Land van flensden en Altena, de langstraat en de Bommelerwaard.
Brieven uit Amsterdam.
Het kind van den haat.
M 1701.
FEUILLETON
WOENSDAG 8 JUNI
'•St land van alten^
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
1898.
VOOB
o
Dit blad verschgnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00.
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 7Y» ct. Groote letters Daar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
ingewacht.
Verplaats u io den vroegen Maandag
morgen op de Noordermarkt. Dat »Noorder-
markt< eischt echter eenige toelichting. Aan
de Prinsengracht zeer vooraan is een plein,
waarop een eenvoudige kerk staat. Dat is
de Noorderkerk, het plein de Noordermarkt.
Van oudsher wordt op dit plein des Maan
dags markt gehouden, in 't midden der week
veiling van hout, van gesloopte haizea af
komstig, terwjjl er de heele week een paar
kraampjes een vaste standplaats hebben, op
voorwaarde dat ze van Zaterdagavond tot
Maandagmorgen verdwjjnen. Ze verstoppen
zich dan in een oude schuit en nemen 't
overschot bnnner oliekoeken en limonade
van een cent 't glas met zich mede in 't
duistere scheepshol. Men zegt dat dit ver-
bi jjf van uitmuntenden invloed is vooral op
de oliekoeken, die na 's Maandagsmorgens
nog eens opgewarmd te zijn, goeden aftrek
vinden.
Wat is nu met die Noordermarkt ge
schied? Precies als een mensch, die 't naar
den vleeze gaat of als een stad, waar veel
te verdienen valt, heeft ze zich uitgezet, al
maar uitgezet, zoodat de marktplaats te klein
werd en de kooplui de breede Westerstraat
insloegen. Jaar op jaar trokken ze daarin
verder; de gemeente kwam hun tegemoet
door in 't midden een c. 6 M. breed trottoir
aan te leggen en thans beslaan ze behalve
de Noordermarkt, de heele Westerstraat, op
een klein brokje na.
Wanneer ge in den vroegen Maandag
morgen deze marktplaats bezoekt, ziit ge
daar allereerst de stadsreinigers te voor-
scbjjn komen. Met reuzenbezemwagens,
wordt zand en vuil op zjj geveegd, waarna
het door de manschappen in hunne op wielen
rjjdende vuilnisbakken wordt weggebracht.
Vervolgens komen de spuitgasten, schroeven
bun slang aan de Vechtwaterleiding en
drenken de heele straat.
Daarna dagen de eerstelingen op, meest
kinderen Israëls, die uit het oosten der oude
stad gaarne bandelen met hun Christenge
meentenaren uit de Jordaan. Op handkarren
vervoeren ze hun uitstalkraam, benevens het
puikje hunner waren. Hoe er uit een arm
vol onooglijke latten en een paar half ver
gane planken een kraam kan opgezet werden,
ij u duister, maar zjj lappen 't hem en zoo
lang mjj heugt ik woon 17 jaar daar in
de buurt hebben stormen noch aardbe-
Een verhaal uit Oost-Friesland,
van Emmy yon Dincklage.
(6
Waarschjjnljjk maakte het kraken van
den slagboom het antwoord onverstaanbaar,
maar plotseling scheen het hek door eene
onverwachte bindernis te worden tegenge
houden. 't Was, of het tegen een zwaar
voorwerp stuitte. De dienstmeid lichtte met
de lantaarn bjj en zag eene vrouw op den
grond liggen. Haar angstkreet deed ook de
overige dienstboden uit het veilige duister
te voorschjjn komen. Zjj schoten toe, om
daarna onder allerlei uitroepen van vrees
en schrik terug te deinzen. »Wat is er te
doen? Wat ligt daar?« vroegen vrouw
Katrien en de boer tegeljjk. Maar er volgde
geen antwoord. Nu sprong de voerman, die
bet meest in de nabjjheid van de groep
was, van den wagen. Daarna steeg ook
vrouw Katrien af en eindeljjk met veel
moeite de boer. 't Had er allen scbjjn van,
dat ze daar twee ljjken voor zich zagen.
Het eene was dat van Marianne, met het
lichaam van den kleinen Rolf vast aan hare
borst geklemd. Onbeschrjjfeljjk was de
verwarring, die nu volgde. De jammerende
Katrien deed de wanhopigste pogingen, om
de levensgeesten weer op te wekken in 't
verstjjfde lichaam van haar kind. De meiden
hadden intusschen ontdekt, dat hare meesteres
niet dood was, maar alleen bewusteloos en
vingen ooit een dezer bouwwerken ter aarde
geworpen.
