llel Land van flensden en Altena, de Langstraat en de ffommelerwaard.
Brieven uit Amsterdam.
FEUILLETON.,
Het teeken der Vier.
yooK
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
Und van altena-
M 1663.
WOENSDAG 26 JAN.
1898.
Dit blad verschjjnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO.
Franco per post zonder prjjsve* hooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën ran 16 regels SO ct. Elke regel
meer 71/, ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
ingewacht.
Groote gebeurtenissen plegen ingeluid te
worden of uitgeluid met poezie. Groote
branden en watersnood worden er door
gevolgd, volksfeesten door voorafgegaan.
De stroom is reeds aan 't vloeien tegen
September en 't is te voorzien, dat hg deze
maal bruisen zal. Een inhuldiging toeh
komt niet alle tien jaren terug, en dan
van een jonge Koningin, een schoone bloem
»uit de lage landen aan de zee!«
Deze week komt de Amsterdamsche ver-
eeniging tot verbetering van den Volkszang
met haar beloofden bundel. Of hg in den
smaak zal vallen, zal te bezien staandaar
hg meerendeels uit oude liederen bestaat,
zal menigeen zich bekocht rekenen. Een
nieuw snufje opent de rjj. Het is een
>Kroningslied< door de vereeniging voor 't
eerst uitgegeven. Om nu 't land eens een
echt volkslied te schenken, een volkslied
voor één dag echter maar, heeft ze een
harer leden, den heer Haverkamp uitge-
noodigd een lied te dichten en voor de
compositie een wedstrjjd uitgeschreven.
Daarop zjjn niet minder dan 183 proeven
ingekomen, waaruit de heeren De Lange,
Zweers en Hol één hebben uitgepikt, een
compositie van J. H. Scholte, organist van
de Kath. kerk in de Vondelstraat. Dat
lied opent den bundel, onder den reeds
genoemden titel »Kronirgslied.« Zou die
vereeniging, die geheel uit onderwijzers be
staat, niet weten, dat in September niet
van kroning, maar van huldigen sprake
zal zgn? Ze mogen er dan de grondwet
wel eens op naslaan.
't Zou van verregaande verwaandheid
getuigen, wanneer ik te dezer plaatse, een
oordeel over dit volkslied wilde uitspreken.
Vóór dit lied in 't land doorgedrongen
is, kan men onmogeljjk bepalen of 't door
't volk zal vertroeteld worden. We zullen
dus bedaard afwachten. Alle pogingen, om
't bjj 't volk ingang te doen vinden zullen
te Amsterdam beproefd worden. De zang
scholen der vereeniging, die 600 leerlingen
tellen, studeeren 't in, men zal eenige draai
orgels trachten te exploiteeren en er bestaat
kans, dat ook de torenklokken 't over de
hoofden zullen uitgalmen. Nu zou er, boven
al deze wegen nog een betere en beproefde
weg zgneen onzer beste zangers staat
gereed een kunstreis door 't land te onder-
door A. Conan Doyle.
(10
Van binnen voerde een met kiezel bestrooid
pad door een eenzaam veld naar een plomp
gebouw, dat geheel in de schaduw lag.
De groote omvang van het gebouw ge
voegd by zgn duister voorkomen en de stilte
die er heerschte, sloeg ons koud om het
hart. Zelfs Thaddeus Sholto scheen niet op
zgn gemak te zgn en de lantaarn beefde in
zgn hand.
»Ik kan het niet begrjjpen,* zeide hg,
>er moet eene vergissing plaats hebben. Ik
deelde Bartholomeus duideljjk mede, dat wjj
hier zouden komen en toch is er geen licht
aan zgn venster. Ik weet niet wat ik ervan
denken moet.*
>Houdt bg anders altjjd zjjne beloften
vroeg Holmes.
Jabg heeft de gewoonten mjjns vaders
overgenomen. Hg was de bevoorrechte zoon,
en somwglen denk ik, dat mjjn vader hem
meer geopenbaard heeft dan mg. Dat, waar
nu de maan op schijnt, is Bartholomeus
venster. »Ik geloof niet dat er binnen licht
brandt.*
»Neeo,« zei Holmes; »maar wel zie ik
den schgn van een licht door dat kleine
venster naast de deur.c
>0, dat is de kamer waar de oude huis
houdster, mrs. Bernstone zit. Zjj kan ons
er alles van vertellen. Doch stil, wat
is dat?«
nemen. Men wende zich tot hem, tot onzen
eenigen Orelio en trachte 't op zijn pro
gramma te krijgen. Ook vrage men dit aan
Messchaert, Van DuineD, Spoel, Rogmans
en wie daar meer in ons land zanger bij
Gods genade isdoor deze uitverkorenen
gedragen en onder de menschen gebracht,
zal 't ongetwijfeld, indien 't een volkslied
is, gezongen worden.
