Hel Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard,
Kinderarbeid in Engeland
FEUILLETON.
DE HELM.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
m 2472 WOENSDAG 1 NOV.
1905.
Dit blad rergch^Ht WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonaementiprjji: per 3 maanden f 1.06.
f. anco per poit zonder prgirerhoogpng. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentien ran 16 regeli SO et. Elke regel
meer 71/» c*. Groote letters naar plaaternimte.
Advertentiën worden tot Dinadag- en Vrijdagavond
ingewacht.
Er zijn in het schoone Engeland
plaatsen, zoo donker en droevig, dat
haar bestaan een schaduw werpt over
de macht en glorie, die het naar buiten
ontwikkelt. Daartoe behooren in de
eerste plaats de groote fabrieksdistric
ten in het midden des lands, door de
Engelschen zelf de zwarte landstreek
genaamd. Had Elisabeth Browning ze
bezocht vóór ze haar „Kinderkreet"
schreef, nog aangrijpender zou die kreet
geklonken hebben als een beschuldiging
tegen de moderne beschaving. Haar
vrouwenhart zou vervuld zijn geworden
van medelijden, had ze er hare zusters
zien arbeiden in de kolenmijnen, in de
ijzergieterijen en tabrieken vooreen loon,
dat, tengevolge van de overbevolking
en scherpe concurrentie, tot een mini
mum wordt herleid. Met al de macht
van haar groot talent, zou ze getuigd
hebben tegen het moeilijke en gevaar
lijke werk, dat alle vreugde en alle
schoonheid ontroofd aan het leven, dat
er verricht wordt door kinderen en
vrouwen, jong en oud, zóó verandert
en verminkt, dat ze nauwelijks meer
op een mensch gelijken, dag en nacht
zwoegend voor niets dan voor het recht
om voort te mogen leven.
„Een bezoek aan de groote fabrieks
districten maakt mij altijd ellendig,"
schrijft een ooggetuige. Zelfs op de
schoonste dagen, als de natuur vol is
van licht en blijdschap, schijnen zij
slechts vrengdelooze woestijnen van be-
rookte kalk en steenen. Maar toen ik
in den vroegen morgen naar Oldham
ging, hadden motregen en sombere mist
schaduwen over de stad uitgebreid.
„Napels zien en dau sterven," zegt de
reiziger naar het Zuiden. Zie Oldham
op een vochtigen Decemberdag, zeg ik,
en vraag dan of het leven waard is
geleefd te worden. Nergens een ziertje
kleur, uitgezonderd in de winkelramen.
Grauw en grijs, grijs en grauw, zich
verdonkerend tot een somber zwart, ont
moet uw oog aan alle kanten. Rechts
en links lange, eentonige rijen arbeiders
woningen, terwijl hier en daar, zich
vaag afteekenend in den vuilen mist,
de rookende schoorsteenen zich ver
heffen als grimmige spooksels, die na
ijverig de sombere vlakte daar beneden
gadeslaan. En daar woneu ongeveer
2000 kleine fabrieksarbeiders. Al meer
dan eens is hunne geschiedenis ver
haald, maar als alle groote tragedies,
is zij het herhalen wel waard.
O-
Oom, ik heb mijn nichtje lief!
Loop rond.
Geef baar mij.
Je verveelt me.
Ik zal sterven
Des te beter.
O!
Mijn oom naderde mij, rood van kwaad
heid, en met een Hinken vuistslag op de
schrijftafel, riep hij „Nooit, nooitver
sta je?"
En toen ik, de handen gevouwen, hem
met smeekenden blik bleef aanzien, voegde
hij er op ironischen toon bij
Wat een mooie echtgenoot- Hij heeft
geen rooden cent en denkt al aan trou
wen Ik zou wat moois doen, als ik
je mijn kind gaf't Is nutteloos lan
ger aan te houden, mijn waarde; je weet
wel, als ik neen heb gezegd, kan niemand
mij ja doen zeggen.
Ik hield niet langer vol, daar ik mijn
oom door en door kende. Om mij kalmer
te stemmen, slaakte ik een zucht en begon
weer te poetsen aan een stuk geschut, dat
van onder tot boven verroest was.
Dit heuglijk gesprek werd gehouden op
Op een uur van den morgen, als de
meeste menschen nog heerlijk slapen,
moet de kleine fabrieksknaap opstaan
te gelijk met zijn ouders en naar het
werk snellen op het gelui van de fabrieks-
bel. In andere woorden, zomers moet
hij opstaan met den leeuwerik in
Oldham zijn er zeker geen leeuweriken
en 's winters moet hij op de fabriek
zijn een paar uur vóór zonsopgang. Ver
moeidheid of slecht weer zijn geen reden
tot uitstel. De bel is onverbiddelijk, de
baas onvermurwbaar.
