Het Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
Het verborgen testament.
Coöperatie.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
M 3028.
ZATERDAG 12 JULI.
1902.
land van altena
TOOK
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per S maanden f l.OO.
Franco per post zonder prjjsrerhooging. Afzonderljjke
nummers 5 cent.
Advertentien van 16 regels 50 et. Elke regel
meer 71/, et. Groote letters naar plaateruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrjjdagavond
ingewacht.
Het gebruik van vreemde termen
wordt terecht afgekeurd. Waar onze taal
zelf zoo rijk is aan woorden, is het
onnoodig, uitheemsche gasten te hulp
te roepen, om onze eigen gedachten uit
te spreken. Toch doet zich somtijds
het geval voor, dat zoo'n enkel vreemd
woord iemand uit een lastige moeielijk-
heid redt, wanneer hij zich kort wil
uitdrukken, zonder misverstaan te wor
den. Zoo ook hier. Coöpereeren, samen
werken coöperatie, samenwerking
coöperatiefhet zuiver Hollandsche
woord, dat dit zou weergeven, moet
nog gemaakt worden. Coöperatie is dus
samenwerking. Maar de metselaar en
de opperman coöpereeren daarom nog
niet en de winkelier en zijn loopjongen
doen daarom nog niet aan coöperatie.
Die samenwerking bedoelt de vreemde
gast niet. In dien zin opgevat, zou de
geheele maatschappij vol coöperatie zijn,
ja zelfs door coöperatie samenhangen.
De bakker bakt brood, niet alleen voor
zich, doch ook en voornamelijk voor
zijn medeburgers, om hen van die bezig
heid te ontlasten. De onderwijzer geeft
onderwijs, niet enkel aaü zijn eigen
kinderen, maar ook en vooral aan die
zijner medemenschen, omdat zij geen
tijd hebben of geen lust of geen vol
doende bekwaamheid, om de geheele
opvoeding van hun kroost op zich te
nemen. De bakker doet wat voor den
onderwijzer, timmerman, smid, metse
laar de onderwijzer iets voor den bak
ker, timmerman, smid, metselaar enz.
Zij nemen elk een deel eens anders
werkzaamheid op zich, zij werken dus
samen, opdat door deze verdeeling van
den arbeid alles in korter tijd en beter
gedaan worde. Maar die sam wei king
bedoelt de vreemde gast evenmin. Eenige
burgers gunnen een geacht ingezetene
gaarne een zetel in den Raad. Hij
behoort tot die mannen, aan wie men
gerust de gemeentebelangen kan toe
vertrouwen. Hoe het doel te bereiken?
Och, ze werken samen, ze gaan een
kiesvereeniging vormen, de bewuste per
soon wordt hun candidaat en door
samenwerking wordt verkregen, wat
ieder op zich zelf onmogelijk zou kunnen
tot stand brengen. Doch ook deze vorm
van samenwerking is geen coöperatie.
Coöperatie is wel samenwerking, maar
FEUILLETON.
20)
>Neen kind, bljjf maar bjj je moeder. Ik
kom alleen wel terecbt.«
Met de band streek hg over de bruine
lokken van zjjn dochter en verliet de zaal.
Gerdakeek hem medeljjdend na. Wat scheelde
baar vader Zoo vervallen, zoo gebrekkig
als heden had zjj hem nog nooit te voren
gezien.
Rogalla stond van tafel op en zei»Gerda,
kom eens mee in den tuinik moet eens
met je spreken, juffrouw Harper, wees
zoo goed de koffie op de veranda te laten
brengen.*
>Zeer goed, mevrouw.*
In zjjn kanier gekomen, zonk Willy von
Altenbrak in den armstoel voor zjjn schrijf
tafel neer en verborg het gelaat in zjjn ver
magerde handen. Langen tjjd zat hg zoo,
zonder zich te verroeren. Nu en dan beefde
hg over het geheele lichaam en liet hg een
kermend geluid hooien, alsof hjj door diepe
smart gekweld werd.
In dezen vervallen man had zeker geen
van zjjn vroegere vrienden den vroolgken
officier van weleer herkend. Vjjftig jaar oud,
was Willy von Altenbrak een grjjsaard, met
een versleten lichaam en een door angst ge
kwelde ziel.
Niet zonder inspanning stond hg van zgn
zetel op, richtte de oogen angstig naar het
het is er een van een zeer bijzonder
soort. Dit duidelijk te maken en tevens
een lans te breken voor het goed recht
er van en te wijzen op het groote nut,
dat er vooral voor den kleinen man in
coöperatie gelegen is, zal het doel zijn
van dit schrijven.
