iet Land van flensden en Altera, de Langstraat en de Bommelerwaard.
feuilletönT
M 1625.
Uitgever: L. J. VEERMAN., Heusden.
WOENSDAG 15 SEPT.
1897.
land van
voor
Dit blad verschjjnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO.
Branco per post zonder prgsveihooging. Afzonderljjke
nnmaxers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels SO et. Elke regel
meer 77» ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrgdagarond
ingewacht.
Hoofdpgn is een veelvuldig voorkomend
ljjden, des te ongenamer, dewijl ze door de
omgeving niet bijzonder geteld wordt. Het
is waar, ze wordt meermalen als voor
wendsel gebruikt om ziek aan een opge
dragen taak te onttrekken, dat doet echter
niets af aan hare algemeenheid en haar
invloed op den mensch. Een lijden, dat het
edelste onzer organen treft, de hersenen,
dat de bron van onze grootste vreugde
verstoort en daardoor ons levensgeluk ver
galt, verdient zeker een nauwgezette waar
neming. Temeer, nu men niet meer alle
hoofdpijn als een enkele, steeds uit dezelfde
oorzaak ontspruitende kwaal beschouwt,
maar weet dat ze uit verschillende oorzaken
kan ontstaan.
Zoo ergens, dan geldt hier de gewichtige
grondstelling der huidige geneeskunde, ni?t
de ziekte maar den zieke te behandelen. Dit
in 't oog houdende valt de behandeling groo-
tendeels binnen het gebied der gezondheids
leer, waarover 't niet ongepast is ook onder
leeken te spreken. Misschien dat de opsom
ming der oorzaken en een aanwjjzing hoe die
te ontgaan, voor den een of ander eenig
nut hebben zal.
Tot de voornaamste oorzaken van hoofd
pijn behooren bleekzucht en bloedarmoede.
In vele dezer gevallen echter valt daarop
het vermoeden geenszins, wijl de lijder er
op 't oog krachtig en gezond uitziet en
't geprikkelde zenuwstelsel de wangen kleurt,
zoodat eer aan volbloedigheid dan bloed
armoede gedacht wordt. Deze lijders ver
vallen in 't uiterstede een meent alles
gedaan te hebben wanneer hjj staal tot zich
neemt in allerlei vorm en groote hoeveelheid,
de ander wil van dit middel niet weten om
dat 't de tanden aangrgpt. Beiden hebben
't mis, staal is in zekere gevallen uitmun
tend, maar 't is zaak de regeling van hoe
veelheid en vorm aan den arts over to
laFn. Bloedarmoe en bleekzucht gaan niet
altjjd gepaard met bleek uitzicht, wel echter
met zwakke afgematheil, hartklopping en
gebrek aan adem bjj lichaamsbeweging.
Wanneer deze verschijnselen niet door straks
ter sprake komende maatregelen ophouden,
is genesskandige hulp dringend noodig.
Een tweede oorzaak is zenuwachtigheid,
soms door overerving, veelal echter door
overwerken, nachtwaken, aanhoudende ge
moedsbeweging, ongeregelde levenswjjze ont
staan. Zenuwachtigheid is de kwaal van
onzen tjjd, ten onreehtö een modeziekte
EEN NOVELLE VAN HET STRAND.
17)
>Ondertusschen kan er veel veranderen,
en de alles vermogende tjjd helpt hier wel
licht het zjjne toe. Zonder u of Sina te
willen beleedigen, was het toch mogelijk.*
»Neen mijnheer Raad,* viel Hendrik snel
in, daar hg hem terstond begreep, »wjj
veranderen niet. Ik kan zoo goed als voor
Sina instaan, wij hebben elkander reeds als
kinderen lief gehad en zijn Van elkander
geheel zeker.»
»Acb, lieve vriend,* hervatte Raad neer
slachtig, »wie toch is er zeker van zich
zelven, wie kan voor een ander persoon
gereedeljjk instaan? Wind en golven zjjn
met zoo onstandvastig als 's menschen hart
en zinnen; iedere dag, ieder uur kan de
uiteenloopendste veranderingen in ons en
om ons teweegbrengen, en daaraan is uw
vader evenzeer onderworpen als gjj, als ik,
als alle menschen. Slechts niet overglen.
