Het Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard. In het strijdperk. MTW WSHÊ \i 1 fk M 2383 Kerstgedachten. as li 1 M li j - A JH. Mi Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. ZATERDAG 24 DEC. 1904. SGHDOL-HYGIENE. VOOB Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO. franco per poat zonder prjjsverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën ran 10 regels SO et. Elke regel meer 77* et. Groote letters naar plaatsruimte. Adrertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond ingewacht. Lieflijke tonen van vrede ruisehen weder langs het aardrijk. Aangenaam doet het ieder aan, wanneer hij het lied hoort van „Vrede op aarde". Dit lied mengt zich thans echter weder met het krijgsgedruisch, en de gedachte komt onwillekeurig bij ons op: Wat zijn wij nog verre van de verwezenlijking van het ideaal, van algemeenen vrede. Algemeene vrede! Dit zal wellicht nooit tot verwezenlijking komen, want ons leven is een voortdurend kampen en strijden, waaruit ten slotte de vrede geboren moet worden. Wij hebben den vrede lief, de rust en de harmonie. Alles willen wij doen om haar te bewaren en te bevorderen. Een juichtoon gaat er op als twee oorlogvoerende volken de wapenen heb ben neergelegd en telkens heerscht er vreugde, als partijen en menschen, na jammerlijk gescheiden te zijn, verzoe nend elkander naderen. Een lied des vredes aanheffen wien bekoort dit niet? En toch zullen wij het ervaren, dat telkens wederkeeren de dagen van strijd. Waar we thans met afschuw worden vervuld over de groote menschenslach- ting in het verre Oosten, daar zeggen wijdeze strijd is uit den boozemaar niet iedere strijd is daarom onheilig; waar wij strijden voor ons goed recht, voor waarheid en ter wille van de men- schelijkheid, zou het onedel zijn den vrede te bewarendan is de strijd een edel werk. Strijd is onmisbaar, zoowel in de menschenwereld als in de planten- en dierenwereld. Wel vrede met allen, maar zoolang het mogelijk. Zonder worsteling geen ontwikkeling, geen scheppen van beter toestanden. Uit edelen strijd, uit zulk eenen, die den strijder adelt, wordt het beste geboren. Er is geen bloeiend staatsleven denk baar wanneer niet partijen, als draag sters van tegenover elkaar staande be ginselen, elkaar bekampen. Geen maat schappij kan een levend organisme zijn, als binnen hare grenzen niet wordt gestreden om belangen en tusschen onderscheiden richtingen. Elk samenzijn van menschen, d.w.z., van denkende, gevoelende, willende en strevende we zens roept worsteling te voorschijn. Ja, zelfs in het gezin mag geen doodende, elk verschil van inzicht en levensop vatting en karakter onderdrukkende FEUILLETON. M. YON ESCHEN. U> »Of ikIk bad mjj immers de bestudee ring van het vrouweljjk schoon tot taak gesteld dus behoort de gedachte aan schoon heid tot mpu beroep,* gaf hp op denzelf den toon ten antwoord. »Je weet zelve het best, Dora, dat je altjjd mjjn ideaal bent geweest.* »Stil, stilGlimlachend weerde zjj zjjn woorden, maar ook een nieuwe omhelzing af. »Je hadt hier niets beters.* Met een kus wilde hp haar den mond sluiten. Dat was zp van haar neef niet gewoon. »Heb je dat in Italië geleerd?* vroeg zp schertsend, en schoof een weinig van hem af. »Wat ben ik brandend nieuwsgierig naar je nieuwe werk. Morgen moet je me alles laten zien.* Zjj legde haar hand op zjjn schouder, en zag hem vragend in de oogen. Daarom moet je me vandaag zóó voor lief nemen.* Ditmaal was het hem gelukt: zpn lippen hadden haar wang aangeraakt. >0, Felix, wat heb ik je gemist flais- terde zp teeder; »het was zoo eenzaam zonder jou!* »Mjjn lieve Doraline!