Hel Land van Heusden en A!
Brieven uit Indië.
Turken en Grieken (^e «roote m°2ennheden züq grenzen
FEUILLETON,
De Klippen van Kitty Hawk.
üPn
angslraal en dc
•oininelenvaaiu
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
<g 1567. WOENSDAG 24 FEBRUARI.
1897.
a i 1
Dit blad verschjjnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO.
Franco per post zonder prjjsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentien van 16 regels
meer 71/» et. Groote letters
50 ct. Elke regel
naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
ingewacht.
en lieten ze Tnrkjje in het bezit van Thessalië
Sedert eenige eeuwen bestaat er in En- j en Epirus, twee provinciën, die van oudsher
ropa een kwestie waarin het Turksche rijk Griekseh zjjn. Dat was voor het jonge
de hoofdrol speelt. De kwestie is deze hoe koninkrjjk een groot verlies en daur kwam
krjjgen we Turken met goed fatsoen weer
ons werelddeel uit?
Deze kwestie zou eenvoudig zjjn, wanneer
de mogendheden op dit punt één ljjn trok
ken, doch dat is geenszins het gevaler is
▼oor de een voordeel van grondgebied, voor
de ander grooter invloed, voor een derde
uitbreiding der zeemacht te behalen en daar
nog bjj dat de oud-Grieksche eilanden op
de kust van Klein-Azië, benevens Kreta
eveneens niet werden teruggegeven.
Sedert 1830 ziet Griekenland reikhalzend
uit naar wat het meent rechtmatig te mogen
eischen. Het was echter zoo totaal uitgeput,
dat het aan revanche niet denken kon. Door
schuldenlast bezwaard, voortdurend veront-
om gunnen ze elkaar geen enkelen voor-;rust door Turksche rooverbenden, heeft het
■prong, niemand durft ie kat de bel aan- betere tgden moeten afwachten. Deze schgnen
binden, uit vrees de andere tot vjjand te thans aangebroken. De landbouw heeft
krjjgsn. [reuzenschreden gedaan, de ngverheid zich
Dat ia, heel kort en bondig uitgedrukt,ontwikkeld en in de Grieken is het besef
wat wjj verstaan onder de Oostersche kwestie,wakker geworden, dat ze afstammelingen
waarvan we reeds in onze jeugd hoorden zjjn van het beroemdste volk der oudheid,
en waarvau wellicht onze kinderen nog de En nu hebben ze de zaak aangevat, te be-
oplossing niet beleven zullen. Iginnen met Kreta.
Men vergete hierbjj niet dat Rusland, ook j Kreta is een der vruchtbaarste eilanden
al sedert eeuwen, recht meent te hebben op in het oosten der Middellandsche Zee. Het
den Constantinopolitaanschen zetel. De kei-heeft de grootte van een tweetal onzer pro-
«er van Rusland beschouwt zich als wettig vinciën en bezit langs de noordkust goede
•rfgenaam van dezen zetel, doordat een zijner havens. In den loop der eeuwen heeft dit
voorvaderen beweerd wordt het Oost-Ro- j eiland behoort aan verschillende volken,
meinsche rjjk door huwelijk verworven te Phoeniciërs, Grieken en Romeinen hebben
hebben. Maar telkens wanneer Rusland het 't achtereenvolgens in bezit gehad. Op hen
waagde zijn oogen op het Balkanschiereiland volgden de Arabieren en de
men dit eenijszins, zoo ni«t billjjken, dan
toch begrijpen. Het heeft in Gibraltar en
Malta eeD brug naar Iudië, het zou, als
Kreta dan toch aan de Turken ontnomen
moet worden, ook wr-1 gaarne een bod doen,
maar dat Duitschlands Keizer, door huweljjk
nauw verwant aan 't Grieksche vorstenhuis,
hij die zich beroemt een christenvorst te
zijn, Griekenland afvalt en aldus den Turk
steunt, dat is weer een van die politieke
daden, waarin een gewoon mensch de recht
vaardigheid te vergeefs zoekt.
Nog eens: ieder die niet gevangen wordt
gehouden in de banden der hooge politiek,
wenscht Griekenland succes op zjjn flink
doortasten en hoopt dat het dezen staat
gegeven zal worden de Oostersche kwestie
voor goed van de baan en den Turk buiten
Europa te schuiven.