Rustig de dingen afwachten heeft minder
geschaad dan kaast en overijling.*
Hg dacht daarbjj verder minder aan Hen
drik dan aan zich zelven en hij trachtte
zich te overtuigen, dat niets verloren is,
wanneer men rustig volhardt tot morgen;
maar nog nooit was hem die zelfbeheer-
genoemd, want ze wordt ook gevonden in
de hutten der armen, waar de mode zelfs
niet bij name bekend is en hier zooveel te
slimmer daar ze gepaard gaat met armoede
en slechte voeding.
Bloedarmoede en zenuwlijden hebben in
den regel stoornissen tengevolge, die elk
voor zich, zelfs hg gezonden, hoofdpijn
verwekken kunnen, n.l. maaglijden en ver
stopping. De laatste in 't bijzonder is zoo
dikwijls aanleiding tot hoofdpijn, dat de
fabrikanten van afvoerende geheime genees
middelen hierop vooral den nadruk leggen.
Wanneer hun middelen de verstopping deden
ophouden en verder geen schadelijke ge
volgen hadden, zou de arts het gebruik
niet ontraden. In waarheid echter doen ze
dat slechts tjjdeljjk en nooit duurzaam en
doen door hun aloëgebalte voor 't vervolg
meer kwaad dan goed.
Een andere oorzaak treffen we aan in
gestoorde bloedsomloop, een lijden, voor
komende bjj personen, die te weinig be
weging nemen. Mannen, die een zittend
beroep uitoefenen, vrouwen, die meenen
dat de huiseljjke bezigheden genoeg beweging
verschaffen, jonge meisjes die met machine-
arbeid den kost verdienen allen lijden
meer of minder aan deze kwaal, die zich
aankondigt door hoofdpijn, duizeligheid,
suizing in de ooren, koude handen en
voeten, enz.
Wat nu te doen om de hoofdpiju en
hare gezellinnen te verdrjjven?
Eerst zjj gezegd dat de lijder niet moet
verwachten dat er een geneesmiddel bestaat,
op zichzelf in staat hem te genezen. Wel
zgn behalve de oude middelen chinine,
broomkali, enz. in de laatste jaren nog
nieuwe gevonden, als antifebrine en de
alom verbreide, maar volstrekt niet onge
vaarlijke antipyrine, maar al deze middelen
werken pijnstillend slechts voor een onkelen
keer en tasfen de kwaal niet in 't hart aan.
Daar gelaten de bekamping door den
arts van de oorzakelijke kwalen, bleekzucht,
bloedarmoede en zenuwlijden, komt het hier
vooral aan op een doelmatige en gepaste
levenswgze en dat is dan ook het eenige,
't welk de patient nit zichzelven doen kan.
In algemeene trekken volge hjj dit recept
hjj ga bijtijds naar bed en luchte den heelen
dag de slaapkamer. Voor 't slapen gaan is
lezen niet geoorloofd, 's Morgens eveneens
bjjtjjds op, 7 uur b.v., daarna een wandeling;
bij slecht weer kamergymnastiek. Thee en
koffie, zoomede spiritualiën zijn verboden,
water eH melk zgn de hem passende dranken.
juist nu. Hjj hoorde in het geheel niet dat
Hendrik iets zeide; bjj nam de brandende
kaars van de tafel af, die midden in de
kamer stond, plaatste zich in de nabjjheid
van het venstir en de beeltenis uit defoudraal
halende, plaatste hjj het zoodanig, dat het
volle licht er op viel. Sraarteljjk diep en
luid zuchtend, bleef hjj er in volle gedachten
verzonken voor staan. Bjj het scnjjnsel der
heen en weer flikkerende vlam, geleek het,
alsof de mond glimlachte, de oogen zich
bewogen.
Hendrik stiet een kreet van verrassing
uit, een zwakkere, die van het venster klonk
onhoorbaar makende.
Als het ware aan hem voorstellende zeide
de heer Raad
»Dat is de beeltenis mjjner zalige vrouw,
die nu zestien jaar geleden op de brandende
»Borussia< met hare beide kinderen om
kwam. Zoo heelt de tjjd de diepste wonden.
Ik geloofde dat ik die vreeseljjke tjjding, die
mjj in de bljjdste voorbereidingen tot hare
terugkomst verraste, niet zoude overleven,
en nu zgn er zestien jaren over heen ge
gaan, en ik kan het rustig vertellen. Maar
vergeten neen, vergeten kan ik het nooit
Hoe heb ik in de eerste nachten met die
vreeseljjke beelden geworsteld waarin ik
die teedere zachte vrouw met de kleine kin
deren in de vlammen zag toen vernam
ik, dat booten met passagiers het brandende
schip verlaten hadden maanden lang
hoopte ik evenals zoovele oDgelukkigen, op
de redding mijner geliefden jaren achter-
Tusschen den arbeil een wandeling en
's avonds wederom kamergymnastiek. Deze
mogen echter riet leiden tot vermoeidheid,
't eenige doel is opwekking, niet verslapping.