Behalve 't bodoelde lied bevat de bundel,
in noten en cijferschrift, 't Wilhelmus en
't Volkslied, tweestemmig met de bekende
woorden van Van DalfseD, Vdaggelied,
Marschlied van Buys, Mjjn Nederland en
Koninginnelied van Richard Hol en eindelijk
een Oranjeliedje, woorden van Haverkamp
op de bekende wijze van »'t Oranjeboutje.*
Al is dit nu bijna alles uit de oude
doos, 't zgn goede en beproefde bekenden
en zeker zou 't bet Volksgezang ten goede
komen, wanneer nu eens alle scholen konden
besluiten dit achttal tot de kinderen te
brengen, beter althans dan 't Wilhelmus,
Vlaggelied enz. te leeren met »toepasselijke«
woorden, die in den regel uit water- en
melk poezie bestaan. Ik beveel dus dezen
bundel, uitgegeven door W. Versluys alhier
en tegen 10 ct. in den handel gebracht, in
de aandacht van hen, die prjjs stellen op
degelijke liederen.
We zwemmen tegenwoordig in muziek
en kunst. Muziek in 't concertgebouw, in
Stroucken, in den schouwburg, 't is niet
bg te houden. Men zou over een apart
kapitaal moeten beschikken benevens lang
durige werkoloosheid om dat alles bij te
houden. En dan is 't nog de vraag of men
den winter zonder ernstige zenuwongesteld
heid door zou komen. Algemeene deernis
wekt in de muzikale wereld de ziekte van
onzen eminenten Viotta, den aanvoerder
der Wagnerbewonderaars, een dirigent zoo
als er in ons land weinig zijn. Hjj lijdt,
hoor ik, aan verlamming en 't zou me niet
verwonderen wanneer daarvan het »te veel
hooi op de vork nemen* de oorzaak was,
al heet 't dat 't influenza is. De Wagner-
vereeniging beeft in den schouwburg, het
muziekdrama Siegfried uitgevoerd, bg ont
stentenis van den directeur onder de leiding
van Willem de Haan, een gewezen land
genoot. In dat drama zijn geen koren aan
gebracht, 't is alles solo en de partgen
werden door uitnemende Wagnerzangers
vervuld, allen Duitschers op één na, Frits
van Duinen, onzen gevierden bariton.
Hg hield de lantaarn omhoog, en zgn hand
beefde zoodanig, dat wg als het ware te
midden van flikkerende lichtstralen stonden.
Miss Morstan greep mgn hand en wg bleven
allen met kloppend hart staan luisteren. Uit
het groote, donkere huis klonk ons het af
gebroken angstgeschrei eener vrouw tegen.
»Dat is mrs. Bernstone,* zei Sholto, »zjj
is de eenige vrouw in huis. Wacht hier, ik
zal in een oogenblik terug zjjn.«
Hij snelde op de deur toe en klopte op
zgn bizondere wijze. Wg zagen dat een oude
vrouw hem binnen liet en van vreugde
opsprong toen zg hem zag.
>0, mr. Thaddeus, wat ben ik bljjde dat
gij gekomen zjjt!« riep zg herhaaldelijk.
Wg hoorden haar gebabbel totdat de deur
gesloten was en haar stem in een verwijderd
gegons wegstierf.
Onze gids had de lantaarn in ons bezit
gelaten. Holmes onderzocht bg het licht
ervan het huis en de groote puinhoopen die
er omheen lagen. Miss Morstan en ik stonden
naast elkander en baar hand rustte in de
mijne. De liefde is toch een wonderlgk iets
want hier stonden wg die elkander vóór
dezen dag nog nooit gezien hadden, tus-
schen wie nog nimmer een woord of blik
van genegenheid gewisseld was, en toch
zochten zich in dit uur van ongerustheid
ons beider handen. Later heb ik mg er over
verwonderd, maar toen scheen het mg de
natuurlgkste zaak der wereld, en zooals zg
mg dikwijls verhaalde, gevoelde ook zg zich
instinctmatig er toe gedreven om bg mg
bescherming te zoeken. Zoo stonden wg dus
hand in hand als twee kinderen, en ondanks
al de duistere zaken die ons omringden,
heerschte er vrede in onze harten.
