overtuigd, dat die
verschrompeling slechts symptomen waren
van Nierkanker. De meeste artsen zjjn het
met laatstgenoemden eens, maar ze verwjjten
Sacharin, dat hij te laat het lijden des
keizers ontdekt heeft, om de zieke nier
kanker ontstaat niet in beide nieren tegelijk
te verwy deren.
Om 4 uur was te Petersburg in enkele
i Omtrent de laatste uren van den keizer
van Rusland verneemt men nog het vol
gende: om tien uur Donderdagmorgen,
dadelijk na het consult der geneesheeren,
heeft de czaar pater Johan doen roepen, om
te biechten. Woensdag reeds, zegt men,
i hadden de doctoren den moed gehad, den
souverein mee te deelen, dat er geen hoop
meer was en dat slechts de goddeljjke hulp kringen het doodsbericht ontvangeneen
hem nog redden kon. Na gebiecht te hebben j oude grenadier bevestigde weenend de treu-
en voorzien te zjjn van de heilige sacra- rig® tijding aan de belangstellende menigte,
j menten der stervenden, toonde de keizerOm 9 uur gaf de »Praw. Westnik* een
jeen verheven berusting. Hjj sprak zijn extra-nommer. Vóór het bureau stonden tal
I familie nog toe, om ze te troosten, hetVlin menschen. Een oude generaal stapte
j langste zijn vrouw. Daarna overviel de eene j zÜn rjjtuig, las het bericht en viel, een
'benauwdheid na de andere hem, en omkiuis slaande, op de knieën. De menigte
kwart over tweeën blies Alexander III in
de armen van de keizerin den laatsten
adem uit.
volgde zijn voorbeeld en bad, vele vrouwen
weenden. Zaterdag om 10 uur legden de
senaat en de troepen den eed van trouw af;
's middags de ambtenaren. Om 9 uur deelden
op straten en markten herauten in rouw-
petters, de troonsbestijging van Nicolaas II
kond deden.
Allen knielden vervolgens neer en waren j kleed ij, d.or een afdeeling trompetters en een
langen tjjd in het gebed verdiept. De keizerin compagnie lijf wachten begeleid, de bevolking
j stond het eerst op en de tranen barer den dood van Alexander III mee, waarop
kinderen ziende, barstte zij in snikken uitherauten in rijk met goud geborduurde
en verwjjderde zich snel in haar eigen ver- j kleederen, eveneens vergezeld van trom-
I trekken. Den overledene werd eenige oogen- 4
blikken later de generaals-uniform aange-
i trokkenjas van blauw laken met goud
geborduurd en met gouden knoopen, strop- De dood van den Russischen keizer
das van rood laken met goud ontzoomd, dus merkt een Duitsch blad op - herinnert
blauw lakensche broek met roode strepen aan het feit dat het aantal Russische heer-
en de laarzen, op het hoofd de Astrakan- schers die zich in een zacht en natuurlijk
muts met een gouden kruis in den bol en levenseinde mochten verheugen, niet bizonder
"een gouden ster van voren. Aldus gekleed,groot is. De dood van »Iwan de Wreede*
werd het lijk op het sterf bed gelegd, waarna: was in overeenstemming met zijn bjjnaam,
pater Johan van Kroonstadt, vergezeld van hij stierf den 18 Maart 1584, na een ljjden
den aartspriester Janichow. aalmoezenier des van twaalf dagen. Al zjjn inwendige or-
keizers, binnenkwam, om den eersten ljjk-ganen verkeerden in een toestand van ver-
dienst te vieren, die bijna twee uur duurde, rotting en zijn lichaam was op onherken-
Na den dienst werd de eed van trouw af- bare wijze opgezwollen. Na hem was de
gelegd aan Nicolaas II. In den nacht van pseudo-Demetrias korten tjjd op den troon.
