Hel Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard. De ffleDsé eo zijne behoeften. FEUILLETON. De verloving op St. Domingo. voos Uitgever: L. J. VEERMAH, Heusden. M 1823. ZATERDAG 12 AUG. 1899. UND VAN alten^ Dit blad verschjjHt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO. Franco per post zonder prjjsverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën ran 16 regels 50 ct. Elke regel meer 71/, ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond ingewacht. Den toestand van de eerste menscheljjke wezens die op de aarde vertoefden en hunne levenswijze en verrichtingen, kunnen wjj ons natuurlijk niet met eenige zekerheid voorstellen. In ieder geval moet die toestand hemelsbreed van den onzen verschild heb ben. Maar in één opzicht althans moet er overeenstemming hebben bestaan. Die eerste menschen moeten behoeften gekend hebben. Op zjjn minst moeten zjj de neiging gevoeld hebben om honger en dorst te bevredigen. Zjj moeten dus hebben gezocht naar eten en drinken. Naar alle waarschijnlijkheid zjjn die be hoeften langzamerhand en schier ongemerkt, toegenomen. In den strijd met de natuur en in dien met de wilde dieren, kwam het verlangen boven om zich te beschutten en gevoelde men de noodzakelijkheid om zich te ver weren; men zocht dus naar een dak boven zjjn hoofd en naar bedekking van het lichaammen zocht naar voorwerpen, die als wapenen konden dienst doen. Uit de behoefte ontwikkelde zich de begeerte en dus de wensch om iets te bezitteD, wat men tot nog toe niet bezeten had en dan moest weer naar middelen worden omgezien om dat voorwerp machtig te worden. En naar mate het menscheljjk geslacht toenam en zich verspreidde, vooral naarmate datgene ontstond wat wjj onwikkeling en beschaving noemen, zal men telkens naar iets meer en vooral telkens aan iets anders behoefte hebben gevoeld. Bjj die volken, die de beschaving niet deelachtig werden, namen de behoeften stel lig niet zeer toe. De wilden van midden- Afrika voldoen op de meest ruwe wjjze aan de behoefte aan spijs en drankmaar zoodra zjj in aanraking komen met meer beschaafde stammen of met de westeljjke blanken, ver andert dat. Zjj werpen een begeerig oog op alle fraaie zaken, tooien zich met de bonste versierselen en werpen zich met waren wellust op genotmiddelen, zooals tabak en sterke drank. De oorzaak van alle behoeften bij den mensch is ongetwjjfeld gelegen in de nood zakelijkheid. Hjj moet om te kunnen bestaan, leven en zich beveiligen. Maar naast de noodzakelijkheid staat de begeerte om dat gene te bezitten, wat aangenaam is, wat (3 »Ongelukkige, beklagenswaardige men- schen zeide de vreemdeling. »En waar houdt deze woestaard zich op dit oogen- blik op?« »Bjj het leger van generaal Dessalines,* antwoordde de oude, >wien hjj en de overige negers, die vroeger tot deze plantage be hoorden, een transport kruid en lood hebben overgebracht, waaraan hjj groote behoefte had. Waarschjjnljjk komt hjj na ongeveer tien of twaalf dagen terag, in lien hjj ten minste niet op nieuwe avonturen uitgaat. God beware er ons voor, dat hjj ooit te weten kome, hoe wjj bescherming en schuil plaats hebben verleend aan een blanke, die naar Port au Prince trok, terwjjl hjj al zjjne krachten inspande om het gansche geslacht van blanken van de aarde te ver delgen, we waren allen, allen kinderen des doods.