Helpt deze leefregel niet, dan verzuime
men niet den arts te ontbieden.
Bij een aanval van hoofdpijn is rust
nemen de hoofdzaakden een helpen koude,
den ander warme omslagen, hier een glas
wjjD, daar een theelepel zont, valeriaan-
of hoflfmandruppels en nog een heele schaar
geneesmiddelen. Wel hem, die op dit punt
geen eigen ervaring bezit
Buitenland.
Men schrjjft uit Brussel:
Een week geleden werd bjj de Brussel-
sche politie door den beer Andriesse, direc
teur der margarinefabriek van Van den
Berg Co. filiale der Rotterdamscbe
firma gevestigd in de rue Bonne te Sint-
Jans-Molenbeek, aangifte gedaan van het
spoorloos verdwjjnen van zjjn bediende Emile
Lavergne, die met het innen der gelden was
belast en die den lsten September, den dag
waarop hij was verdwenen, een som van
5000 franc moest incasseeren.
Daar de man te boek stond als zeer
eerlijk en oppassend, meende men reeds
aanstonds dat verdwjjnen te moeten toe
schrijven aan een misdaad. Intusschen ble
ven alle navorschingen zonder eenig resul
taat.
Vrjjdagavond nu heeft men het lijk van
den ongelukkigen Lavergne ontdekt in een
leegstaand huis, van den boulevard Barthé-
lémy, dat tot en met den len September
bewoond was geweest door eene deerne van
licht allooi, die daar een kroeg hield, en
een minnaar had, naar men zegt een Turk,
die dikwijls van naam veranderde, maar
daar bekend stond als Georges Moors. Het
was de eigenaar van het huis die het in
vergevorderden staat van ontbinding ver-
keerende lijk ontdekt»;. De hersenpan was
verbrjjzeld en uit de gapende kloof waren
de hersens langs aangezicht en hals neerge-
loopen. Daarnaast lag de pet van het slacht
offer, met de letter V. er op. De heer An
driesse, terstond verwittigd, herkende on
middellijk zgn verdwenen bediende, wiens
overschot naar het St. Jans-hospitaal is
vervoerd.
Het is zoo goed als zeker, dat Lavergne
door George Moors en de kroeghoudster
met voorbedachten rade is vermoord ge
worden. Beide mannen hadden vroeger in
bericht beloofde. Ach, het was alles te ver
geefs. Mjjn geluk was mjj ontnomen en niets,
geheel niets was mjj over gebleven Maar
Hendrik, om Gods wil, wat scheelt n? Hoe
staart gjj dat beeld zoo aan? Gij zjjt bleek
en wat is het? Wat ziet gjj er aan?
O, spreek toch!*
»Dat kruis, ik bezie dat kruis,* stamelde
Hendrik geheel onvasb
Waarom dat kruis? Wat is er met dat
krui»? Kent gij het, hebt het meer gezien?
Almachtige God, was het mogelijk dat mgn
voorgevoel zich beves'igde! Waar, waar
hebt gij het gezien? Hier of elders? Wie
bezat het, waar was het, o antwoordt toch?*
»Ik heb het gezien, verder kan ik nu
niets zeggen; ik weet er verder niets van,*
antwoordde Hendrik eindelijk. Zooveel over
stelpende gedachten bestormden hem, dat
hjj niet wist wat hij zeggen moest. Slechts
dit ééne was hem terstoad duideljjk: Sina
alleen had het recht hier de verklaring te
geven, en zjj moest dadeljjk alles van hem
vernemen. Hjj zou haar mededeelen welk
onverwachte wending haar stond te wachten
en een reine, onzelfzuchtige vreugde ge
voelde zjjtrouw liefhebbend hart daarover.
Sina's liefde was en bleef hem, onder alle
omstandigheden, daar wa3 hjj van verzekerd.
Hendrik zag den heer Raad aan, die in
een moeieljjk te beschrjjven opgewektheid
was en in gespannen verwachting op hem
neer zag.
