lot Land van lensden en Allena, de Langstraat en dc Bommelerwaard. M 1664. FEUILLETON. Bet teeken der Vier. Uitgever: L. J. YEERMM, Heusden. ZATERDAG 29 JAN. 1898. KLONDYKE. O Dit blad versehjjnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00. Franco per post zonder prjjsyeihooging. Afzonderlgke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels SO ct. Elke rege] meer 71/t ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrgdagavond ingewacht. De »Tit-Bits« schrijft o.a. het volgende Wjj zijn deze week in de gelegenheid, onzen lezers volkomen vertrouwbare be richten aangaande den toestand in Klon dyke mee te deelen. Dcor buitengewoon geluk begunstigd, heeft onze berichtgever in den kortst moge lijken tjjd Engeland weten te bereiken, zoo dat bij de allerlaatste beschrijving geeft van hetgeen er nu in de goudvelden voorvalt. Stel u voor een paar honderd houten hutten en tenten, in der haast in een groote woeste en verspreid bevolkte streek opge- -;cht, 800 mijlen van eenig teeken van beschaving verwjjderd, waarin niets voor het oog om op te rusten, dan een eindelooze uitgestrektheid sneeuw en jjs, en dan hebt gjj Dowson City, één van de vier steden in Klondyke. In deze plaats van bjjna eeuwig durende duisternis (want er zijn slechts korte oogenblikken van licht tusschen 12 en 4 uur) zjjn op dit oogenblik een paar honderd menschen bezig met goudgraven, in een atmosfeer van veertig gr. beneden vriespunt. De rivier, welker naam maanden geleden op ieders lippen was, is tot aan den bodem bevroren, en het eenige directe middel van communicatie met de buitenwereld is afge sneden. Maanden geleden hebben de men schen Klondyke bij honderden en duizen den bereikt, alleen maar om als ratten te sterver, in het gezicht van goud, waarvoor zij alles opgeofferd hadden. Goudklompen glinsteren overal, emmers, waterkannen, ketels, alles waar maar iets in kan is gevuld met het' kostbaar metaal, maar de eigenaren daarvan liggen op ster ven, waren reeds maanden geleden stervende, evenals de armste der armen in de achter buurten wegkwijnt bij gemis aan het onont beerlijk voedsel. Hoe vele arme zieken hunne eigen graven gegraven hebben, terwijl zij goud zochten, zal men waarschijnlijk nooit te weten komen, maar in Juni, toen onze berichtgever in Klondyke kwam, was de bevolking van Dawson City pl. m. 6000, terwjjl zij nu dichter bjj de 600 komt. Ten minste 30 pet. van hen die uittrokken om goud te graven zijn niet teruggekeerd, noch zullen ooit tsrugkeeren. »Niemand die er van getuige was, kan door A. Conan Doyle. (11 »Dat is verschrikkelijkzeide ik tot Holmes, »wat staat ons te doen?* »De deur moet geopend worden,* ant woordde hij en dit zeggende wierp hij zich met al zjjn kracht er tegen. Zij kraakte en dreunde, doch week niet. Nu duwden wij haar te zamen met alle inspanning naar binnen, en ten slotte vloog zij open en stonden wij in de kamer van Bartholomeus Sholto. Deze kamer scheen tot een chemisch laboratorium te zijn ingericht. Er stond een dubbele rij van gesloten glazen, flesschen en potten op een plank tegenover de deur en de tafel was beladen met spiritus-lampen, toetsteenen en retorten. In een hoek ston den omvlochten kruiken met scherpe zuren. Een daarvan scheen gebarsten of gebroken te zijn, want er was een donkerkleurig vocht uitgelekt en de lucht was vervuld met een buitengewoon scherpen, teerach- tigen reuk. Aan eene zijde der kamer waren eenige treden aangebracht voor een ladder en daarboven bevond zich een opening in de zoldering, groot genoeg om een man door te laten. Aan den voet van deze treden lag een lang touw, blijkbaar op onverschillige wijze weggeworpen. Bjj de tafel zat de eigenaar van het