* antwoordde hjj, geest en eenvormigheid heerschen. Waar leven is, daar is noodwendig strijd. Leven toch isworden, wassen, groeien, kampen tegen belemmerende machten. Niet om lust eii rust mag het ons te doen wezen. Het leven is en moet blijven een worstelperk en het echte samenleven is een samenstrijden. Geen grooter kwaad is denkbaar dan berustende onderwerping aan verkeerd heid en onrecht. Het Kerstfeest, de herdenking van de geboorte van Hem die Yrede ver kondigde, geeft ons ook te denken dat deze vrede alleen te verkrijgen is na strijd. Reeds een wijze van eeuwen voor onze jaartelling heeft zuchtend uitge roepen: „Heeft niet de raensch een strijd op aarde." Gelukkig hij die jui chend uitroept„Ja, strijd is het leven, altoos meer strijd!" En dan verklaart „Het leven is schoon nu 'k weet dat hij ook mij oproept tot een kamp." Och, dat wij allen, die den vrede liefhebben, die straks weer zullen hoo- ren dat schoone lied van „Yrede op aarde", dat wij allen ons zullen aan gorden ten strijd tegen ongerechtigheid, opdat wij eenmaal den waren vrede mogen verwerven. Dat dan dit Kerstfeest ons weder een schrede nader brengt tot dit schoone ideaal. (Hygiëne gezondheidsleer). Van 49 April 1.1. werd te Neurenberg het eerste Internationaal Congres voor School-Hygiëne gehouden het rapport hier over uitgebracht, bevat zooveel belangrjjks, dat wp wel meenen te doen, ja 't ons zelfs tot plicht rekenen, hieruit een en ander over te nemen. Het belangrijkste toch van al wat onze aandacht verdient is >de Jeugd en hat Onderwps*. Het eerste Internationaal Congres, waar op, behalve Italië, geheel Europa vertegen woordigd was, had ten doel, de aandacht der autoriteiten en van allen, dia belang stellen in de opvoeding der kinderen, te vestigen op het lichamelijk en intellectueel welzjjn der jeugd en te beraadslagen over de middelen, om de bestaande gebreken te verbeteren. Onder beschermheerschap van Prins Lo- dewjjk Ferdinand van Beperen, den bekwa men medicus, mocht 't zich in zeer groote belangstelling verheugen. De werkzaamheden waren verdeeld over een zevental groapen, die dageljjks verga derden. Deze waren: terwpl hp de tranen van de neergeslagen oogleden kuste; wat ben je jezelve geljjk gebleven!* >Daar heb ik in 't geheel niet aange dacht! Laat eens zien hoe jjj er uitziet!* Dit zeggende, trek zp hem schertsend naar het venster. Het middaglicht viel helder in Doralines kamerde beide jongelieden konden het helder licht wel verdragen. Zjj zagen elkander lang aan zp had den elkander ook in lang niet gezien en beiden mochten wel gezien worden. Zpn haar golfde nog als te voren in blonde lokken langs zjjn voorhoofd neler, maar zpn gelaatskleur had een warmer tint ver kregen, nog verhoogd door het verblpf in het zonnig Zuiden; zpn lippen waren voller geworden en er speelde een min of meer zinneljjke glimlach omheen. >Je moogt tevreden zpn, Felix,* zeide zp, na hem een poos stilzwijgend beschouwd to hebben, zooals men een kunstwerk be schouwt; maar het donkerrood, waarmede haar wangen een oogenblik overtogen wer den, getuigde dat haar hart ook deel aan die beschouwing had gehad. Met het juichend geroep: »Daar is neef! Daar is Felix!* stormden nu de jongens de kamer binneD en begroetten den jonk man met al de onstuimigheid, aan kna pen eigen; harteljjk beantwoordt hp hun verwelkoming, en weldra is het voor allen, alsof hp nooit weg is geweest. Alleen aan tafel achtte Koenraad het geraden aan de verandering te denken. >Dora mag vandaag ter eere van neef a. Hygiëne der schoolgebouwen b. Hygiëne van het onderwps; c. Onderwps in hygiëne van onderwij zers en leerlingen: d. Lichamelijke opvoeding der jeugd e. Ziekten en geneeskundigen dienst in de school; f. Scholen voor abnormale kinderen; g. Hygiëne van de schooljeugd buiten de schoolhygiëne van het onderwij zers-personeel; onderwerpen van ver schillenden aard. In de eerste algemeene vergadering kwam, na eenige huishoudelijke werkzaamheden, Prof. Dr. Herman Cohn van Breslau aan het woord tot het beantwoorden van de vraag»Wat hebben de oogartsen voor de school-hygiëne gedaan en wat hebben ze oog te doen?