Het Land van Hwisilon en ilena, de Langstraat en de fiommelerwaard. M 161T. L E CTfllI II. FEUILLETON Uitgever: L. J. YEERMAN, Heusden. DONDERDAG 19 AUG. 1897. SI1XTA. Dit blad verachjjnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO. franco per post zonder prjjsveihooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentien van 16 regels 50 ct. Elke regel meer 7l/t ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond ingewacht. >Van vele boeken te maken is geen einde, en veel lezen is vermoeiing dis lichaams.c »Zoo klaagde reeds eeuwen en eeuwen geleden de oude Prediker. (Pred. XII vs. 12.) Met hoeveel meer r-.cht zou hg thans die klacht aanheffen, nu, vooral ook ten gevolge van de uitvinding der boekdruk kunst, tienduizenden en nog eens tien duizenden boeken ons overstroomen, zoodat wg er schier door overstelpt worden als door een zondvloed. Het zal er dus meer dan ooit op aan komen, dat men uit dien overvloed van boeken een goede keus doe. Veel wordt er geschreven en uitgegeven, dat men beter doet met ongelezen te laten. Over het algemeen kan men zeggen, dat een boek, dat het herlezen niet waard is, ook niet waard is geschreven te zgn. Een degeljjk Fransch geleerde heeft eens gezegd: »Je ne lis plus, je relia,»Ik lees piet meer, ik hèrlees.c Daarin ligt een goede les. Er zgn klassieke meesterstukken geschreven, die de eeuwen door hunne schoonheid en waardjj behouden hebben en zullen blgven behouden. Griekenland en Rome b.v. hebben sthriftelgke monumenten nagelaten, hechter dan metaal. Deze zullen steeds worden gelezen, zoolang de beoefe ning der klassieke talen in eere blijft en de zin voor wat waarachtig schoon en artistiek is, aangekweekt wordt bij jongeren en ouderen. Ook andere landen Enge land, Duitschland, Frankrjjk, Nederland, enz. hebben hunne klassieke schrijvers. Welnu, gene en deze neme men telkens ter hand om ze te lezen en te hèrlezen. Reeds de Romeinsche dichter Horatius gaf dien raad ten opzichte van de Grieksche schrgvers. Doch dan zjj er ernst bg de lectuur. Men doorbladere zulke schrgvers niet, op dat deze vluchtige kennismaking ons in staat stelle er bg de oene of andere gelegenheid over mee te kunnen pratenneen, men leze met ernst en toewgding, men geniete van al de schoonheden, die in het kunst werk worden aangetroffen. Ook hier geldt de bekende vraag: >Ver- staat gij wat gjj leest?* Er wordt dikwjjls zoo vluchtig, zoo oppervlakkig gelezen, dat men er letterljjk niets aan heeft. Iemand heeft eens zoo terecht gezegd»Het lezen is voor mg een o EEN NOVELLE VAN HET STRAND. 9) »Dood?« riep Geertje met eene uitdruk king van schiik. »Ja. ja,« ging zij voort, »natuurljjk! Wie had in dien storm nog kunnen leven? De golven namen haar mede, ik kon haar met mgne zwakke handen niet houden. Sprak niet Dmand van Sina Zg streek weer met do hand over het voor hoofd. »Jan, trouw haar,« ztide zg toen plotseling, »ik wil haar rijk maken. Gjj hebt haar gaarne, niet waar?* Hij knikte. Zg stond op en greep naar haar stok. Dood, bromde zg nogmaals. Jan met een verwarden blik aanziende, en toen zoo snel zg kon voortstrompelende. Ik wilde dat zg ook dood ware geweest. Jan wil haar trou wen, dan moet ik het haar geven. Had Geertje haar vroegere kracht nog gehad, dan zou zg dwars over de duinen naar hare hut zgn gegaan, maar de ouder dom had haar met zgne gebreken bezocht, en angstig hield zg zich onder de bescher ming der duinen, om niet blootgesteld te zgn aan den zeewind, waartegen hare kracht met groot genoeg meer was. Zoo kwam zg door dezen omweg ook voorbjj het huis van kapitein Cassen, en daar was zg zoo aitgeput, dat zg zich aan den muur moest vastuouden, om zich te daad van ernst en inspanning; wanneer ik. iets lees, zonder ik mg af en wijd mgu gansche aandacht, mgne geheelo ziel aan hetgeen ik lees.