Het Land van Hensden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
M 3051.
Uitgever: L.. J. VEERMAN, Heusden.
WOENSDAG 1 OCT.
1902.
h^land VAN .ALIENS
YOOB
Dit.blad verschat WOENSDAG en ZATERDAG.
Advertentien van 16 regel» 50 et. Elke regel
meer 77i ct. Groote letter» naar plaatsruimte.
Advertentien worden tot Di) adag- «n "S dft£*f01K*
ingewacht.
Verzorging van bedelaars en
landloopers.
I.
Naar aanleiding van hetgeen over
dit onderwerp eenigen tijd geleden in
ons Blad voorkwam, namen wij ons
voor over deze hoogst belangrijke aan
gelegenheid eens het een en ander mede
te deelen, wat misschien niet algemeen
bekend is en onze opmerkingen daarom
trent in overweging te geven.
"Wij weten allen, dat er steeds veel
armoede heerschte. Wel bestaat in onzen
tijd niet meer die vreeselijke ellende
van vroegere eeuwen, maar toch, de
armoede zelve verdwijnt niet. Immers
er is een natuurlijke oorzaak voor. Er
zullen altijd ouden, gebrekkigen, zieke-
lijken zijn, in één woord, personen,
die in de meest noodwendige behoeften
des levens niet of niet ten volle kunnen
voorzien.
Naast deze natuurlijke bestaat echter
een onnatuurlijke armoede, die als een
soort van beroep wordt uitgeoefend door
tallooze lieden, die zich door ondeugden
in de onmogelijkheid hebben gesteld om
een eerlijk stuk brood te verdienen of
die aan een zwervend en ongebonden
leven de voorkeur schenken.
En daar, helaas, ook deze lieden,
vooral ten platte lande, rijkelijk hun
deel ontvangen van de liefdadigheid
der ingezetenen, zijn. zij er de oorzaak
van, dat de wezenlijke, natuurlijke ar
moede dikwijls op onvoldoende wijze
wordt verzorgd.
Het is vooral tegen deze zwervende
beroepsbedelaars, dat de strafwet iu het
algemeen staatsbelang optreed t. Zij leve
ren een groot gevaar op voor openbare
orde en zedelijkheid en daarom worden
bedelarij en landlooperij met straf be
dreigd. Die straf is betrekkelijk licht;
maar het hoofddoel is dan ook om den
overtreder, indien deze tot werken in
staat is, gedurende eenigen tijd te kun
nen opzenden naar een Rijkswerkin
richting.
Dit wordt dan als een bijkomende
straf beschouwd, maar het eigenlijke
doel is, de maatschappij gedurende eeni
gen tijd van den overlast dezer personen
te ontslaan en in dien tusschentijd te
trachten ze aan een geregeld, werkzaam
leven te gewennen.
FEUILLETON.
3)
II.
In de woonkamer van een klein, bevallig
huis aan de Rnssel-Sqnare, een plein te
Londen, stond een jonge vrouw en wachtte
ongeduldig op de komst van graaf Victor
Norton. Het wi.a zjjn echtgenoote.
Zjj ontmoetten elkander voor 'f eerst D
Margatha, da geliefkoosde badplaats der
Engelscben. Zjj boeide hem bjj den eersten
aanblik. Het schrikte hem niet af, toen zgn
vrienden hem onder het oog brachten, dat
zg geen adeljjke Game was. Wat vroeg hg
naar hare afkomst?
En hoe klopte zgn hart, toen hg haar de
beslissende vraag deed, of zg zgn vrouw
wilde worden en zg met gebogen hoofd
haar »ja!< lispelde.
Margaretha was zes weken later gravin
Norton geworden. Het hnwelgk werd in
alle stilte voltrokken. Behalve Margaretha's
ouders, den geestelgke en een kerkedienaar
was niemand daarbg tegenwoordig.
Onmiddellijk na het hnwelgk vertrok
graaf Victor met zgn jonge vronw naar het
Vasteland. Een smaakvol ingerichte woning
aan de Rnssel-Sqnare wachtte hen, toen zg
van eene groote huwelijksreis terugkeerden.
