M Land van Heusden en Aliens, de Langstraat en de Bommelerwaard.
M 2058.
FEUILLETON.
De moord in den sneltrein.
Uitgever: L. J. YEESMM, Heusden.
ZATERDAG 9 NOV.
1901.
Een Prentenboek.
O
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementnprgn: per 3 maanden f l.OO.
franco per post zonder prjjsverhooging. Afzonderljjke
nummers 5 cent.
Adyertentien yan 16 regels 50 et. Elke rege
meer 71/» ot. Groote letters Daar plaatsruimte.
Adyertentien worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
ingewacht.
Op zekeren dag stond ik voor de
toonbank van mijn vriend, den boek
handelaar.
„Wat is er van uw dienst," vroeg
hij met een ernstig gelaat.
„Een prentenboek voor mijn jongen."
In een oogenblik was het heele per
soneel mijns vriend8 in beweging en
een echt Babylonsche toren van de
meest verscheiden drukwerken werd
voor me opgestapeld. Prentenboeken van
tien centen tot zes gulden; belachelijk
kleine dingen, met Hauwen tekst bij
leelijke plaatjes en ietwat grootere, die
het in schrift „onverscheurbaar" droe
gen, wat ik met het oog op de hand
behendigheid mijns zoons als ironie
opvatte. Dan kwamen de moraliseerende
werken, die het contrast behandelden
tusschen den hopeloos verdorven jongen
en den voorbeeldeloos braven knaap;
en de geleerde, samengesteld naar het.
advies van vader Van Alphen „mijn
leeren is spelen".
't Speet me wel van al de moeite,
maar niets beviel me. „Al die boeken,"
zei ik, „zijn wat den inhoud betreft,
zoo erg begrensd, dat een kind ze in
eenige weken geheel uit het hoofd kent,
waarna ze alle waarde verloren hebben.
Voor verklaringen en vertellingen van
de zijde der ouders bieden ze te weinig
aanknoopingspunten. Een prentenboek,
met Sinterklaas geschonken, moet een
geschenk wezen voor een geheel jaar,
waaruit het kind, zoo dikwijls het 't
boek ter hand neemt, iets nieuws leert.
De eerste indrukken in de jeugd zijn
de duurzaamste. Welk een schat van
kennis kan men een kind ongemerkt
en zonder moeite bijbrengen, wanneer
men een prentenboek vindt, dat zaak
kundig samengesteld is en welks inhoud
aanleiding geeft tot uitweidingen en
vertellingen".
„Dan zou ik je raden een encyclopedie
voor je abcjongen," merkte mijn vriend
op en lachte mij braaf uit.
Ik kwam eenigszins geërgerd te huis.
Aan de deur ontving me mijn jongen
reeds met den gewonen uitroepprentjes
kijken" en smeet een groote portefeuile
op tafel, waarvoor hij vervolgens on
geduldig plaats nam.
Nu moet ik eerst bekennen, dat ik
17)
De professor lachte even.
«Ik begrjjp u geheel, moeder Skarlet,«
zei bij na een korte pauze, «en daar gp
in uw volste recht zjjt, zal ik u helpen uw
wraak te bevredigen, ten minste als ik mjj
niet in de» persoon vergis, op wien ge u
wilt wreken, c
»'c Is die verweaschte Darrel!* zei Martha
tandenknarsend.
«Dat dacht ik al. Het zou u dus genoe
gen doen, als u hem erg zag ljjden?*
Het zou hefc heerlijkste uur van mjjn
leven zjjn.c
«Nu, luister dan maar eens naar mjj.
Die Darrel heeft eene bjj zonder mooie zuster,
die met hem in eene kleine stad tusschen
Chicago en St. Louis woont. Zjj is de eenige
bloedverwant die hg bezit, en daar hg bjj-
zonder veel van haar houdt, zou men hem
niet gevoeliger kunnen treffen dan door
zgne zuster.*
»Heel goed, heel goed,* zei de vrouw.
«Hjj is dikwjjls gedurende langen tjjd van
huis.*
»En dan is het meisje alleen?*
>Ja alleen maar met eene onde negerin.