* Zulk lezen is nuttig, draagt heilzame vruchten. Doch dan moeten de boeken, die men leoat, ook goed en deugdeljjk zgn. Vooral voor de opvoeding onzer kinderen is het zoo heilzaam hun goede boeken in handen te g8ven. De bekende Engelschen Staatsman Go- schen heeft bg een prijsuitdeeling op een school te Liverpool eens een lans gebroken voor het nat van sprookjes en romans voor jongens. Hg waarschuwde tegen het gevaar van een al te zeer op nuttigheid gerichte opleiding. Tegen technische opleiding had hg niets, doch hg meende, dat ook 's men- schen geest bg brood alleen niet leven kan. Een bestaan of kostwinning is nog geen leven zoowel op hun leven als menschen als op hun bestaan als kostwinners, moet de opleiding der kinderen gericht zgn. Onderwjjs moet meer doen dan hen in staat stellen hun brood te verdienen, te huwen en eön gezin groot te brengen, Het moet hun gansche manier van leven veredelen, met glans en schoonheid op luisteren. Daarom wil de heer Goschen het vermogen der verbeelding aangekweekt zien in den breedsten zin. Wat is dit vermogen der verbeelding? Het is de gave van den geest, om zich ideale beelden te vormen, die liggen buiten zgn dagelijksche omgeving en deze anderen te aanschouwen geven. Die gave is weg gelegd voor den armsten zoowel als voor den rjjksten. En zg zal niemand onbekwaam doen worden voor de vervulling der prac- tische plichten des levens; integendeel, zij zal die gemakkelijker maken, daar zg het levensgenot, het persoonljjk welbehagen in het leven verhoogt. Hoe gezonder de geest, des te gemakkelijker arbeidt hg en arbeidt het lichaam met hem. Gelijk nu een be zoek aan het zeestrand het lichaam ver kwikt en sterkt en nieuwen blos brengt op de wangen, zóó ook verkwikt en sterkt en kleurt opnieuw een uitstap der verbeelding den geest. Ademt dus, kinderen en jonge lieden, op uw tgd met volle teugen het versterkend ozon der verbeeldingEn hoe dit? Door het lezen van reisbeschrijvingen en poëzie, de levens van beroemde mannen want ook daar is hooge verheffing uit te ontleenen, getuig} dat zoo menig groot man, als Franklin en anderen, tot nag ver dat men haar vermeed en vreesde, had daarin vroeger ook genoegen geschept, maar nu oogste zij de vruchten van dit zaad, en deze waren bitter in haar mond. Naast haar stond een venster open en nieuwsgierig zag zjj in den door den heer Raad bewoonde kamer. Dicht bg het raam, op een met boeken bedekte tafel, stond een portret het lederen foudraal, waaruit het genomen was lag er naast en met wjjd openge spalkte oogeD staarde Geertje dit portret aan. Het had in 't geheel niets in het oog- vallends. Een bleek, regelmatig gezicht, was door blonde eenigzins roodachtige haren omgeven en donkere, ernstige oogen pasten goed bg den weemoedige» maar oneindig liefelgken glimlach, welke om den mond lag. Op den ontblootten witten hals lag een gouden ketting, waaraan een groot kruis van witte en groene steenen hing Tegen den wind in, met een gevoel, als rolden de golven achter haar aan, vloog Geertje in ademloozen haast midden door het dorp. Lachend schreeuwden de kinderen haar achterna, hoofdschuddend zagen de ouden naar haar, tot dat zij over het moeras bg hare hut kwam, wnarvau zg de deur haastig sloot. Hadden wind en golven haar tlit willen zeggen, die nu altjjd luider, en alijjd duidelgker in den nacht bruisten en stormden. Zou nu de wraak van de zee beginneu, omdat- zg haar bevel Diet j was nagekomen, haar doel verijdeld had Wut beduidde dat kruis op den boezem van i aie vrouw? De wind deed de deur rani- UT J geprikkeld is door het lezen der