Hoe er gewerkt wordt in de Nederlandsche
Opera zult ge begrijpen als ik u dit 5
daagsche menu voorlegZaterdag 22 Jan.
in Breda: Cleopatra; Zondag 23 Jan. in
Amsterdam: Opera-concert; Maandag 24
Jan. in Dordrecht: de Walkure; Dinsdag
25 Jan. in Amsterdam Vlolanta, eerste
opvoering; Woensdag 26 Jan. in Amster
dam Traviata.
Als Van der Linden 't er op toelegde
zijn ariisten af te maken, kon hij niet
doelmatiger te werk gaan. Geen wonder
dat enkelen reeds lijden aan oververmoeid
heid en dat elders, zooals laatst te Dort
bij de Fausi, geklaagd wordt over slechte
verzorging van 't geheel.
De gemeenteraad beeft nogmaals een
poging om 't onzedeljjk schreeuwen der
venters te breidelen in de geboorte gesmoord,
en maakt zich klaar voor een derde proef.
Tevens heeft bg een voorstel tot salaris
regeling der onderwijzers tot nader onder
zoek aan een commissie in de handen ge
geven. Zoo spoedig dit voorstel, naar ik
vermoed, vermeerderd en verbeterd in den
raad terugkomen, zal ik die onderwijzers-
kwestie eens uitvoerig behandelen.
A., 23 Jan. '98. J. L.
Buitetilancl-
In de zitting der Franscbe Kamer van
Zaterdag is het vreeseljjk rumoerig toegegaan.
Om Cavaignac den voorrang te geven
met zijne interpellatie in zake Dreyfus
Esterbazy, waren alle andere interpellaties
ingetrokken.
Deze was in zijn uiteenzetting vrjj kalm.
De nota van Havas, dus redeneerde hij,
bevestigde de verklaring van den kapitein
Le Brun Renaud en de Regeering weigerde
het document te publiceeren. De vraag was,
of de Regeering door te zwijgen niet de
commentaren op de gewijsde zaak begun
stigde. Was de Regeering niet tekort ge
schoten in eerbied voor het gewijsde door
het tweede proces (Esterhazy) aanhangig te
maken? Als de Regeering meende, dat er
gevaar in school den naam van de Mogend
heid, welke in het rapport genoemd wordt,
publiek te maken, zou niemand er op aan
dringen. De ongerustheid, welke er nu
heerschte, werd aangewakkerd door den
tegenstand der Regeering. Deze had een
dubbelzinnige verklaring afgelegd. Er waren
zeer duidelijke tegenstrijdigheden in het ge-
»Wat vreemdsoortige plaats!* zeide zij
om zich heen ziende.
>Het schgnt alsof al de mollen van
Engeland hier los gelaten werden. Ik heb
eens iets soortgelijks gezien in den omtrek
van Ballarat, waar de ontginners aan het
werk waren geweest.*
»En om dezelfde reden,* zei Holmes.
>Dit zgn de sporen der schatzoekers. Gjj
moet bedenken dat zg er gedurende zes
jaren naar gezocht hebben. Geen wonder
dus dat de bodem er uitziet als een grind-
groeve.*
Op dit oogenblik vloog de huisdeur open
en kwam Thaddeus Sholto met uitgestrekte
handeD en met het voorkomen van den
grootsten angst en ontsteltenis op ons toe-
loopen.
»Er is iets niet in den haak met Bar
tholomeus,* riep hg, »ik ben bang. Mjjne
zenuwen kunnen dat niet doorstaan.*
Hij was inderdaad half dood van angst
en zgn zwak gelaat, dat even uit den groo-
ten Astrakan-kraag te voorschjjn kwam, ge
leek volkomen op dat van een banggemaakt
kind.
>Komaan, naar binnen,* zei Holmes op
zgn korten gebiedenden toon.
»Ja, doe dat,* smeekte Thaddeus Sholto,
»ik gevoel mij werkelijk niet instaat om
maatregelen te nemen.*
Wg volgden hem gezamenlijk in de kamer
der huishoudster, die ter linkerzijde van de
gang was gelegen. De oude vrouw liep op
en neer, met een onrustigen blik, maar de
verschijning van miss Morstan had een kal-
meerende uitwerking op haar.