Als het nog pinkdonker is, begint
de gesalarieerde porder zijn tocht door
de straten. Ah eeD geest, die rond
waart en met zijn langen stok tegen
de ramen tikkend, verstoort hij alle
zoete droomen met zijn heesch: „Half
zes". Enkele seconden blijft alles stil.
Dan schijnt de gansche straat de oogen
open te doen en slaperig tegen u te
knipoogen. Zij staren u aan uit de
bovenramen en dan ziet gij, dat het
alleen lampen en kaarsen zijn. Nog een
paar minuten en de stad is wakker,
het onwelluidend concert van kleppe
rende klompjes begint. Eerst hoort men
alleen hier en daar een geluid. Dan
verschijnen er steeds meer arbeiders en
een geregelde taptoe vervangt het af
wisselend geklepper.
Het groeit aan tot een eindeloos ge
ratel, als van millioenen schaakstukkeu
over een reusachtig schaakbord, en
duurt voort, tot de groote bel ophoudt
met haar vreeselijk geraas en de fa-
brieksdeuren zich sluiten, even vóórdat
de klok zes slaat.
De directeur was zoo vriendelijk mij
een ploeg der fabrieksjongens te laten
volgen in die afdeeling van een grooten
molen, waar gesponnen wordt. Zij wer
ken er als aanknoopers. Hun voornaam
ste bezigheid bestaat in op te letten,
of een der honderden draden, die door
de zich op rails heen en weer bewe
gende weefgetouwen op klossen worden
gewonden, ook gebroken zijn. In dat
geval moiten zij achter het terugrollend
getouw aanloopen en den gebroken
draad aanknoopen. Ze moeten vlug en
lenig zijn als jonge katjes. Zijn ze dat
niet, dan vallen ze of worden omver
geworpen door de weefgetouwen en
worden gedood of gevaarlijk gewond.
Als veiligheidsmaatregel werken ze allen
blootsvoets. De vloer, waarop ze loopeu,
is zoo glad als in oene danszaal. Hij
is doortrokken van olie uit de machines
en het katoen en den vochtigen damp
kring.
een ochtend in Maart, in den winkel van
mijn oom, handelaar in oudheden en kunst
voorwerpen. De winkel versierd met een uit
hangbord: „Het Kruis van Malta," was
de meest bekende en vormde het vreemd
soortigst museum: vazen van majolica te-
tegenover antieke geweren, verroeste degens,
verbazend groote harnassen en stoffige lijs
ten; daarboven tegen de muren oude kof
fers, antieke kisten, en tegenover dezen
beelden van heiligen, afgeknot en groo-
tendeels verminkt; en hier en daar in de
hermetisch gesloten winkelkasten kleinere
snuisterijen van elk soort en vorm: traan-
fleschjes, vaasjes, kostbare steenen, stukken
marmer, kruisen, medailles, ivoren beeldjes,
die, nu ze in de zon lagen, de doorschij
nende kleur van vleesch hadden. Sinds
onheuglijke tijden behoorde de winkel aan
de familie Cornubert hij ging van vader
op zoon over en volgens de buren moest
mijn oom een aanzienlijk vermogen bezitten.
Hij werd door iedereen geacht, was ge
meenteraadslid en volkomen doordrongen
van het gewicht en den ernst zijner functie;
hij was zeer gezet, klein van gestalte, erg
driftig en even koppig, maar goed beschouwd
niet kwaad. Ziedaar mijn oom! mijn eenige
bloedverwant op aarde, die toen mijn stu
dies voltooid waren, mij opleidde tot den
eersten en eenige bediende van „Het Kruis
van Malta."
Maar mijn oom was niet alleen hande
laar in oudheden en gemeenteraadslid, hij
was voor alles de vader van mijn nichtje
Hoe mijn nichtje er uitziet? Dat is niet
noodig te zeggen. Is zij, die men bemint,
niet altijd de mooiste, de beste?
Buitenland.
De toestand in Buslaud.
De correspondent van de Times te
Petersburg kreeg Zaterdag van een hoog
personage het volgende oordeel over
den toestandDe oproerlingen zijn goed
gewapend en van bommen voorzien.
