Het Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bonimelerwaard.
Een stiefkind.
M 197t.
FEUILLETON.
De Avonturier.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
WOENSDAG 9 JAN.
1901.
und van altena-
yoob
Dit blad verschat WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per S maanden f l.OO.
Franco per post zonder prjjsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentien ran 16 regels 50 et. Elke regel
meer 7l/t ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentien worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
ingewacht.
Dat ons land, hoewel klein, eenmaal
groot geweest is door den handel en dat
onze inkomsten voor 't grootste deel daar
van nog afhankelijk zjjn, is een waarheid
die van tjjl tot tjjd wel ems tnv; herhaald
worden. De visscherjj, de handel en de
kust vaart hebben in de 16de en 17de eeuw
rijkdommen opgeleverd, waarvaa nog in
onze dagen de paleizen op de Heeren- en
Keizersgracht en de vele hofjes van lief
dadigheid getuigenis afleggen. De zee was
van oudsher ons element. Iu da dagen van
De Rujjter hebben we zelfs niet ge3chrooml
den strjjd met Zweden aan te binden om
de vrjje vaart op de Oostzee te behouden,
in welker havens we een voordeeligen handel
dreven. De groote visscherjj, d.i. de haring
vangst, leverde in de 16de eeuw aan 26000
huisgezinnen broed op. Na een heftiger*
strjjd met de Engelschen en P<>rtu«reez-n
werd In ië onderworpen en reeds in 1640
telde Holland 10000 koopvfiardjjschepun,
die behalve op Indië, handel dreven in da
Middellandscha Zee op Italië en Turkjj en
op de Oostzeehavens.
Deze korte aanduiding is genoeg om te
doen zien hoe ons land in de geschiedenis
der handeldrijvende volken een voorname
plaats beslaat. Een gevolg daarvan is dat
het eveneens mag genoemd worden, waar
sprake is van de beoefening der wetenschap,
dia met zeevaart en handel in 't nauwste
verband staat, t. w. de aardrijkskunde.
In dat vak van wetenschap hebben ge
leerden als Snellius, Lulofs, Vossius e.a.,
groeten naam gemaakt; vele banner werken
werden in andere talen overgebracht en door
hen werd onze naam in den vreemde hoog
gehouden.
En is 't nu niet beschamend dat in een
Duitsch aardrijkskundig jaarboek van eer,
paar jaar geleden te lezen staatde Neder-
landsche Staatshoogescholen onthouden zich
tot hiertoe geheel van de studie der aard
kunde, prof. Kan van de Amsterdamsche
Universiteit is de eenige academische ver
tegenwoordiger dezer wetenschap.
Dat is de volle waarheid. Aardrijkskunde
is in ons land het stiefkind onder de stu
dievakken. Op de scholen voor middelbaar
onderwjjs beslaat het een eervolle plaats,
maar de personen, die zich bekwamen willen
tot onderwijs in dit vak, moeten zelf hun
(18
«Ik wist wel, dat ge den kleinen John
riet zondt vergetenJa, ik ben het in le
venden ljjvel*
Vervolgens werd het gesprek in het
Amerikaar sch-Engelech gevoerd, waar mr.
Archer nog wel eens een brok gebroken
Dnitsch tusschen door liet loopen, zooals
dit veel voorkomt in het noordwesten van
van Amerika bjj lieden van gemengd ras,
die noch de taal van den vader, noch die
van de moeder volkomen zuiver hebben
leeren spreken.
«Seiert wanneer is uw naam kapitein
Murle?<
Sedertja, dat is al lang sedert
ik met den impressario naar Europa kwam
alskunstenaar.
Snoward toonde geen verbazing, geen
wantrouwen, zelfs geen glimlach. Zjjn ge
laat was als van steen.
«Kunstenaar Hm, dat kan ik denken
In een tingeltangel?*
Archer knikte en maakte gebaren alsof
hg op de tamboerjjn sloeg of op de man
doline speelde.