* »God, die den medeljjdenden mensch liefheeft, zal u beschermen om hetgeen gjj aan een ongelukkige gedaan hebt,* ant woordde de vreemdeling, terwjjl hjj Babe- kan de hand drukte. »En daar gjj nu toeh eenmaal de woede van dezen neger hebt opgewekt en 't u «iet zou baten, al wildet gjj van dit oogenblik af zjjne bevelen op volgen, zoo zult ge zeker niet weigeren mjjn oom en zjjne betrekkingen, die ik genot verschaft, wat gemak oplevert enz. Zóó zal het al spoedig op de wereld geweest zjjn en zóó is het altjjd nog. WaDneer wjj daarop letten, dan is het duidelijk genoeg dat, hetgeen wjj menscheljjke behoeften noemen, voor het meerendeel niet door de noodzakeljjkheid gebolen wordt. Dit is de reden waarom men wel eens onderscheid maakt tusschen behoefte en weelde. Behoefte is dan al wat de mensch om te leven en zjjn maatschappeljjke plichten naar eiscb te vervullen werkeljjk noodig heeft. Al het andere is weelde. Wanneer dit nu bjj een bloote onder scheiding bljjft is de zaak niet van groot gewicht, doch men is er door die onder scheiding toe gekomen om te beweren, dat alle weelde afkeurenswaardig is en schadeljjk voor het algemeen belang. Dit is eene stelling, die veel verdedigers vindt, doch waarmede men zeer voorzichtig moet wezen. Wanneer wjj de behoeften van den mensch in den ruimsten zin nemen en daaronder niet alleen het strikt noodzakeljjke verstaan want dat is zeer weinig maar ook datgene wat hem door gewoonte tot een behoefte geworden is en wat hjj dus niet meer geheel kan ontberen, zonder zedeljjke schade, dat wil zeggen, zonder moed, lust en kracht te verliezen, om zjjnen maat- schappeljjken werkkring naar behooren te vervullen, dan schiet er toch nog heel veel over, wat geheel ;a on wat men dus in den eigenljjkeu zin des woords als weelde kan beschouwen. Zeker is de onder schei ling dikwijls zeer moeiljjk te maken, maar dat er veel gestreefd wordt naar be vrediging van behoefte, die inderdaad over bodig is, dit is niet tegen te spreken. Maar hieruit volgt nog volstrekt niet, dat de weelde met be vorder ljjk is aan het alge meen belang. Ook hier moet men wel onderscheiden. Sterke drank is een zuiver genotmiddel en het gebruik ervan is weelde. Nu is het zeker dat een volk van dronkaards ver armen zal, omdat deze weelde, de werk krachten vermindert en dus de welvaart van ieder in het bjjzonder en de geheele maat schappeljjke voortbrenging doet afnemen. Maar wanneer men in de hoogere kringen de gewoonte heeft om zich van de andere klassen te onderscheiden door meer kosthare kleederdracht, die men toch zeer goed zou kunnen ontberen, dan worden verschillende takken van industrie daardoor gesteund en uitgeput van de vermoeiende reis heb achter gelaten, voor een paar dagen in uwe woning op te nemeD, opdat wjj allen met nieuwe kracht onzen verderen tocht kunnen voort zetten. Ik laat het aan u zelve over te be palen, welke belooning gjj voor dezen dienst verlangt.* »Gjj weet niet, wat gij van mjj verlangt,* antwoordde de oude sidderend. »Hoe zou ik in deze woning, die vlak aan den grooten weg ligt, zulk eene menigte menschen kunnen herbergen, zonder achterdocht te wekken bjj de voorbjjtrekkende troepen of ten minste bjj de negers die in de buurt wonen.* >Niets gemakkeljjker dan dit,* hernam de vreemdeling, »ik ga dadeljjk weer naar het Meeuwenmeer en breng allen nog voor het aanbreken van den dag hier. Gjj staat ons één vertrek af, waarin zich allen ver bergen, en om geen enkelen maatregel van voorzichtigheid te verzuimen, sluiten wjj de deuren en vensters van deze kamer.