De Russische regeefïng heeft blijkbaar
haar gezag in de provincies prijs ge
geven. Zelfs te Petersburg is het twijfel
achtig, of de regeering haar gezag kan
handhaven. De troepen zijn onbetrouw
baar, ook de keizerlijke gardede staats
ambtenaren steunen de stakers openlijk.
De Russische zegsman verklaarde geen
anderen uitweg te zien dan dat de Tsaar
afstand doet van zijn troon.
De Daily Telegraph verneemt uit
Petersburg: Witte is Zaterdagochtend
vroeg naar Peterhof vertrokken, waar
hij vijf uren lang met den Keizer in
gesprek was.
Geheel Petersburg verklaarde des
avonds dat de Keizer finaal geweigerd
had, om Witte's program van hervor
mingen goed te keuren. Daartoe was
de Keizer bepraat door de hofpartij,
welker leiders een heimelijke vergade
ring hebben gehouden in het paleis
van grootvorstin Marie. Men noemde
daar Witte een Mirabeau, zijn volge
lingen Jakobijnen en zijn program on
uitvoerbaar, zonder dat Rusland ten on
dergang gedoemd wordt.
De correspondent van de Daily Te
legraph is nochthans overtuigd dat de
hofkliek de nederlaag moet lijden en
dat de afkondiging van een Russische
grondwet ophanden is, maan dat de
Russische Keizer daarmee vermoedelijk
in het noodlot van Alexander II zal
deelen. De Poolster, het jacht van den
Keizer, ligt intusschen onder stoom,
om den Keizer en zijn gezin zoo noo
dig veilig naar Denemarken te voeren;
er is een uitgelezen bemanning aan
boord, gelijk op de vloot die de Poolster
zal begeleiden.
De Star meldt, dat in Odessa op een
groote volksmeeting in het gebouw der
hoogeschool Zaterdag de omwenteling
is afgekondigd. Na afloop van de bijeen
komst heeft er een bloedige botsing
tusschen politie en studenten plaats
gehad.
Een vergadering in het stadhuis, die
door 8000 personen werd bijgewoond,
en waaraan het geheele gemeentebestuur
en de professoren der universiteit deel
namen, heeft besloten de gemeentelijke
bijdrage in de bezoldiging der politie
in te trekken en tot vorming van een
militie tot zelfverdediging der burgerij
over te gaan.
Zondag werd uit Odessa berichtDui
zenden werklieden hebben vandaag, on
der leiding van studenten, op de hoeken
van vele straten barricaden opgeworpen,
De liefde had ons ingepalmd, zonder
dat wij er ons over verwonderden. Het
scheen ons toe, dat wij elkander altijd
bemind hadden, sinds wij in de vacantie,
te zamen op het gras gezeten, ons middag
maal gebruikten en ik de mooiste bloemen
in den tuin voor haar plukte Dan, Zon
dags op de wandeling, gaf ik haar een
arm, gestoken in mijn schoolpak, dat mij
te nauw was en welks knoopen op dien
dag glommen als zoovele sterren. Wat een
eindeloos hoofdstuk vormen de herinnerin
gen!
Eens op een dag, toen Rosa mij als naar
gewoonte omhelsde, kreeg ze een kleurik
ook voelde haar hand in de mijne beven.
Wij durfden elkaar niet meer aanraken.
Gij ziet wel, dat, als ik mijzelven afge
vraagd had hoelang ik mijn nichtje be
minde, ik zonder liegen geantwoord zou
hebben: Altijd, altijd!
Keeren wij tot mijn oom terug, die dicht
bij mij, zonder op mijn zuchten acht te
slaan, terwijl ik met vuur het oude stukje
geschut poetste, met de lens in de hand
een verzameling oude medailles nauwkeu
rig bekeek, die hij dienzeifden morgen
veroverd had. Eensklaps kijkt hij op het
sloeg vijf uur.
De vergaderingzeide hij.
Wanneer mijn óom deze woorden uit
sprak, had hij er den mond vol van. Maar
zich voor liet voorhoofd slaande, voegde
hij er nu dadelijk bij: Ah de zitting heef t
eerst morgen plaats, en inriiiddels vergat
ik naar 't station te gaan om het voorwerp
in ontvangst te nemen, waarover in dien
zij wierpen tramwagens, banken enz.
op elkaar. De kozakken vuurden op hen,
waarbij een student en drie werklieden
gedood, een meisje en achttien mannen
gewond werden; deze werden in apo
theken gebracht.