lerens van Plutarchus, waarin deze groote Grieksche geschiedschrijver de beroemdste helden der oudheid voor onzen geest heeft getooverd, en ook door het lezen van goode romans. Goede romans; want er wordt tegenwoordig maar al te druk een soort van romans in het lioht gegeven, waarin men alles vindt, behalve wat het jong gemoed behoeft. Men vindt in die boeken platheden, de nauw keurigste voorstellingen van alledaagsche mannen en vrouwen, verveLud, laag of dom doch wat leert men daaruit? Weg met dergelijk geknutsel J Weg met de his torietjes der brave Hendrikkeu in allerlei formaat! De knaap leze sohrjjvers als Walter Scott, Dickons, Kinglvy, Marryat, Cooper, Jacob van Lennep, Andriessen, Louwerse. Hij doe zich te goed aan Ivan- hoe, David Copperfield, Nelly, Peter Simple, de Woudlooper, Jules Verne's reizen, de Roos van Dekama; hij leve met Robinson Crusoè' op diens eiland. Hg vtrdiepe zich in de geschiedenis van het verledene het boek van Prof. P. J. Blok over onze geschiedenis is aller aanbevelingswaardig in kloek doorstane avonturen te land en ter zee; hg dwepe met een Tromp en de Rugterhg laete eerbied gevoelen voor een Willem van Oranje, den grondlegger onzer vrjjheid, in ééu woord, voor de helden van ons voorgeslacht. Ook goede reisverhalen zgn voor hem uitmuntend. Bij wjjle zelfs halo hg zgn hart op met mate natuurljjk en tot ontspanning slechts aan de aloude sprookjes, die het erfdeel zgn van alle volken der aarde. Ongelukkig het geslacht van jeugdige oude mannetjes, dat geen behagen meer zou vinden in Klein-Duimpje en Aladdin's Wonderlamp. Ongelukkig de vaders of on derwijzers, die de Duizend-en-één Nacht* en de sprookjes der Gebrs. Grimm op den index meenden te moeten plaatsen voor een wijsneuzig geslacht van aanstaande Droog stoppels! Ongelukkig het uienschdom, zoo het ooit bg scherping van het verstand het hart dor en koud en eng meent te mogen laten En voor ons allen geldt het, dat wij door goede lectuur den geest moeten ontwikkelen en verheffen boven het zinnelijke. Daartoe ons in gemeenschap gesteld met mannen van beschaving en kunst, met de besten van ons geslacht, van vroegeren en lateren tgd, met de dichters en de wjjjs- geeren in de eerste plaats, die onze ziel maakte venster, als wilde hg bg de oude vrouw binnenstormen, die in den donkersten hoek van de kleine ruimte zat en, de handen voor het gezicht gedrukt, zich kreunend heen en weer wiegde. Ik wil het weder goedmaken, Jan moet haar trouwen en ik zal het haar geven. Te laat, te laat! Nooit rolt de golf des tjjds terug, nooit kan berouw de booze daad ongedaan maken, de wensch naar vergoeding de onheilvolle gevolgen uitwisschen. Bjj haren haastigen loop was Geertje ook den heer Raad voorbijgesneld, die door het dorp slenterde en hier en daar met de lieden een gesprek trachtte aan te kuoopen. De wensch, om hunne gewoonten en levens beschouwingen te leeren kennen, dreef er hem toe, maar de eilandbewoners kwaaien hem daarin over 't geheel niet tegemoet. In hun verleden waren zoovele donkere punten, dat een vreemdeling hun zeer verdacht toe scheen. Mjjn eerste indruk van deze natuur- menschen was niet onjuist, zeide hg halfluid, eene gewoonte, die hg in zijn eenzaam laven had aangenomen. Wij erkennen bij de dieren het voortreffelijke, het onbegrij pelijke van het instinkt en wantrouwen de verschijning er van bjj ons zelf onbepaald. Met al ons overleg, als ons verstand, komen wg in sommige zaken niet zoover als een hond met zgn instinkt. Mjjn gevoel waar schuwde mjj voor deze menschen, en toch ben ik hierhesn gegaan, omdat ik wan trouwen tegen tujjn voorgevoel koesterde. Ware ik maar teruggekeerd, nu gevoel ik WÊm IRÉmÉl MMMHIMiiikuiiMÜÉk verheffia boven het zinaeljjke en ons op voeren naar hoogere sferen. Vergeten wg het niet, dat de geest meerder is dan de stof. sHeerljjkc heeft eens eea groot wijsgeer gezegd »is het gezicht van den fonkelenden sterrenhemel boven ons, maar een grootscher aanblik nog is de zedewet in ons gemoed.