1 1 k ifflf H P 11 Het Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommelervvaard. DE WARE JOZEF. M 2080. FEUILLETON. Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. ZATERDAG 25 JAN. 1902. Verboden onderwerpen. WÊÈ&. f k ■n yggk B W 1 M |!jp^p« Mm -Mum J'ï UNBiVAMl'ALTENfc 700* 4» Dit blad verschjjat WOENSDAG en ZATERDAG. Abonaementiprgi: per S maanden f l.OO. Franco per poet zonder prj/sverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën ran 16 regels 50 et. Elke regel meer 71/, ct. Groote lettere naar plaatsruimte. Adrertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond ingewacht. Onder de „Gedachten" van een gees tige schrijfster bevindt zich de volgende „welopgevoede lieden spreken in gezel schap noch over 't weer, noch over godsdienst." 't Klinkt op 't eerste ge zicht wel vreemd, de samenkoppeling dezer twee zaken, van welke de eene als profaan geldt, terwijl de andere als het heiligste geschat wordt; bij eenig nadenken echter wordt het duidelijk dat toch niet bloot toeval het edele ros en den gemeenen ezel voor den zelfden wagen heeft gespannen, maar dat een nauwkeurige beschouwing overeenkomst in beide ontdekt heeft. De les toch beduidt: noch van het alledaageche en uiterlijke, noch van het verborgen heilig dom des innerlijken levens zal in het dagelijksch leven gesproken worden. Een jong student bracht bij den aan vang zijner academische loopbaan be zoeken aan de professoren en kwam zoo ook in de studeerkamer van een wijsgeer, die wijd en zijd beroemd was als een uitmuntend leeraar en uitstekend schrijver. Zijn hart klopte toen hij den geleerde zijn papieren overreikte en zich op zijn uitnoodiging neerzette. Een lange pauze. „Mooi weer vandaag," zeide de pro fessor. „Inderdaad zeer schoon weer," waagde hij te antwoorden. Alweer een pauze. „Gisteren was 't minder aangenaam klonk het van de schrijftafel. „Tamelijk onvriendelijk," stemde hij toe. Nieuwe pauze, des students naam werd geno teerd en hij ontslagen. Beschaamd sloop hij de deur uit, beschaamd over zich- zelven, want het stak hem geweldig, dat hij niet bij machte geweest was het gesprek een hoogere wending te geven, beschaamd om des professors wille, die een naar wijsheid dorstend jonge ling zulk een regenworm tot voedsel gegeven had. Later zocht hij zich en den professor daarmee te verontschul digen, dat toch van den laatste niet gevergd kan worden voor elk zich aan meldend student een geestrijke rede te houden en van hem niet dat hij van de weersgesteldheid van den verloopen dag zoo maar terstond een overgang tot Aristoteles of de ideeën van Plato had kunnen vinden. Desniettemin bleef hem dit geval bij en kon hij later onder de voordrachten van den geleerde niet door PAUL LINDAU. 4) Eerst toen zjjne stiefmoeder eenige jaren geleden stierf, had hg het zjjne plicht ge acht, zjjne zuster huisvesting aan te bieden en ook, nadat hg de eerste smart bedaard achtte, in dien zin aan haar geschreven. Het antwoord dat hg ontving, verraste hem zeer: Lieve Broeder, schreef zjj. Uw brief spreekt van zooveel plicht, dat ik het mjjnen plicht acht, uw schrgven niet te weerleggen. Ik verdien genoeg om in mjjn onderhoud te voorzien en heb dus uwe weldadigheid niet van noode. Mocht er echter eens een tjjd komen, dat gjj uw eigen gezelschap alleen voor uwe jeugdige dochter van wat brommigen aard mocht vinden, dan zult ge wel hartelgker woor den vinden om mg tot u te roepen en dan komt ook, uwe zuster Antojue. De brief had hem erg gehinderd, hoewel hg over het geheel in zjjnen smaak viel. Uit hare regels sprak een verwante karak tertrek, en hg had er een poosje over ge dacht, die gewenschte harteljjke woorden maar dadelgk te verzenden; de vrees echter zjjn aan ontelbare eigenaardigheden gewoon leven door een vreemd element verstoord te zien worden, had er hem