liet Laud van flensden en Alleu. de Langstraat tn de Bonimelfrwaard.
„Het Hoogeland,"
land van aliens
FEUILLETON.
ZATERDAG 17 JUNI
1899.
Gjbze Patriarchen;
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
VOOB
Dit blad verschat WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 8 maanden f l.OO.
franco per post zonder prgsveihoogiag. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
M 1807.
Advertentiè'n van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 7ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertenfciën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
ingewacht.
Ie Nederlandsche Arbeiders-Kolonie.
Als een vervolg op het hoofdartikel
ons nummer van 17 Mei 11. getiteld: >Eer
plekje in de Drentsche hei,* is de vraag
geopperd
Zou het Hoogfl01 1 niet bunnen zorgen
voor de ontslagen bedelaars of landloopers?
In antwoord hierop schrjjft de Heer Direc
teur van het Hoogeland:
Wjj nemen de vrijheid te mogen rneenen,
deze vraag te achten als gericht aan ons
adres, en dus wellevendheidshalve het ant
woord daarop niet schuldig te tnogen blijven.
Tevens willen we er gaarne bjjvoegen, dat
het ons verblijdt, dat deze vraag gedaan
wordt, en wij dns volgaarne een antwoon
daarop geven, en wel een zoodanig, naar
wjj hopen, dat het een ieder volkomen
duidelijk zal zijn, of het Hoogeland in de
gegeven omstandigheden daarin kan voor
zien of wel, wht in deze afdoende voor
ziening zon geven en de meest gewenschte
middden daartoe zouden zqd.
Volgens het reglement worden in het
Hoogeland opgenomenBedelaars en land
loopers, ontslagen gevangenen, benevens zjj
die te Veenhuizen zjjn geweest.
Bljjkens deze bepaling is er reeds aan de
ontslagenen van Veenhuizen gedacht. We
kannen er tevens bjjvoegen, dat we reeds
velen dezer ontslagenen hebben opgenomen,
het zjj op verzoek van Heeren Directeuren
van Veenhnizen, hetzij °P verzoek van par
ticulieren, of wel op hun eigen verzoek.
We bnnnen er tegelijk de mededeeling wel
ty doen, dat dit getal meer dan 250 bedraagt.
De vraag nn, of al de ontslagenen van
Veenhuizen, stel ze melden zieh op het Hoo
geland aan, opgenomen bnnnen worden,
behoeft natuurlijk geen antwoord. Het getal
der mannen, dat jaarljjks te Veenhuizen
ontslagen wordt, bedraagt zeker meer dan
1000, en dat kan het Hoogeland wegens
zjjne beperkte ruimte niet bevatten. Dit zou
voor het Hoogeland ook niet raadzaam zijn,
gestel dat ruimte als anderzins het zou
toelaten, en we volgen steeds den regel,
dat minstens de grootste helft der op het
Hoogeland aanwezigen geen mannen van
Veenhuizen mogen zijn. Deze grootste helft
moet zijn öf ontslagen gevangenen, of wel
die gevaar loopen door werkeloosheid, ot
EMMY VON DINCKLAGE
(Novelle uit Oost-Friesland).
Juffrouw Cato stond de theeproet glansrijk
door, daar ze noch te weinig, noch te veel
van de kostbare bladen nam en toch een
geheel friseh treksel voor Ko en zjjne mak
kers gereedmaakte, nadat deze de vracht
raapzaad als reden van zjjne komst had
opgegeven. Op bedachtzame wjjze deelde
hjj daarop meê, dat er op de Plaats eene
verdeeling van goederen had plaats gevonden
en hoe het daarbjj was toegegaan. Vervol
gens kwam hjj met het aanzoek voor den
dag, terwijl hjj uit den ruimen zak van zjjn
mantel ten grof brood te voorscbjjn haalde
en dit onder het uitspreken van eene vrome
spreuk doorbrak, zoodat de diamanten zicht
baar werden. Voor den vorm sloeg men,
wel is waar, niet dadelijk toe, maar toch
liet Cato's moeder reeds den volgenden
morgen de kist met het uitzet door de knechts
van den zolder halen en nauwelyks was
men nog drie dagen verder, of de bruid
besteeg met eene oude en eene jonge dienst
maagd de zooveel mogeljjk bepakte wagens
en reeds by het eerste hanengekraai werd
de reis aanvaard. Ko had in den tusscheutyd,
voor hem sen tyd van gedwongen rust, niet
alleen hoogte genomen van de vee- en graan
prijzen, maar ook den wereldgebeurtenissen,
die zicb steeds dreigender lieten aanzien,
zyuo auLUngiit waaruig gekeurd, Holland
'foor bet misbruik maken van sterken drank,
slecht gedrag enz., enz., bedelaar te worden
of het reeds zjjn, en dientengevolge naar
Veenhuizen koers zetten.