«Ik ben onovertrefbaar in het bespelen
van de echellentrommel en de gitaar en
ook als goochelaar. Op de aanplakbiljetten
werd ik vermeld als de laatste leerling van
Bosco, het sehjjnt e*-n beroemde meester
te zjjn geweest, die Bosco. Bjjoa geheel
Europa heb ik bereisd, moet ge weten, en
voor dien schofterigen kerel, omen impres-
weg zoeken. Ja een dwaze bepaling in de
wet verleent aan ban, die studeerden in
Ned. letteren of Geschiedenis de bevoegdheid
ook op te treden aan de H. Burgerscholen
nis leeraren ia de aardrjjkskunde, zonder
dat ze daarvoor eenige speciale opleiding
genoten hebben. Te verwonderen is het niet
dat de directeuren der H. B. scholen dan
ook de voorkeur geven aan hen, die een
acte M. O. aardrijkskunde overleggen, boven
een docter in de Letteren 1
Toch ontbreekt het hier te lande niet
aan beoefenaren van dit vak. Maar de Staat
is tot voor kort doof geweest voor de aan
zoeken van vereenigingen en van studenten
om aan de universiteit gelegenheid te geven
onderwjjs in aardrijkskunde te ontvangen.
Thans treedt na de Kerstvacantie aan de
hoogeschool te Leiden als privaatdocent de
heer H. Blink op om los te geven in het
vak, waaraan hij zich geheel wijdt, de
aardrijkskunde. In dit vak heeft Blink zijn
sporen verdiend. Zijn omvangrjjk werk over
Nederland heeft hem doen kennen als de
man aan wien dit onderwijs bjj uitnemend
heid toevertrouwd is.
Dat is een uitkomst voor de studenten
in de letteren. Tot hiertoe behaalden ze
hun doctoraat zonder zich ooit met de ken
nis der aarde te bemoeien, tenzij ze daar
door bgzonder aangetrokken werden. Dr.
Blink kan zo nu na 't bijwonen zjjuer les
sen een testimonium uitreikeu waarmee
g wapend ze met geruster hart kunnen sol-
liciteeren naar de betrekking van loeraar
bjj 't M. O. Aardrijkskunde.
Zoo koait deze wetenschap langzaam in
tel. Ze is nog niet waar ze wezen moet.
Ze heeft recht op een professoraat, maar
de belanghebbenden kunnen voorhands te
vreden zjjn. De volledige erkenning volgt wel.
Als er een wetenschap is, die een vol
ledige herschepping ondergaan heeft in de
laatste halve eeuw, dan is het deze. Men
behoeft niet verder te gaan dan ons vader
land. Het driemanschap Beekman, Bos,
Blink heeft ons een heel anderen kjjk ge
geven op ons eigen land dan we vroeger
hadden. De aardrijkskunde, vroeger een ge
heugenoefening, heeft tegenwoordig alle dor
heid afgelegd. Ze is een scboone wetenschap
en onontbeerlijk bjj andere studie aan de
hoogescholen maar ook, wat voor een han
deldrijvend volk misschien het zwaarst weegt,
onontbeerlijk voor ieder, die in njjverheid
sario, mooie sommen geld verdiend.*
«Met één woord: ge hebt het belachelijk
ambacht ter hand genomen, waarmee zoo
veel kleurlingen hier hun brood verdienen 1
Ge werd negerkomiek
De «kunstenaar* was belaedigd en zette
een hooge borst.
«Oho, ik ben geen kleurling
«Wat? De zoon van em negerin dus
een mulat. Maar dat beduidt niets. Waarom
praten we zoolang? Ge komt om mg iets
af te bedelen?*
Nu gevoelde kapitein Mnrle zich nog
meer gekrenkt doch de koele woorden
van mr. Snoward hadden ook al niet kwet-
sender kannen wezen.
«Ahwaait de wind nit dien hoek? Wilt
ge mjj eenvoudig als landlooper ter zjjde
zetten?*
«Goed geraden, mjjn waarde John, juist
zoo,* luidde het bedaarde antwoord. «Je
verbeeldt je toch niet, dat het anders is?<
«Kjjk, nu kom je pas in den rechten
toon
«Als jjj nog eenmaal «je* tegen mjj
durft zeggen, sla ik je "*et deze liniaal om
de ooren,* zeide mr. Snoward zoo kalm
mogeljjk.
«Ja boe dan? Ik dacht dat ge u onze
oude verhouding zondt willen herinneren,
dien goeden tjjd, toen wjj in Californië
samen in dezelfde tent sliepen. Toen hebt
ge mjj altjjd «uw goeden vriend* genoemd l
En heb ik u niet veel goede diensten be
wezen
«Waarvoor ik je vroeger of later altjjd
goed heb beloond!*
«Gelooft ge dat? Na, in ieder geval
denk ik dat onza oude vriendschap u nog
wel zooveel waard zal zjjn, dat ge mg, na
of handel iemand van beteekenis worden wil.