weer spoedig van teruggebracht. Na echter was de tgd on nalateD te denken aan dat profane „mooi weer vandaag!" Wat in genoemde studeerkamer voor viel, dat herhaalt zich dagelijksch in spoorwagens, stoombooten en andere gelegenheden, waar menschen samen komen. Waarmee zal men ook een onderhoud aanvangen, als 't niet is met een onschuldig praatje op het neutrale gebied van zonneschijn en windrichting? Dat verbod der geestige schrijfster be hoort tot die, welke honderde malen gegeven en evenveel keeren overtreden worden. Is het niet natuurlijker en gepaster voor beide partijen den draad van 't gesprek vast te hechten aan iets dat zich als vanzelf aanbiedt, dan de ander met de vraag te verrassen hoe hem die Walküre bevallen is, die hij niet gehoord heeft? Wij mogen ons draaien en wenden, van 't weer hangen onze indrukken en onze stemming, onze feesten en ons werk af en de natuur eischt gebiedend ook van beschaafde lieden den rol der opmerkzaamheid. „Weïbpgevoede lieden spreken in ge zelschap noch over 't weer, noch over godsdienst." Toch is 't een verstandige vrouw, die dit geschreven heeft. Zij weet dat in de wereld geen meer ge vaarlijke onderwerpen van gesprek ge vonden worden dan geloofsbelijdenis en godsdienstige overtuiging. Ze heeft er bijgezeten, hoe aan tafel lieden van verschillenden godsdienst in heftigen strijd gewikkeld werden en beleefd dat de beste vrienden elkaar grove belee- digingen van persoonlijken aard naar 't hoofd wierpen, wijl zij 't niet eens konden worden over de echtheid van zekeren brief. Sedert heeft ze in haar huis tot tafelwet gedecreteerdhier zal niet over godsdienst gesproken worden En ze deed goed. Waartoe de beste spijs bederven door den te grooten ijver der geloovigen en den bijtenden spot der ongeloovigen? Paarlen werpt men niet voor de zwijnen en den inhoud van een vroom gemoed stort men niet uit op de publieke straat. Kerkelijke partijtwist mag door geen valschen klank het gezellig verkeer bederven. Buitenland. Aan de Militaire beschouwingen van ko lonel C. de Wit in de »N. R. Ct.« van 24 dezer, ontleenen wjj het volgende Evenals den vorigen keer, willen wg ook haar te roepen, daar. In een langen, hem niet weinig inspan ning kostenden brief, zette hg haar de om standigheden uiteen, doch daar hg reeds door te pogen niet stjjf te zgn, dit dubbel geworden was, moest Hermine door een eigenhandig schrgven, den aanval op bet hart harer tante versterken. Deze scheen ook niet tegen deze dubbele bestorming be stand te zgn, want het antwoord haar op dien en dien dag van den trein te komen halen, liet niet lang op zich wachten. III. De majoor stond dus eenige weken nadat hg een gelukkig schoonvader in spé gewor den was, op bet perron van den spoorweg Hermine was door eene lichte ongesteld heid verhinderd met hem mede te gaan in afwachting van zgne zuster. Vergeefs trachtte hg, teneinde den tgd te verdrjjven, zich eene voorstelling van haar te maken, doch niet eens kon hg in den verte haren leeftgd bepalen. Dat zg veel jonger moest wezen dan hg, was de eenige slotsom waar toe al zgn nadenken hem bracht. Daar kwam de trein aansnuiven, de por tieren werden opengerukt en de stroom van reizigers verspreidde zich over het perron. Ik zon wel eens willen weten, hoe ik haar daar tnsschen nit kan vinden, wilde de ma joor juist met een over de volte ontevreden blik, brommen, doch reeds had zg hem ont dekt. Eene lenige, krachtvolle meisjesge stalte van bjjaa dertig jaar in eene eenvoudi ge, maar bevallige reiskleeding, het donker kleurig gelaat omgeven door donkerbruine lokken, oogen vonken schietende van levens lust en hnmor, dat men er niet over dacht zich af te vragen, of het gelaat waaruit zg schittert, mooi was of niet, de voetjes in nu beginnen met een blik te werpen op de Kaapkolonie, omdat het ons toeschjjnt, dat