Samenwerking, in algemeene zin ge
nomen, ligt in de natuur van al wat
leeft. Door samenwerking vormen de
nietige koraaldiertjes riffen en eilanden
in den oceaandoor samenwerking leg
gen bevers dijken aan, zoo goed als de
menschen; door samenwerking vormen
bijen, mieren en tal van andere insecten,
koloniën, die in tucht, orde en regel
maat met de best geordende mensche-
lijke samenleving kunnen wedijveren.
Coöperatie daarentegen is een maat
schappelijk verschijnsel, dat als een ge
volg van de veranderingen, welke in den
loop der vorige eeuw in de economische
verhoudingen zijn ontstaan, geboren is
uit de behoeften des tijds. Zij is een
kind der 19de eeuw.
In vorige eeuwen vereenigden de ge
lijksoortige ambachtslieden zich tot gil
den. Elk handwerksman had zich te
gedragen naar de veeltijds strenge voor
schriften van zijn gilde. De voorwaarden,
waarop hij zijn gezellen aannam of
ontsloeg, waren veelal nauwkeurig om
schreven. Geen gezel had het recht,
zich als meester te vestigen, vóór hij
behoorlijke proeven van bekwaamheid
in zijn vak had afgelegd. De overlieden
van een gilde hadden het dus ten allen
tijde in hun hand, een onevenredige
toename van beoefenaars van hun vak
tegen te gaan. Overmatige concurrentie
bestond niet. Ja, het concurreeren on
derling werd zooveel mogelijk tegenge
gaan. Het was geen zeldzaamheid, dat
zelfs de prijzen van de producten of
van de grondstoffen, waaruit ze ver
vaardigd werden, min of meer bepaald
waren. Toen had, afgezien van bijzondere
omstandigheden, ieder handwerksman
zijn brood. De middelstand genoot, in
't algemeen gesproken, een groote mate
van welstand en vond in de ambachten
bestaanszekerheid, temeer, daar toen niet
zooals in onzen tijd, tal van vernuftig
uitgedachte machineriën, den werkman
zijn werk geheel of gedeeltelijk uit de
hand namen. Daarvoor hadden de af
nemers echter het voordeel, goede waar
te krijgen, ook al was het voor goed
geld.
Doch dat alles veranderde, eerst lang
zamerhand, doordat de gildebanden van
lieverlede verslapten en eindelijk door
portret zijner moeder aan den muur boven
zjjn schrjjftafd en fluisterde: »D* schadu
wen van het verleden trefen op als levende
wezens. Te laat te laat het kan
niet meer goed gemaakt worden, wat ik
misdaan heb te laat.*
Hg zonk weer op zgn stoel neer en be
dekte het gelaat met de handen. Plotseling
schrikte hg op; hjj voelde een hand op zgn
schouder leggen. Zgn vrouw stond voor hem.
Schuw, bjjna bevreesd blikte hg in haar
groote, somber op hem neerziende oogen.
»Wat wil je, Rogalla?*
»Ik wil je waarschuwen,* antwoordde zg
scherp. »Ge geeft je te veel over aan de
indrukken van het oogenblik; ge kunt je
niet meer beheerschen. Waarom deed de
naam van dien man je zoo ontstellen? Wat
nadeel kan het verleden je nog doen Hebt
ge me niet gezegd, dat de papieren, die ere
van je broeder ontvingt, vernietigd zgn? Of
is dat niet waar bestaan die nog?*
Willy von Altenbrak beefde onder den
somber dreigenden blik van zjja vrouw. Hg
maakte een afwerend gebaar met zgn hand.
>Neen, neen, die zgn reeds lang verbrand.*
Wees dan geen lafaard en baheersch je.«
Met trotsch opgelicht hoofd verliwt de
barones de kamer, terwjjl Willy in snikken
nitbarette. Hg had gelogen. De papieren,
hetn door zjjn broeder overhandigd, en het
boek, dat Tirschner van den gewetenloozen
ambtenaar te Frati had gekocht, waren niet
vernietigd. Om het bezit van die bewgzen
had hg zgn eer en de rust van zgn geweten
opgeofferd, en toch ontbrak hem de kracht
om zgn misdaad to Toltooien door ket ver
nietigen der bewgzen. Hjj dacht, dat zgn
de Groote Revolutie, die met haar mach
tigen adem alles wegblies, wat er nog
van dat soort van vakvereenigingen was
overgebleven. De gilden verdwenen, om
dat ze niet meer beantwoordden aan
de eischen des tijds. De vrije concurrentie
met al haar voor- en nadeelen kwam
er voor in de plaats.