>Sina«, begon Hendrik eindelijk weder,
de heer Raad kromp ineen en stiet een
Tongkin bjj het Fransche leger gediend, en
hadden daardoor kameraadschappelijke be
trekkingen onderhouden, en zoo kwam
Lavergne wel meer daar aan huis. Het feit
dat de kroeghoudster en haar minnaar, die
reeds sLds een heel tjjd je te boek stond als
een bedrieger, spoorloos zgn verdwenen,
sty ft de justitie in haar vermoeden.
Nader meldt men:
De Bru-selsche politie heeft den mede
plichtige van den moordenaar van den kan
toorbediende Lavergne opgespoord. Het is
zekere Jan Paridaens, een Molenbekenaar.
De btwjjzen tpgen hem waren zeer bezwa
rend. Hjj werd in lKchtenis genomen en
in verzekerde bewaring gesteld. Eer3t ont
kende hjj alles, maar ten slotte viel hjj in
zoover door de mand dat hij bekende Moors
(die eigenlijk Masson heet, en te Konstan-
tinopel is geboren) wel kende, en voor hem
meubels verkocht en een koffer gekocht
had. Het meisje van Paridaens is ook ver
hoord.
Van Masson en zjjn bjjzit is nog geen
spoor gevonden.
Te Gent heerscht groote ontroering
wegens de vermoording van zekeren Leopold
de Keyzer, wiens Ijjk in zijn huis in de
Knolstraat aldaar gevonden is. Hjj lag er
met verbrijzelden schedel. De ontroering is
zoo groot, omdat men gelooft dat de eigen
zoon van den verslagene de dader is. Hij
beweert echter, dat hjj, na te Audenaerde
ten bezoek bij zjjn moeder te zjjn geweest,
thuiskomende zjjn vader zieltogende gevon
den heeft. Na het bloed te hebben afge-
wasschen, had hjj zijn inmiddels gestorven
vader te bed gebracht en was weder naar
Audedaerde vertrokken om zgn moeder op
den dood voor te bereiden. Men heeft den
man, die overigens geen aangifte van het
bloedig feit gedaan had, natuurlijk ia hech
tenis gehouden.
De Weener correspondent der Figaro*
zendt aan zjjn blad het volgende bericht,
dat hjj beweert, uit goede bron te hebben
Oostenrijk heeft voorgesteld aan de kabi
netten van Rome en Berlijn, dat de drie
verbonden mogendheden aan de kabinetten
van Parjjs en St. Petersburg het volgende
zullen voorslaan.
Het Drievoudig verbond zal aan Frankrjjk
en aan Rusland den tekst mededeelen van
het Verbond tusschen Oostenrjjk en Italië,
welke nog nooit openbaar gemaakt is, even
als de wjjzigingen, aangebracht in de afzon-
zonderljjke traetaten tusschen Italië en
woorden van diens mond lezen, terwjjl hjj
krampachtig zjjue handen om den leuning
van een stoel klimde »Sina had het voor
e9nige jaren bjj eene oude vrouw gezien en
ik heb het ook gezien.*
Meer kon hjj niet zeggen en toch mocht
hjj den heer Raad niet geheel zonder een
woord van opheldering laten, want de te
leurstelling van den heer Raad, vau de zoo
buitengewone aandoening was te groot,
's Mengchen hart behoeft toch slechts zoo
weiuig om weder aan vreugde en geluk te
gelooven. Een snikken drong hem uit de
borst en toen vroeg hij met matte stem
»Wie is de oude vrouw?*
Geert ja Selting,* antwoordde Hendrik,
»zjj is heden avond gestorven,* voegde hij
er aarzelend bjj.
»Ge8torven!« zeide de heer Raad somber,
Hendrik flauw en verstrooid aanziende.
»Hgden avond! O, het is ontzettend 1 Zoo
worden de bloemen mjjner hoop weer even
als zoo vaak geknakt, wanneer ik ze in
vollen bloei waande. Heden avondEn
weken lang vertoef ik hier op dit eiland,
heb haar gezien en niet gevoeld dat de
laatste groete mjjner Stella mjj hier wachtte.
O, dat is te wreed! Nimmer zal dan mgn
gekweld hart ruste vinden, nimmer zal ik
de zekerheid krjjgen van dat, waarnaar ik
jaren lang hsb gereikhalsd I*
»Om 's hemels wil, goede mjjnheer Raad,
houdt u toch bedaard!* riep Hendrik, door
de tegenstrijdigste gevoelens bestormd uit,
en vast voornemens alles te vertellen, maar
.h»»r»V,kia»i>- ot_Siiia_teröJE^
Duitschknd, Duitschland en Oostenrijk, en
Oostenrijk en Italië. Daarentegen zullen
Frankrjjk en Rusland aan de drie ver
bonden mogendheden mededeeling daan vau
het verdrag, dat 25 Augustus te St. Peters
burg gesloten i9.