In de volksvergaderingen die in den
afgeloopen nacht hier gehouden zijn,
verschenen twee officieren en vier sol
daten zij deden namens hun regimen-
teu het verzoek, niet op de troepen te
schietenhunnerzijds zouden de troepen
in de lucht schieten. Met uitzondering
van de kozakken schieten de troepen
inderdaad niet op het volk.
Vertegenwoordigers van het stakende
personeel van liet hoofdbureau der tele
grafie hebben aan het Petersburgsche
telegraafagentschap een bezoek gebracht
en den eisch gesteld, met verzenden
van telegrammen op te houden. Daar
aan is gevolg gegeven.
De Times verneemt uit Petersburg
De houding der Finnen is een zeer
ernstige factor in den toestand. Naar
het heet, zijn de Finnen van plan op
de Finsche spoorwegen de werkstaking
uit te roepen, hetgeen het begin van
een opstand zou kunnen beteekenen.
De Russische regeering zou alsdan
machteloos zijn, want het Russische
garnizoen in Finland telt thans slechts
4000 man, en het kan niet versterkt
worden6000 man, die er onlangs heen
gezonden werden, moesten terug omdat
zij revolutionair bleken.
Uit Odessa wordt gemeld: Volgens
een hardnekkig, maar niet nader beves
tigd gerucht, is de bemanning der Zwarte
Zeevloot bij aankomst te Samsoen aan
het muiten geslagen. De admiraals Birilef
en Tsjoeknin zouden gedood zijn. Bij
den terugkeer te Sewastopol zou men
de revolutie-vlag geheschen hebben.
Uit Petersburg, Maandagmiddag 1
uur: Voortdurend komen van buiten
de stad berichten omtrent de uitbrei
ding der staking en over de opwinding
van het volk, die op eenige plaatsen
tot bloedige botsingen geleid heeft.
In de Oostzeeprovincies zijn Riga
en Re val het tooneel van bloedige
tooneelen. Te Riga hebben gisteren
verscheidene botsingen met de troepen
plaats gehad, waarbij velen door scho
ten en met blanke wapens gewond
zijn. Te Re val hebben de stakers be
sloten in elk geval hun politieke eischen
door te drijven. Bij een botsing gaven
de troepen twee salvo's waardoor e.5
personen gedood en 90 gewond zijn.
Een nog ernstiger karakter namen
de onlusten gisteren te Odessa aan.
In de Richelieustraat stootten de ko
zakken op de oproerlingen, die barri
cades hadden opgeworpen.
Op de barricades zijn verscheidene
personen gewondop andere punten
werden bij verschillende botsingen 50
brief van vanmorgen gesproken wordt.
En opstaande legde hij de lens op tafel.
Rosa, riep hij, hoed en stok En zich
tot mij keerendeWat jou aangaat, zei
hij fluisterend vergeet niet ons gesprek. Je
zult mij misschien ja doen zeggen, maar
ik twijfel er aan. Inmiddels geen woord
tot Rosa, of ik zet je buiten de deur, zon
der pardon.
Rosa bracht haar vader hoed en stok;
hij kuste haar op 't voorhoofd, en ging,
na op mij een laatsten, maar veelzeggende
blik geworpen te hebben, haastig de deur
uit.
Ik poetste zonder op te houden aan het
kleine kanon. Rosa, die mij zachtjes na
derde, vroegWat heeft vader toch Men
zou zeggen, dat hij boos op je is.
Ik zag haar aanhaar oogen waren zoo
donker, zij keek zoo lief, haar lippen waren
zoo rood en haar tanden zoo wit, dat ik
haar heel mijn liefde bekende, haar sprak
van mijn aanzoek, van het weigerend ant
woord van haar vader. Zooveel te erger
voor hem Hij was er immers nu niet en
ik tartte zijn toornEr is zeker niemand
op de wereld, die in zekere omstandighe
den zooveel moed bezit als een verlegen
mensch. Mijn nichtje antwoordde nietzij
keek voor zich, rond als een kers. Ik zweeg.
Houd je van mij vervolgde ik na
een oogenblik van stilzwijgen aarzelend en
bevend. Rosa, houd je van mij
Zij reikte mij de hand.
Toen riep ik brandend van overmoed
Rosa, ik zweer, ik zal je man worden
Toen, wijl zij het hoofd schudde en mij
met droevige oogen aanzag, vervolgde ik:
personen gedood en 500 gewond. Tegen
den avond hebben de kozakken de bar
ricades afgebroken. De toegang tot de
haven is van militaire zijde afgezet.