* De oude vrouw dacht eenige oogenblikken na over dezen voorslag en antwoordde toen, dat het heden nacht reeds te laat was om zjjne metgezellen uit de bergkloof naar hare woning te voeren, daar den vorigen avond eenige scherpschutters reeds da tjjding had den gebracht, dat 's morgens vroeg een vrjj sterke troep gewapende negers zou aan komen, die hjj dus on verinjjdeljjk in handen zou moeten vallen. Men besloot dus eiude- ljjk zoo spoedig mogeljjk een korf met levensmiddelen naar de ongelukkigen te zenden en den volgenden nacht te besteden om hen veilig uit hunne tegenwoordige schuilplaats naar de oogenschjjnljjk zoo honderden, duizenden wellicht, vinden er werk en brood door. Werd al dit geld op gespaard, dan zou wel de kapitaalsvorming sterk toenemen, maar de vruchten ervan zouden dan toch eerst later het algemeen ten goede komen, gesteld al dat er zeker heid ware, dat die grootere kapitalen steeds op de beste wjjze ten behoeve van de njjver- heid werden aangewend. Zooals wjj reeds opmerkten, er is eene weelde, die afkeurenswaardig is en het algemeen belang benadeelt. Maar voor het overige kan men veilig zeggen dat voldoening aan menscbeljjke behoeften, ook die niet on Ier de noodzakeljjke gerekend worden, eene geoorloofde weelde is. Wanneer allen, ieder naar zjjn stand, zjjn fortuin, zjjae gewoonten en opvoeding, zjjn aanleg en ontwikkeling leven, zonder te vervallen in buitensporigheden die henzelf en daardoor ook het algemeen benadeelen, dan mag men veilig aannemen, dat deze levenswjjze voor de maatschappjj de beste is. Zjj is de natuur- Ijjkste, die den geregelden loop van het maatschappeljjk raderwerk het meest schjjnt te bevorderen. Buitenland. Over het Dreyfus-proces te Rennes valt op 't oogenblik niet veel te zeggen, daar de Krjjgvraad met gesloten deuren zitting hield ter bestudeering van het gfheim dossier. De meeste getuigen zjjn inmiddels naar bnnne woonplaats teruggekeerd. Te Parjjs hebben 3 a 4000 werklieden der gasfabriek en lantaarnopstekers het werk gestaakt. De grondwerkers zjjn voor nemens zich bjj hen aan te sluiten. De stakers eischen een pensioen van 600 francs na 25 jaren dienst. Men kan veilig aannemen, dat het aantal bezoekers der Parjjsche tentoonstelling van 1900 veel grooter zal zjjn dan van eenige voorafgegane expositie in de Pransche hoofd stad. In 1889 vervoerde de Compagnie de l'Ouest het grootste aantal reizigers n. 1. 10.000 in 9 treinen per uur, maar men berekent, dat in het volgend jaar 36 treinen per uur met een vervoer van 50.000 reizi gers nauweljjks voldoende zullen zjjn, om den kolossalen menschenstroom naar de tentoon- stellingsstad te brengen. Per dag brachten de verschillende treinen in 1889 naar Parjjs 300.000 reizigershet is zeker niet te veel gezegd, dat dit getal in 1900 zal verdub beld zjjn. gastvrjje woning over te brengen. De vreem deling, buiten zich zeiven van vreugde, nu hjj meende dat het ljjden zjjner tocbtge- nooten geëindigd was, kuste herhaaldelijk de beenige hand van de oude huichelares. Zjj onttrok zich aan deze bewjjzen van dankbaarheid en verzekerde hem, dat de herinnering aan den Europeer, den vader van hare dochter er haar toe had gebracht om hem en zjjne landgenooten dezen dienst te bewjjzen. Zjj verzocht hem verder bjj het aanbreken van den dag zjjne vrienden schrif- teljjk uit te noodigen om zich zonder eenige bezorgdheid over te geven aan de leiding van den knaap, die den brief zou over brengen en dien hjj reeds vroeger op het voorplein had gezien. Deze zou dan een voorraad van levensmiddelen medenemen, om alle verdenking te voorkomen des nachts bjj de reizigers bljjven en hem den volgenden morgen zoo vroeg mogeljjk den weg wjjzen naar de plaats, waar rust en verkwikking hen wachtte. Onder dit gesprek was Toni uit de keuken teruggekomen met een eenvoudigen maal- tjjd, dien zjj haastig had toebereid. Steels- gewijze wisselde zjj een blik met hare moeder en vroeg toen spottende: »Nu moeder, is mjjnheer reeds bekomen van den schrik, dien ik hem heb aange jaagd? Gelooft hjj nu, dat er geen gevaar bestaat voor vergif of dolk, en dat de neger Hoango niet thuis is?