Een kennis van mg, een bizonder rjjke mjju-
beer, zou die kleine graag in zjjn bezit
willen hebben. Waarom, dat doet niets ter
zuke, als hg maar goed betaalt. Hat eenige,
dat nu vun u verlangd wordt, is een kamer
te geven en er op te letten, dat mejuffrouw
Darrel, als zjj eenmaal hier ia, niet ont-
met betrekking op vele zaken soms
kinderachtig behoudend ben. Zoo kan
ik 't bijv. niet over 't hart krijgen
catalogi, prospectussen, proefnummers
van tijdschriften en verder drukwerk
met teekeningen enillustratiën, zoo maar
in de papiermand te werpen. Ik bewaar
ze zorgvuldig een kortoren of langeren
tijd waarom weet ik eigenlijk zelf
niet. Het komt me wreed voor die
schoone platen achteloos te behandelen
en tot servetjes te degradeeren. In den
loop der jaren heeft zich nu onder in
mijn boekenkast, dank zij de attentie
en den ijver der boekhandelaars, een
heele stapel kunstproducten opgehoopt
en die is laatst door mijn jongen ge
vonden.
lederen avond als ik thuis komt, sleept
hij zijn prenten aan en moet ik er van
vertellen. Ook heden deed ik het en
het verheugde me hoe opmerkzaam het
ventje toeluisterde, hoe hij 't meeste
begreep en inlichtingen vroeg, waar dit
niet het geval was. De meest verschil
lende onderwerpen kwamen aan de orde.
.Eerst de pyramiden van Egypte, toen
rozen, ingezonden op een tentoonstelling,
vervolgens een wintergezicht, waarbij
ijs en schaatsen ter sprake kwam, bene
vens sneeuwschoenen en ijssleden. Tal
van portretten waren er bij, o.a. van
de Transvaalsche aanvoerders, waarvan
hij, hoe jong ook, reeds gehoord had.
Enfin, er was te veel stof, om alles hier
aan te roeren, maar ze amuseerde hem
kostelijk en 't eind was als eiken avond,
de jongen wilde niet naar bed, maar
nog meer prentjes kijken.
Alzoo bezig zijnde schemerde mij een
gedachte voor den geest, die al spoedig
een vaste gestalte aannam. Ik liet een
groote schaar zoeken en begon een groot
werk. Eerst sorteerde ik het voor mij
liggende materiaalgeschiedkundige fei
ten, portretten, stad- en landgezichten,
dieren, planten, bouwwerken, enz. Daar
na zocht ik een bloemlezing uit met het
oog op den ouderdom van mijn jongen
en knipte vervolgens de illustratien uit,
ze naar grootte leggende, zoodat ze
zonder al te grootte sprongen, op elkaar
pasten. Den volgenden dag bestelde ik
bij den boekbinder een ingenaaid boek
van sterk karton en beplakte de bladen
daarvan met mijn illustratien. Uit een
verzameling van lieve kinderversjes
knipte ik de mooiste en plakte die ook
in. Op de hoofden der bladzijden en
snappen kan en in geane betrekking staat
tot de buitenwereld. Begrjjpt gjj mjj?«
«Zeer goed.*
En zgt gg bereid die post om voortdu
rend op baar te letten, op n te nemen?*
«O, natuurlgkU haastte de vrouw zich
te zeggen.*
Voordat Stuart Rocky er nog een woord
hjj kon voegen, vernam men een zacht ge
ritsel. Beiden ontstelden en keken naar de
deur, die half geopend werd. Een gemas
kerd gezicht, waarvan men alleen maar de
glinsterende oogea kon zien, keek naar
binnen. In minder dan geen tjjd sprong de
professor op, haalde zgn revolver te voor
schijn, mikte en schoot af.
XIV.
Richard Darrel was nrit weinig ontsteld,
toen hg bjj het uitstappen uit den trein in
Burlington zoo plotseling werd gevangen
genomen. 1
«Gjj verkeert in eene groote dwaling,*
zoo protesteerde hjj tegen den ambtenaar,
»ik ben detective.*
«Aha! Dat kan ieder beweren. Als gg
eene poging mocht wagen om te ontvluch
ten, jaag ik n een kogel door het hoofd,*
hernam de politie-agent op barschen toon,
Darrel den revolver voorhoudende.
De jonge man was ten zeerste ontstemd
door dit tnsschen-bedrjjf. Hg had het stoffe-
ljjk omhulsel van een der aanzienlijkste
families uit Burlington onder zjjne hoede
en wenschte dringond aan de bloedverwan
ten medededeeling te doen van die treurige
gebeurtenis
«Breng mg naar nw chef,* zei hg tot
den politie-agent. «Ik ken hem en zal hem
de noodige verklaringen geven.*
Intusschen kwam een tweede ambtenaar
waar 't verder gepast kon, kwamen
schoone clichéafdrukken en zoo kwam
mijn jongensencyclopedie klaar. Als
titelblad plakte ik den Trompetter van
Sackingen en daaronder een liedje.