Het is onmogelijk ook maar bij be
nadering het aantal slachtoffers der
gisteren voorgevallen onlusten vast te
stellen. De politie vervoert zelf de lijken
en gewonden. De overheid vertrouwt
de infanterie nmt; deze blijft binnen
de kazernes. Alleen kozakken en gen
darmerie worden gebruikt.
De „Evening Standard" verneemt uit
OdessaEr loopt een gerucht, dat ech
ter nog niet bevestigd is, dat de Duit-
sche generale staf 100.000 man troepen
naar de Russische grenzen heeft ge
zonden.
Volgens een bericht uit Berlijn heeft
de Engelsche gezant Petersburg ver
laten en is te Kiel aangekomen. Voorbij
Reval stoomend bleek dat deze stad op
drie plaatsen in brand stond.
Uit Duitschland zijn twee groote
torpedobooten naar Rusland gezonden,
om, naar men verzekert, den marine
attaché, kapitein ter zee Hintze, naar
Petersburg terug te brengen, daar hij
wegens de spoorwegstaking op geen
andere manier naar zijn post op het
Duitsche gezantschap kan terugkeeren.
Wellicht zijn deze schepen ook wel
bestemd om zoo noodig het gezant
schapsarchief in veiligheid te brengen
en Duitsche vluchtelingen op te nemen.
Dat desgewenscht ook de Russische
keizerin inet hare kinderen als doch
ter van een Duitseh vorst daarop
een plaats zal vinden, spreekt vanzelf.
Er is in Berlijn echter niets van be
kend of zij werkelijk alléén naar Duitsch
land wil vluchten, met het oog op de
ernstige moeilijkheden waarin haar ge
maal zich bevindt.
Aan de Times wordt uit Petersburg
geseind, dat 3U0 matrozen aan het mui
ten geslagen zijn. De soldaten toonen
zich openlijk gekant tegen het bevel,
om tegen het volk gewapenderwijze op
te treden.
Graaf Witte schijnt een der weinige
personen te zijn, die zijn kalmte weet
te bewaren. Hij moet aan een Engelsch
advocaat, die te St. Petersburg ver
toefde, verklaard hebben, dat zijn arm
land zeer ziek is, maar dat noch de ge
neesheer, noch het geneesmiddel ge
vonden is. „De onderhandelingen over
den vrede te Porthsmouth gevoerd, wa
ren vrij wat gemakkelijker," zeide deze
staatsman, „dan die over den vrede in
Rusland. De toestand is gecompliceerd,
treurig en ernstig."
Het manifest.
Maandagavond laat is een keizerlijk
manifest verschenen van den volgenden
inhoud
„Wij, Nikolaas II, bij Gods genade
O! ik weet wel, dat je vader onverzettelijk
is, maar ik zal nog koppiger dan hij zijn,
en daar het noodig is, dat hij ja zegt, zal
ik hem er toe dwingen.
Maar hoe?
Hoe? dat is het moeilijke. Maar om
't even, ik zal er wel iets op vinden
Op dat oogenblik hoorden wij een haas
tigen tred. Werktuigelijk verwijderden Wij
ons van elkaar. Ik begon weer te poetsen
en Rosa, om zich een houding te geven,
ging met een punt van haar boezelaar een
beeldje afstoffen, dat in een étui van rood
fluweel rustte. Mijn oom kwam binnen,
verwonderd ons samen te zienhi£ stond
stil en keek ons (dat voelde ik) om de beurt
scherp aan. Wij, zonder de oogen op te
slaan, gingen met onzen arbeid voort.
Neem dit eens,, zeide Cornubert, ter
wijl hij mij een groot pak zien liet, "dat hij
onder den arm hield. Een prachtige koop.
Je zult zien
De inkoopen van mijn oom boezemden
mij op dat oogenblik niet het minste 'be
lang intoch opende ik het pak en zag
een helm! Geen gewone helm^ maar een
prachtige stormhoed, met een vreemdge-
vormd halsst.uk en vizier. Het vizier was
opgelicht; ik gaf den helm aan mijn oom
terug.
Ik kan het vizier onmogelijk sluiten,
zei hij, de veer werkt, niet meer. Noch
tans is het een mooie stormhoed, die, goed
gepoetst, een mooi figuur zal maken. Dat
zal je werk voor morgen zijn.
Ja, oom, mompelde ik, zonder de oogen
op te durven slaan. {Slot volgt)
Naar het Italiaansch.
(Slot volgt).