* De uitgebreide onderzoekingen van d^zen spreker, loopende over duizenden en nog maals duizenden kinderen en jarenlang door hem voortgezet, hebben aangetoond, voor eerst dat de bijziendheid eeue schoolziekte is, alsmede in welk verband reet die ziekte staan de houding van het schoolkind, de verlichting van het schoollokaal, de druk der leerboeken, enz. Hp wjjst op doelmatige toestellen, die zpn uitgedacht om de houding van het kind bjj lezen aa schrijven te ver beteren. Voorts vond hp lo. dat het aantal bjjziendea, bp de eischen, die de school aan het oog stelt, aanvangende met de een voudigste dorpsschool ea voortgaande tot de gymnasia, voortdurend stpgt; 2o. dat het aantal bjjzienden in alle scholen van klasse tot klasse steeds vermeerdert, en 3o. dat ook de gemiddelde mate van bijziend heid van klasse tot klasse toeneemt. Deze feiten, waargenomen bp het onder zoek van honderd duizenden kinderen in alle landen door de bekwaamste oogartsen, bleken aan de onderzoekers het uitvloeisel te zpn van wetten zonder uitzondering. Zelfs de beschroomdste autoriteiten konden zich aan den bedroavenden indruk, dien deze uitkomsten maakten, niet onttrekken ja, men kan, volgens spreker, zeggen dat de bet-ekenis en de vlucht, die de school- hygiëne genomen heeft, uit de zorgvuldige en uitgebreide onderzoekingen van de oog artsen ontstaan is. Heftig trok hp te velde tegen het gebruik van slecht gedrukte, goedkoops boeken op de scholen, iets dat van regeeringswege verboden moest zpn. Er is reeds sedert 1867 veel verbeterd, maar er bljjft toch nog veel te doen over het aantal bijziende studenten te Berljjn bedraagt nog 60 pet. Onderzoekingen met photometers moeten in de scholen verricht worden. De grootste aandacht moet ge schonken worden aan de drukwerken, die met een goed leesbare letter gedrukt moeten zgn; aan de lichtverzorging in de lokalen; aan de gordjjnen, waaronder hp er vond, die 60 pet. licht wegnaman, en aan eene goede schoolbank. De schoolkinderen moe ten, zoo noodig, van passende brillen voof- wel op wat extra's tracteeren,* riep hjj vrooljjk. Zpn zuster kniktezp had reeds lang bevel gegeven het gewone eenvoudige maal met een schotel te vermeerderen. »Je moet weten, Felix,* zeide de knaap plagend, »dat Doraline gierig geworden is, sedert zjj het bestier over het huishouden heeft. Papa zegt, dat de sleutel van de kas het karakter bederft.* Felix lachte; een schaduw zweefde, bjjna onmerkbaar snel, over het blanke voorhoofd van het meisje; maar het ontging de op merkzaamheid van haar neef toch niet, dat zp een weinig bleeker dan gewooalpk en ook eenvoudiger gekleed was. Zpn aan merking daarop weerde zjj af met te zeg gen, dat zg niet van bonte kleuren hield. »Niet meer?* Die vraag klonk bjjna alsof bjj verbaasd was »maar ik, ik houd veel van schitterende kleuren,* en hjj zag, met een levendigen blik om zich heen. Doch nu eerst bespeurde hp, dat de elegantie, waardoor het huis van zgn oom den knaap als een kasteel uit een tooversprookje was toegeschenen, verre bjj zgn herinnering acaterstond! Maar toen kwam hp ook uit een eenvoudige pastorie en nu kwam hp uit de groote, wjjde wereld terug. Dat was het zeker. Doraline was echter altpd de fee in dat too ver kasteel voor hem gewesst; en toen hjj haar blik weder ontmoette, reikte hjj haar onwillekeurig de hand. >0, Dora,* riep hg uit, »wat doet het iemand toch goed, weer thuis te zpn!