Gelijk ik zeide geschiedde dit alles
tegen Sinterklaas van :t vorige jaar. Ik
ben bereids bezig aan een geheel nieuwe
uitgaaf, maar nog is de oude in volle
fleur. Steeds nog vertel ik en de stof
schijnt onuitputtelijk.
Niemand kan een kind zoo naar zijn
eigen aard behandelen als de ouders;
niemand kent zoo goed zijn neigingen,
welke te onderdrukken of aan te moe
digen zijn; niemand kan de stof zoo
doelmatig treffen als zij. Intusschen is
'tniet noodig dat ieder vader eigen
handig een prentenboek samenstelt. Als
men niet op een dubbeltje behoeft te
zien, zijn er wel goede te vinden. Een
goed prentenboek is een ware schat voor
de familie; in de lange winteravonden
verdrijft hen de verveling en den ouders
is het een lust aan de haud daarvan
hun heiligste plicht, de opvoeding, te
vervullen. En onder ons gezegdals ik
mijn avondvoordrachten houd, heb ik
nog een onverwacht voordeel genoten
ik leerde weder, wat ik al lang vergeten
of nooit geweten had. Dit blijft echter
onder ons, opdat de vaderlijke autori
teit geen schade lij de.
JBuitenlemd»
Omtrent de Fransche vlootbetooging tegen
Turkjje wordt thans gemeld:
Admiraal Caillard is te Mitylene aange
komen, de Fransche troepen zgn ontscheept
en de douanekantoren zgn zonder tegenstand
door de Franschen bezet, waardoor het
Franscb-Tnrksch conflict de oplossing een
heel eind nader gekomen is.
Het wordt toch hoe langer hoe meer
waarschijnlijk, dat de Fransche regeering,
wel niet als de uitvoerder van een inter
nationale lastgeving aan het handelen is,
maar toch op de algemeene instemming van
de groote mogendheden rekenen kan. De
Duitsehe, Russische, Oostenrjjksche en En-
gelsche pers jnichen om strjjd de Fransche
kordaatheid toe, in de hoop dpt dit nu eens
een bljjvende les voor den Sultan wazen
zal, waardoor hg in het vervolg wat ge
makkelijker naar goede reden zal willen
hooren. Zelfs weet een diplomaat in de
«Gaulois* mede te deelen, dat de Fransche
bjj hen, aan wien de eerste de opdracht gaf,
Darrel te boeien.
«Dat gaat nu toch al te ver!* riep de
detective woedend uit. «Bedenk wel, wat ge
doet! Het zou u wel eens slecht kunnen
bekomen. Uw chef kent rag breng mjj
bg hem!*
«Waarom zouden wjj dat dan niet doen?*
zei de tweede ambtenaar.
«Maar hg moet zeer gevaarlgk zgu,<
waarschuwde de eerste politie-agent.
«Dat is toch ongehoord!* zeide Darrel
hoogst verontwaardigd. «Voor wien houdt
ge mjj dan toch eigenljjk?*
«Na voor Slim Steve, die ook mee ge
daan moet hebben bjj den moord op den
spoortrein.
«Hoe komt gg aan die mededeeling
«Dat gaat u niets aan!*
«Wees voorzichtig, mau!« riep de detec
tive, zgn gedold verliezende. «Welnu, kg kt
nu maar eens, en bedenkt dan maar goed,
wat ge doen wilt!*
Hjj sloeg de kraag van zgn jas op en
liet de verblufte agenten de schitterende ster
zien, die daaronder verborgen was.
«Mjjn hemel! een Chicago-detective!*
stamelden zg in hun ontsteltenis.
«Ja, dat ben ikriep Darrel hun toor
nig toe. «En nu vooruit, breng mg onmid
dellijk bjj nw chef! Ik heb geen tjjd om
mg hier zoo lang op te honden.*
Zonder een enkel woord meer te zeggen,
voldöden de agenten aan zgn weusch.
Natuurlgk kende ds commissaris hem
dadeljjk en verontschuldigde hg zich ten
zeerste wegens het misverst nd.