Vrjjdag op Zaterdag is het lijk gebalsemd, Toen een opstand tegen hem uitbarstte,
waarna het gedurende 48 uur in de kapel liet hij zich uit een raam van het Kremlin
van het paleis tentoongesteld zal bljjven. vallen en werd, nog niet volkomen dood,
Vervolgens wordt het per Poolster* naar door het razende gepeupel aan stukken ge-
Odessa gevoerd en vandaar per extra-trein scheurd. Omtrent den czarewitch Alexis,
naar Petersburg, waar het in een nis van zoon van Peter den Groote, weet men tot
de Petrus- en Pauluskerk zal bijgezet worden heden ten dage niet met zekerheid of hjj
tot de plechtige begrafenis, die eenige dagen een natuurljjken of een gewelddadigen dood
later zal plaats hebben. gestorven is. De meeste tijdgenooten ver-
De traditie is, dat geen souverein in per- halen, dat hjj tengevolge van vergift stierf,
soon de plechtigheid bjj woont. Desniettegen- dat de apotheker Bahn moet hebben gereed
staande bevatten de bladen berichten, dat gemaakt. Zooveel is zeker dat de prins des
de koning van Denemarken de begrafenis morgens na het voorlezen van zijn dood-
zal bywonen. Wilhelm II zal vertegen- vonnis nog volmaakt gezond was. terwü1 hi'
woordigd worden door zjjn broer Hendrik, reeds des ave v o<
Zooals het geweest is bjj president Gar
field en bjj keizer Prederik van Duitschland
is het thans ook bjj het lijk van Alexander III.
De geneesheeren zjjn het volstrekt niet met
elkaar eens omtrent de diagnose. Professor
Leyden, die het volle vertrouwen van den
czaar bezat, was van meening dat de ziekte
Indien Gudula eens in dat paviljoen was
Wanneer men haar eens daarheen gelokt
had en haar daar gevangen hield? Behoorde
hals, dood op een bed liggend, werd ga-
vonden.
Ook Peter de Groote had een zware/;
doodstrjjd. H< baalde! sik
jammerklachten. Een zyner laatste gezegden
was»Zie nu eens aan mjj, welk een jam-
merljjk dier de mensch isl* Velen beweren,
te vinden zjjn an net raads
verdwijnen.
Maar wanne se nu t - i niet
niet de landgraaf tot de vrienden der gravin j Wanneer ook
Tettenborn? Had Gudula hem daar niet verdwijnt; wat O mij a r*
gezienhem, den welbekenden lichtmis, j Maar op eenma
den roué, die Gudula's beeltenis gekocht j twistende stem
had En zou men haar portret kunnen dringt.
zien, zonder haar ook lief te hebben? j Hij draalt n U. er,
Een doffe kreet van verkropte woede I langzaam en v
drong uit zjjne borst naar boven en met. heen beweegt zi(
onstuimigen ruk schudde hjj aan het hek. staan voor het
Het ging los, 't slot sprong open en Meyer dicht nabij ko:
I Anselm stond in een ander gedeelte van dringt hem teru;
den tuin. j verdieping, war
Een laan aau beide zjjdeu met dichtejzijn echter te hoe o
Maar ziedaar
eriichte vensters
boo uien. Meyer
struiken begroeid opende zica voor hem, en i grond in te kuur: i
I met vasten voet betrad hjj het voor hem voor dat middelste
liggende pad, naar alle zyden uitziend of i staan eenige slunka aoc
hjj het paviljoen ook ontdekken kon. Maar j Anselm klimt .dar
overal zag hjj slechts geboomte, nergensdier, laat zich v
ontdekte hij eenig gebouw. glijden en staat
Maar zie, daar glinstert iets als een ster
door de booruen. »Een licht! een licht,
roept hjj uit. »Daar mod alzoo het pavit
joen ztjn; daar is nog iemand op; daar
brandt nog licht achter die ruiten!*
Een smal voetpad, tusschen 't kreupel
hout doorslingerend opent zich nevens hem.
Hjj slaat dat ylings in, volgt zijne slinge
ringen, tot hjj eindeljjk op een ronde opene
plaats is aangekomen.
Midden op dat plein verheft zich het pavil
joen. Meycr AnsMm staat stil om adem ie
halen, maar zyne oogen zijn met brandende
nieuwsgierigheid op het paviljoen gericht,
want daar, hoopt hjj, zal de opheldering
.en
als een root-
op 'fc balkon"
r.
I \t
w rf
glijden en staat vm .ra vc
Zijn hart bonst als me* mok ,ag.;u
in den boezem, l .odafc hij eiken iu
/•jiie borst voelen üau a jet zich as
aan 'c kozijn v&sthou i a weer
wat tot'zich zei van kom-u .,i
ver
niet r.iö
daar
zamelen, om
te gaan.
En die steniai
te spreken, 't Is
die van eene vroa E
zjj treft met ee;
overgiiug te werk
oinaea gaan voort
stem van een man en
lie laatstgenoemde...
bekenden toon zou oor!
n-en, tiulaas! al te
orn
•gWffllMl MJB1 IIWBaHWWWWHMWMBMWaWMMWMBBWBMBBBMBMMMPM—MMCK
(Uit het DuitschJ
VAN
j Toen de doctoren verklaardeD, dat alles
geëindigd was, ontstond er een groote stilte