>God zegene uw lief, kalm gelaat!* riep
zg, zenuwachtig snikkend, >het doet mg
drag der Regeering en hg meende haar te
moeten vragen 't bevrijdende woord uit te
spreken, dat door een onverklaarbare oor
zaak niet over haar lippen kwam.
De woorden van Cavaignac werden nu
en dan links zeer toegejuicht.
De Minister-president Mèline zeide, dat
de verklaring van kapitein Lebrun bestond,
maar dat zjj niet kon worden overgelegd.
De nota van Havas had dit zeker duidelijk
gezegd. Wij hebben gemeend het rapport
niet te moeten publiceeren, omdat wg van
oordeel zgn, dat een parlementaire discnssie
het rechterlijk karakter der zaak zou ver
anderen. Eenmaal de beraadslaging geopend,
zou het onmogelijk zijn haar te stuiten.
En de Kamer zon ten slotte revisie van
het vonnis leveren. De reden, waarom de
publicatie niet mogelijk is, is dezelfde die
de behandeling met gesloten deuren noodig
maakte. Ik erken intusschen, dat deze reden
van geen buitengewoon ernstigen aard is.
De gewoonte brengt mede een spionage-
zaak te behandelen met gesloten deuren.
Natiën moeten de geheimen van haar infor
matiedienst niet aan de groote klok hangen.
Daarop kwam de Minister-president op
het proces-Esterhazy. De Regeering had
gehoopt, dat na het proces-Esterhazy de
zaak beëindigd zou zgn. Maar toen heeft
een schrijver van veel talent zich van zijn
pen bediend om het leger te onteeren en
met een volkomen afwezigheid van het ge
voel voor zedelijke verantwoordelijkheid zgn
veldtocht voortgezet. Daarom werd hg tot
verantwoording geroepen, maar de Regee
ring wil niet, dat het Hof van Assises zich
als Hof van revisie zal opwerpen en be
perkte daarom de aandacht. Zij wilde de
jnry niet de eer der generaals doen beoor-
deelen.
Had de rechterzijde af en toe de woorden
van Méline zoo krachtig mogelijk toegejuicht,
de linkerzijde nu en dan ook haar afkeu
ring te kennen gegeven, bg de laatste
woorden van Méline brak links als 't ware
een storm los van verontwaardiging tegen
de toejuichingen van de rechterzijde in.
Dat is het regime van de sabel I Leve de
Keizer! Gy beleedigt de jury! schreeuwde
men links.
De voorzitter Brisson herinnerde dat de
Minister-president nog niet had uitgesproken
en verzocht de heeren zich een beetje te
kalmeeren.
Daarop ging Méline voort. Wij hebben
goed u te zien. O, want ik heb heden een
dag vol angst doorgebracht.*
Onze metgezel greep hare magere, door
het werk vereelde hand en sprak op zach-
ten, liefderijken toon, bemoedigende woor
den tot de oude vrouw.
»Mjjn meester heeft zich opgesloten, en
wil mjj geen antwoord geven,* verklaarde
zg. »Den ganschen dag heb ik gewacht, of
ik ook iets van hem zou vernemen, want
hjj is gewoon zeer dikwjjls alleen te bljjven
maar een nur geleden maakte ik mij zoo
danig ongerust, dat ik het waagde naar
boven te gaan, en door het sleutelgat te
kjjken. Gjj moet naar boven gaan, mr.
Thaddeus, gij moet u zelf gaan over
tuigen. Ik heb mr. Bartholomeus Sholto ge
durende tien jaren in vreugde en leed gezien,
maar ik zag hem nog nooit met oen ge
laat als straks.*
Sherlock Holmes nam de lamp.en ging
ons voor, want Thaddeus Sholto's tanden
klapperden hoorbaar. Hij was zoo geschokt,
dat ik mgn hand door zgn arm moest
steken toen hg de trap opstrompelde, want
zgn knieën beefden. Tweemalen haalde
Holmes op de trap zgn lens uit zgn zak
en onderzocht nauwkeurig enkele vlekken
die mij niet anders dan stof toeleken op
den kokosnoten traplooper. Hg stapte lang
zaam van de eene trede op de andere, ter
wijl hij de lamp in de laagte hield en op
lettend naar links en rechts keek. Miss
Morstan was beneden bij de angstige huis
houdster gebleven.