huis in eengedoken in een houten armstoel, met zjjn hoofd op den rechterschouder gezonken, en dien spookachtigen, afschuweljjken lach op de verschrikkingen van Dawson City ooit vergeten,* zei de heer Henry Antony Brown, die, in het voorbjjgaan gezegd, oud-student van Oxford is. Ik heb in drie werelddeelen goud gegraven en de geheele wereld doorkruist, maar het ergste hetgeen mjj vroeger overkomen is, verdwjjnt in het niet bjj de ellende van de laatste zes maanden. Al de goudklanken van Klondyke zouden mjj niet kunnen verlokken om er weer heen te gaan. Stel u voor zelf te leven in een stad zonder eenige sanitaire maatregel, zonder een druppel drinkwater, allerwege omringd van de dronkenschap in haar afzichteljjkste gedaante en daarbjj de thermometer 40 graden beneden nul. Drie doctoren stierven terwjjl ik daar was uit louter overspanning en uitputting. De eenige apotheker in de stad had zjjn voorraad geheel uitverkocht en wat bjj nog over had kostte van 1 tot 5 pd. st. de flesch. Daarbjj kwam nog de hongersnood de ellende vermeerderen. Rundvleesch tegen 3 sh. het pond, aardappels 2l/s pence (12a/2 ct. het stuk), een blikje sardines van 2 ons kost 2*/s sh. en ham en spek van 5 sh. tot 7 Va het pond. Groote vraag was er naar kool, maar beneden 10 sh. kon men zelfs geen klein kooltje krijgen. Die overdreven prjjzen maakten ons evenwel niet bezorgd. Want het was niet de vraag om goedkoop te leven, maar om te leven. Toen ik wegging, bood mij een ongeluk kige kerel 75,000 pd. st. (f 900,000) om te zorgen dat hij op den trein kwam, maar hjj stierf den volgenden morgen. De opbrengst van de Klondyke goudvelden is volgens de overheid aldaar zeer overdreven. Naar hare schatting is alles te zamen gedu rende de laatste 2 jaar 6,000,000 p. st. (72 mill, gulden) aan goud gedolven, esn geljjk bedrag uitgegeven in spel en speculatie in Claims, welk bedrag vele malen in andere handen is overgegaan, sinds de rage begon. In Dawson City twijfelt men er aan, of de plaats, waar zich het meeste goud heeft opgehoopt, gevonden is, en het is best mogeljjk dat de eerstkomende jaren getuige zullen zjjn, van nog merkwaardiger ont dekkingen in het Yukondal, dan het afge- loopen jaar. Maar afgezien van de overdreven verhalen zjjn er enkele treffende voorbeelden van geluk voorgekomen. Iemand betaalde 35000 zjjn gelaat. Hij was stijf en koud en was bljjkbaar reeds sedert verscheidene uren ge storven. Het scheen mjj toe dat niet slechts zjjn gelaat, maar ook al zjjne ledematen verwrongen en verdraaid waren. Naast zjjn hand op de tafel lag een vreemdsoortig in strument: een bruine, knoestige stok met een steenen knop in den vorm van een hamer, die er op ruwe wjjze met bamboes stroken aan verbonden was. Daarneven lag een stuk papier waarop eenige woorden ge krabbeld waren. Holmes wierp er een blik op en reikte het toen aan mjj over. »Zie,« zeide bjj met een veelbeteekenenden oogopslag. Bjj het licht van de lantaarn las ik, met een schok van ontzetting: »Het teeken der vier.* »In 's Hemels naam, wat beteekent dit?* vroeg ik. »Het beteekent moord,* antwoordde bjj, den doode naderende. »Ha! ik verwachtte het. Zie hier!* Hjj wees naar een donkerkleurigen doorn die juist achter het oor uit de huid stak. »Het scbjjnt wel een doorn te zjjn,« zeide ik. »Dat is het ook. G$j moogt er hem vrjj uithalen. Doch wees voorzichtig, want hjj is vergiftig.* Ik nam het voorwerp tusschen vinger en duim. Het liet zoo gemakkelijk los dat er nauweljjks ten teeken achterbleef. Een kleine droppel bloed toonde aan waar de punt was doorgedrongen. »Dit is alles een onbegrjjpeljjk geheim voor mjj,« zeide ik, »het wordt mjj hoe langer hoe meer onverklaarbaar.