(Wordt vervolgd.)
Buitenland,
De Peteraburger »Novoj* Wremja* dient
aan de Engelsche regoering een gevoelige
lea toe wagens hare voorliefde voor Dnitsch-
land gedurende twee an een half jaar, om
zich den steun vaH dat rjjk tot het einde
van den Zuid- Afrikaanschen oorlog te ver
zekeren. »Er kan g-^en twjjfel bestaan, zegt
het blad, of dit is de reden g weest, waarom
Engeland aan Duitschl md zulke belangrijke
concess'ëa heeft gedaan ten aanzien van de
Samoa-eilauden, den Bagdad-spoorweg en
China. Zonder overdrijving kan men zeggen,
dat het Engelsch-Duitsch vrrdrag in zake
China een bnitengewoon voorbeeld oplevert
van een tractaat, dat ann een der partgen,
ia deze Dnitechland, alle voordeelen verze
kert. Door Duitschland te helpen de con
cessie voor den Badgad-spoorweg te verkrij
gen, heeft Engeland eene politiek gevolgd,
zoo gehi-el in tegenstelling met zjjn eigen
belangen, dat het nog ni.-t mogelpk is alle
gevolgen daarvan te voorzien. Door den
spoorweg in Anatolië te houwen heeft
Duitschl and zich in Klein-Azië gevestigd
en zich verzekerd van het bezit van alle
a*zet- kanalendoor den Bagdad-spoorwg
te bouwen wordt Duitschland m«ester in
geheel Aziatisch Turkjje, van den Bosphorus
tot de Perzische Golt. De Engelsche handel
zal zich geheel uit zuidelijk Perzië zien ver
dringen door de Duitsche waren, dia recht
streeks over Bagdad uit Hamburg worden
aangevoerd. Nu de oorlog in Zuid-Afrika
gedaan is en zjj niet meer zoo angstvallig
behoeven om te zien naar wat men te Ber
lijn zou kunnen zeggen, zullen de Engelsche
staatslieden hunne politiek wel wijzigen.*
De Engelsche kantoenindnstrie beleeft een
ernstige crisis». Sedert eenigen tjjd is het
den weverjjen niet meer mogelijk het gepro
duceerde vau de baud te doen. Ia sommige
districten van Lancashire zjjti de werkuren
daarom verminderd. Men tracht overal deze
vermindering in te voeren. Zelfs wordt be
weerd, dat de eerste maanden een werktjjd
euveldaad missehien nog kon goed gemaakt
worden in een niet ver meer verwijderden
tjjd, als hjj niet meer in het land der le
venden zou zjjn. Aan deze gedachte klemde
hjj zich in zjjn gewetensangst vast; deze
gedachte hield hem staande ia zjj a strgd
tegen den boozen geest der wanhoop. Hjj
was zwak van karakter, hg was lafhartig
dat wist hg zelf zeer goedmaar hjj was
geen geroellooze schurk; hg kon dien laat-
sten stap niet doen, hg hoopte nog altjjd,
dat het toeval kern te hulp zou komen om
het onrecht te herstellen.
XIII.
Eduard Montelli was spoedig op zjjn ge
mak in zjjn nieuwe betrekking. De eigenaar
der fabriek was zeer tevreden over den
jonkman en had daarom met Eduard een
overeenkomst voor langeren tjjd gesloten.
Deze had een kleine villa met schaduwrij
ken tuin, niet ver van de fabriek, gebuurd,
en verwachtte binnen korten tjjd zgn moe
der en zjjn zuster bjj zich. Hg schreef:
»Het huis, dat ik gehuurd heb, zal u
aan ons verblgf in Friedrichshagen herin
neren, waar ik uijjn jeugd heb doorgebracht,
en waarvan u zooveel hieldt. Toen wg
in B^rlgn in het huis van oom Tiedeman
drie trappen hoog woonden, omringd door
al die hooge huizen, hebt u er ons tenminste
dikwgls aan herinnerd.
Oom Tiedeman had het beneden in zgn
slagerswinkel nog slechter, dat is waar;
doch hg is een geboren Berljjner; het stof
en de hitte in de straten hinderen hem niet.