Zg wjjdden zich hier nitslnitend aan het
huiselgk geluk en hielden met niemand
conversatie. Toen hun na eenigen tjjd een
zoon geboren werd, wierp dit echter een
ernstige schaduw op het leven der echtge*
nooten. Voor haarzelve had Margaretha er
niet aangedacht, maar ter wille van haai
kind kwam na bg haar eenig verlangen op j
Dit doel wordt echter in geen enkel
opzicht bereikt. Natuurlijk kan, uit den
aard der zaak, de opneming in het ge
sticht slechts tijdelijk zijn. Het meeren-
deel der verpleegden gaf zich vóór de
opneming aan allerlei ondeugden over
en bij het verlaten der inrichting is de
overgang te sterk. De verpleegden staan
eenklaps, aan zich zelf overgelaten, weer
te midden der maatschappij en dat wel
meestal in het bezit van een sommetje
geld. Zij ontvangen dan namelijk het
arbeidsloon, dat zij in de inrichting
hebben verdiend, voor zoover dat niet
aan geoorloofde genotmiddelen is ver
bruikt. Dat geld is meestal in korten
tijd verteerd en dan is het middel gauw
gevonden om zich weer te laten ver
oord eelen. Velen trachten het zóó aan
te leggen, dat zij met de lente de in
richting verlaten, omdat er dan wat
werk te bekomen is. 's Winters trach
ten zij dan weer in de kolonie te komen.
Een aantal hunner brengt zoolang, van
tijd tot tijd, het leven in de kolonie
door, totdat de leeftijd bereikt is, waarop
men in de plaats der inwoning in het
werkhuis kan worden opgenomen om
dkkr ten slotte het hoofd neer te leggen.
De drie Rijksgestichten te Veenhuizen
bevatten ruim drie duizend verpleegden.
De grond is in 1823 gekocht door de
maatschappij van weldadigheid en daar
op werden de koloniën door Generaal
van den Bosch met een liefdadig doel
gesticht. Dat doel was, door ontginning
van gronden, de verpleegden tot een
toestand van zelfonderhoud op te leiden,
maar die poging is mislukt. Er moest
steeds geld bij en in 1843 nam de Re
geering de gestichten met schulden en
al over. Vrije opneming werd toen af
geschaft en alleen de veroordeelden
werden er naar toe gezonden. Het zijn
tegenwoordig alleen mannen. De vrou
wen, weinig in getal, gaan naar Leiden
en Oegstgeest.
De meeste dezer zoogenaamde ver
pleegden zijn drankzuchtigen. De totale
afwezigheid van sterken drank knapt
die meestal sterk vervallen wezens zicht
baar op. Het komen in de inrichting is
voor hen een weldaad; maar het ver
laten ervan is hun meestal noodlottig.
Voor allen, die nog werken willen of
kunnen, komt er een tijd, dat zij geen
werk meer kunnen vinden. Vandaar het
droevig feit, dat het meerendeel der in
om eiadeljjk haar intrek te nemen op het
slotNorthminster, de rechtmatige woonplaats
voor haar kind.
Met ontroering hoorde de graaf haar
wensch aan.
Drie weken later kwam de brief van
Blanca waarin zij van haar neef eischte,
dat hg tot haar zon terngkeeren. Zgn uur
was gekomen. Berustend in zgn lot toog
bg den volgenden morgen naar het spoor
wegstation, om zich voor Blanca Norton te
gaan verantwoorden omtrent zjjn lang weg
blijven.
De zon neigde ter kimme. Graaf Victor
kon binnen weinige minuten van Cheshire
terng zgn. Ongeduldig keek Margaretha
naar de wjjzers van de pendule, de een
zaamheid begon haar zwaar te vallen. Een
rg'tuig hield voor de deur stil en graaf
Victor sprong er uit. Nog een oogenblik
en daar stond hg in de kamer en omhelsde
zgn vrouw.
»Geliefde vrouw!* riep hg verheugd nit.
»Laat me eens zien, hoe ge er uitziet.*
Nog altjjd bleek? Kom, de lucht van Ches
hire zal aan je wangen spoedig de frissche
kleur teruggeven. En onze kleine man,
>hoe gaat het met hem?*
Hg boog zich over de wieg en keek vol
belangstelling naar zgn kind. Onderzoekend
hield Margaretha het oog op haar man ge
vestigd.
«Nu, Victor, wanneer gaan wjj naar het
slot?*
«Morgen, als ga wilt; hoe eer, hoe lie
ver i« antwoordde hg met een gedwongen
glimlach.