* >IntegeDdeel,« antwoordde hjj, »het hel dert elk oogenblik al meer op. Er ontbreken pd. st. voor een groote claim en haalde er 120,000 pd. st. uit, en een Ier wiens claim naast die van onzen berichtgever was, kreeg 15,000 pd. stwaarvan hjj trouwens de helft verloor in een andere claim die niets opbracht. Een vriend van den heer Brown betaalde 17,000 pd. st. voor zjjn claim, en vond geen eDkel stukjj goud, terwjjl de heer Brown slechts een kleinigheid van 1000 pd. st. verkreeg. Een opmerkeljjk feit van het leven in de goudvelden, is de vrijmoedigheid waarmee de goudzoekers hun goud onbewaakt laten. Hier en daar komt men langs een hoop goudklompen, die een onmeteljjk fortuin waard zijn, alleen gelaten alsof het een hoop waardelooze steenen was. Naar het schjjnt bestaat er geen gevaar voor diefstal. »Geen goudgraver zal het goud van een ander nemen,* zei B. »het zou zijn onmiddellijke dood zjjn.* Vijf dieven werden gevat even nadat ik aangekomen was, en hun werd vjjf minuten gegeven om zich op den dood voor te bereiden. Daarna werden zjj aan den naasten boom opgehangen, zonder dat er één poging gedaan werd om ze te be vrijden. De rechter »Lynch« had vrjj spel en toen de politie vernam wat er gebeurd was, was het reeds te laat. Maar de politie is daar niet sterk ver tegenwoordigd, en dit was ook niet het eenige geval, dat de »Lynoh-wet« werd toegepast terwjjl ik daar was. Yoor het geval een onzer lezers mocht wenschen naar Klondyke te gaan, in weer wil van deze waarschuwingen, is het niet ondienstig om een paar wenken te geven aangaande de kosten der reis. Alles te zamen zal hem de reis voor één persoon pl. m. 200 pd. st. kosten, daar het grootste deel der uitgaven de laatste 800 mjjlen der reis zijn, die te paard of in een slede moet geschieden. De reis kan niet alleen onder nomen worden, en een speciale uitrusting is daartoe noodig. De heer Brown was van een vriend ver gezeld en beiden namen zes gidsen tegen een loon van 3 p. st. per dagslaapzakken en provisie moesten meegenomen worden, en het voedsel van het gezelschap kost menig pond per dag. De 800 mjjlen kunnen in niet minder dan 30 dagen afgelegd worden en de geheele reis van af Liverpool duurt zes weken. mjj slechts eenige aanwjjzingen om een vol komen samenhangend geval vast te stellen.* Wjj hadden sedert wjj de kamer waren binnengedrongen bjjna de tegenwoordigheid van onzen metgezel vergeten. Hjj stond nog op den drempel als de verpersoonlijkte ont zetting, zjjne handen wringende en in zich zelve klagende. Plotseling echter schreeuwde hjj met een door merg en been dringends stem »De schat is weg! Zjj hebben hem den schat ontroofd! Daar is de opening waar door wjj hem omlaag lieten. Ik was hem daarbjj behulpzaamIk heb hem het laatst gezien. Ik verliet hem hier gisteravond, en toen ik de trap afging, hoorde ik hem de deur sluiten.* »Op welk uur was dat?* »Om tien uur. En nu is hjj dood, en zal de politie geroepen worden, en zal men mjj verdenken er de hand in gehad te hebben. O ja, daar ben ik zeker van. Maar gjj denkt toch zoo niet, heeren? Neen, gewis; gjj denkt niet dat ik het geweest ben? Zou ik u dan wel hierheen gebracht hebben? O weeo weeik geloof zeker dat ik krank zinnig word!* Hjj zwaaide met zjjne armen en stampte met zjjne voeten in de grootste overspanning. »Gjj hebt niets te vreezen, mr. Sholto,* zei Holmes, hem vriendelijk de hand op den schouder leggende: »volg mjjn raad, rjjd snel naar het station om de zaak aan de politie mede te deelen. Bied hen aan om hen in alles ten dienste te zjjn. Wjj zullen hier uwe terugkomst afwachten.