Buitenland.
Zaterdag in den namiddag is overlelen
groothertog Karei Alexander August Jo-
hann van Saksen-Weimar en Eisenach,
landgraaf van Thuringen enz. Hg wa* ge
boren op 24 Juni 1818 en heeft du9 den
leeftjjd van ruim 82 jaren bereikt. Op 8
April 1842 trad hjj te 's Gravenhage in
het huwelijk met prinses Sophie der Neder
landen, eenige dochter van koning Willem
II en de Russische grootvorstin Anna Pau-
lowna, een zuster van keizer Alexander I.
Zgn gemalin, de kunstlievende groothertogin
Sophie, verloor hjj in 1897; hun oudste
zood, de erf-groothertog Karl August was
hun reeds in 1894 in het graf voorgegaan,
twee zoons nalatende, van welke de oudste,
Wilhelm Ernst, geboren 1876, thans zgn
grootvader opvolgt. Een tweede kleinzoon,
prins Bernhard Heinrich, is in 1878 ge
boren en stierf den len October 1901 te
Eisenach.
De groothertog Karei had nog twee doch
ters, van welke de oudste, prinses Marie,
gehuwd is met prins Hendrik VII van
Reuss-Schleizköstritz, de jongste, prinses
Elisabeth, met hertog Johan Albert van
Mecklenburg, die thans regent is van dit
groothertogdom en de halve broeder is van
Prins Hendrik, den aanstaanden Gemaal
van Koningin Wilhelmina.
De familie'betrekkiugen der Duitsche
soldaten die in China het leven hebben
verloren, zgn bedacht met een gedenkblad,
dat de Keizer zelf heeft ontworpen, en
prof. Knackfuss waarschgnlgk, zooals ge
woonlijk, voor reproductie geschikt heeft
gemaakt. Het gedenkblad zit achter glas in
een prachtige lijst, en de naam van den
doode is met inkt ingevuld achter de woor
den: «Ter herinnering aan.* De teekening
stelt de in het purper gekleede Germania
voor, die in haar linkerhand een lauwer
krans in de lucht houdt en met haar rech
ter steunt op het schild met den rijksade
laar. Onderaan ziet men de oorlogsvlag van
het rjjk met het jjzeren kruis en een Chris-
tuskop, in een medaillon, waarnaast op een
vergulden grond de woorden staan«Nie
mand heeft m ier liefde dan deze, dat iemand
zjja leven zette voor zjjne vrienden. Johan
nes XV 13.*
ik in nood verkeer, weer op de been zult
willen helpen.*
Bjj het herinneren aan de «oude vriend
schap* knipoogde de mulat hem to?, doch
op Snoward scheen die vertrouwelijke wenk
volstrekt geen indruk te maken.
«Zoo? en daareven heb je het lateD
voorkomen, alsof het je daar niet om te
doen was. Ik begreep het wel, je wilt
geld hebben.*
«Ja, maar geen kleine aalmoes, zooals
men aan den eersten bedelaar den besten
toewerpt.*
«Zoo zoo? Kan ik u soms dienen met een
cbèque op Rothschild, heer kapitein?*
De kalmte van den bankier scheen den
mulat aan te moedigen. Qjj nam plaats in
een leuningstoel en keek eens rond in de
kamer, die prachtig gemeubileerd was.
«Naar men vertelde, zjjt ge een zeer rjjk
man geworden. Het ziet er hier uit als bjj
een prins. Ja, zoo iets heb ik aljjd wel van
u gedacht. Ge badt altjjd verstandige inzich
ten en dolveel geluk! Het lot is mjj
niet zoo gunstig geweest. Nu, ik zal u het
verhaal van mjjn wisselvallig leven bespa
ren
«Ik dank je voor die oplettendheid!*
Snoward maakte zgn nagels schoon als hjj
daarmee gereed was, zou hg er een eind
aan maken, dat was hem duideljjk aan te
zien. Joh. Archer haastte zich dus om nog
te zeggen, wat hem op het hart lag.
«Tien dagen geleden is onze impressario
met de noorderzon vertrokkenik heb nog
een volle maand loon van hem te vorderen.
Ik heb geen credriet meer kortom, ik
ben aan lager wal, want de kastelein heeft
mjjn instrumenten en costumes in pacht,
waarmee ik nu niets meer verdienen kan.