« De moeder zuchtte en antwoordde >Mjju kind, dis zich eenmaal gebrand heeft is bang voor vuur. Zou het niet zeer dwaas zjjn geweest, zoo deze heer onze woning was binnengetreden zonder te weten Men zal waarschjjnljjk intjjds maatregelen nemen, bjjv. door een z.g. blok-systeem, om de treinen met de kleinst mogeljjke tusschenruimten op elkaar te laten volgen. Op de ljjn HanoverBerljjn ontspoorde nabjj Stendal, wegens verkeerden wissel- stand, een in vollen vaart zjjnden goederen trein. De machinist, het gevaar ziende, gaf onmiddelljjk contrastoom, maar tegeljjkertjjd ontplofte de ketel. De machinist, de stoker en de remmer waren direct dood, vele andere beambten werden zwaar gekwetst. De machine en verscheidene waggons zjjn zwaar beschadigd. Volgens de »Mémorial diplomatique* ver toont ex-koning Milan alle symptomen van vervolgingswaanzin. Hjj Ijjdt aan slapeloos heid en brengt goheele nachten door met het zoeken naar boosdoeners in zjjn slaap vertrek. Hg heeft steeds een revolver bjj zich, die hjj van tjjd tot tjjd op denkbeeldige vjjanden afschiet. De Duitsche Keizer is Woensdag aan een groot gevaar ontsnapt. Met de 3toomsloep van zjjn jacht »Hohenzollern« een bezoek willende brengen aan den kruiser »Hansa,« liep die sloep door een verkeerde manoeuvre zoo geducht tegen de kade, dat haar steven geheel werd ingedrukt en de Keizer en allen die met hem aan boord waren van de been werden geworpen. Naar verzekerd wordt, eischen de Phi- tmnMnluillll nnatanrtpl n non ll~ 7 millioen dollars voor de invrghei Istelhng der Spaansche gevangenenen. Nu admiraal Cervera door den oppersten krjjgsraad is vrijgesproken van de schuld aan de nederlaag der Spaansche vloot voor Santiago de Cuba, maakt hjj de gansche correspondentie openbaar, welke vóór den oorlog tussehen hem en de Spaansche re geering gewisseld is en waaruit ten duide- ljjkste bljjkt dat hjj haar voortdurend ge waarschuwd heeft voor de geduchte minder heid en de hoogst onvoldoende uitrusting der Spaansche vloot, die in geen enkel opzicht tegen die der Vereenigde Staten was opgewassen en bovendien in West- Indië geen enkele haven bezat, waar zjj na den eersten zeeslag hare schade zou kunnen herstellen, zoodat reeds terstond een groot gedeelte der vloot zou moeten worden buiten gebruik gesteld. Niet onwaarschjjnljjk is het thans, dat het vorige ministerie-Sagasta in staat van beschuldiging zal worden of hij er vrienden of vjjanden zou vinden?* Het meisje vertelde nu hoe zjj met opzet den lantaarn zoo had gehouden, dat het volle licht juist op haar gelaat moest vallen, >maar,< voegde zij er bjj, »zijn hoofd was zoo vol van Mooren en negers, dat bjj, als eene dame uit Parj;'s of Marseille hem open gedaan had, haar zeker ook voor eene negerin zon gehouden hebben.* »De vreoradeling naderde haar, sloeg zacht den arm om het slanke lichaam, en ant woordde eenigzins verlegen, dat haar hoed hem verhinderd had haar gelaat te zien. Zacht drukte hij haar aan zjjne borst en fluisterde haar toe: »had ik u toen in de oogen kunnen zien zooals nu, ik zou, ook wanneer gg zwart waart geweest, een gif beker mat u hebben willen drinken.* De moeder verzocht hem nu liever te gaan zitten en zich wat te versterken. Toni leunde, naast hem gezeten, met de armen op de tafel en staarde hem in het gelaat. De vreemdeling vroeg hoe oud en waar ze geboren was. Babekan antwoordde dat zjj de dochter was van een rjjken koopman uit Marseille, Bertrand geheeten, waarom ze dan ook Toni Bertrand werd genesmd. Vjjftien jaren geleden had zjj met mevrouw Villeneuve eene reis naar Europa gemaakt en in Parjjs Toni ter wereld gebracht. Later was zjj gehuwd met den neger Komar, die Tonie als kind had aangenomen. Zjj vroeg of Gustaaf misschien eenen Bertrand kende. Het antwoord luidde ontkennend. Hg had zich vóór zjjn vertrek naar West-Indië slechts korten tjjd in Frankrgk opgehouden en met niemand kennis gemaakt, die dezen naam droeg. gesteld. De nieuwe Amerikaansche minister van oorlog, Elihu Root, heeft gezegd dat de oorlog ia de Filippjjnen nu met alle kracht doorgezet zal worden. Otis zou zoo noodig, 60.000 man tot zjjn beschikking krjjgen. Uit Manilla werd Woensdag aan de »N.