Hel Land van Heusden en illena, de Langstraat en de Botnmelerwaard.
M 2331
Evenwijdige levenslijnen.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
"^uns-vamaliei"1
ZATERDAG 25 JUNI.
1904.
Gevaarlijk Keukengereedschap,
i)
Oorlog tusschen Japan en Rusland.
TOOK
Dit blad verschat WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 8 maanden f 1.00.
franco par poat zonder prjjsverhooging. Afzonderljjke
nummers 5 cent.
Advertentiën ran 16 regels 60 et. Elke regel
meer 71/, ot. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrjj dagavond
ingewacht.
Kunnen wij ons iets heerlijkers den
ken, dan 'n gezin, welks leden door een
band van waardeering en onderling ver
trouwen ondanks alle karakterver
schillen aan elkaar zijn verbonden?
"Welk een samenleven! Men geniet en
lijdt tezamen, men beraadslaagt en over
legt, men is er op uit, elkaar tegemoet
te komen. De belangen des eenen zijn
die des anderen. Woorden prikkelen
niet, verschillen verwijderen niet. Eén
in willen en bedoelen, één in de ge
zindheid om elkander te leiden, te steu
nen Zulke gezinnen bestaan er gelukkig
vele. De woonkamer binnentredend komt
over ons een stemming van warmte,
van hartelijkheid. Men voelt er zich
thuis. Menigeen verliet zulk een ver
trek, beter dan hij het betrad. Te mid
den van zulk een omgeving te vertoe
ven welk een genot
Maar helaasEr zijn ook menschen,
die aan elkaar gehecht zich moesten
gevoelen, doch tusschen wie een diepe
klove gaapt, een klove plotseling ont
staan of allengs geworden. Er ontstond
een veeteeen misverstand werd geboren
of wel door anderen werd wantrouwen
gezaaid tusschen wie tezamen gingen.
Er zijn bloedverwanten, die van elkaar
verwijderd werden door een kleinigheid
soms. Er zijn, die na jaren van
vriendschap nu ieder huns weegs
gaan. Er zijn droeve verhoudingen tus
schen ouders en kinderen, tusschen
broeders en zusters. Echte weldoeners
zijn zij, die door een woord op z'n pas
of waardoor ook, pogen zoodanigen weer
tot elkaar te brengen. Zij wachten op
een aanleiding, zij leggen een brug en
wijzen en banen van weerszijden den
weg. Zij weten te heelen, te verzoenen,
zonder dat iemand der partijen het
„eerste woord" behoeft te spreken. Ge
lukkig degeen, die zulk 'n bemiddelaar,
een vredestichtende tusschenpersoon
mocht wezen, die den storm doet be
daren en de scheidsmuren vaak heele
kleine muurtjes opheft't Wordt
dan weer samenleven. Veler samengaan
is echter niet: een innig verbonden
zijn, een gedurig elkaar ontmoeten tot
wederkeerigen zegen, noch een telkens
tegenover staan als op voet van oorlog
doch een naast elkaar hopenzonder
elkaar aan te raken, zonder met elkaar
in contact te komen. De levenswegen
loopen evenwijdig en kruisen elkaar
dus nooit.
FEUILLETON.
Onder bovenstaanden titel laten wjj in
het »Nederland8ch Tjjdschrift* voor Genees
kunde een algemeen belangwekkend artikel.
Van >algemeen belang* omdat het ge
bruik van het hier bedoelde gereedschap
zeer in zwang is; 'belangwekkend* omdat
de gevolgen ervan ernstiger zjjn, dan door
Telen gedacht wordt.
Vooral op dit oogenblik, nu door her
nieuwde onderzoekingen het schadeljjke er
van voldoende gebleken is, achten wg 't
meer dan hoog tjjd in een paar nummers
op het groote gevaar te wjjzen.
Wg zullen 't beste doen daartoe op be
knopte wjj zo weer te geven wat de heer Dr.
De Haas, Assistent der Oogheelkundige Af-
deeling van het Academisch Ziekenhuis te
Leiden, in zgn verslag daaromtrent mede
deelt
Dit artikel, aldns begint de schrgver, is niet
een doorwrochte studie, maar als een mede-
deeling in ruimeren kring van eenige, voor
de gezondheid schadelgke feiten, welke meer
dan een kwart eeuw in het Leidsche Aca
demisch Ziekenhuis ongestoord konden voor
vallen, omdat de oorzaak ervan niet bevroed
werd, ondanks herhaalde nasporingen.