Zooals bekend is heeft de Zionistische
beweging ten doel om de uit Rusland en
Roemenië verdreven joden een nieuw va
derland in Palestina te bezorgen. Nu deelt
de Politische Correspondent mede, dat de
Turksche regeering een besluit heeft uitge
vaardigd, waarbjj de Joden niet langer dan
3 maanden in Palestina mogen big ven. De
Porte wil van een vestiging van buiten-
lanlsche joden in het Heilige Land niets
weten en de protesten der leiders, die zich
daarbjj op de bepalingen van den Parjjschen
vrede in 1856 beroepen, hebben niets ge
holpen. De Turksche regeering, anders zoo
verdraagzoam tegenover andersdenkenden,
wil van zulk een toevloed van Joodsche
elementen niets weten. Men heeft haar ge
zegd, dat het doel van het Zionisme is het
herstel van het koninkrjjk Judea en dit acht
zjj gevaarljjk voor haar heerschappij.
Dr. Dillon schrjjft in de Contemporary
Review een uitvoerig artikel over de wreed
heden, door de verbondenen in China ge
pleegd. Zoo zag hjj op een dag 30 Chinee-
zen doodschieten omdat zjj zonder opzet een
Europeesch soldaat tegeD het lijf waren
geloopente Takoe 300 weerlooze koelies
door de Russen fusilleeren, op grond dat
de aanvoerder van het detachement bevel
hal ontvangen ieder die een staart droeg
af te maken, elders honderdsn Chineesche
meisjes en jonge vrouwen verdrinken, die
zich niet aan mishandeling door de Wester
lingen wilden blootstellen.
De Petersburgsche Wiedomosti verzekert
thans, dat een officieel onderzoek zai worden
ingesteld naar het verdrinken vaa duizenden
Chineezen in de Amoer.
Dit alles geschie lde zeker in naam der
beschaving.
Uit Boedapest wordt gemeld, dat de re
geering krachtige maatregelen heeft ge
troffen om aan de Engelsche werving voor
dienst in Zuid-Afrika onder de Dongaar-
sche bevolking een einda te maken.
De inzameling in Zwitserland voor de
weduwen en weezen van de Boeren heeft
in twee weken 75,000 frs. opgebracht;
daarvan heeft Bazel 26,000 en Zurich
21,000 frs. bjjgedragen.
Naar de «Times* mededeelt, gist het
onder de studeerende jongelingschap te St.
Gelukkig vond ik uw naam in een courant
en hier ben ik nul*
Er volgde een poos van stiltje. Snoward
vjjlde zgn nagels en keek nu en dan eens
uit het venster.
«Weet ge wel, mr. Snoward,* fluisterde
John Archer zacht, alsof hg slechts noode
een geheim kende, «weet ge wel, dat ik
aan het hongerlgden ben toegekomen, en dat
ik reeds aan zelfmoord gedacht heb?*
Suoward geeuwde. «Ge verveelt mjj, ka
pitein. Zoudt ge maar niet weggaan?*
«Ik heb op het punt gestaan om
te stelen,* fluisterde de kleine wanhopig.
«Jammer, dat je het niet gedaan hebt,
mjjn jongen, en liefst in Amerikadaar had
den ze je misschien kort en bondig opge
hangen.*
De mulat werd woedend.
«Ja, ik begrjjp, dat zou u wel naar
den zin geweest zgn. Ge weet wel, dat ik
dingen kan vertellen
«Lompe kerel, je denkt toch niet, dat
ik bang voor jou ben?*
«Nu, ge hebt in Amerika ook niet altjjd
zuiver spel gespeeld 1* riep Archer opge
wonden. «Al heeft men u niet mat politie
en jastitie op de hielen gezeten, toch zou het
u hier, waar ge optreedt als «groote mjjn-
heer* en solied koopman, wel kunnen be-
nadeelen, als men verneemt, uit welke
fraaie zaken ge voordeel hebt getrokken,
voordat ge hier als millionnair de maa van
eer kondt spelen.*
Nn kwam er een onbeschrjjfeljjke glim
lach op de dnone lipp.r van den bankier.
«Wat denkt ge wel, o ridder zonder vrees
of blaam, dat het zou uitwerken, als John
Archer, de smerige negerjongen, die het
van knecht in een kosthuis voor werklie*
Petersburg en is het tot een ernstige uitbar
sting van ontevredenheid gekomen onder
de studenten van de universiteit te Kiëf.