»U moet het mjjne ondergeschikte amb
tenaren toch vooral niet euvel duiden,* zei
hjj, «maar wjj ontvingen bericht uit eene
kleine stad in Illinois, dat er een gevaar-
regeering, alvorens zjj tot de beslissende
handeling overging, de verschillende Euro-
peesche hoven heeft gepolst, hoe zjj zou
worden opgenomen. Vooral met Duitschlaad
zon het noodige overlegd zjjn. Die bespre
kingen hadden vrij lang geduurd, en de
Fransche regeering heeft alle mogeljjke
zekerheid moeten geveD, dat zjj geen neven
bedoelingen had, als uitbreiding van grond
gebied en dergeljjke bijkomstigheden, die
wel eens meer het gevolg van zulke onder
nemingen werden.
Daarin zou dan ook de verklaring moe
ten worden gezocht, waarom het eilandje
Mfiylene voor de vlootdemonstratie is uit
gekozen, en niet de zooveel belangrijker
havens van Smyrna, Saloniki of Beyroet,
in welk geval de handelsbelangen van an
dere mogendheden wel eens meer dan nood
zakelijk is, hadden knnnen geschaad worden.
De bezetting van een dier havens had aan
Frankrjjk het voordeel opgeleverd, binnen
korten tjjd zich zelf nit de douane-ontvang
sten de geëischte sommen te kannen vol
doen, maar de overigs onbaatzuchtige bedoe
lingen waren dan niet zoo goed uitgekomen
als door de bezetting van Mitylene.
Mitylenè, het stadje van dien naam, telt
ongeveer 20.000 inwoners en is een vrjj
belangrjjk handelscentrum, in relatie met
Marseille, Genua, Alexandrië, Konstanti-
nopel, Odessa en ook wel met Londen, waar
heen oljjfolie, zjjde, katoen, gedroogde
vrachten en wjjn worden uitgevoerd. De
ligging van het eiland aan den ingang
der Dardanellen en voor de golf van Smyrna
geeft er de strategische waarde aan, waaraan
de vlootbetooging haar gezag moet ont-
leenen. Yoorloopig, zoo deelt de Tomps
officieus mede, zal de divisie van admiraal
Caillard geen andere haven aandoen, tenzjj
de omstandigheden daartoe mogen nood
zaken. Die omstandigheden schjjnen wel
geen andere te kunnen zgn, dan het nog
langer dralen van Sultan Abdoel-Hamid
met de inwilliging der Fransche eischen,
die nu officieel met het volgende viertal
zjjn vermeerderd:
1. Wetteljjke erkenning van de Fransche
scholen in bet Ottomaansche Rjjk
2. Wetteljjke erkenning van alle instel
lingen van weldadigheid en eeredienst, die
onder de bescherming van Frankrjjk zgn
gesteld
ljjke misdadiger onder weg was en hier zou
uitstappen. De beschrijving van den persoon
paste geheel en al op u en daardoor ont
stond de vergissing.*
«Weet gg, wien de dépêche gezonden
heeft?*
«Hoogstwaarschijnlijk de commissaris of
de burgemeester.*
«En hoe beet die stad?* vroeg Darrel
verder, die in deze poging om hem van
zjjne vrjjheid te berooven, een vernieuwden
aanslag op zjjne vrjjheid zag.
«Waldburg.*
De detective ontstelde.
«Daar begrjjp ik niets van,* zei hjj hoofd
schuddend. «Waldburg is immers mjjne
woonplaats en daar ben ik bjj iedar bekend.
Misschien heeft de een of ander mg eens
beet willen nemen.* En onwillekeurig dacht
hjj aau Harper Elliston.
«Dat is niet onmogelijk,* zei de commis
saris, «maar in uwe plaats zon ik het er
niet bjj laten. Wanneer gjj wilt, telegraaf
ik dadeljjk naar Waldburg.*
«Neen, laten wjj dat voorloopig maar
laten,* zei Darrel. «Binnen een paar dagen
ga ik toch weer naar Waldburg terug en
dan zal ik die zaak eens terdege onderzoeken.*
Hg groette den commissaris en zeoht de
bloedverwanten op van Sybilla Osborne,
eene tante en een neef, aan wie hjj mee
deelde, hoe treurig het meisje aan haar
einde was gekomen.
Zjj waren een en al verbazing, want Sy
billa had het huis een dag of tien gel eden
verlaten onder het voorwendsel, dat zjj
vrienden van haar vader ging opzoeken en
bg haar vertrek had niemand sporen van
krankzinnigheid bij haar opgemerkt.