Het was mgn grootste wensch, u en Greta
buiten de stad een vriendeljjke woning te
van drie dagen p»r week voldoende zou
zgn om aan de aanvrager te voldoen.
De Portugeesche, 22-jarige prins Frans
Jozd van Braganza, die zich in Londen al
te vrjj gevoelde en zieh te veel wenschte
te verheugen, is voor het gerecht versche
nen. Hjj is tegdjjk met een jongen van 15
jaren wegens vergrgp tegen de zeden aan
geklaagd. Twee andere personen zjjn wegens
medeplichtigheid aangeklaagd. De hoofd
getuige is de hospes, die een gat in de deur
maakte, zag wat er geschiedde en de zaak
daarop aangaf. De bekende advocaat Sir
Edwhrd Clarka verdedigt den prins, en heeft
doen weten, dat hjj tegen de medebeschul
digden een aanklacht wegens poging tot
beroovin* en chantage zou instellen. De
behandeling der zaak is verdaagd.
Een ontploffing heeft plaats gehad in de
kolenmijnen Cambria, te Johnstown, in
Pennsylvanië600 mjjnwerkers werden
ingesloten, 8 konden ontsnappen. Van dezi
600 ontsnapten later 300, terwgl de overige
300 werden gedood.
Een bericht nit Saloniki (Turkjje), aan
de »Neue Freie Presse* deelt mede, dat er
in die stad en in de omstreken sedert Za
terdag jl. niet minder dan 30 aardschokken
zjjn gevoeld, acht ervan vrjj hevig. De be
volking maakte zich zeer ongerust en een
derde brengt den nacht buiten de stad door
in tenten, die door de militaire overheid
zjjn verstrekt.
I insda^avond vroeg woei er een sterke
noordenwind. Omstreeks middernacht kwam
er weer een hevige «chok, die schade aan
richtte in de dorpen Goevezno en Zdihova.
De nacht van Woensdag op Donderdag
verliep vrjj kalm; er werden slechts enkele
lichte schokken gevoeld.
Te Goevezno Ar.barkloi zjjn vier men
schen gedood. Te Karadsjir zjjn negentig
huizen zwaar beschadigd, vgftig zgn geheel
vernield. Ook te Hilova is veel vernield.
De berichten voor de ontwikkeling van
<1* j°n&fl republiek Cuba luiden voortdu
rend ongunstiger. Nu is het weer generaal
Lee, de gewezen Amerikannsche consul-
goneraal op het eiland, »een goed kenner
van Cubaansche toestanden,* die de opzien
barende verklaring doet dat Cuba op den
rand van de anarchie is. Vooreerst is een
financieele crisis te wachten, omdat de in-
komstrm van Cuba enkel voortkomen uit
de invoerende rechten en deze, sedert de
kunnen verschaffen, waar men zich aan de
vrjje natuur verkwikken kan. De fabriek
staat nog geen tien minuten van onze wo
ning verwjjderd; in den fraaien tuin kan
men het gedruisch der machines hooren
maar welk hoekje der aarde is daar tegen
woordig vrjj van
Dat gedruisch hindert mg volstrekt niet.
Het hindert mg, dat ik aanhoudend voor
waarts moet streven, en dat ik nog een
groote schuld aan n heb af te doen, omdat
u mg zorgvuldig hebt opgevoed en tot een
degeljjk mensch gevormd. Nu kan ik u een
weinig uwe zorgen en moeiten vergelden.
Ik kan u een vreedzaam tehuis en een
onbezorgd leven verschaffen. Pak daarom
spoedig uwe koffers, lieve moeder, en kom
bjj uw zoon. Dat het slot Altenbrak op een
uur afstands ligt, zal u niet weerhouden te
komen. Dikwgls genoeg hebt u mg verze
kerd, dat u de menschen vergiffenis hebt
geschonken, dat u de hoop van vroeger hebt
laten varen. Maar, lieve moeder, mg is de
nahgheid van Altenbrak juist naar den zin,
want (ik wil het eerlgk bekennen) ik heb
de hoop op het ont lekken der waarheid nog
niet opgegeven.
>In Palermo en in Fratie heb ik eenige
sporen gevonden, die maar ik wil u niet
op droevige gedachten brengan.