* »En nu, Watson,* zei Holmes in zjjne handen wrjjvende: hebben wjj een half uur voor ons. Laat ons er een goed gebruik van maken. Het geval is, zooals ik u reeds Met deze cijfers voor oogen zou het roe keloos zjjn, om nu de reis naar Klondyke te ondernemen, zonder tenminste 500 p. st., daar hiervan 400 p. st. moet uitgegeven worden voor reiskosten van 2 personen. Dit relaas aiag als geheel en al geloof waardig worden beschoawd. Da heer Brown is een practiscb goudgraver, die in de laatste 25 jaar 200,000 p. st. aan goud in de mjjnen van Amerika, Australië en Zuid- Afrika heeft gedolven. En men moet wel gelooven dat hjj de verschrikkingen van de goudvelden niet overdrijft. Zjjn haar hetwelk in Juni ter nauwernood een schijntje van grjjs vertoonde, was zoo wit als Klondykesneeuw geworden, toen hjj het goudland verlief, en ofschoon hjj nu eerst 54 jaar moet worden, zoo zullen weinigen gelooven dat hjj niet veel ouder is. Hjj verloor gedurende de 6 maanden dat hjj in de goudvelden werkte, 42 (Eng.) pond aan gewicht. Indien hjj in Engeland zjjne gezondheid herkregen heeft, is hjj van plan zich in het gematigd klimaat van Californië te vestigen, van waar hjj telken jare twee millioen sinaasappelen naar zjjn vaderland verzendt. Buitenland. Men wil, dat zich onder Zola's dossier zes tot nu toe onbekende brieven van Ester- hazy bevinden. De heer Paul Meyer, direc teur van de academie voor inschriften, die door den heer Zola als getuige gedagvaard is, heeft verklaard, dat het handschrift van het borderel niet dat van Dreyfus is, doch dat het een zeer opvallende geljjkenis ver toont met dat van Esterhazy. Men verzekert dat het ministerie van oorlog zeker zal weigeren in het proces tegen Zola de stukken van de processen tegen Drey fus en Esterhazy over te leggen. Van de 104 getuigen, die Zola laat dagvaarden, zullen er nauweljjks 40 voor het hof van assises ver- schjjnen, want het staat vast dat niet één officier aan de dagvaarding gevolg zal geven. Ook zullen vele oud-ministers geen getuigenis afleggen. Den 258ten Maart zal het 60 jaar ge leden zjjn'dat prins Bismarck in den militairen dienst trad. De keizer en het leger willen van dit jubileum een groot feest maken. Een eigenaardige epidemie is op een gezegd heb, voor mjj reeds bjjna compleet maar wjj mogen niet te veel meer op ons zelve vertrouwen. Hoe eenvoudig de zaak thans ook schjjnt, kan er toch nog het een of ander achter schuilen.* Eenvoudig riep ik. »Gewis,« antwoordde hjj met het voor komen van een professor in de scheikunde die voor zjjn klas doeeert, »zet u in gind- schen hoek neder opdat uwe voetstappen de dingen niet in de war brengen. En nu aau het werkIn de eerste plaatsop welke wjjze zjjn die lieden hier binnen gekomen en weder vertrokken? De deur is sedert den vorigen avond niet geopend geworden. Hoe staat het met het venster Dit zeg gende naderde hjj dit met de lamp in zjjn hand, terwjjl hjj onderwjjl zjjne opmerkingen overluid herhaalde, doch eer tot zich zelve dan tegen mjj »Het raam is aan de binnenzjjde gegren deld. Houtwerk zeer stevig. Geen hengsels aan de zjjden. Wij zullen het eens open maken. Geen regenpjjp in de nabjjheid. De zoldering buiten alle bereik. Toch is een man langs het raam opgeklommen. Het regende gisteravond een weinig. Hier is de afdruk van een voet in slijk op het kozjjn. En daar is een rond moddering afdruksel, en hier weder, en ginds bij de tafel. Ziehier WatsonDit is werkelijk een zeer aardige ontdekking.* Ik zag overal duideljjke ronde plekken op den vloer. »Dat is geen voetstap,* zei ik. »Het is iets van veel grooter waarde voor ons. Het is de afdruk van een houten been. Hier op het kozjjn ziet gij den afdruk van een grooten schoen met breeden beslagen hak, en daarnaast dien van een houten been.