* In zgn toon klonk iets meer dan het zien worden, en er moet op gelet worden, dat ieder kind op een afstand van 33 cM. tusschen oog en papier gemakkeljjk kan zitten lezen en schrijven. Ook mogen scholen niet te dicht bjj groote gebouwen geplaatst worden, daar deze veel licht wegnemen. Hjj stemde toe, dat schoolartsen veel gedaan hebben, en verheugde zich in het feit, dat het nut der aanstelling van school artsen allengs meer wordt ingezien. Hjj achtte die aanstelling voor alle scholen een dringenden eisch des tjjds, en verklaarde de benoeming van professoren in school- hygiëne aan de universiteiten noodzakelijk. Hij eindigde met den wensch te uiten, dat allen, die het met het opkomend geslacht wel meenen, met hem mochten samenwerken aan voorkomende maatregelen* gedurende den schooltijd, en den eisch stellen: »geen school zonder oogarts!* In groep a., voorzitter C. Weber, gaven Prof. dr. B. Blasius en de heer Osterlok, Stads-Bouwmeasters, beiden uit Brunswpk, een algemeene leiddraad ten beste over den bouw van scholen, die ons doet zien, dat de bepalingen, die bjj Kon. besluit van 4 Mei 1883 voor ons land zjjn vastgesteld, glansrijk den toets met die, welke in Duitsch- land gelden, kunnen doorstaan. Alleen vermelden wjj hier, dat in Duitsch- land de vertrekken voor hoogstens 5054 leerlingen mogen ingericht worden (bjj ons voor hoogstens 100), dat daar beter ge zorgd wordt voor vloeren en lokalen voor gymnastiek en voor baden. Wat betreft de tentoongestelde ontwer pen van schoolgebouwen, zoo waren het vooral de steden, die hierbjj van eene in Nederland onbekende belangstelling en on bekrompenheid deden bljjken. Augsburg, Bajjreuth, Brunswpk, Dortmund, Erlangen, Keulen, Mannheim, Munchen, Stuttgart en nog meer groote en kleine steden, te veel om te noemen, vertoonden in de uitgevoerde plannen harer schoolgebouwen, eene, in ons land onbekende, breede opvatting. De plaats in deze gebouwen toegekend aan school- baden en schoolkeukens, en de ruime en deugdeljjka aanleg vau speelplaatsen en gymnastieklokalen zjjn inderdaad verras send. Buitenland. De correspondent van de Daily Expres* te Zürich schrgft aan zpn blad: Karl George Sazonoff, de moordenaar van Von Plehwe, heeft mg hier ia Zürich, in tegenwoordigheid van een lid der Rus sische revolutionaire partjj, vóór vier-en- twintig uren de geschiedenis van zpn ont snapping verteld. Hjj kwam bjj mjj, omdat hg gehoord had, dat in Petersburg een man op zpn naam veroordeeld was tot levenslangen genoegen zich weder in de gewone omge ving te bevinden. Tegen de kunst had de baron geen ver oordeel; immers waren de kunstenaars ook altpd de vrienden van keizers en koningen geweest. Daarom had hg ook zgn neet vriendelijk verwelkomd, en deze gevoelde zich bp zpn familie recht op zpn gemak. De overste hield veel van de kunst, en sprak gaarne met een man van het vak over zaken, waar de meeste zjjner kame raden zich buiten hielden. De kinderen mochten den neef gaarne ljjdende jongens des te meer, omdat hjj, hoewel boven hun leeftjjd, hun in vrooljjkheid rjjkeljjk nabjj- kwam, en Alexe, het eenigszins verwende dametje van tien jaar, nam de plagerjjen van den knappen jonkman genadig op, en oefende zich om snedige antwoorden te geven. Maar bovenal was hg weder bjj Doraline, de speelgenoote zpner eerste jeugd, zpn muze, zpn ideaal Hp deed haar verhalen van het leven, dat hjj in den vreemde geleid had; hoe de kuustenaarsgeest zich over verdriet en zorgen en ergernissen 7an allerlei aard wist heen te zetten om elk vrooljjk oogenblik in zorgelooze vreugde te genisten. Dan weder riepen zp zich het verleden voor den geest, en de herinnering spon een liefelpke idylle om hen heendaarbjj scheen de zon zoo vriendeljjk door de hel dere gordjjnen in Doraline's kamer en wierp een vrooljjk licht over de eenvoudige meu belen