»Geloof echier niet, dat ik nit hebzucht,
uit begeerte naar rjjkdom en eer bljjf streven
naar de onthulling van dat geheim. Neen,
ik doe dit alleen om de nagedachtenis mgns
vaders van eene afschuwelijke verdenking
te zuiveren. En na niets meer over die
oade, half vergeten zaak, waarvan u, oom
Tiedeman en ik alleen kennis dragen. Groet
Amerikanen het eiland hebben verlaten,
veel minder zjjn gaan opleveren. De Cu-
baansch- Amerikaansche handel gaat hard
achteruit, om lat de Amerikanen geen ver
trouwen meer hebben. Verder zinnen de
n» 'ers die vroeger tot het opstandelingen-
leger hebben behoord, op onlusten. Niet
minder dan 40,000 negers verlangen be
taling van achterstallige soldjj. Daarbjj ko
men politieke kuipergen tegen president
Palma, die eigenlgk maar een kleine partjj
achter zich heeft. De door de Amerikanen
gestichte scholen vervallen, de hygiënische
mantrpgelen van het vroegere bestnnr wor
den verwaarloosd, omdat de ambtenaren
niet betaald worden. De republiek is enkel
te redden als Amerika onverwjjld handels
voordelen toestaat, met name voor suiksr
en tabak. Als dit niet gebeurt, loopt bet
mis; dan zon de Unie echter lusschenbeide
moeten komen en het eiland bjj zjjn gebied
moeten inljjven.
Uit Nicaragua wordt gemeld dat twee
vuurspuwende bergen ten suidoosten van
de Meren teekenen van werkzaamheid ver-
toonen.
Volgens den Weenschen correspondent
van de >Morning Post*, zou er een ernstig
geschil zjjn gerezen tusschen Engeland en
Tnrkjje over het bezit van Dali, ten noor
den van Koweit. Men vermoedt dat Rusland
en Duitschland Turkjje steunen.
Uit Bombay wordt gemeld dat thans in
de mepste deelen van Engelsch-Indië regen
is gevallen, zoodat do vooruitzichten voor
de naaste toekomst hoopvoller zjjn.
Volgens de Pester Lloyd* is uit Fiume
hd transpoitscbip Michigan* naar Zuid-
Afrika vertrokken met een laatste zending
van 615 paarden. Ia het geheel zgn gedu
rende den oorlog uit Fiume 65.111 paarden
verscheept naar Kaapstad.
De gezamenljjke waarde der verzonden
piard«n wordt op 18 millioen gld. geschat.
Een veelzeggend telegram is het volgende
uit Johannesburg, dd. 9 Juli:
»De gevallen van dronkenschap, de dief
stallen met geweldpleging, de nachteljjk8
aanvallen, nemen hier in de laatste dagen
zeer sterk toe. De pers dringt er op aan,
dat de autoriteiten den verkoop van alco
holische dranken zullen beperken.*
Met andere woordende menigte Engel
sche avonturiers, gelokt door de goudmjjnen,
doet na reeds de wanorde en de misdaad
oom en Greta harteljjk van mg en kom
spoedig.*
Toen Margherita dezen brief van haar
zoon had gelezen, bleef zg ean geruime poos
in gedachten verzonken zitten.
Daar hoorde zjj een meisjesstem in de
gang: >Dank u, August, en zeg aan oom
Hendrik, dat hg spoedig komt om zgn
avondmaal te gebruikenik heb wat moois
voor hem meegebraeht.*
»Ik zal het hem zeggen*, antwoordde de
stem van een jonkman. Toen werd de dear
ran de gang dicht gedaan en lichte voet
stappen naderden de dear der kamer, waar
M&rgherita zat. Zg verborg den brief van
haren zoon in den zak van haar japon, en
toen de jonge maagd de kamer binnentrad,
lachte zjj haar vriendeljjk tegen.
Mania, u moet niet boos zijn, dat ik
wat later kom*, sprak Greta Montelli, ont
lastte haar arm van de mand die zjj droeg,
en snelde naar haar moeder, om die te
omhelzen en te kussen.
Alles, wat u me belast he'ot, heb ik
gedaan,* zei Greta toen verder. »De mand
was zóó zwaar geworden, dat ik er de trap
hjj na niet naae op kon komen. Toen heeft
de knecht van ogiii Tiedeman mg geholpen.*
Dat dacht ik wel, toen ik je daar in de
gang hoorde spreken,* antwoordde haar
moeder. Maar ge hebt het warmdoe j i
hoed en mantel af ik hab ja wat nieuws
te vertellen.*
Spoedig legde Greta hoed en mantel af
en nam plaats op ean voatenbankja aan
moeders schoot; nieuwsgierig keek zg tegen
haar moeder op.
IIElIWSBIiAD
Wordt vervolgd).