* meisjesschool te Brunswjjk uitgebroken. De leerlingen, tusschen 10 en 16 jaar oud, kregen plotseling zenuwschokken door het geheele lichaam, daarna zakte het hoofd op de borst en het verschijnsel eindigde met flauwte en volkomen stjjfheid der ledematen. Eerst kwamen er enkele gevallen voor, toen meerdere, en daarna werden de meisjes bjj dozijnen aangetast, zoodat de school is gesloten moeten worden. De oorzaak van dit ziekteverschijnsel is vooralsnog onbekend. Het geschil tusschen Duitschland en China heet nu geheel bijgelegd te zjjn. Kiao-tsjou wordt voor 99 jaar aan Duitschland in pacht gegeven. De Chineezen zullen drie kerken en zeven zendingsposten bouwen, tot een gezamenlijke uitgaaf van 200.000 taëls en 20.000 taëls schadeloosstelling verleenen aan de betrekkingen van de vermoorde zendelingen. De brood-oproeren, de ontzettendste en huiveringwekkendste, die zich men denken kan, beginnen al erger en erger te worden in Italië. Als steeds moeten onschuldigen het ont gelden. Het oproerige volk bestormt eerst de vergaderzalen van de overheden en plun dert dan de bakkerswinkels. Te Ancona kon de politie twee dagen *lang niets doen tegen de woelingen. Onge veer 400 demonstranten kwamen voor de villa van een meelhandelaar en verwoestten deze geheel en al. Zelf was de koopman afwezig. Zjjne zuster en een 80-jarige moeder konden zich met moeite door de vlucht bij een boeren familie redden. Door de troepen werden 50 personen gearresteerd. Ook te Gallipoli, te Jesi, te Osimo enz. hadden ongeregeldheden van ongeveer geljjke soort plaats. Te Flo rence moet het zeer erg geweest zjjn. De Italiaansche socialisten moeten voor nemens zjjn, manifestaties te houden op den dag, waarop het voorstel tot vermin dering der graanrechten in de Kamer in behandeling komt. Men onderstelt, dat de regeering derge- ljjke manifestaties zal verbieden. De Italiaaansche spion, die in Lugano gearresteerd is, bljjkt een sujet te zjjn van den Italiaanschen consul aldaargraaf Na- razzi. De consul had den man overgehaald om geheime stukken te verzamelen en op- »Dat is de man met het bouten been»! riep ik. »Juist. Maar er is ook nog een ander geweest, een zeer handig en werkdadig bondgenoot. Zoudt gij dien muur kunnen overklimmen, dokter?* »Ik keek uit het geopend venster. De maan scheen nog helder op den hoek van het gebouw. Wjj stonden ruim zestig voet boven den beganen grond, en waar ik mjjn oog ook richtte, kon ik niet de minste holte in den steilen muur ontdekken. »Het is volstrekt onmogeljjk,* sprak ik. Zonder hulp zeker. Maar veronderstel eens dat zich hierboven een goed vriend van u bevond die u dit stevig touw, dat in gindschen hoek ligt, omlaag liet, nadat hjj het eene einde aan dezen stevigen haak in den muur zou hebben vast gemaakt. Dan geloof ik wel dat gjj, zoo gjj een onder nemend man waart, u met houten been en al naar boven zoudt werken. Het spreekt van zelve dat gjj op dezelfde wjjze zoudt heengaan; waarna uw kameraad het touw omhoog zou halen, het van den haak zou losmaken, het raam zou sluiten en van binnen grendelen, en vertrekken langs den weg dien hjj oorspronkeljjk gekomen was. Als een punt van ondergeschikt belang moge worden aangemerkt,* vervolgde hjj op het touw wjjzende, »dat onze vriend met het houten been, ofschoon een bekwaam klimmer zjjnde, geen volleerd zeeman was. Zjjn handen waren verre van vereelt. Ik bespeur door mjjn lens, vooral aan het einde van het touw, meer dan één bloedig teeken, waaruit ik opmaak dat hg zoo overhaast omlaag gleed, dat hem de huid van zjjn hand werd afgeschuurd.* r- IIIMIMI—11Illaaifl—-nifTm"TTTr*T0TiTnniw*iïïnTnnwMmrBTTff-TTn.rrT IWIII i— na (Wordt vervolgd,)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1898 | | pagina 1