Als ge ooit zoo'n markt bezocht hebt, dan
zal 't u niet verwonderen, zoo ik me niet
waag aan een volledige lijst van wat daar
te koop gelegd wordt. De kraampjes staan
netjes in 't gelid ter weerszjj van 't ver
hoogde wandelpad en daar gaan uw oog
achtereenvolgens voorbijkant, koek, schoe
nen, haring, oude boeken, kachels, ledi
kanten, hoelen, lappen zij, nieuwe Ijzer
waren, oud jjzer, snoepgoed, karnemelk,
speelgoed, pannen en potten, allerhande,
molentjes, glaslgm, pepernauntolie, gemaakte
kleeren, sigaren van de twaalf, schildergen,
esn prikslee, een nest honden, garen en
band, byoaterien, keukengerij, meubelen,
papier, pennen en inkt, bloemen en veeren,
knoopen en modefournituren, Leidsche en
Friesche kaas, koppen en schotels, hand
schoenen, sponsen, borstels, kammen, lepels,
messen en vorken, jalouziën enz. enz.
Tusschen deze uitstallingen beweegt zich
een onafzienbare menschenmassa, meestal
vrouwen en jonge meisjes, die voor een
minimum aan geld een maximum kostbaar
heden komen inslaan. En daar is kans op,
want 't is verbazend zoo goedkoop als al
de uitgestalde waren verkocht worden. Een
groot deel behoort wel is waar tot de rubriek
prullen, maar toch ligt hier en daar wel
eenig bruikbaar goedje, afkomstig van ver-
boopingen en voor een appel en een ei
gekocht.
Aan 't eind der Westerstraat, waar tot
heden nog een stuk trottoir ongeëxploiteerd
ligt, verschjjnt c. 9 uur, als de scholen de
jeugd binnengevangen hebben, een tameljjk
net gekleed man, sabbelende op een eindje
sigaar, een toegeknoopten zakdoek in de
hand dragende en minachtend neerziende op
al het gedoe rónd hem. Hg is een oud
militair, met een klein pensioentje uit den
dienst gekomen. De nood dwong hem een
broodwinning te zoeken en »met Gods hulp
zooals hg dankbaar erkent, heeft hij die
gevonden. In zjjn jeugd heeft hg goed leeron
lezen en schrjjven en hoe vreemd het u
voorkome dit heeft hem in staat gesteld
op de Noordermarkt als artist te verschjjnen.
Ten aanschouwe van de leesgrage omstan
ders schrjjft hg daar psalmverzen en andere
poëzie op de klinkersteenen met zand
Mooi wit duinzand draagt hg in zijn zak
doek mee, neemt telkens een handje vol en
laat dit tusschen zgn vingers doorgljjden,
letters en woorden vormende, tot het heele
begonnen haar nu de slapen met azjjn te
wrijven. Boer Brinkhof liep kamer in, kamer
uit en vroeg en zocht overal naar zgn Leffert.
De dienstboden, die zonder iets te doen,
achter deuren of in donkere hoeken bjjeen-
schoolden, deelden elkaar fluisterend hunne
vermoedens mee, hoe hunne vrouw in dien
jammerljjken toestand, met gescheurde klee
deren en buiten kennis, zou gekomen zgn
en kwamen eindeljjk tot de conclusie, dat
een onbekende booswicht haar moest hebben
aangerand. Nauwelijks sloeg Marianne de
donkera oogen met een -angstig vragenden
blik op, of de lompe figuur van den boer
drong zich tusschen haar en het licht.
>Waar is Leffert riep hjj met eene
stem die heesch klonk door smart en onrust.
»Waar is mjjn erfgenaam mjjn kind?«
Marianne keerde haar gelaat van hem af.
»Ik weet bet niet,< antwoordde ze mat,
maar tegeljjk begon ze zich alles, wat er
dien dag gebeurd was, weer te herinneren.
»Zoek hem zoek hem den anderen
vond ik in de Röthekuhle!«
Men zocht haar nog verder uit te hooren,
maar toen richtte ze zich eensklaps op, zag
wild om zich heen en zeide lachend:
»Wat was het ook weer, dat hg toen
zoag? Alle waterstroomen, alle vlammen
komen op mij aanstormen en slaan mg over
't hoofd! Juist, zoo was het,« en ze viel
weer in de kussens terug. Allen allen
zullen we verbranden, zoo eindigt het lied!«
Reeds dadeljjk had er zich een knecht te
paard geworpen om den dokter te halen
en Katrien had nog altjjd hoop dat deze
Rolf in 't leven terug zou kunnen roepen.