-Y. Herald* geseindDe Amerikanen zjjn vroeg in den morgen onder generaal Mac-Arthur met ongeveer 5000 man tegen het hoofdleger der Philippjjners opgetrokken. Over het geheele front werd gestreden. De insurgmten boden, zegt het Amerikaansche berieht, slechts zwakken weerstand en trok ken zich achter Calulut, welk stadje werd genomen, terug. Donderdag zou generaal Mac*Arthur Angelis aanvallen; wordt dezj stad genomen dan is de verbinding met de heuvels voor de Philippjjners verbroken. Bjj het treffen van Woensdagmorgen verloren de Amerikanen 9 dooden en 29 gewonden, waaronder 3 officieren. Achteraf wordt bekend dat de Duitsche Keizer verleden Woensdag te Kiel, aanboord van de »Hohenzollern« den Amerikaanschen marine-officier Bechler en een lid van het Congres, Foss, ontvangen heeft. In een lang gesprek zeide de Keizer dat hjj geen geloof hechtte aan de dingen die admiraal Dewey te Triest ten nadeele van Duitschland zou gezegd hebben, daarenboven was hjj over tuigd dat de Amerikanen vau Duitsche tiek van deYereemPe^faVn^^ïte1]" land zouden dulden. Ten opzichte van de vergrooting der vloot in Duitschland en Amerika gaf de Keizer een variant op zjjn gezegde van vroeger, dat de toekomst der natiën op den Oceaan lag. »Hoe sterker een volk ter zee is, des te zekerder zullen andere volkeren er van afgehouden worden, dat volk aan te vallen: een sterke vloot is dus het beste vredescongres.* In Berljjnsche kringen waar men dikwjjls goed op de hoogte is, loopt het gerucht dat de grondslagen voor het bondgenootschap tusschen China en Japan in groote trekken reeds gelegd zjjn, al is de alliantie ook nog niet feiteljjk gesloten. Ter bezegeling van het verdrag zou, naar men zegt, Japan o.a. tien oorlogsschepen, in den laatsten oorlog op de Chineezen veroverd, aan China teruggeven, maar deze vloot zou dan voort aan door Japansche zeeofficieren gecom mandeerd worden, al werd ze ook onder Babekan verzekerde, dat volgens de be richten, die zjj had ingewonnen, de heer Bertrand niet meer in Frankrjjk woonachtig was. Eergierig en veranderljjk van karakter, kon hjj op den duur geene vrede hebben met den koopmansstand. Hjj nam een werk zaam 8andeel ia de omwenteling en vertrok in 1795 met den Franschen gezant naar het Turksche hof, van waar hjj, voor zoover ze wist, tot nog toe niet was teruggekeerd. De vreemdeling zag Toni lachende aan, nam hare hand en wensehte haar geluk met hare aanzienljjke afkomst en hare schatten. Hjj raaide haar aan alle mogeljjke middelen in het werk te stellen om door haren vader erkend te worden en voegde er bjj, dat hjj overtuigd was, dat hare fa miliebetrekkingen, als ze haar maar eerst hadden leeren kennen, haar met vreugde zouden opnemen in de aanzienlijke kringen. Babekan's gelaat betrok. Een geheim zinnig vuur tintelde in haar oog. »Dat zal niet gemakkeljjk gebeuren,* zeide ze bitter. >Toen ik zwanger was, kwam de heer Bertrand te Parjjs om eene jonge, rjjke dame te huwen. Uit schaamte en vrees zwo r hjj voor d9 rechtbank, dat hjj de vader niet was van het kind, dat ik onder het harte droeg. Nooit zal ik de woorden vergeten, waarmede hjj mjj in 't openbaar verloochende een hevige zsnuwkoorts overviel mjj en toen ik genezen was, liet de heer Villeneuve mjj zestig zweepslagen toedienen. Nog altjjd ljjd ik aan de gevolgen dezer straf.* NIEUWSBLAD Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1899 | | pagina 1