Waar in een ziekenhuis de medische en
hygiënischs contröle op de huishouding zoo-
Droevige toestand Een naast elkaar,
geen met elkaar leven.
De huwelijken zijn niet zeldzaam,
waar de echtgenooten, neen, niet aan
elkander ontrouw zijn, niet met elkaar
twisten, niet het vreeselijk schouwspel
leveren van onderling kijvenden
zoodat soms daar buiten staanden er in
gemengd worden, maar die eenvoudig
hun levenslijnen evenwijdig laten loo
pen. Er wordt dan tusschen hen niet
meer of althans zoo weinig mogelijk
gesproken en dat spreken is koud, af
gemeten, met heel korte woorden, liefst
een enkel ja of neen; men legt elkaar
niets „in den weg", doch ruimt voor
elkaar ook niets „uit den weg", de
verhouding is gedwongen, lauw en koel.
Men kent alleen den buitenkant van
eikaars bestaan, maar van het innerlijk,
het verborgen leven, van wat er om
gaat in hoofd en hart weet men zoo
goed als niets af. Yan lezen in eikaars
ziel geen sprake. Een koude adem be
vangt u, als ge de woning van hen
binnenkomt. De kilheid overvalt u en
ge voelt u verlicht, als ge haar ver
laten hebt. En de kinderen Och, wat
missen deze eindeloos veel, want een
kind vraagt om liefde en warmte, om
leiding, om kennis en allereerst wil het
die van zijn ouders ontvangen. Deernis
met hen vervult u en ge huivert bij
de gedachte: „wat zal er van deze
worden, van hen, die opgroeien in een
kring, van waar niet uitgaan warmte,
poëzie, leven?"
Evenwijdige levenslijnen". Is in
dit woord niet vaak zeer juist uitgedrukt
de betrekking tusschen de kinderen
onderling, die wel verre van elkaar
het leven gezellig, vriendelijk en vroolijk
te maken, naast elkander gaan? Elk
van hen zijn eigen weg gaande in plaats
van te deelen in eikaars blijdschap en
teleurstelling. Straks gaan zij uiteen en
volkomen sterft uit de zwakke band,
die hen nog eenigszins alleen mis
schien, omdat ze onder één dak ver
toefden verbond, hoe lauw dan ook.
Geeft dat zelfde beeld niet vaak goed
weer de verhouding tusschen de leden
des gezins en de dienstboden? Daar
komen hoe langer hoe meer kringen
waarin ook deze niet meer als bij-
wonenden", maar als inwonenden wor
den beschouwd en bejegend, gelijk het
wezen moet, doch de huisgezinnen zijn
niet zoo héél zeldzaam, waar zij, ja,
geduld worden en beleefd behandeld,
doch men blijft in hen vreemden zien.
'tls een gaan naast elkaar.
veel ingrijpender kan zgn dan daarbniten,
en ik de zekerheid heb, dat buiten het zie
kenhuis Boortgeljjke gevallen voorkomen,
echter onder moeiljjker te contróleeren om
standigheden, acht ik het gewenscht de
aandacht van de lezers te vestigen op het
volgende.
Sedert jaar en dag traden in het Acade
misch Ziekenhuis endemieën van diarrhee
op. Soms heftig, dan licht, het ééue jaar
veelvuldig, dan weer minder dikwjjls. In
het algemeen kwam de diarrhee meer des
zomers, dan in den winter voor. Het viel
op, dat ondanks het feit, dat het eten voor
alle patiënten meestal in één grooten ketel
bereid werd, nu eens de patiënten van alle,
dan weer van slechts enkele afdeelingen
aangedaan werden. Soms werden de tafels
der pleegzusters alleen, dan weer met die
der werksters, der hoofdverpleegsters of der
assistenten getroffen. In de grilligste com
binaties overviel deze last de inwoners van
het ziekenhuis, meest des nachts, of in de
vroege morgenuren.
De bladgroenten, spinazie en andjjvie,
stonden bjj velen in een kwaad gerucht,
anderen zagen in rjjst met of zonder bessen
sap de oorzaak. Echter, het onderzoek van
door de als oorzaak beschuldigde spjjzen
bracht nimmer klaarheid.