Brinkhof bekommerde zich om ziekte
couplet voor de verbaasde oogen des aan-
scbouwers, goed leesbaar neergeschreven
staat.
In deu regel is zgn poërie van gewjjden
aard, zoodat ik hem lang gehouien beb voor
een straatprediker op zgn manier. Maar zjjD
laatste vers heeft me beter geleerd. Dat vers
was gedicht onder den invloed van de groote
gebeurtenis, dij ons in September wacht.
Aan 't slot stond: »dat Heere Zegen op u
daaltc, waaruit ge bemerkt dat hij op ge
spannen voet staat met onze Nederlandsehe
taal en zgn Schriftkennis ook te wensc'aen
overlaat maar 't ergerljjkste stond daar
weer onder: »wascht bjj de Oranjefeesten
uw goederen en kleederen met Maypole-
zeep !c
Een artist zich verlagende tot reclame-
maken 1 Grooter val is niet denkbaar. Maar
och, laat ik hem niet te hard vallen er gaan
zooveel lezers leuk heen, zonder den schrij
ver een kleine vereeriDg te gevenGeen
wonder dat hg op een andere manier zgn
kunst loonend tracht te maken. Hij moet
toch leven ook
's Avonds 9 uur is de markt opgeruimd,
's nachts wordt ze met bezemen gekeerd en
den volgenden dag heeft de Westerstraat
weer haar gewone gedaante aangenomen.
A. Juni 1898. J. L.
P.S. In verband met uw bericht dat onze
Burgemeester de Koninginnen een voorstel
ling in den schouwburg zal aanbieden, meld
ik u, dat, hoewel er in de N. kerk geen
plaats voor een zangkoor zal overbljjven, de
hooge bezoeksters toch niet onbezongen
zullen vertrekken. De cantate van Nic.
Beets en Bern. Zweers zal in het Concert
gebouw worden uitgevoerd op Donderdag
8 Sept., 's middags 3 uur. De Koninginnen
zullen deze uitvoering met haar tegenwoor
digheid vereeren. Een deel van 't koor van
Toonkunst en de Wagner vereeniging is
uitgenoodigd onder den heer Mengelberg
half Juli de repetitiën aan te vangen.
Buitenland.
Bjj gelegenheid van een muziekfeest te
Koningsbergen is het tot schaudelgke too-
neelen gekomen tusschen officieren en bur
gers. Eenige officieren staken den draak
met andere toehoorders, hetgeen aanleiding
gaf tot een woordenwisseling. Ten slotte
gaf een der burgers aan een officier zgn
kaartje en verzocht dezen het zijne, maar
als antwoord trok de officier zgn sabel en
noch dood. Toen het bleek dat Marianne
jjlde, stampte hij met zjjne voet op den
grond, greep vervolgens met zjjn bevende
hand een licht en haastte zich, aan den arm
van den schaapherder, niettegenstaande de
duisternis, met knikkende knieën naar de
Röthekuhle.
Vele weken lang bleef boer Brinkhof
dag en nacht naar zgn erfgenaam zoeken.
Vrouw noch kind, huis nech hof scheBen
meer voor hem te bestaan, zoo geheel nam
die eene gedachte, zgn Leffert weer te
vinden hem in beslag. Midden in den oogst-
tjjd werd de Röthekule met de grootste
onkosten drooggelsgd. De velden en bos-
schen werden stelselmatig afgejaagd, als
gold het, een groot stuk wild op te drjjven.
Alles, wat er zich op tien mjjlen in den
omtrek, aan Zigeuners en laadloopers liet
zien, werd opgepakt en vastgehouden. Maar
de jongen bleef spoorloos verdwenen. Zgn
groen mutsje werd in eene weide gevonden,
dat was alles. Meer dan ooit te voren werd
Marianne, na dit noodlottig voorval, het
voorwerp ean eene algemeene, deelnemende
belangstelling. Niemand dacht er aan, om
er haar een verwjjt van te maken, dat zjj
twee jongens van zeven jaar, die reeds
mans genoeg waren, om boodschappen te
doen of op het vee te passen, zonder op
zicht bad gelaten.