Haar gelaat betrok toen zg vroeg«En
je nicht? Was zg boos? Was zg verrast
«Natuarljjk, ik geioöf, dat zg zoowel
het oen als het ander was. Wg zullen ons
er in moeten schikken. Ik heb slecht» één
Veenhuizen vertoevenden, mannen zijn
tusschen de zestig en zeventig jaar.
Opmerkelijk is het, dat zich onder de
veroordeelden zoo weinig Israëlieten be
vinden. Over het algemeen schijnen deze
matig te leven en den strijd om het
bestaan niet spoedig op te geven. Wel
licht ondervinden de Israëlieten ook meer
steun van hun gegoede geloofsgenooten.
Tegenwoordig worden zij niet meer te
Veenhuizen, waar vroeger ook een sy
nagoge was, verpleegd, doch gaan, zoo
er zijn, naar de strafgevangenis te Hoorn.
Naar men ons mededeelde, geschiedde
de opheffing der Joodsche gemeente
Veenhuizen om redenen van technischen
aard, in verband met de door hen be
oefende vakken dus.
Mede is het van belang op te merken,
dat de koloniën nagenoeg uitsluitend
uit de steden en vooral uit de groote
steden worden bevolkt en het platteland
daartoe zeer weinig bijdraagt.
De verpleegden worden zooveel mo
gelijk met nuttigen en produceerenden
arbeid bezig gehouden, maar het be
hoeft geen betoog, dat de arbeidskrach
ten dezer lieden over het algemeen niet
veel te beteekenen hebben, waarbij nog
komt, dat de Staat zoo min mogelijk
met de particuliere nijverheid mag con-
curreeren, zoodat de inrichtingen zeer
veel geld kosten.
En voor dat geld wordt niets anders
verkregen, dan dat men de maatschappij
gedurende eenigen tijd bevrijdt van den
last van een deel der bedelaars en land
loopers. tilot volgt.
Buitenland.
Uit Parjjs wordt gemeld:
Emile Zola werd Maand»*?»"0"??011 Ia zÜn
woning dood gevonden, vermoedelijk door
gas gestikt, terwjjl zgn vrouw ernstig ziek
ligt.
De omstandigheden van Zola's dood zgn
echter onverklaarbaar, daar er in de kamer
een schoorsteen is met onafgebroken trek
en er in zgn kamer twee honden sliepen
die ongedeerd zjjn. M«n wacht tot mevronw
Zola in staat zal zgn om te spreken en de
verklaring te geven.
Omtrent het ongeluk aan Zola overkomen,
wordt nader gemeld:
De heer en mevrouw Zola waren drie
gesprek met haar gehad, en dat was zoo
pjjnljjk, dat ik den volgenden morgen reeds
afreisde.*
Hg trad naar de schrijftafel van zgn
vronw en greep de scbrjjfmap om daaruit
papier te nemen voor eeB brief, waarin hg
aan zgn vriend het vertrek zou melden. De
map glipte hem echter nit de hand en viel
op den grond, waar de gansche inhoud ver
spreid lag. Hg bukte zich om alles op te
rapen, maar stond eensklaps overeind. In
zgn hand hield hg het portret van een jon
gen man. Ontsteld hield hg er het oog op
gevestigd. Almachtig 1* riep bg nit, «hg
is het en niemand anders 1*
Margaretha kon slechts de achterzijde
zien, maar reeds had zg het herkend. Het
bloed verstgfde in haar aderen.
«Margaretha vroeg Victor somber, «wat
beduidt dat? Hoe komt ge aan het portret
van Jnan Norton?*
Zg snakte naar lucht. Zgn stem klonk
onvriendelijk, maar niet bevreesd voor zgn
verwijtenden blik, naderde zg den graaf en
keek hem openhartig aan.
>Juan Norton? Ja, hg is het! Was dat
portret nog in de map? Ik wist het waar-
ljjk niet,* antwoordde zg kalm.
Graaf Victor richtte zich in zgn volle
lengte op.
»Ge hebt dus Jnan Norton gekend?
Waarom hebt ge me dat verzwegen?*
«Mgn hooggeachte heer gemaal,* ant
woordde zij met een poging om te schert
sen, «hoe kunt ge zoo'n onverstandige vraag
doen Het zou ©en zware taak voor me zgn,
als ik je al mijn kennissen moest opnoemen.