Een toevallige samenloop van omstandig
heden deed een vinger wjjzing aan de hand.
In den zomer van 1908 werd slechts enkele
malen van een diarrhee gehoord.
Vrjj natuurlgk dat men in het Leidsche
Ziekenhuis op 3 October hutspot at. Het
En diezelfde betrekking bestaat dik
werf evenzeer tusschen werkgevers en
werknemers, tusschen patroon en onder
geschikten, tusschen fabrikant en ar
beiders, tusschen armenverzorgers en de
nooddruftigen, wier belangen hun zgn
toevertrouwd. Een niet met elkaar
leven, een wezenlijk samenwerken en
overleggen, een zich verplaatsen in el
kanders lotgevallen en belangen, een
zich voor elkaar verantwoordelijk voe
len, maar een ieder voor zich, zonder
zich te bekommeren om wat des anderen
is. Zóó gelijkt veler leven van hen, die
door banden aan elkaar verbonden
moesten wezen, op evenwijdig loopende
levenslijnen.
Treurige verhouding! Leven toch is
samenleven, samenstreven, samenwerken
en samenkampen. Hieruit alleen wordt
voor mensch, gezin en maatschappij
iets goeds geboren. (N. v. N.)
Buitenland.
Uit Tokio wordt dd, 22 dezer gemeld:
De Japanners hebben een jonk opgebracht
die uit Port Arthur kwam. De bemanning
meldt dat eenige dagen geleden twee Rus
sische torpedojagers en de stoomboot 'Sjintai-
ping* op mjjnen aan den ingang van de
haven naar den kelder zgn gegaan. Er zgn
140 man bg omgekomen.
De >Daily Mail* verneemt uit Nioe-
tsjwang van Dinsdag: Toen Zondag acht
duizend Rassen onder generaal Kondrato-
witsj door een kloof trokken op 14 K.M.
ten ZO. van Kai-tsjou, werden zjj door
Japansche artillerie die verscholen lag, over
rompeld. De verliezen van de Russen waren
1200 man. De Russen trokken in goede
orde terug op een verschanste stelling. Pe
gewonden zgn in de Russische nederzetting
te Nioc-tswang aangekomen.
Volgens een telegram uit Wladiwostok,
heeft Skrydlof's eskader op het Japansche
transportschip Sado-Maroe een bedrag van
2,000,000 jen aan Engelsche goudstukken
buit gemaakt.
Bljjkens een telegram uit Liao-jang heeft
Eoeropatkin thans zelf het bevel over de
troepen in handen genomen. Dit wjjst dus
op een bedreiging van de Russische stel
lingen door de Japanners of op het begin
van een aanvallende beweging van de
Russen.
Den 20sten Juni heeft Eoeropatkin de
bekwam allen goed. Op 4 October was er
nog een kleine hoeveelheid over, welke,
daar het niet genoeg was voor meer af
deelingen, aan de oogheelkundige afdeeling
verstrekt werd.
Te 12 uur in den middag aten de oog-
patiënten die opgewarmde hutspot, allen
op drie na, die dieet hadden na ondergane
operaties.
Daarna atan de patiënten te half vier
en te zeven uur brood met koffie of thee.
Tegen middernacht begonnen eenige pa
tiënten diarrhee te krjjgen, spoedig door de
overigen gevolgd. Het meerendeel had daar-
bjj heftige kramp in den buik en persingen.
De verschijnselen hadden dien nacht esn
ongekende hevigheid; sommige patiënten
hadden den volgenden morgen 20-maal en
meer ontlasting gehad. Ongeveer 20 uur
na het middagmaal waren de meeste ljjders,
behoudens een lichte matheid en hoofdpjjn,
hersteld.
De drie oogpatiënten, die geen hutspot
gegeten hadden, waren de eenige, die ge
zond gebleven waren. Ook was, zooals een
zoo spoedig mogelgk ingesteld onderzoek
leerde, niemand buiten de oogheelkundige
afdeeling ziek gewordenechter was daar
ook geen hutspot gegeten.
De opgewarmde hutspot was dus op 4
October de oorzaak van de vergiftigings
verschijnselen. Op 3 October had zg niet
Bchadelgk gewerkt! Derhalve: was de scha
delijke stof er tijdens het bewaren of op
warmen ingekomen.