VII
De keizer was in Oostersch uniform en
schitterde van diamanten, naar men zeide
tot eene waarde van f 45,000. Overigens
is hg een klein, pieterig mannetje, dat nog
extra uitkwam toen hjj tegenover de forsche goro een marscb speelde. De kopjes worden
gestalte stond van Solo's resident, jbr. Horaweer opgehaald en de bovengenoemde 4
republiekSiccema. Twee dwergen volgen Z. M. steeds; vrouwen komen mededeelen dat de offerande
In den Soloschen Kraton heerschen nog
de oude gewoonten en daarom werd een
glaasje madera gepresenteerd. De keizör en
resident werden bediend door Europeanen
en de overigen door personen van vorstelijken
bloede, kenbaar aan het dragen van den
hoofddoek, die het bovendeel van het hoafd
ongedekt laat. Toen allen dan bediend war*n,
nam de resident het woord om de gezond
heid te drinken ran Z. H. den Soesoehoenan
van Solo, commandeur in de orde van den
Nederlandschen Leeuw, generaal-majoor bjj
de legers van H. M. de Koningin der
Nederlanden. Flang, boum, vier muziek
korpsen vielen heel onregelmatig in met
het Wilhelmus, een duizendtal soldaten
vuurden tegelijk driemaal hunne musketten
af, wat door alle soldaten, die in den kraton
verspreid waren, herhaald werd, kortom, het
was een leven, dat hooren en zien verging.
Zoodra de rust weer eenigszins was terug
gekeerd, gaf de resident een teeken, waarop
allen zich van hunne zitplaatsen verheffen
en de officieele personen gaan de keizerin
oomplimenteeren. Als dit gedaan is, keeren
die weder naar hunne plaatsen terug en
wordt koffie en thee rondgediend, in welken
tjjd het muziekkorps van den mangkoêne-
te vestigen, toonde het overige Europa zijn Venetië, onder welker heerschappg Kretajop den voet en van die exemplaren heeft j heeft plaats gehad. De resident staat op en
tanden en Rusland zetelt nog niet aan de een tijdperk van grooten bloei beleefde. In j hij er een paar dozijn in voorraad, die hgwordt door den keizer tot aan de treden
het jaar 1669 werd het door de Turken overal in Indië laat opduikelen.
Middellandsche zee.
Terwijl dus de vraag: wie zal te Con- veroverd en sedert dit jaar heeft het opge-
stantinopel heerschen, nog altjjd een opene houden een rol te spelen in het oosten. Wel
blijft en geheel een kwestie van politiek is
geworden, zetelt nog de Turk aan den in
gang der Zwarte Zee, behoudt de grootste
vgand der christenheid vasten voet in Eu
ropa en verneemt men van tijd tot tgd van
ohristenmoorden op grooten schaal.
Vandaar dat de tijding: het kleine Grie
kenland maakt zich op tegen zjjn nabuur,
een kreet van hartelgke instemming ont
lokt heeft aan ieder, die niet door de hooge
politiek besmet is.
Griekenland heeft nog een appeltje te
schillen met Turkjje en als op 't oogen-
blik één staat de Oostersche kwestie zoo
heeft het meermalen getracht de Turksche
heerschappjj af te werpen en trachtte dit
ook te doen tjjdens Griekenland zjjn onaf-
haukeljjkheidskrjjg voerde, maar te vergeefs.
De Turken hebben met schoone beloften
van hervorming telkens de rust schjjnbaar
hersteld.
Sedert verscheidene jaren broeit het nu
weer op dit ongelukkige eiland.