Darrel hield zich in Burlington niet lan
ger op dan volstrekt noodig was; hg ver-
3. Onmiddellijke uitvaardiging van de
noodige firmans, die tot nu toe zonder gevolg
zijn gevraagd, tot herstelling of wederop-
bonwing van verschillende der bovenge
noemde inrichtingen, met nadruk het we ler-
opbouwen van de kloosters en scholen, die
bjj de troebelen van 1894 en 1896 zgn
vernield
4. De erkenning van het Chaldeïsch
patriarchaat.
En om het den Sultan nu eens recht g*-
makkeljjk te maken, heeft Bapst bjj het
nagenljjstje vier formulieren gegeven op
deze vier punten betrekking hebbende, die
le Saltan maar heeft te oaderteekenen, en
dan is de zaak gezond. Weigert de Saltan
dit echter, of komt hjj met nieuwe uitvluch
ten voor den draad, dan is de Fransche
regeering bereid, nog eenige nieuwe verlan
gen in het vooruitzicht te stellen.
Maar hoe benauwd de Sultan het ook mag
krjjgen, hjj schjjnt, mag men berichten uit
Konstantinopel aan de Weensche bladen
gelooven, niet van plan zgn zich voetstoots
gewonnen te geven. Eerst zou hg nog willen
trachten een anderen broeder in het Franseh-
Turksche conflict te betrekken. De Turkeche
regeering, heet het, houdt vol dat de con
ventie van 1878 aan Engeland de verplich
ting oplegt, de Asiatische bezittingen van
het Ottomaansche Rjjk tegen aanval van
buiten te vrjj waren. Dus is de Engelsche
regeering zedeljjk verplicht langs diploma-
tieken of anderen weg tnsschen beide te
komen om te beletten, dat Frankrjjk d«
hand zon leggen op een gedeelte van Asia-
tisch Turkjje.
Afgezien nog daarvan, dat de Engelsche
regeering niet de verdenking op zich heeft
gelalen, zedeljjke verplichtingen bjjzonler
boog te achten, zullen hatr wel de moed
en de kracht ontbreken nieuwe speculaties
te ondernemen. Vooral in Frankrjjk zou men
op het oogenblik weinig van Engelsche in
menging gediend zgn. Fasjodah zit daar
nog altjjd in het gehengen, getuige de juich
kreet in de «Figaro,* dat na eindeljjk de
Fransche regeering de zwakheid der Fasjoda-
dagen heeft afgelegd.
De Londensche correspondent van de
«Matin* schrjjft:
Mocht Turkjje het tractaat van '78 te
berde brengen, dan zou de Engelsche reges-
ring zoo verzekert men te Londen
Ungde er zeer naar Harry Bernard ti ont
moeten en reisde daarom direct door naar
St. Lois. Tot zjjne groote teleurstelling ver
nam hjj daar, dat de jonge man reels drie
dagen geleden de stad had verlaten om zich
naar Chicago te begeven.
Daar hjj zeer ontstemd was over die me
dedeeling vertrok hjj onmiddelijjk waar en
ging eerst naar Waldburg om zjjne zuster
op te zoeken, van wie hjj in veertien dagen
niets gehoord had. Bjj zjjne aankomst vond
hjj aan het station een telegram van Harry
Bernard, die hem verzocht om wegens be-
langrjjke mededeelingen peromgaande in
Chicago te komen.
«Voor den eerstvolgeudan trein hab ik
nog een uur tjjd,* prevelde Darrel, «ik zal
dus in die tusschentjjd ganw even naar
Nelly gaan kjjken.*
De oude negerin scheen zeer verheugd te
zgn, dat hg terugkwam.
«Maar, waarom hebt u de jonge meeste
res niet meegebracht?* vroeg zjj.
«Wat zegt ge daar, oude?* zei Darrel
lachend.
«Denkt gg misschien, dat ik onderweg
eene vronw heb opgedaan?*
«O, mjjnheer Dick, wat denkt u nu van
mg? ik bedoel natuurlgk, juffrouw Nelly
«Hoe kuut dat nog vragen? Natuur
lgk niet Hebt u zelf haar niet orer laten
komen?*
Darrel keek de oude vrouw zoo verbaasd
aan, alsof zjj Grieksch tot hem sprak.
«Ik begrjjp je niet, Jalia,* z i ög onge
duldig. «Nadat ik vau hier vertrokken ben,
heb ik mjjne zust-r niet gezien en als zjj
mg gevolgd is, heeft zjj iets zeer onzinnigs
gedaan, want zjj weet immers zeer goed,
dat ik nooit lang in dezelfde plaats bljjf.c
(Wordt vervolgd).