daar belangrjjke gebeurtenissen op til zgn, terwjjl uit de jongste berichten duideljjk bljjkt, dat daar de macht van de Boeren met den dag toeneemt. Zooals French bericht, zgn 130 hunner, onder bevel van Wessels, door de blokhuizen- linie gebroken, die de spoorljjn Stormberg Sterkstroom moet beschermen, en in weste lijke richting getrokken. Volgens een bericht nit Cradock van 20 dezer heeft dit commando, welks sterkte thans op 200 man wordt geschat, eenige dagen tnsschen deze plaats en het 55 K.M. noordelijk hiervan gelegen Maraisburg rond gezworven en is het 19 dezer in aanraking gekomen met een gedeelte van de stads wacht van Tarkastad (rnim 55 K.M. ten oosten van Cradock), die ten sterkte van 50 man, in den ochtend van bovengenoem- den dag, die stad verlaten had. Zooals het heet, werden deze manschappen door de Boeren overvallen, slechts enkelen, waar onder een gewonde, keerden naar de stad terng, de overigen worden vermist. Het is een zonderling verhaal. De stadswaehten zjjn opgericht om de plaatsen, waar zjj thuis behooren, tegen een aanval der Boeren te verdedigen; zg hebben niet veel militaire waarde en dienen uitsluitend om in die ver sterkte plaatsen te worden gebruikt en niet om in het open veld tegen de Boeren op te treden. Het is dus niet goed te verklaren dat 50 hnnner de stad hebben verlaten, wetende dat een commando, volgens schat ting viermaal zoo sterk, de streek onveilig maakte. Zelfs als zg niet overvallen waien, was het te voorzien dat zg bjj een ontmoeting met den vjjand het onderspit zonden delven. Wjj kunnen de gedachte niet van ons af schuiven, dat hier meer achter zit, en dat zjj uitgetrokken zgn, met het bepaalde voor nemen zich bjj de Boeren aan te sluiten. Deze laatsten nemen klaarblijkelijk in aan tal toe, iets dat slechts daardoor te ver klaren is dat weer meer kolonisten de partg hunner stamgeaooten kiezen. In het Noordoosten bevinden zich nog steeds de commando's van Foucbé en Mjj- burgh, samen (volgens French) 150 man sterk; wjj lezen echter niet, dat tegen hen wordt opgetreden, wel dat zg in kleine troepjes verspreid zgn, hetgeen niets betea- stevige glanzende lederen laarsjes, een sier- ljjk lederen koffertje in de in Zweedsche handschoenen gestoken handen, zoo stond zg voor hemvan het hoofd tot de voeten frisch, zeker van zich zelve, praktisch en met een aangenaam voorkomen, stak zjj hem, na haar koffertje op deu grond te hebben gezet, beide handen toe. Hartfcljjk gegroet, broeder! denkt gjj dat wg het samen zullen kunnen vinden? Dat denk ik wel, maar zusje, zeide hg, haar nog altjjd met ingenomen verbazing opnemende, neem mjj niet kwaljjk, hoe oud zjjt gjj eigenljjk Gg ziet er drommels jeug dig nit. Zg lachte, zoodat twee reien witte gave tanden zichtbaar werden: Ei, broeder, ik dacht juist bjj mg zelve, hoe oud gg wel zoudt zgn. Neem mg niet kwalgk, maar gjj ziet er drommels oud nit. Zoo is het goed, zuster Toni, zoo is het goed! riep de majoor verheugd en boog zich tot haar over, om een hartelgken kus op hare roode lippen te drukken. Zulk eene opfrissching is juist iets wat wjj heodig hebben. Hierin had de Majoor ook werkeljjk ge- ljjk. De zwoele gedruktheid die de hemel weet hoe en waarom sinds de plotselinge verloving in het huisje van den Majoor ge- heerscht had, hield tegenover Antonie's frisch en flink optreden, geen stand, en maakte in zeer korten tgd, voor eene reine, gezonde atmosfeer plaats. Daar was ten eerste de Majoor zelf, die tot zgne grootste verbazing bemerkte, hoe vele van zgne gewoonten, die hjj voor het toppunt van gemak had gehouden, in het geheel geen gemak aanbrachten, en nu, hoewel uiterljjk zeer protesteerende, het in wendig recht vergenoegd aanzag hoe Anto- kent, daar zg slechts op deze wjjze in hun onderhond kannen voorzien. Zoo heeft een afdeeling op 17 dezer bjj Lsdygrey