Bg navraag bleek zg bewaard geweest
troepen van het 1ste Siberische legercorps
bezocht en hen, bg het weggaan, toege
roepen »Tot straksWg moeten gaan
afrekenen met de Japanners. Anders kun
nen wg niet naar huis terug.* De soldaten
antwoordden met daverende hoera's.
Reuter seinde deH 21sten deztr uit Liao-
jang: Als bjjzonder gewichtig beschouwt
men den toestand in het Noorden. Generaal
Eoeropatkin moet sedert den slag van
Wafang-ko het geheele Russische front zelf
geïnspecteerd hebben. De twee Japansche
legers dreigen, ondersteund door afdeelingen
die in het Noorden staan, elk oogenblik
elkander de hand te reiken. De Japansche
troepen aan de golf van Liao-tong hebben
sedert den 15den dezer van hevige regens
te ljjden, die de militaire maatregelan be-
moeielgken. (Dit zou dan het 'talmen*
verklaren, dat van sommige zjjden de Ja
panners wat al te lichtvaardig verweten
wordt). Volgens geloofwaardige berichten,
roeren de Japanners zich op het oogenblik
niet bg Port Arthur. De Russen vertrouwen
dat de bezetting van de vesting, wat de
levensmiddelen betreft, stand kan houden.
Een telegram van Sacharof aan den groo
ten staf d.d. 22 Juni maakt melding van
een aanval van de Japansche voorhoede
om 8 uur 's-morgens den 21sten Juni op
onze voorposten, die 6 werst ten Zuiden
van Soeng-ju-tsjeng aan beide kanten van
de spoorlijn stonden. Onze patrouilles
trokken langzaam voor den opdringenden
vjjand terug naar Soeng-ju-tsjeng en verder
naar Eastinchot. 's-Middags kwamen tegen
de 9 eskadrons, een batter jj en aanzienljjke
afdeelingen infanterie op Soeng-ju-tsjeng
aanrukken. Daarna werden langzamerhand
nog meer aanzienlgke troepenafdeelingen
van den vjjand opgemerkt. Tegen den avond
was Soeng-joe-tsjeng ingenomen door een
Japansche troepenafdeeling, bestaande uit
meer dan een divisie infanterie, een brigade
cavalerie en 32 stukken geschat.
Van de zjjde van het met Japan 'be
vriende en verbonden* Engeland komen
thans, terwjjl Jspan een schier ononder
broken reeks van overwinningen achter zich
heeft, vredesklanken, welke men niet kan
beschouwen als zonder eenige beteekenis
wanneer men bedenkt, dat Rusland den
oorlog in elk geval veel langer kan uit
houden dan Japan en 'men* wel verzwak
king, maar niet het totaal verslaan van een
der oorlogvoerende partgen wenscht.
De Londensche correspondent van de
te zjjn in één van twee geëmailleerd jjzereu
emmers, die vrg nieuw en geheel onbescha
digd waren. Beide zond ik zekerheidshalve
naar de apotheek tot onderzoek. Van hutspot
was niets meer over. Ik vroeg, waarin de
hutspot opgewarmd was en gelukkig zag
ik nog in een morskeuken de vuile pan
met eenige restjes hutspot er in, half gevuld
met zeepsop om los te weken, terwjjl een
werkster juist begon de pan leeg te gieten.
De pan werd, met hutspot en zeepsop
er in, naar de apotheek gezonden. In den
inhoud werd gevonden een hoeveelheid lood
zóó groot, dat tot mjjn spjjt aan de moge-
ljjke aanwezigheid van een ander metaal
op dat oogenblik geen aandacht geschonken
werd.
Het onderzoek had weinig bewijskracht,
immers de groene zeep, welk mede onder
zocht was, had lood kunnen bevatten.
Daarom werden het vertinsel van de ko
peren pan, en de groene zeep, elk afzon
der lgk in onderzoek genomen door den apot
heker den heer Ten Bosch, die met zorg
en bereidwilligheid ook de nog te melden
onderzoekingen verrichtte.
Waar van vergiftiging sprake is, vraagt
men allicht, aan wien de schuld Ik wensch
hier nadrukkeljjk te constateeren, dat de
directie in allerlei richtingen reeds herhaal
delijk onderzoek had doen instellen naar
de oorzaak van het kwaad, en zeer veel
zorg en tgd aan de zaak besteed had, en
dat alles in de keuken uiterst zin delg k en
proper was en alle metaal keurig blank
'Rhein-Westfal. Ztg.« schrjjft o. a. aan zgn
blad: Nu de val van Port-Arthur zoo goed
als zeker schjjnt, hjj moge dan dageD, we
ken of zelfs maanden op zich laten wachten,
begint men zich in Japan weer met de ge
dachte aan eene beëindiging van den oorlog
bezig te houden.