Dat te voorkomen is de grootste weldaad,
die men deze ongelukkige bewijzen kan,
want eenmial daar aangeland, dan zijn zjj
voor de Maatschappjj zoo goed als verloren
en worden minstens 99 °/0 minder bruikbaar.
Een vjjf-jarige ondervinding heeft ons
dan ook geleerd, dat er meer heil is te ver
wachten van iemand, die wegens diefstal,
moord of wat dan ook, jaren gevangenis
straf heeft ondergaan, of wel van iemand,
die alles beeft doorgebracht, een dronkaards
leven heeft geleid, of wat men ook maar
moge bedenken, dan van een man die een
of meermalen kennis heeft gemaakt met
Veenhnizen. Er zjjn uitzonderingen, maar
juist deze zijn het die den regel bevestigen.
We hebben medelijden met den ontslagene
*an Veenhuizen, omdat hij in de Maat
schappjj overal de deur gesloten vindt, en
oneindig te beklagen is hjj, die vcor de eerste
maal zyn voet in de richting van de Rijks
werkinrichting zet, of veroordeeld wordt
tot opzending daarheen. Verloren voor zijn
gansche leven
Eenmaal daar geweest, dan is hjj bjjna
gedwongen wederom daar heen te gaan, en
wil hjj ook dikwjjls niet anders. Waarom
zal men vragen? Ach, zis hier:
lo. Omdat hij ijjdens zjjn verblijf daar,
onmogelijk iets heeft kunnen doen om tegen
den tijd van zjjn ontslag, werk te verkrjjgen.
Hij is gevangene en van de Maatschappij
uitgesloten.
2o. Veenhuizen is te groot, d. w. z., er
zijn te veel menschen op eenen hoop. Zjj
bederven elkander en ze troosten elkander
in hun leed, met weinig goede raadgevingen.
3o. Omdat ze geen vrjjen zjjn, maar door
de politie in bedwang gehouden worden
eenmaal aan dien dwang ontkomen, ver
vallen ze weder in dezelfde losbandigheid
fils voorheen.
4o. Omdat ze in de Maatschappij ge
wantrouwd en teruggestooten worden, be
schouwen ze het als een plicht, ja eischen
ze, dat de Staat hen onderhoudt, wanneer
ze zulks verlangen, en ze genoeg hebben
van het zwerven en slenteren. Voor een
weinig arbeidens worden ze daar ouder
honden, gerold, gekleed, en hebb n bjj de
Wet vastgestelde rechten, die ze doen gelden.
had thans een Fransch Koning, nameljjk:
Lodewjjk Bonaparte en deze had zijn nieuw
volk medegedeeld, dat hjj in zijn hart een
Nederlander was, zoodat dan ook zjjn portret,
welks trekken zoo dnideljjk aan zjjne Ita-
liaansche afkomst herinnerden, in den handel
kwam met het devies: »Doe wel en zie niet
om.< Niemand begreep hoe hjj kwarn aan
dat Hollaudsche hart en aan die voor een
Bonaparte zoo vreemde kenspreuk»Zie
niet om.« De zinspreuk van het lam is
bovendien krachteloos, als dit lam den leeuw
tot broeder heeft. Ko maakte nog te meer
haast met de terugreis, daar hjj er als 't
ware een voorgevoel van had, dat de Fran-
*ehe bijl reeds aan de wortels van den ouden
Friesehen Upstalboom lag, dien Pruisen niet
meer kon verdedigen, en dat de elkaar zoo
snel opvolgende veranderingen op staat
kundig gebied, den tijd, toen vrjje Friezen
onder de takken van dien eik hunne wetten
opstelden, wel even diep in den vloed der
vergetelheid zonden doen verzinken, als de
stormvloed in 't jaar onzes Heeren 1277
de bekende dorpen in den Dollart deed
ondergaan. Daar 't intusschen waar bljjft,
dat nieuwe bezems goed vegen, begaf men
zich onder de bescherming der nieuwe regee
ring getroost op reis. Eerst op den voor
laat sten dag, toen men nog alleen het veen
met zjjne eenzame, in geen al te besten
reuk staande zandwegen had door te trekken
scheen het Ko niet recht pluis, toen hjj in
de herberg, waar men den paurden brood
voederde, eenige tronies opmerkte die schuw
en woest tagelyk, aan eene soort van straik-
roovers deden denken, van wie men ge
woonlijk niet veel goeds heeft te wachten.