een hoeve geplunderd. In het Westen eindeljjk bevinden zich de meeste Boeren in de districten Fraserburg en Carnarvon; omtrent hunne sterkte wordt niets vermeld, evenmin van maatregelen om h«n te verdrijven. Het bljjkt hoe laager hoe meer dat de opstand algemeen wordt. De herhaalde te rechtstellingen drjjven de mannen tot het uiterste en wjj kunnen gerust mededeelen, dat zelfs ouderen, die tot nu toe op de hoeven gebleven waren, om deze (daar hunne eige naars gerekend werden tot de »Ioyalen« te behooren) voor vernieling te vrjjwaren, de wapenen hebben opgevat. De toestand wordt in de Kaapkolonie zelve als zeer gunstig voor de Boeren be schouwd, iets dat trouwens dnidelgk blgkt uit de aanvraag om nog meer contingenten uit Australië en Nieuw-Zeeland en uit de omstandigheid, dat ook uit Indië meer troe pen naar Zaid-Afrika znlleo vertrekken. De tochten van Methuen leiden gewoon- ljjk niet tot «en gevecht, maar wel tot het vernielen van hoeven en veldvruchten, mede voeren van vee, enz., en werkeljjk telegra feert Kitchener dat Methnen een lager heeft vermeesterd. Volgens een Reuter-telegram nit Pretoria werden hierbjj vier gevangenen gemaakt en proviand vermeesterd. Den vol genden «lag werd weer voorraad buitgemaakt, maar men kreeg geen aanraking met den vjjand. De kolonne zag het overschot van eenige commando's maar alles vluchtte voor haar nitl Het is om wanhopend te worden, steeds deelen de Boeren in westeljjk Transvaal slagen uit en nooit kan de Engelsche veld heer in de gelegenheid komen om hun de kracht van zgn arm te doen gevoelen, steeds moet hjj zich vergenoegen met het plukken van onbloedige lauweren en kan hjj niets dan eenige grjjsaards, vrouwen of kinderen en wat vee aan zgn zegekar spannen Maar waarom, mag men vragen heeft hg, Vrjj burg verlatende, zjjne schreden niet naar de tegengestelde richting gevoerd; waarom gaat hjj niet eerst naar Crikwastad? Het is dunkt ons, zaak, eerst den eigen bodem van vganden te zuiveren, voor men het vgandelgk grondgebied betreedt, en het nie's kleine praktische hand het huis van onder tot boren omkeerde, en aan de mis bruiken die onder het beheer der oude dienstmaagd waren binnengeslopen, zonder dat Hermine den moed had gehad er tegen op te komen, kortaf een einde maakte. Zeer geroerd kon hjj worden, als dan de eene, dan de andere lievelingsspjjs, die hg sinds zjjn jongenstjjd niet had geproefd, op tafel werd gebracht. Niemand kan beter koken dan gjj, die eer moet men u geven, placht hg bjj zulke gelegenheden te erken nen; eeuwig jammer dat ge niet getrouwd zgt. Ge zoudt eene kapitale huisvrouw ge worden zgn. Zoudt geworden zgn, liet de geprezene dan niet na, schjjnbaar gebelgd te antwoor den. Zoudt geworden zgnHermin», dok ter, heeft men ooit zoo iets gehoordZult gjj worden, hebt gjj waarscbjjnljjk willen zeggen, broertje. Nog geroerder intusschen dan bjj het aanzien van zgne lievelingsspgzen, voelde de Majoor zieb, als hg opmerkte hoe zgn kind onder Antonie's vrooljjk degeljjk op treden, aan flinkheid toenam. Wat men niet kent, mist men niet en zoo had ook Her mine in 't geheel niet geweten, hoeveel zjj, eenzaam aan de zjjde eens vaders opgroeiend, ontbeerd had; na echter leefde zjj op als eene plant, die lang in de schaduw had ge staan en nu eindeljjk licht en warmte ge niet. Steeds was zjj aan haar tante's zjjde, haar mondje, dat tot hiertoe aog zoo wei nig gelegenheid had gehad, en waaromheen dikwjjls een weemoedige trek speelde, thans vroolgk roerend. Ja, zjj, die zelfs tegenover den verloofde, even als een schuchter vogel tje het bekje niet durfde open doen, waag de het niet zelden eene kleine onschuldige grappenmakerij met den hierdoor zeer yer- is duidelgk, ondanks de censuur, dat een vrjj sterke Boeren macht zich bjj Grikwa- stad, dus ongeveer 100 K.M. ten westen van de gr«ns