en de versch geplukte bloemen, en speelde de koelte, met den geur van rozen en reseda's op haar adem, frisch en ver- dwangarbeid en omdat een ander als zpn medeplichtige veroordeeld was tot twintig jaar gevangenisstraf. Hg wilde mjj de geschiedenis van zpn misdaad vertellen, om ze ter oore te bren gen van het publiek en daardoor te trachten de twee onschuldigen te redden van de toepassing van hun vonnis. >Voor ik ga spreken*, begon Sazonoff, vmoet gjj mjj op uw woord van eer belo ven niet vóór vier-en-twintig uren bekend te maken, wat ik u zeggen zal, en dat gjj niet zult telegrapheerendan heb ik acht- en-veertig uren den tjjd om uit Zwitserland te vertrekken*. Ik gaf de belofte dia hjj vrosg. »Ik ga spreken*, zei hij toen, »ik moet spreken in de hoop twee mannen te kunnen redden van het verschrikkelijke, levend be graven te worden in Siberië voor een mis daad, die ik alleen bedreven heb. »Ik doodde minister Von Plehwe den 28en Juli op bet Ismailoffsky Prospekt. »Ik had geen medeplichtigen en den armen inan, die in hechtenis genomen werd, omdat hjj een bom in het water gooide, kende ik niet dat zweer ik*. Hjj sprak in uitmuntend Fransch; ik wist niet, wat ik er van denken moest en zei eindeljjk: »Hoe weet ik, dat u de waar heid spreekt?* Voor antwoord streek hjj het haar van zjjn voorhoofd weg en ik zag een litteeken, dat nog rood was. Toen trok hjj zjjn jas en vest uit. »Voel met uw hand beneden het rechter schouderblad*, zei hjj. Ik draag er nog altpd een verband om. Degene, die hem bjj mjj had gebraeht, verzekerde mjj, dat de man werkeljjk Sa zonoff was. Ik twjjfelde nog en de Rus riep uit: Waarvoor zou ik u mjjn ge schiedenis vertellen als ik Sazonoff niet was. Ik std mjj aan groot gevaar bloot, doch ik moet wel spreken en ten minste een poging doen om tw*e onschuldigen uit hun ballingschap te redden*. Toen zette hjj zpn verhaal voort. >Ik ben een eenige zoon. Mpn vader werd vermoord door agenten van Von Plehwe in 1901. Wjj woonden op een groote boerderjj, vier mjjlen van Moskou en mpn vader was een rjjk man. Den 14en Maart 1901 werd hjj dood gevonden in een bosch, op ons eigendom gelegen. Er wer geen testament gevonden en de regeering nam onze boerderjj in bezit. Niets bleef voor moeder en mjj over en in Juli van het- kwikkeljjk door het open venster. Zp bladerden in de schetsen en teekenin- gen, zpn Italiaausche zegeteekeningen; hjj vertelde van het Land, met zjjn natuur eren schoon als de kuast, met zjjn kunst even waar als zgn natuur; van de groote meesters, die zjj a leermeesters en lievelingen waren geworden. En dat verveelde Doralina geen oogen blik beider gelaat straalde daarbjj van een glans, die hen ver boven henzelven en de wereld verhief. Hjj voelde zjjn kunstenaarshart als door een onweerstaanbare aandrift bewogen. Zuiver teekenden de trekken van het jonge meisje zicb in het heldere licht af, als een lichtbeeld tegen een lichten achtergrond. Met verrukkig beschouwde de jonge schilder die trekken, die hem het edelste toeschenen wat hg ooit g*zien had; zpn gansche ziel was geboeid door den blik, die uit die donkerblauwe oogen straalde, dien betoo- verenden glimlach, die om den mond speelde; als tot aan aureool vermengde de gouden weerschjjn der zonnestralen zich met het kastanjebruin haar om het effen, blanke voorhoofd. In aandachtige beschouwing verzonken fluisterde hjj »Ik moet je portret maken, Doraline; de kunst heeft recht op het schoone Ernstig boog zp het hoofd naar hem toe. Beloof mp, dat je naar het hoogste streeft, en alles wat ik daaraan kan toe brengen, wil ik doen.* lanb van alten*-- Naar het Duitsch VAN Wordt vervolgd met iets over groep b.) Wordt vervolgd

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1904 | | pagina 1