De oude knecht toonde zich intusschen
onveraaugd ty toen sjjue jongens elkaar op
Na een korter of langer verblijf, hoogstens
van 3 jaren, krjjgen ze dan hun ontslag
en kunnen dan de in dien tij 1 te goed ge
maakte gelden in enkele dagen doorbrengen,
terwijl de bedelarij hun daarbij dikwijls nog
een bedrag van gemiddeld tusscheu de 3
tot 10 gulden, aan sommigen zelfs wel 100
gul ten in de week oplevert.
Een man verhaalde ons en heeft ons nader
bewezen, dat hij zelfs in óéne week eens
pl. m. f 400 heeft kunnen ophalen, waar
mede hij naar België ging, en in ééne
week verbraste, en daarna weer naar Veen
huizen ging om uit te rusten en op verhaal
te bomen.
Nu is daaraan op het oogenblik, onder
de gegeven omstandigheden, weinig te doen.
Men kan hen opnemen in een toevluchts
oord als het Hoogeland, wanneer ze zich
daartoe aanmelden, doch macht heeft men
over hen niet en er blijft niets anders over
dan, voor zooverre ze nog voor goede in
drukken vatbaar zijn, te trachten hen te
brengen tot een godsdienstig en arbeidzaam
leven, te behouden en aan de Maatschappjj
weder te geven, doch de resultaten van dit
streven zjjn droevig.
Wanneer we dan ook heengaan en de
500 mannen, die gedurende de 4% jaar
van het bestaan van het Hoogeland er ver
toefd hebben, splitsen in die op Veenhnizen
geweest zjjn en die, welke er niet geweest
zijn, dan wjjst de uitkomst aan, dat van
de eerstbedoelden nog geen 3 °/0 en van de
laatsten minstens 80 °/0, na het verlaten
van het Hoogeland, een oppassend leven
leiden. De eersten zjjn bjjna allen, hoe goed
of de betrekking of het werk dat hun in
de Maatschappjj verschaft was, ook is ge
weest, weer gezonken en mislukt naar Veen
huizen teruggegaan.
Dit zijn feiten die spreken.
Wjj zullen hieromtrent niet verder gaan,
doch degenen, die er meer van wenschen
*e vernemen, kunnen we verwijzen naar de
pas verschenen brochure »Een kjjkje op
het Hoogeland*, verkrijgbaar tegen betaling
van 25 cents bjj eiken solieden boekhan
delaar of bjj den uitgever, den heer P. J.
Milborn te Nijmegen.
Deze brochure geeft een overzicht van
den'arbeid onder de zwervers op het Hooge
land, en bevelen wij zeer ter kennismaking
aan. Vooral Ie daarin voorkomende bjjdragen
van de heeren ds. v. d. Valk en dr. L.
de kerels opmerkzaam maakten, zeide hij
bedaard»Ik zou denken, dat vier eerljjke
kerels zich in Godsnaam wel met vier on
eerlijke zullen kunnen meten, want het goed
geweten is hun tot schild.*
Zoo reden ze dan verder en dachten nog
vóór middernacht een dorp te bereiken, waar
ze zouden kunnen overnachten. Volgens een
ond gebruik mocht de bruid haar nieuwe
vaderland niet anders dan bjj rjjzende zon
binnentrekken.
Als ging het over een dorschvloer, zoo
gemakkelijk waren de wagens voortgerold
over de droge, geëffende kleiwegen maar,
dat was nu gedaan. Schokkend en krakend
ging het nu verder door de diepe veen- en
zandsporen. De paarden snoven en bjj 't
onzekere licht der maan kon men niet dan
stapvoets rjjden.
Waarom trekken wij toch in de nachte-
ljjke stilte door dit eenzame veen?* vroeg
Cato, die een flinke, bjjderhande meid was.
Bjj den dag zoowel als bjj naeht, 't is
altjjd geraden hier den mond te houden,*
antwoordde Ko. »'t Verkeer geschiedt hier
hoofdzakelijk te water en wat niet zwemmen
kan moet van dezen weg gebruik maken,
jufter. Zoolang ik my kan herinneren, was
het hier reeds als tegenwoordig en had de
weg dezlfde slechte plaatsen.*
Cato gevoelde zicb in haar trots beleedigd
en bleef zwjjgen. In vele opzichten geleek
ze vrouw Regina zaliger, maar toch had
de overledene bij al hare onverzettelijke
eigenzinnigheid veel meer tact, om dit niet
al te hinderljjk te doen blyken. Terwjjl hjj
zoo naast de paarden voortstapte, gaf Ko
zjjn hart in de volgende binnensmonds ge
sproken woorden lucht: »Dat jonge gebroed
krjjgt tegenwoordig de veerea voor den tyd!