Ik heb mijnheer Norton vluchtig leeren ken
nen, is dat soms een misdaad?*
»Ja,« antwoordde de graaf barseb, «dat
werpt een vlek op iedereen 1 Hem aanzien
is reeds weinig eervol, hem kennen is een
maanden buiten geweest, te Mélan. Het
huis te Pargs was kil. Hierom had de huis
knecht last gekregen, het vunr aan te maken
in de ruime slaapkamer, in een min of
meer monumentalen schoorsteen, welke ech
ter slecht bleek te trekken, wat den heer
des hnizes en zjjn echtgenoote niet verhin
derde reeds vroegtijdig ter ruste te gaan.
Toen de bedienden vrijlaat nog geen gerucht
in do kamer hoorden, deden zjj de deur
open. Een lichte koolznurlucht sloeg hen
naar de keel. Zola lag buiten het bed. De
mond was onmatig open, de oogen waren
verdraaid, de lippen wit. Al het bloed was
naar het hart gedrongen.
Laat in den namiddag heeft mevronw
Zola kannen spreken. Zg heeft medegedeeld,
dat haar man zich Zondagavond onlekker
had gevoeld, daarom waren zjj bjjtjjds ter
ruste gegaan, 's Nachts was mevrouw met
hevige hoofdpijn ontwaakt. Zjj zeide dit
aan haar man, die verklaarde ook erge
hoofdpijn te hebben. Zjj sprak toen van het
venster openen, hg stond op en op het
zelfde ooganblik is zjj bewusteloos geraakt.
Terwjjl mevrouw Zola deze mededeeliugen
deed, heeft zg nog eens het bewustzijn ver
loren. Met de uiterste omzichtigheid heeft
men haar verhaald, welk onheil er had
plaats gehad. Zjj wilde het aanvankelijk
niet gelooven en de geneesheeren hebben
haar slechts met de grootste moeite kannen
bewegen, zich naar het ziekenhuis te Neuilly
te laten vervoeren.
Tal van plaatsen in het zuidoosten van
Sicilië schjjnen zwaar geteisterd te zgn door
overstroomingen, een gevolg van hevige
stormen en regens die de berestroomen
plotseling hevig deden aanzwellen.
Te Modica werd de benedenstad tot de
tweede verdieping der huizen overstroomd.
De ramp kwam zoo onverwacht, dat tal
van gezinnen zich niet konden redden, zoo
dat vele mensehen onder het puin bedolven
of door den stroom medegesleurd werden.
Er loopen allerlei geruchten over het
aantal slachtoffers, maar daar zal wel veel
overdrijving bg zjjn. Zoo zegt de Pracassa,
dat te Modica alleen het aantal doodén op
400 gerekend wordt. Te Scieli zouden twaalf
menschen omgekomen zgn. Andera berichten
spreken van acht huizen te Modica, die
schande
Victor, een schande?*
«Ja, een schande, Margaretha! Het is een
gemeene schurk, die den goeden naam zjjner
ouders door het sljjk sleurt. Ge moet mjj
de waarheid zeggen J Was die ellendeling
een vriend voor je of nog meer dan dat?*
«En als dat nu eens zoo was, wat dan?*
«Dan waart ge mgn vrouw geweest,
voortaan zoudt ge het niet meer zjjnZeg
mg de waarheid: wat was Jnan Norton
voor je?«
Zg hief de linkerhand op, als wilde zjj
een dreigenden slag afweren.
«Victor, zie me niet zoo vreeseljjk aan,*
riep zjj uit. «Ik heb hem slechts vluchtig,
zeer vluchtig gekend en hg gaf mij zgn
portret. Ik zag or geen kwaad in dat aan
te nemen. Hoe kon ik weten, dat hjj een
ellendeling was?*
En hg zag tranen in haar oogen opwel
len hg was overwonnen. Onstuimig sloot
hg haar in zgn armen en kaste haar.
«Margaretha, mgn lieveling, vergeef me,
als ik je leed heb gedaanMgn jaloersch-
heid maakte mg razend. Laat het vergeten
en vergeven zgn, evenals dit valsche gelaat 1*
En met diepen afkeer scheurde hg het por
tret aan snippers. Zjj kasten elkaar en de
vrede was hersteld. Een schaduw bleef ech
ter over hnn geluk hangen.
Hl.
Op een dag in het laatst i an September
deed graaf Victor Northon net vrouw en
kind zgn intocht op het voorvaderlgk slot.