* De geest stichte dus ook zgn rjj'r in ons en daartoe werke mede het ernstig lezen van goeie boeken, waartoe wg onze lezers nut alle kracht opwekken. Baitenland, De prins van Orleans heeft werkelijk geduelleerd m>t den graaf van Turijn, Zooals men weet, had de gr&af van Turjjn don prins van Orleans reeds te Alexandrië telegrafisch en vervolgens te Marseille schrif telijk om opheldering wegens de aanvallen op Italiaansche officieren verzocht. De prins handhaafde de juistheid zjjner med-)deelin- gen. Daarop droeg de graaf van Turjjn den overste Felice Avogadro en kolonel Vioino Palavicino op, den prins uit te dagen, Graaf Gelice Avogadro is adjudant van koning Humbert, Alvorens deze beide officieren met die van den prins onderhandelden, trokken de secondanten van generaal Albertone zich terug. Terwjjl Zaterdagavond te Pargs werd verteld, dat tengevolge van de tusschen- komst van een hooggeplaatst persoon uit Italië het duel afgezegd was, hadden de getuigen van den graaf van Turjjn een laatste onderhoud met die vau Orleans, graaf Leontiew en den heer Mourichon. Zondagmorgen om vier uur heeft het duel plaats gehad in het zoogenaamde Maarschalkenbosch bg Vaucresson; plaats en tgd waren, in tegenstelling met wat ge woonlijk bij Parjjsche duels gebeurt, zorg vuldig geheim gehoudende graaf had ver klaard onmiddellijk het duel te staken, indien andere personen dan de getuigen en de dokters er bg tegenwoordig waren. Bij het duel, dat vjjfmaal hervat werd, kreeg de prins van Orleans twee wonden, een aan den rechterschouder en een in den buik. Deze laatste maakte aan het gevecht een einde. De graaf van Tnrjjn werd aan de rechterhand gekwetst. Na het duel druk ten de beide tegenstanders elkaar de hand. De prins is overgebracht naar het hotel van zgn vader, den hertog van Chartres, waar hjj verpleegd wordt. De graaf van Turjjn, prins Vittorio-Ema- nuele Giovauni-Mariua is, naar meu weet, in mjjn gewone leven passen. Die oude vrouw, die mg juist voorbjjliep, zou mjj angstig maken, en al die andere vrouwen zullen er na eenige jaren evenzoo uitzien zg hebben hart noch gemoed, dat hun jong kan houden. Reeds ia de kinderen zie ik dezelfde sporen, het is een onver kwikkelijk ras. Hoe kon het lot een meisje als Sina daar tusschen schuiven zij be hoort hier waarlijk niet; hoeveel leed het haar ook doet. Arm kind 1 Ik zie weinig, weiuig geluk voor haar, zelfs al werd van Hendrik eu haar een paar, tehuis kan zjj zich hier nooit gevoelen. Langzaam giug hij de hutten voorbg tot aan het huis van kapitein Cassen, eu trad iu de door hem bewoonde kamer. De tocht di- door het openen d.-r deur binnenkwam, wierp het portrjt ooi, eu met eene lief kozende beweging nam de heer Raai het op, en streek er teeder over heen. >Ik mag u zoo niet laten staan, mjjue Stellafluisterde hg. De vochtige lucht kon misschien niet goed zjju. Hg lag het portret weer zorgvuldig in het foudraal. Wat moet ik doen? Zal ik weer heengaan en het meisje trachten te vergeten, dat op mjj zulk eea diepen indruk heeft gemaakt Het was de eerste maal, dat ik mjj door zulk een nevelachtig gevoel van een plan liet afbrengen. Zjj wokt eene herinnering in mg, welke ik niet kan onderdrukken. Haar haar heeft bjjna de kleur van Stella's lokken. Mgne StellaHoelang zal het leven ons nog scheiden, wanneer zullen wjj ein delijk vereenigd worden? de tweede zoon vau wijlen den hertog vau Aosta (koning