Wagenaar zjjn boeiend en aangrjjpenl.
Zooals we hoven even aanstipten, kan
het Hoogeland den stroom van mannen,
die jaarlijks van Veenhuizen komt,, onmo
gelijk in zijn boezem opnemeü, tenzij het
10, neen 100a*aal grooter werd, terwjjl dan
nog de vraag overbleef, of al de ontslagenen
zich in dat geval vrijwillig zouden doen
opnemen en zich uit eigen beweging aan
orde en tucht wilden onderwerpen. Ook dan
nog zouden we het niet gr raden achten
allen op te nemen in »het Hoogeland*,
ten einde niet in dezelfde kwaal te vervallen
als die, waaraan Ve-nhnizen lijdende is.
Of er dan niets aan kan en moet gedaan
worden Zeer zekerWant die
dnizen len oefenen niet weinig drnk uit op
het meer of mie der welvaren der Maat
schappij, door de duizenden guldens, die ze
weten machtig te wordm, en die voor #9/ioo
gedeelte toch worden geofferd aan Bacchus,
en wat nog daarbjj komt. Dat, wat een
veiligheidsklep voor de Maatschappjj zjjn
moest, zal op den langen duur juist blyken
eene ramp te worden, en is het reeds, omdat
het de bedelarij eer bevordert dan vermindert.
Het getal der zwervers, landloopers en
bedelaars kunnen we veiligstellen op 10,000,
die gemiddeld per dag f 3 per hoofd kosten,
't welk een jaarljjbsch kapitaal geeft van
bjjna f 11,000,000.Zegge elf millioen
gulden.
Waarlijk geen onaanzienlijk bedrag, on-
rekend nog de schade, die deze mensehen
door hunne zoogenaamle negotie aan den
kleinen winkelier veroorzaken. Aan dezen
toestand moet een einde komen en wel om
de navolgende redenen
lo. om den zwerver zelve, die toch mensch
is, en steeds een rampzalig leven leidt, verre
van een Goddelijk beroep; en
2o. om den druk, die zjj gemeenschap
pelijk uitoefenen op de Maatschappij, en
omdat zjj een lastpost zjjn voor hunnen
medemensch.
Gezegd dient te worden, dat er velen zjjn
die tot den bedelstaf komen door werkeloos
heid öf door concurrentie, doch de meesten
door slecht gedrag, misbruik maken van
sterken drank, onverschilligheid enz. Men
leze hieromtrent vorenbedoelde brochure.
Hoe het ook zij, wil en zal men in den
bestaanden nood voorzien en afdoende mid
delen tegen bedelarij en landloopery hebben,
dan moet men trachten te voorkomeD, dat
De oorlog verslindt niets liever dan oude
wetten en overgeërfde rechten en besteelt
de volken niet alleen aan het lichaam, maar
ook aan de ziel. Dat jonge volk
Wie weet, wat er nog alles in 't grjjze
hoofd van Ko ware omgegaan, indien de
philosophische gedachtengang niet plotseling
door eene onaangename stoornis ware af
gebroken. Yoor de paarden van den voor
sten wagen knalden nameljjk twee schoten.
De paarden steigerden en trachtten door een
zjjsprong in de richting van ds naastbjj-
zjjnde drassige sloot te ontkomen. Dit werd
echter verhinderd door twee krachtige vuis
ten, die de verschrikte dieren in de teugels
grepen. Met een wilden strijdkreet sprongen
Ko's zonen van den wagen en toonden
dnideljjk, hoe zelfs hunne streng puriteinsche
opvoeding het vuur der jeugd, dat zoo gaarne
elke gelegenheid aangrijpt om zich in daden
te uiten, niet geheel had kunnen uitblusschen.
Ze zouden de struikroovers dan ook leelyk
hebben toegetakeld, was er op 't zelfde
oogenblik ook geen schot gevallen bjj den
tweeden wagen. Maar nu richtte ook Cato
zich op, greep de zweep bjj 't verkeerde
einde aan, en die zware knots zwaaiend,
commandeerde ze: »Niet aanvallen, de
di88elboomen afhaken, rug tegen den
wagen Door de bevelen van die volle, wel
luidende stem op te volgen, werden de
kansen voor de aangevallenen vrjj wat gun
stiger. Zoodra toch de paarden zich vrjj
voelden van den wagen, verdedigden ze zich
op eigen gelegenheid tegen 't hun aangedaan
geweld, terwyl de verdedigers der karavaan
aan eene zjjde tegen de aanvallers gedekt
waren door hun transport. Toan Ko zeide,
op hunne vier goede gewetens te vertrouwen,
had hjj niet eens gerekend op de onver-
en
het individu zulks behoeft te worden,
kunnen die middelen dan tevens een kans
aanbieden en dienst doen, om in het lot
van den reeds bedelaar of landlooper ge
worden man, verandering en verbetering te
brengen.