Met vrouw en kind! Allen in den omtrek
waren verbaasd. Sedert maanden getrouwd
en niemand wist er van! Ongelooflgk! En
Blanca Norton bediogen! Het was onver
antwoordelijk In alle adelgke familie» was
men vervèst en verontwaardigd
geheel ingestort zgn en van §0 slacb*0^19'
Vermoedeljjk ejjn reel me» „„„«be»
„ekomen dan mm no „,„t do
delen van gemeensoha»,
afgebroken, bruggen zqq w S ij
oenen lire bedragen. ,frojl
'O zwaait &v a:9
toe aan de houtasr
het reddingswerk «u.p tal
De laatste berichte,,
dooden te Modica op
in de kerken neergel^
hoven zoo vol moddt om(la; nijd
l i j bitten, d
begraven niet te c
houdt de regen a ie»), E»
kleine beekjes zgn tot
men geworden bg dez^h ^htige xet
De omtrek van 2
zwaar geleden; alle heeft
verwoest. De berg zelf Jl9m
een dikke witte damp^-f^
negrosso. Op Strombojj 0e S8*
kraters ontstaan, waarqj. \\P^
stroomt sedert een dag
dien worden uit den 0 ,Teer^öi,,r O
hd&n \cr^0
8teenen opgeworpen, di6 ■[-
n„„ 4 v
ote
ia
zee vallen.
De directeur var p,.:
de Etna deelt mede, t
et
ep Sicilië is geweest. Hg r ^eeD .j
B#n ftTtdoMooonltri nUKo,..,^
op
een onderzeesche uitbarst
boli en Sicilië.
g '.ussc
Me
^tisch soi
Ia de buurt van
Grieksch en een
schade geleden.
Te Catanrozo, in 0.aio,
"aarie,
we?
0611
A r»
rivieren buiten hare 0®vQr™
bruggen en verscheid*^
Ook de oogst heefs vfj(q ?9,,deD.
slachtoffers zgn, is niet beko d
In het koninklijk - d
te brengen, is in een der karu0rs
l a-
het Portugeesche hof den zomer P1^ 0' -
J_ TA .OÖ
bekenden man aangetro£;GQi Rls in
spreekt, terstond in arteat is geflOO»00^,,
politie bewaart het stils wjigeE 0rei d"
maar er is toch uitgelekt., <lat de feN
dena een Franschman is, dii naaf ax( l' ^0|
zekert, in verbinding staat met da
anarchisten, die Lissabon onder ^8°
ners telt.
Het geval heeft gr
h a*
De klokken werden echter geluid 3,11
bedienden personeel had zich onder aft» 'uf:*
ring van mister Hoc per, d a eersten kan- v.-
dienaar, in twee rjje;j opgesteld in het groo-
portaal van het s at. Een wai ;sr bl^ek
schreed Margaretha as- deu j •-
graaf voort. Het dr ig de geh: an sja
nicht vervolgde haar, al mee en meer
voelde zg haar hart bokleuui,
«Ach Victor, ik vord zo vreeseljjk ang
stig*, fluisterde zjj.
Graaf Victor lachte gedwongen, üo* hjj
vond den toestand verre van aangenaam,
doch moedig ging hg er op in.
«Angstig?* vroeg hg. «Maar kind, waar
om? Denk je soms aan dat sprookje van
een stammoeder van onze familie, die hier
zou komen spoken? Beheersch je na, Mar
garetha, wg zgn er!«
Minzaam groette hg naar links en rechts,
wisselde een vriendelgken handdruk met
juffrouw Marta en met Hooper, stelde hen
aan de gravin voor en vroeg naar miss
Blanca.
«Die wacht u in de groene zaal*, luidde
het antwoord. Graaf Victor begaf zich met
Margaretha naar de eerste verdieping. De
vriendeljjke oogen en het zachte liefeljjke
gelaat der gravin hadden aller harten ver
overd. Zjj twjjfelden niet of de gravin zon
een beminnelijker meesteres zgn dan miss
Blanca.
De groene zaal was de grootste in het
slot. Vergulde arabesken versierden de wan
den. Het volle licht viel op Blanca, die daar
stond als een koningin, gekleed in een
zware atlassen japon met een witte camelia
in het haar en een groot krnis van fonke
lende diamanten op de borst.
Abonnementsprjj»: per S maanden f l.OO.
Franco per poet zonder prjjsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
tot\
Tf-,. ^seiaa i>
italw _bjp
(Wordt vervolgd).