Dit voorstal heeft ten doel elk geschil
tusschen beid8 groepan uit den weg te
ruimen en de medewerking vaa alle mogend
heden tot het behoud vaa dea vrede fee
verzekeren.
In diplomatieke k in gen te Weenen wordt
verzekerd, dat ia het Fraasch-Rassische
tractaat de clausule voorkomt, waarin de
eene par'jj zich verplicht de andere met
haar krjjgsmacht te steunen, indien de be
langen dier eerste partjj ernstig door een
derde mogendheid worden bedreigd.
Een dergeljjlce clausule zal, zegt men, ook
in het Drievoudig Verbond worden op
genomen.
In het nabjj Krakau aan de Weichsel
gelegen dorp Mogila heersehto in de laatste
dagen onder de landeljjke bevolking eene
onbeschrjjfeljjke ontsteltenis. De oorzaak
dezer paniek was de omstandigheid, dat
eenige malen per dag een vreeseljjk mon
ster uit de Weichsel oplook, naar den oever
kroop en eenige minuten later weer in de
rivier verdween. De fanthasie der boeren
zag in dat monster een nakomeling van
den mythischen draak, die volgens da
eenmaal in een hol van het Wawelslot
aldaar gehuisd moet hebb'-n. In hun angst
hadden de boeren hulp uit Krakau ontboden.
Donderdagmiddag begaven zich vau daar
eenige heeren naar genoemd dorp. Tot hun
niet geringe verbazing zagen deze bjj hnn
aankomst aan den oever der Weichsel een
grooten krokedil. De boekdrukker Anczyc
loste drie geweerschoten op den gevaarlijken
klant, waarna het dier, zwaar gewond,
in het water gleed. Het reptiel leefde echter
nog, totdat een groot aantal boeren het in
netten vingen en met bjjlslagen afmaakten.
De heer Anczyc nam den krokedil mede
naar Krakau, waar hjj thans in een tuin
ligt als een voorwerp der belangstelling
van duizenden nieuwsgierigen, uit den om
trek samengestroomd om het monster te
zien. De krokodil is 2 meter laug en weegt
circa 30 kilo. Men gelooft, dat hjj ontsnapt
is uit een menagerie, die zich onlangs te
Krakau bevond. Opraerkeljjk is het intus
schen dat de eigenaar dezer menagerie geen
kennis heeft gegeven, dat hjj een zjjner
kostgangers kwjjt was.
gehouden. Hjj dacht een oogenblik na en
zeide toen
»Ik wil u beloven morgen in de vroegte
antwoord te geven en te zeggen waar dat
kruis is. Morgen zal zich alles ophelderen
ik weet zelf niet wat ik zeg ik zou
a zoo gaarne gerust willen stellen en u
helpen, doch ik kan niet. Ik verzoek u,
wacht slechts tot morgeu, morgen zult gij
alles vernemen Stellig, ik verzeker het u
»Ik dunk u Hendrik,* antwoordde d9
heer Raad met een zwaarmoedig lachje en
met moeite zjjne gedaceten bijeen houdende,
»gg meent het goe 1, wederom zullen wjj
du3 maar op morgen hopeu, eens zal er
een morgeu aanbreken, die alles wat duister
was tot klaarheid zal brengen, en eiken
twjjfel opheffen zal. Maar nu wensch ik
alleen te zjjn, eerst moet ik weer wat tot
mjjzelven komen en mjj in mgn oude zelf
verloochening weder schikken.*
Met zachte drang schoof hg den jongen
man de deur uit, sloot het venster en guf zich
geheel aau zjjne smarteljjke gedachten over.
Hendrik was met weinig stappen ia het
huis er naast, om Sina te roepen, want tot
morgen kon hjj onmogeljjk wachten met
zjjne mededeelingeu en ontdekkingen, welke
op Sina's lot zulk een invloed kon ->
Toen hjj op zgn berhaald klopje
antwoord ontving, en het kamertje le.iig
vond, draalde hg niet haar in het kn -i.:s-
dnin op te zoeken hg kende uure
liefde voor dat stille toevluchtsoord en slo;
dadeljjk den weg in naar het strand.