bevindt. Bjj Doornfontein in de nabjjheid van genoemde plaats heeft de bereden infanterie een stelling van de Boe ren bestormd waarbjj de majoor Whitehead en vier man gesneuveld en 18 man gewond zjjn; of de aanval gelakt en das de stelling genomen is, wordt niet vermeld, maar zelfs al is dit wel het geval geweest, wat wjj b«twjjfelen, dan zjjn de Boeren toch niet ver weggetrokken, wint twee dagen na het gevecht kreeg de kolonne bjj bovengenoemde stad weer een gewonde. Reeds uit deze berichten, die alle door banden van den censor zgn gegaan, krjjgen wjj de* indruk, dat de kans voor de Boeren om zegevierend nit den strjjd te komen, hoe langer hoe beter wordt. Uit een andere dan Engelsche bron, weten wjj met zeker heid dat de opstand met den dag algemee- ner wordt en dit was te voorzien; terecht stellingen als van Lotter en Scheepers, en waarscbjjnljjk weldra die van Kritzinger, zgn uitermate geschikt om de verbittering ten top te voeren, en allen, die nog weife len naar de wapenen te doen grjjpen. Al zgn er, hetgeen wjj in het midden laten, rechtskundige gronden te vinden om de nigesproken en uitgevoerde vonnissen te rechtvaardigen, dan nog had het van een verstandige politiek getuigd, als men zulke, in alle opzichten hoogstaande aanvoerders, alleen door ziekte of verwonding in handen hunner vjj&nden gevallen, niet had terecht gesteld. Grootendeels hieraan schrgven wjj het toe dat thans in het Oosten, Zuidwesten en Westen, ja zelfs in het centrum zich Boe- ren-commando's ophouden, terwjjl geen po gingen van eenig belang in her werk worden gesteld om hen te verdrgven; en wanneer znlk een energiek aanvoerder als French dezen toestand laat voortdnren, dan kan men wel met zekerheid zeggen, dat de noo- dige middelen niet te zjjner beschikking zgn. En wat zien wjj verder? In Grikwaland staan de Boeren tot 100 K.M. van de grens, het nnttelooze van de linie van blokhuizen hebben zjj tnsschen Mefeking en Kraaipan op overtuigende wjjze aangetoond, in het Westen zoowel als in het Oosten van Trans vaal, in den Vrjjstaat overal houden zjj hengden Dr. nit te halen. Zjj krjjgt eene klenr, waarachtig! Zjj krjjgt eene kleur, riep de Majoor vergenoegd nit, als zjj na zoo'n grapje over haar eigen moed verschrikt, hevig bloosde. Werkeljjk krjjgt zjj nu roode wangen, gaf de aangesprokene ten antwoord; hoe had ze onder het verkeer met twee znlke onde heeren ook eene klenr kunnen krjjgen. Twee onde heerenJuffrouw Toni u zult mg toch niet onder de onde heeren rekenen Evenmin tot de jonge, overigens Mjjn- heer de Dr. voor u is mjjn naam Antonie en geen Toni. Dit was een van de vele verschilpunten tnsschen haar en den Dr., met wien zjj van het eerste oogenblik af, dat zjj hem in 't breed, vergenoegd gezieht had gezien, op voet van oorlog had gestaan. Dageljjks kwam het tot botsingen en dikwgis tot een vrjj hevig geroerden woordenstrjjd, terwjjl het alleen dan wapenstilstand was, als An tonie zich voor de piano zette. Zjj speelde en zong met buitengewone kunstvaardigheid, doch met zulk eene warmte en innig gevoel, als haar beslist optreden in geheel niet deed veronderstellen. De Dr. deed zich tot zjjne eigen verba zing als een hartstochteljjk muziekliefheb ber kennen. Urenlang kon hjj onbewegeljjk naar haar spel zitten luisteren. Zetten de beide meisjes dan een lied ia, ook Hermine bezat eene liefeljjke, hoewel ongeoefende stem, zoo kon hjj het zelden nalaten, de melodie zacht met zgne bas te begeleiden en de Majoor kon zoolang als hjj wilde, roepen dat het tjjd voor schaakspelen was en dat de Dr. moest komen en met zgn laf gebrom opbonden, het drietal stoorde zich hieraan niet bjjzoader. (Wordt vervolgd). I v.j 1 t wnrm—imwiiwimi iinn.ii mui —111111 mi 1111111 rtophmoawn iwwhimwh «wwwwwl-

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1902 | | pagina 1