Dit nu meenen wjj te bunnen bsreiken
op de wjjze als wjj in een volgend num
mer hopen uiteen te zetten.
Buitenland.
De moordenaar van den ouden portier
van het huis van baron Osy te Brussel is
ontdekt. Het is een korporaal, Wa?laia rh
genaamd. De bijzonderheden over den moord
zjjn weerzinwekkend.
Dreyfus wordt 25 dezer aan boord van
de »Sfax« te Brest verwacht en zal ver-
vermoedeljjk door het arsenaal, dat voor
het publiek gesloten is, naar een gereed-
staanden trein gebracht worden, die den
kapitein naar Rennes zal brengen, zonder
dat iemand hem heeft gezien.
Majoor Carrière, de regeeringscommissaris
in het nieuwe Dreyfusproces, is voornemens,
zonder uitzondering alle getuigen te doen
dagvaarden, wier verklaringen hjj noodzake
lijk acht, o.a. Mercier, Casimir Périer en zoo
noodig ook Lebrun-Renault en Esterhazy.
Te Brest worden toebereidselen gemaakt
voor Dreyfus' ontvangst en zjjn verschijning
voor den krijgsraad. De gendarmerie te
Rennes wordt met 100 man versterkt, terwyl
een escadroa cavalerie en politie-agenten
uit Parjjs worden verwacht en de burge
meester heeft een proclamatie doen aan
plakken, waarin de bevolking tot kalmte
en rast wordt aangemaand.
De prefect der marine te Brest heeft be
velen gekregen, betreffende Dreyfns en zjjn
ontscheping. De >Sfax< met Dreyfus aan
boord zal tusschen 20 en 22 dezer de
Asoren aandoen, om er steenkolen in te
nemen en instructies uit Frankryk af te
wachten en vervolgens de reis voortzetten.
Met het oog op troebelen van de zjjde der
antisemieten worden te Brest strenge maat
regelen van orde genomen en, wanneer be
toogingen worden op touw gezet, zullen de
aanleggers voorbeeldig gestraft worden.
De krjfgsraad, waarvoor kapitein Dreyfus
te Rennes zal terecht] staan, zal worden
gepresideerd door kolonel Jonaust, directeur
der genie te Rennes.
stoorbare tegenwoordigheid van geest van
haar, die aan zjjne bescherming was toe
vertrouwd en thans haren dienstmaagden
toeriep »Als ze naderbjj komen, werpt hun
dan alles, wat ge kunt tillen, naar het hoofd,
die ellendige schooiers I*
De struikroovers schenen eenigszitis uit
het veld geslagen en lieten dientengevolge
de paarden los. Deze, op de vette marsch-
landen in vrjjheid opgegroeid, maakten daar
van terstond gebruik, om ook van hunne
zjjde met de koppen tegen de wagens te
dringen en met de hoeven zand en veen-
gras naar de vjjanden te slingeren. Gelukkig
schenen deze geene andere wapens bij zich
te hebben dan huDne éénloopsche pistolen,
behalve misschien nog 't knipmes, dat steeds
door ieder in den linkerzak van 't wam
buis wordt meegedragen. Een gillend gefluit,
uit de verte beantwoord, bewees intusschen,
dat ze nog versterking te wachten hadden.
Toen, juist op het kritiekste oogenblik, kwam
er onverwachts hulp opdagen. Snelle hoef
slagen deden den veerkrachtigea veengrond
dreunen en al nader en nader klonk het:
hallo 1 hallo!* van eene heldere man
nenstem, tot eindeljjk de ruiter zichtbaar
werd, die, zich in de stijgbeugels opheffend
en met de hand aan den haan van zjjn
pistool, uitriep: »Wat gebeurd hier? Wie
waagt het, u aan te vallen?*
Ko toonde zich intusschen niets minder
dan dankbaar, toen hy de roovers nu da
delijk het hazenpad zag kiezen. Verdrietig
gaf hjj ten antwoord: »Ook zonder u, Jans,
hadden we hun wel gewezen, welken weg
ze hadden in te slaan 1*
NIEUWSBLAD
DOOR
6)
MMBBMWDWDBWMDDMDMMIDMMWSDBMBBMBDDD—BMWDDBBEWIE»'
f
Wordt vervolgd.