't Is treurig, doch waar: andere volken,
Serviërs en Egyptenaren hebben in hun
worsteling tegen de Turken zich mogen
verheugen in den bijstand der mogend
heden, maar zoo spoedig de Kretensers en
I der pendoppo uitgeleide gedaan, de officieele
Keizer en resident schudden elkander personen volgen, de muziekkorpsen blazen
langdurig de hand en trokken toen de pen- weder het Volkslied, allen passeeren onder
doppo binnen, waar aan het einde 2 groote langs de trap der pendoppo en de officieele
stoelen stonden, waarop zjj zich nederzetten, reeeptie is afgeloopen, zeker ten genoege
Links aan de pendoppo waren stoelen gezet van allen, die ruim 2 uur in gala-uniform
voor het gevolg van den resident, de offi- of wel in zwarten rok gezeten hebben en
cieele personen voorop en de anderen meer het heerljjk vinden, dat zjj, bjj eene tem-
in de achterrjjen, terwjjl aan de rechterzijde
de oudere broeders des keizers een stoel
mochten innemen. De ooms en jongere
broeders des keizers moesten heel netjes op
den grond big ven zitten. Heel in de verte,
in een half donker bjjgebouw, kon men de
niet oplossen, dan toch vereenvoudigen mag,
dan is het het kleine Griekenland. j tikken ze hen op de vingers. Men ziet thans
Ook dit rgk kan de groote mogendheden hetzelfde. Het heet nu dat de Grieken het
niet dankbaar zjjn voor hun inmenging in j volkenrecht schenden en Duitschland, En-
de Turksche zaak. Nadat Griekenland in j geland enz. enz. staan gereed Griekenlands
1830 na een verwoeden krjjg zjjn onaf-1 opzet tegen te gaan. De zieke man moet
hankeljjkhand had teruggewonnen, bepaal-
ROMAN
VA*
FRIEDRICH ZIMMERMANN.
35)
Een half uur verstreek in bange verwach
ting. In Nagshead bleef het onrustig en
bedrjjvig, doch tot Franks verwondering
schenen de visschers tot geen besluit te
kunnen komen. Een kleine afdeeling man
schappen, die om Konks huis verzameld
waren scheidde zich eindeljjk van den troep
af, verdween achter de gebouwen, doch werd
een oogenblik daarna tusschen de duinen
weer zichtbaar. Frank volgde met den kjjker
hunne bewegingen. Er waren zes mannen.
Zjj wendden zich, na de duinen doorgegaan
te zjjn, naar de zee. Toen Frank zich over
den wand der klip voorover boog, ont
waarde hg de daar liggende boot.
Het was geen visschersboot, maar een
sloep, geljjk koopvaardijschepen varen als
reddingsboot. De mannen schoven met ver
eende krachten de boot door de branding,
een hunner had bereids aan het roer plaats
genomen. Zoo spoedig de kiel vlot was,
sprongen nog twee andere in de boot en
grepen de nemen. Enkele minuten later
was xjj in volle zee; de drie achterbig-
*vov»rlzzn Valran Viviri lrc» rY3<*t*arJar> <«»n anrrflu-
peratunr van 90°, het zwarte pak voor een
luchtig wit gewaad kunnen verwisselen.
De keizer bleef in de pendoppo, de prin
sen gingen een paar pleinen mede over en
de hooge adel begeleidde den resident tot
diens rjjtuig. De rijksbestuurder en diens
keizerin en de keizerljjke prinsessen zien gevolg zaten nog steeds op het binnenplein,
zitten. De resident en de keizer zaten wat Het bal begon ten negen uur in den avond,
met elkander te praten, toen 4 vrouwen al d.w.z. op dat uur zou de resident komen,
de Grieken trachten het juk af te schudden, i hurkende binnenkwamen en den keizer ditmaal met zijne echtgenoote. De gala-uni-
verlof vroegen eene offerande te mogen formen waren uitgetrokken en de burgerlijke
doen. Deze 4 vrouwen vormen den geheimen autoriteiten verschenen ook in den rok.
ministerraad des keizers, zij zijn gewapend In dezelfde pendoppo van 's morgens had
en hebben het recht iedereen die gevaarlijk 's avonds de ontvangst plaats, alleen waren
schjjnt voor den persoon des keizers, zonder nu de twee stoelen, die 's morgens achterin
verderen vorm van proces te dooden, stonden naar de rechterzijde verhuisd en
gehandhaafd worden. Van Engeland kan
blik na en keerden daarop naar het dorp
terug.
»Wat beduidt dat?.* vroeg Frank zich
verwonderd af. Hjj richtte zjjn kjjker op
de boot, daarna op den horizon en een
kreet van verrasing ontvlood zjjn lippen.
Ginds, eenige mjjlen van 't land verwjjderd,
lag een brik voor anker. Dat kon slechts
»de Hagedis,het smokkelschip zijn.