Met gewone ruwheid hebben politie en ko
zakken de «rust* hersteld. Niet minder dan
450 studentso, arme jongens!, zgn gevallen
onder de bepalingen van de wet van Mei
1899 en als gemeen soldaat in het leger
gestopt.
Bljjkens een telegram uit Ottawa zjju de
Canadeezen ten zeerste verbolgen op de
Engelsche regeering. Zjj hadden aangeboden
gratis 50,000 paarden te leveren, terwijl
dan voor een verdere 100,000 zonde moeten
bstaald worden (waarschjjnljjk zooveel dat
de 50,000 er óók uit kwamen). Maar wat
deed de nog slimmere Engelsche regeering
Zjj nam dankbaar de 50,000 paarden aan
en zond ze naar de Kaap. En toen kocht
zjj de benoodigde 100,000 in de Ver-
eenigde Staten tegen contant geld voor een
vroeger overeengekomen prjjs. Dat heet aan
de overzjjde van 't Kanaal zaken doen.
Aan boord van het oorlogschip «Bar
fleur, dat de vlag van admiraal Brac? voert,
is bij aankomst te Hongkong mniterg uit
gebroken. De matrozen moeten de opzet-
stangen der kanonnen overboord geworpen
hebben, uit boosheid over de overdreven
straffeD, die hun zjjn opgelegd. De lagere
officieren zgn boos dat hun bg aankomst
te Hongkong geen behoorlijk verlof is ge
geven na 8 maanden werkeljjken dienst.
Een der onderofficieren moet verwond zjjn.
40 a 50 man zitten thans in de jjzers en
de overigen mogen niet aan land gaan.
De admiraliteit te Londen beweert ech
ter, dat haar van de gansche geschiedenis
niets officieel bekend is.
Een jong geleerde, Anschiitz-Kaempfe,
gesteund door het machtige Aardrijkskun
dig genootschap te Weenen, zal binnen
kort een expeditie naar de Noordpool onder
nemen met eene onderzeesche boot. Hg ge
looft dat dit het eenige middel is om het
doel te bereiken.
Een correspondent van de «Times* stelt
voor, ten einde de snelheid van beweging
der Engelsche troepen in Zuid-Afrika te
verhoogen, lichte wagentjes voor één paard,
z.g. ecka's, uit Indië aan te voeren. Deze
kannen 3 gewapende manschappen ver-
-MSfMSII Willi Hl OBSRaflBHMUMSUOfc UMg«—SCJl—)W». li»,'IW^JIW.WW«BWtaMsa«gS&sar
den en goudgravers en gauwdief ia Califor
nië, gebracht heeft tot hansworst in een
tingeltangel, ik z^g, als die onder de
hand a lerlei verdachtmakingen wilde uit
strooien tegen Ralph Tobias Jefferson Suo
ward?*
«O, dat zou ik niet onder de hand doen,
aan de kletstafel in een herbarg. Er zjjn nog
couranten, waar men berichten in kan
scbrjjven.*
«Sedert wanneer kan jjj dau schrjjven,
pochhans? Je hebt nooit iets anders ge
leerd, dan de vingers krom naar ja to®
haleD, drinkeH en fooien aannemen. En zou
jjj denken, dat de krantenschrjjver van h t
minste allooi zoo dwaas zou zjju om nieuws
te patten uit zoo'a betrouwbare broa als
jon smerige Moorennek? Je denkt zeker,
dat ik zoo dom ben en niet weet, dat jjj alle
reden hebt om je hier op vreemden bodem
heel rustig te houden, als je geen gevaar
wilt loopen om als landlooper naar Amerika
teruggezonden te worden 1*
John Archer veranderde plotseling van
houding; deze had niets dreigends meer.
«Nq, zie eens, hoe beklagenswaardig ik
ben,* jammerde hjj met hangend hoofd.
«Loop naar den duivel!*
«Eu ge kuut toch zoo gemakkeljjk van
mjj ontslagen worden. Een som geld, dat
ik ginder in New-York of in Chicago op
fatsoenijjke manier iets kon beginnen
«Ik zou gek zjjn!*
«Of tenminste het gsld om den over
tocht te betalen. Ach hemel, op kosten van
de politie kan ik toch niet reizen.*
Het is belachelijkJe zoudt toch niet
vertrekken. J? verdrinkt het geld en
over een week kou* je wser hier.*
H erdt verv ilgd