De derde trap voerde naar een tamelijk
lange gang waarin rechts een groot Indi-
aansch geweven schilderstuk hing, en links
drie deuren zichtbaar waren. Holmes liep
ons niet willen leenen tot een onwettigheid,
Wij hebben niet gewild dat een revisie werd
ingesteld. Het schandaal zal neerkomen op
de hoofden van hen die het hebben uitge
lokt. Wat de ongeregeldheden betreft, wg
zullen er een eind aan weten te maken
wij zullen de orde weten te herstellen. De
aanvallen van den heer Jaurès (iu een krant)
worden met groote voldoening vernomen
door de vijanden van Frankrijk. Het is door
deze middelen dat men een herhaling van
de debacle voorbereidt. Wjj hebben op onzen
weg gevonden een zaak, die reeds gaande
was. Wg zjjn genoodzaakt een crisis in te
toornenwij moeten weerstand bieden. Wg
hebben noodig dat het land wete dat wg
een meerderheid achter ons hebben.
Voor het altgd gematigde temperament
van Méline was dit kras gesproken. Hg
had zich zelf overtroffen en oogstte dan ook
een driedubbel salvo van goedkeuringen van
het centrum en de rechterzjjde. Verschillende
vrienden kwamen met aandoening den Mi
nister-president de hand drukken.
Cavaignac zag, dat hg de partjj totaal
verloren had en stond na Méline op om zich
zoo fatsoenlgk mogelgk terug te trekken.
Dat antwoord had iets van een verontschul
diging. Hg wierp het verwjjt van zich, dat
hij als partjjman zon gesproken hebben. Hjj
constateerde dat het moreele resultaat, dat
hjj wenschte, bereikt was en trok zgne
interpellatie in.
Links hoorde men nu kreten van ver
bazing.
Jaurès nu nam de interpellatie weer op,
die Cavaignac had laten vallen. Het kwam
hem voor, zeide hg, dat het debat moest
eindigen met een stemming.
Deze woorden werkten terstond als een
donderslag. Vooral de heeren van de rech
terzgde geraakten in een bedenkeljjke ze
nuwachtige opgewondenheid. Jaurè3 ging
voort. Hg zeide, 't waren de vrienden van
het ministerie die op straat: Dood aan de
Jodenschreeuwen, terwijl de Regeering
geen enkel woord van waarheid en van
rechtvaardigheid meer durft uiten. Datgene
waaraan wg ljjden, besloot Jaurè3, waaraan
wg allen zullen sterven, bestaat uit uw
dubbelzinnigheden, uit uw leugens en uit
uw lafheid, een onvolledige vervolging tegen
Zola te hebben ingesteld.
Een der afgevaardigden van de rechter
zgde, de heer Bernis, van Nimes, riep Jaurès
toe: >Gg zjjt de advocaat van het Dreyfus-
die door met denzelfden langzamen en on-
hoorbaren stap, terwgl wg hem op den voet
volgden. De derde deur was degene, die
wij zochten. Holmes klopte aan, zonder
eenig antwoord te ontvangen, en trachtte
toen de kruk om te draaien en haar open
te duwen. Zjj was echter aan de binnenzjjde
met een zeer zwaren grendel gesloten, iets
wat wg konden zien, toen wg de lamp er
vlak voor hielden. Daar de sleutel achter
uit het slot genomen was, was het sleutel
gat niet geheel dicht. Sherlock Holmes legde
zgn oor er tegen en richtte zich onmid
dellijk met ingehouden adem overeind.
»Hier schuilt iets duivelachtigs achter,
Watson,* zeide hjj meer opgewonden dan
ik hem nog ooit gezien had.
»Wat maakt gjj eruit op?«
Ik keek door de opening en deinsde ontzet
terug. De maneschgn viel in de kamer, zoodat
deze schemerachtig verlicht was. Mjj aan
starende en als het ware in de lucht zwe
vende, doordien beneden alles in de schaduw
lag, hing daar een galaat, hetzelfde als
dat ran onzen metgezel Thaddeus. Hetzelfde
groote glimmende hootd, dezelfde kring van
rood borstelig haar, en hetzelfde bloedlooze
gelaat. Maar de trekken ervan waren tot
een afschuweljjken grimlach verwrongen,
die het geheel op een lachend doodshoofd
deden gelgken. Het gezicht geleek echter
zoo sprekend op dat van onzen vriend, dat
ik naar hem omkeek om mjj te overtuigen
of hg inderdaad nog bg ons was. Toen
herinnerde ik mg plotseling dat hg ons
gezegd had, dat hg en zgn broeder twee
lingen waren.
(Wordt vervolgd.}
mwmbbbwwwbim—mm—bwis i