Amedeus van Spanje) en bjj gevolg de neef van koning Humbert van Italië. Hjj werd den 24sten November 1870 te Turijn geboren. De graaf is majoor bg het regiment cavalerie >Piemonte Reale* eu majoor a la suite bjj het regiment kuras siers van de Pruisische garde. Zijn broeder, de hertog van Aosta, is gehuwd met prinses Helena van Orleans, dochter van den graaf van Pargs. De getuigen van luitenant Piui hebben Pargs verlaten, doch de quaestie met generaal Albertone is nog niet uitgemaakt. Alle Bulgaarsche bladen zijn het er over eens, dat de groote kruitontploffing ti Rastschuk, zie ons blad van Woetslag 1.1., het gevolg is geweest van ten bjjna mis dadige zorgeloosheid. De gebroeders Iwanow te Sofia, die zich als kleine handelaars in ijzerwerk met behulp van Russische con necties wisten op te werken tot sehatrjjke aannemers en zich als ijverige Russenvereer ders mochten verheugen in de bijzondere gun3t dor tegenwoordige regeering, hadden de ontlading van geven millioen groot kaliber geweer-patronen, die door de Russen ware» achtergelaten, op die conditie aangenomen, dat zjj het kruit zouden afleveren aan den Staat, en de hulzen en het lood der kogela voor zich mochten behouden. Om van deze zaak zooveel mogeljjk te plukken, werden tot het ledigen der hulzen voornamelijk vrouwen en kinderen tegen een loon(!) van 20 a 40 cents per dag geëxploiteerd zonder dat er bovendien sprake was van eenigen maatregel in het belang van hun veiligheid. In dezelfde houten loods waar de ontlading der patronen plaats had en van deze ruimte slechts door een dun houten beschot gescheiden, bevond zich nota bene de localiteit, waar de looden kogels versmolten werlon! De eenige voor- ziehtigheidsmaatregel die men genomen had, bestond hieria, dat men gedurende den werktgd de beide deuren der loods vau buiten afsloot, waardoor weliswaar het ge vaar van buitenaf werd beperkt, doch de toestand der opgeslotenen bg een incident in de loods noodlottige gevolgen moest hebben. Bg de ontzettende ontploffing zgn dan ook van de ruim driehonderd arbeiders slechts weinigen, die na de verbrjjzeling der loods naar buiten konden vluchten, gespaard gebleven. De overigen wien dit niet gelukte, zgn of door de kogels der bjj duizenden tegeljjk ontploffende patronen, in zjjn gelaat, en hg verzonk in diepe droomergen. O herinneringSchoon maar ook zoo pijnigend geschenk van den hemelAl uw schrik goot gij uit over Geertje, toen zjj in de duisternis van den avond rusteloos om het huis van kapitein Cassen sloop, en be proefd. aan de deur te luisteren, waarachter zjj den kapitein, den heer Raad, Hendrik en Sina wist. Het tnrfvuur brandde vroolijk, de ketel er boven siste en zong en als tot begeleiding klonk hat ruischen van de zee er tusschen. Toen Geertje zich bakte, om haar oor aan de opening van de deur te leggen, stiet zij tegen een kleine emmer, welke Sina had laten liggen, om mosselen te halen; de emmer rolde om en verschrikte Geertje zoo, dat zjj om den hoek van het huis kroop en eerst na langen tgd waagde zjj het weder te voorschjjn te komen. Kon men het tegenwoordige door het juist stellende glas vau het verleden bezien, hoe jnist zou meu steeds handelen, en alle misgrepen zorgvuldig vermjjden. Had ik wel vrouw en kinderen van mg laten gaan, als ik het verschrikkelijke einde dezir reis voor uit had gezien. Zg de Amerikaansche vreesde de zeereis niet en ik geloofde mjj niet los te kunnen maken. Wat zgn nu roem en goad in vergelgking van dat verlies, dat mgu leven eenzaam maakte, en dat ik niet kan vergeten. Een diepe zucht, toen was alles stil. Wordt vervolgd.) ;ende, smartelijke trek kwam

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1897 | | pagina 1