't Was reads meer dan voldoende, dat zjj
een geheelen dag naar hen gezocht had,
terwjjl bovendien de vreeselgke waarheid
haar gestel zoodanig had geschokt, dat ze
eene week het bed had moeten houden, en
gaf zjja tegenstander een slag op het hoofd,
zoodat hij hevig bloedende naar het gast
huis moest worden gebracht. Een ander
burger greep den officier aan, wierp hem
op dsn grond en brak zgn sabel in tweeën.
De officieren namen daarop de wijk in een
restaurant, waar nog eenige sabel- en stok
slagen werden gewisseld, maar al spoedig
mengden zich zooveel burgers in den strjjd,
dat de officieren de vlucht namen naar een
naburigen wachtpost, waar zjj de soldaten
bevel gaven op hunne achtervolgers te vuren.
Gelukkig verscheen toen juist de commissaris
van politie, die door zjja bezadigd optreden
een bloedbad wist te voorkomeD. Onder ge
leide der soldaten konden de officieren naar
hunne woning gaan, terwijl de menigte zich
verspreidde. De plaatselijke bladen deelen
de namen der betrokken officiereu mede en
eischen hunne bestraffing.
De gemeenteraad van Petersburg heeft
besloten, de 25,000 roebels, welke president
Faure tijdens zgn bezoek aan die hoofdstad
voor de armen heeft geschonken, te be
stemmen tot stichting van een nachtverblijf
voor dakloozen.
De PrawitelstwenDy Westnik (Rusland)
meldt: Den 17en (29en) Mei riep de in-
landsche dweper Is Chan te Margljau in
Toerkestau den heiligen oorlog uit, en
overrompeld» den 18en (30en) met een
groote bende twee Russische compagnieën,
waarvan 22 soldaten sneuvelden en 16
gekwetst werden. De compagnieën sloegen
de opstandelingen met 11 dooden en 8 ge
wonden terug en joegen ze op de vlucht.
De belhamels zgn gepakt. De militaire be
velhebber van het district Fergana is afgezet.
Zaterdagnacht heeft in de omstreken van
Athene een hevige aardbeving plaats gehad.
Vele huizen zgn beschadigd, eenige zoo
danig dat zjj onbewoonbaar zgn. Er is
echter niemand gewond of omgekomen.
De Keizer van China deelt in een manifest
aan zgn volk den jammerlijken toestand
des rjjks mede en kondigt aan, dat hierin
verandering zal worden gebracht.
De gezagvoerder van het te Malaga aan
gekomen stoomschip »Sevilla« heeft be-
riehten medegebracht van een verschrik
kelijke slachting onder de Riff-piraten.
Tjjdens een feest, naar aanleiding der be
lofte van de Bocoya Kabylen om 20,000
er haar drie verschillende geneesmiddelen
waren voorgeschreven, die ze intusschen
stilletjes had laten staan. Op den achtsten
dag stond zj zonder veel omslag op, kleedde
zich aan en sloeg dea weg naar het den
nenbosch in. Was het om daar haar
zoontje te zoeken 't Had er al den schjjn
van, want toen de postbode, die in zgn
ambt eiken dag een afstand van acht uur
moest afleggen, haar op haar terugweg
voorbjjkwam, hoorde hij haar, als om het
zich goed in 't geheugen te prenten, onop
houdelijk bjj zich zelf herhalen »Een doode
jongen, de moeder leeftUit de woorden:
»de moder levet!< die de postbode zich
gehaast had, overal te verspreiden, maakte
men op, dat Marianne het voornemen
koesterde, om op gewelddadige wijze een
einde aan haar leven ,te makeD. Men zocht
haar daarom in huis zooveel mogeljjk te
ontzien, waardoor zich aldaar de plotselinge
rast, die op het verdwjjnen van den on-
handelbaren Leffert gevolgd was, nog dui
delijker deed gevoelen. Zoo weinig Marianne
zich vroeger om de huiseljjke bezigheden
had bekommerd, zoo vljjtig, ja onvermoeid
was ze thans. Zelfs de zorg voor het zieke
lijke kindje nam ze geheel voor hare reke
ning en met de meeste nauwgezetheid kweet
ze zich van dien plichtmaar geen vleiend
woordje, geene liefkozing viel ooit aan het
stumpertje ten deel.
Toen na maanden nog steeds alle na
sporingen zonder gevolg bleven, begon de
boer zich te schamen, nog langer met zulk
een groot gevolg den omtrek te doorkruisen.
Rusteloos bleef intusschen zelf zjjne
onderzoekingstochten voortzetten, door met
dollars te betalen, klonk em horensignaal
en op hetzelfde oogenblik wierpen de Askaris
zich op de zeerooTers, van wie er een aantal
afgemaakt werden.