Blgkbaar meent men, dat de Russen met
den aanvang van de regenperiode niet slechts
den eersten veldtocht in dezen oorlog, maar
den geheelen oorlog als geëindigd wenschen
te beschouwen of dat Europa tusschenbeide
zal komen.
In elk geval wint het gevoelen veld, dat
misschien na den val van Port-Arthur de
oorlogstoestand nog lang zal aanhouden,
maar dat geen groote slagen meer zullen
voorkomen. Sinds eenigen tgd verschjjnen
nameljjk in de Japansche bladen »inter-
vieuws* met den premier graaf Eatsura,
waarvan het doel slechts zou zgn de wereld
voor te bereiden op het feit, dat de vredes
voorwaarden door hare gematigdheid even
groote en algemeene verbazing zullen wek
ken als de zegepralen der Japanners heb
ben gedaan.
De belangen der groote handelsstaten
heet 't verder zullen speciaal in het oeg
worden gehouden, terwjjl, aan den anderen
kant, Japan's positie op Eorea en in Man-
tsjoerjje geregeld zou worden op eene wjjze,
die geschillen in de toekomst vermjjdt.
't Elinkt uitermati geheimzinnig, en som
migen zjjn reeds klaar met de conclusie,
dat Japan, de reusachtige kosten van een
jarendurenden oorlog niet kunnende dra
gen, inziet, dat vrede onder zachte voor
waarden op dit oogenblik de eenige weg
zou wezen.
De »Nov. Vremja* schrjjft naar aan
leiding hiervan o. a.De Russische kolos
heeft zich opgeheven en zal niet eer tot
rust komen voordat niet slechts gebleken
is dat het doel, hetwelk de Japanners zich
gesteld hebben, niet kan worden bereikt,
maar ook voordat een gansch ander doel,
door de Russische staatslieden geformuleerd,
zal zgn verwezenlgkt.
De oorlog is nog eerst begonnen. Een
ieder van ons zal met een gevoel van groote
bevrediging tot zichzelf zeggen: Gode zjj
dank, reeds in de vjjfde maand hebben de
Japanners zoozeer hunne kracht verloren,
dat zjj niet terugdeinzen voor de van het
standpunt van diplomatieken tast ontzet
tende noodwendigheid onmiddelljjk na den
zwaren slag, dien de Russische kruisers
tegen hunne communicatie-linie gevoerd
geschuurd was.
Verheugd, dat ook iemand anders zich
met de zaak wilde bemoeien, gaf de direc
trice mg dadelgk de macht te handelen zooals
ik goedvond.
In de keuken eens rondziende, trof ik
daar aan een zeer grooten, kostbaren nik
kelen ketel, pas eenige weken in gebruik,
een even grooten, blank koperen en een
zeer grooten vertinden ketel, alle drie met
stoomverwarming in een dubbelen mantel.
Bovendien eenige dozjjnen kleinere pannen,
van allerlei grootte, meest alle vertind.
De blank koperen waren alle zeer glan
zend en fraai geschuurd, geen spoor roest
zag ik. Het goed schoon houden is Tan
belang, immers op blank koper kannen
zwakke zuren weinig inwerken, terwjjl
koperexyde of-carbonaat geruakkeljjk in op
lossing gaat. De vertinde koperen waren
meerendeels zeer voldoende vertind, slechts
bjj sommige scheen hier en daar eenig rood
koper door, echter zoo weinig, dat ik daarop,
zooals later bljjken zal, ten onrechte, geen
aanmerking meende te moeten maken.
Slechts tegen den vertinden, met stoom
verwarmden, grooten koperen ketel rees
bg mg bezwaar, daar hier de tinlaag al
te onvolkomen was.
Het vertil nen van dezen ketel geschiedde
elke 2 maanden, hetgeen telkens f 30.
kostte. Nu was het sedert eenige maanden
achterwege gelaten, omdat in den nieuwen
nikkelen ketel alle zure spgzen gekookt
zouden worden.
Kimiui
(Wordt vervolgd).