In 't zelfde oogenblik werd hem alles
helder. Zjjn vrees voor een aanval was on
gegrond de drukte beneden in 't dorp,
de bijeenkomsten der visschers voor Konks
woning golden de aankomst der brik. Noor
delijk van Kitty Hawk was niemand aan
't strand, te bespeuren en de visschersbooten
lagen hoog en droog op de duinen getrokken.
Waarschjjnlgk liet de woedende zee het
lossen der smokkelwaren niet toe, en van
daar de radeloosheid der vi schers.
Onderwjjl Frank de boot en de brik,
die thans zjjn geheele aandacht in beslag
namen, mét den kjjker in het oog hield,
duikte een gestalte tusschen de duinen op,
die met jjlende schreden het station naderde,
zonder dat Frank ze bemerkte. Eerst toen
de stappen der naderende op den Uarden
rotsgrond hoorbaar werden, keerde hg zich
om en greep naar den revolver.
tHalt wie daar?c
>Frank, Frank!* klonk Maggy's stem
en de geliefde viel hem afgemat en adem
loos in de armen.
»Wat is er gebeurd, Maggy? Wat doet
ge hier?* riep Frank, ten hoogste verbaasd
over dit bezoek.
-TLr mnüC ri onratün TTrottlrl»
>Is het over »de Hagedis
»De Hagedis?*
»Hier kjjk!« zei hjj, haar den kjjker in
de hand drukkend, >ken je dat schip?*
Werktuigelijk deed ze wat hjj vroeg.
»Het is »de Hagedis.*
Dat dacht ik wel en gindsche boot,
kent ge de mannen, die er in zitten?*
Maggy had nauweljjks den kjjker op de
boot gericht of ze stiet een halfonderdruktea
kreet van schrik uit.
>Groote God aan het roer zit mjjn
vader!*
»Uw vader! Zoo is hg verloren!*
Zjj legde dien uitroep verkeerd uit.
»Ga niet overjjld te werk, Frank,* smeekte
zjj, de armen om zjjn hals slaande, slees
eerst den brief, dien ik hier heb.*
»Een brief, van wien?«
»Van uw vader. O, Frank, nog kan alles
oed worden, lees den brief slechts!* Ze
had zich zoo lang beheerscht en brak nu
in tranen uit.
>Yan mjjn vader? En hoe kom je
daaraan
»Ik zal u alles vertellen lees maar
eerst,* drong zjj.
>Kom mee binnen.* Hg vatte haar bjj
de hand en nam ze mee.
»Sergeant Meisrs,* riep hg, »neem de
wacht over en geef vooral acÊt op West
en Zuid* Nu nam hg een lantaren en bracht
Maggy de trap naar zijn kamer.
sZet u neer kind,* zei hg liefdevol, »je
bent uitgeput. En vertel me dan eens, wat
is dat met dien brief?*
«.RrA uit n*CjWa..O-VjfML:uj,k
heb hem slechts door list in hauden ge
kregen. Hier neem, Frank, de brief zal u
alles verklaren.*
Hg drukte een kus op haar voorhoofd,
nam den brief uit haar hand en vouwde hem
open, meer nieuwsgierig dan bezorgd.
,Zjj zat tegenover hem, de handen gedrukt
sop het kloppend hart en zag hem met
l angstige spanning in 't gelaat. Bjj 't over
zien der onwisse moeiljjk leesbare letters,
waarin hjj nauweljjks zjjn vaders hand
herkende; verschoot Frank van kleur.
De inhoud luidde:
Geliefde Zoon!
Ik richt dezen brief aan het signaal
ambt, daar ik uw nieuw adres nog niet
ken en niet veel tgd heb tot wachten.
Het mocht anders eens te laat worden,
want voor twee dagen heeft mjj een be
roerte getroffen en de linkerzjjde mjjns
lichaams totaal verlamd.
Schrik niet te zeer mjjn jongen, het
gaat thaas beter, ik zit op de veranda in
mjjn leunsteul en mjjn hoofd is geheel
helder. De docter meent dat voor dit
oogenblik het gevaar geweken is, wan
neer ik maar volstrekte rnst houd. Doch
zie, mjjn lieve zoon, zulk een attaque op
mjjn jaren is steeds een vermaning, dat
we ons voor de laatste reizë hebben
gereed te houden en onze rekening hier
beneden in orde brengen zullen en dat wil
ik dan ook doen, voor vriend Hein komt
en mg onvoorziens de pen [uit de hand
neemt.