Van 25 slachtoffers werden de hoofden
afgesneden, die men in een mand aan den
Sultan van Marokko wille zenden. Het
Keizerlijke stoomschip weigerde ze echter
mede te nemen, maar nam wel een aantal
gewonde of verminkte gevangenen aan
boord. Men vreest thans een geduchte
wraakneming van de zgde der zeeroovers.
Nog altjjd is er weinig nieuw3 van het
oorlogstooneel, en 't weinige dat nog mede
gedeeld wordt, vindt dadelgk van andere
zijde tegenspraak, zoodat alles onder voor
behoud aangenomen dient te worden.
Admiraal Sampson moet toegegeven heb
ben, dat hij zelfs met de tbans vereenigde
eerbiedwaardige strjjdmacht, bestaande bjjna
uit zooveel slagschepen als de Spaansche
vloot kruisers in het vuur kan brengen,
en zoooveel pantserkruisers als deze torpedo
booten bezit, niet te Santiago binnen kan
komen.
De nu gevolgde taktiek zooals hg
zelf ze omschrijft leidt er toe aan te
nemen, dat zgn opinie zóó luidt.
Hg heeft afgezien van pogingen om den
havendoorgang te forceeren, maar bljjkens
een bijzonder telegram gedagteekent van
3 Juni in het gezicht van Santiago de
Cuba, de Spaansche vloot geheel machteloos
gemaakt. Deze ia n.l. in de haven opge
sloten, doordat de »Merrimac« dwars in
de doorvaart is gezonken en het dus on-
mogeljjk is, de haven binnen te gaan of
te verlaten.
Daarmede heeft hjj ook definitief onmo-
geljjk gemaakt de haven van Santiago te
foreeeren.
Het besluit om de »Merrimac« te doen
zinken, was door admiraal Sampson reeds
eenige dagen geleden genomen. Hjj vroeg
vrijwilligers tot deze gevaarljjke onder
neming. Luitenant Hobson en zeven man
boden hun diensten aan en Donderdagavond
ging de »Merrimacc bjj de »New-York«
liggen. De romp van het vaartuig werd
omringd met torpedo's, die zoo gelegd
waren, dat men ze van de brug kon laten
springen. Vrjjdagoehtend 3 uur ging het
schip langzaam vooruit naar het land.
Weldra verloor men het uit het gezicht.
Korten tjjd later waarschuwde een schot
van fort Morro de Amerikanen, dat da
de hardnekkigheid vaa een kind, steeds
weer opnieuw, in boschjes, achter wallen
en hegeren, tusschen poelen en kuilen naar
zgn Leffert rond te speuren. Dit alles had
ten gevolge, dat hjj bjj den dag afviel en
verouderde.
Veel verstand had boer Brinkhof nooit
gehad, maar zgn verdriet deed het weinigje,
waarop hg zich tot nu toe had mogen be
roemen, tot een minimum ineenkrimpjn,
tot eindeljjk zelfs dat verdriet niets meer
was dan een idea fixe, waaraan hjj, dag op
dag, in dezelfde woorden uitdrukking gaf.
Daar hjj nooit recht jeugdig was geweest,
was die snelle overgang tot den ouderdom
bjj Brinkhof minder in 't oogvallend. Slechts
eene merkwaardige daad had hjj in zjja
leven verricht, nameljjk deze, dat hjj zjjnen
ouders eerst geboren werd, nadat ban echt
twintig jaar lang kinderloos was gebleven.
Hierbjj had hjj het dan ook eens voor al
gelaten. Reeds toen hjj nog in de lange
kleeren was, begon hg zgn ouden vader
zooveel mogelgk in al diens doen en latea
na te apen en nadat zjjne beide oaders van
hem warea weggenomen, was er geen huis
met hem te houden. Schreeuwend als een
schooljongen, dwong hg om vader en
uaoeder en eerst toen welmeenende familie
leden hem aan eene vrouw hadden geholpen,
kwam hg tot rust. Nu ging alles als van
een leien dakje en zonder verdere stoornis
zou hjj wel zgn einde bereikt hebben, ware
de onverbiddelijke dood niet tusschenbeide
gekomen, door zjjne Geesje van zjjne zgde
weg te rukken, juist toen hjj, na twintig
jaar getrouwd te zjju geweest, op een erf
genaam mocht hopen. Wordt vervolgd.
Franco per post zonder prjjsveihooging. Afzonderlijke
in 't hunebed.