L'ftver war» het ma geweest u alles
waren daar nog twee ietwat lagere stoelen
bjjsrezet, en daarnaast stonden in een groo
ten kring ook een twintigtal stoffen. De
keizer zat er nu met de keizerin en in den
grooten kring zaten een achttal prinsessen,
zoo dat tusschen hen telkens een stoel open
was. Z. M. was thans in generaalsuniform
en H. M. had veel van een gewone baboe.
Een groot kwispeldoor stond naast haar en
daarin zat ze voortdurend te spuwen, ter
wjjl eene dikke oppervlakte aan haar lin
kerwang duideljjk aantoonde, dat ze eene
liefhebster was van sirih kauwen. Natuur-
ljjk waren zoowel Z. M. als H. M. rjjksljjk
met diamanten getooid.
's Morgens moest men op tjjne plaats
bljjven zitten, doch avonds kan men vrjje-
ljjk rondwandelen en het eerste, wat opviel
was, dat bjj den keizer de snor en de wenk
brauwen waren weggeschoren en daarvoor
andere in de plaats waren geteekend, die
meer naar boven liepen dan de gewone. Dit
is eene groote eer en dit mogen alleen
prinsen doen, die den keizer tot in den
3den graad bestaanze behoeven het echt
niet te doen, maar op een enkele uitz n-
dering na, doen het allen.
De pendoppe vult zich langzamerhand
met dames en heeren, allen in gala-toilet,
doch van den keizer of de keizerin neemt
niemand notitie. Daar donderen van de
aloon aloon drie kanonschoten, van ver
schillende kanten weerklinkt weer het Volks
lied, de resident nadert. De keizer staat op
en begeeft zich weder naar de trap om ter
ontvangst gereed te staan. Hij biedt de
echtgenoote van den resident den arm en
geleidt haar naar de keizerin. Resident en
echtgenoote begroeten de keizerin en daarna
komen alle gasten des keizers, de resident
de hand geven en eene buiging maken voor
mevrouw.
In den anderen grooten kring nemen,
tusschen de prinsessen plaats, de echtge-
nooten der assistenten-resident, van den
secretaris en van den overste van het fort.
Yoor deze dames is dit eene ware poeni-
tentie. Met diepe minachting zien die hoog
heden op de Europeesche dames neer en
kwellen hen dan met allerlei onzinnige
vragen, bjjv.: hoe heette u voor uw trouwen?
hoeveel kost die japon hoeveel verdient je
man en waarmee? en is men nu goedig
genoeg om daar maar op te antwoorden,
dan zijn ze niet gauw klaar. Zoo gaf eene
dame op de laatste vraag eens ten antwoord,
dat haar man zoo- en zooveel verdiende
mondeling te kunnen zeggen. Maar dat
gaat onder deze omstandigheden niet. De
signaalafdeeling heeft u trots uw jeugd
een zwaren post toevertrouwd e* dien
kant ge niet verlaten om mjjnentwil. Ik
dring er op aan, dat ge bljjft en de u ge
geven opdracht eerljjk volvoert, dat zal
me grooter vreugd zjjn, wanneer ik in
't leven bljjf, dan wanneer ge thans tot
me komt. Ik ben bovendien niet verlaten.
Uw zuster Ellen is terstond uit Chicago
gekomen en aan mjjn verpleging ont-
breeks dus niets.
En nu tot de hoofdzaak, mjjn jongen.
Het valt me moeiljjk u de volgende
onthullingen te doen, maar ik hoop dat
ge nw rader daarom niet minder in
liefde znlt gedenken.
Het is nu zesentwintig jaar gel»
dat wjj mjjn moeder, mjjn broe^. j?
en ik om het vunr zaten. De storm
zweepte de sneeuw van de Alleghanies
naar beneden en belette een ieder buiten
te komen. Het was een weer, waarin
men geen hond de deur uitjaagt. Daar
kwam onze oude huianeger Samuel
ge hebt den grjjskop ook nog gekend
de kamer in en meldde dat buiten op
het erf een arme vroaw stond met een
kind op den arm, en om een onderkomen
voor den nacht smeekte. Mjjn moeder,
barmhartig en steeds tot hulp bereid,
stuurde mg naar buiten om de vreemde
binnen te halen.
Wordt vervolgd.