Hel Land van llensili'ii en Allena, de Langslraal en de iiomiueierwaard.
Juffer Belinda's niinneMeven.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 2484. Woensdag 13 December.
KAAS.
FEUILLETON.
UN0 VAN
ALTtNi-
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00,
franco per post zonder prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
1905.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 7Vg ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
Een vrij alledaagsch artikel zal voor
ditmaal het onderwerp onzer beschou
wing uitmaken. Het gewoon gebruik
van kaas op het brood, door sommigen
ook na bet middageten bij wijze van
dessert met een beschuitje genuttigt,
heeft dit artikel tot zoo'n regelmatige
verschijning in onze huishouding ge
maakt, dat er al niet veel meer aan
dacht aan wordt geschonken dan tot
de vraag of de smaak al dan niet goed
is. Meer denkt men er niet over na,
welk lot door zoo tal van zaken in het
leven wordt gedeeld, wanneer zij op
genomen worden in den gewonen sleur
gang van het leven en daardoor geen
bijzondere belangstelling meer wekken.
Maar juist het feit, dat kaas tot de
bijna dagelijks gebruikte voedingsmid
delen behoort, bewijst reeds, dat het
als zoodanig een bijzondere beteekenis
heeft.
Instinctmatig, zoowel proefondervin
delijk, weet de mensch, welke levens
middelen het geschikst voor hem zyn,
d. w. z. nuttig voor het onderhoud van
zijn lichaam, dus wat hun voedings
waarde betreft, en voordeelig voor zijn
beurs, om voor weinig geld een be
hoorlijk quantum goede waar te krijgen.
Over de bereiding van kaas, welke
zoowel op de boerderijen als op de
fabrieken plaats vindt, zullen wij niet
spreken, daar zulks wel voldoende be
kend zal zyn, doch de beteekenis van
de kaas als voedingsmiddel willen wij
nader beschouwen.
Een van de voornaamste stoffen, die
wij bij de voeding tot ons nemen voor
de instandhouding van ons lichaam is
eiwit. Deze stof komt voornamelijk voor
in de dierlijke voedingsmiddelen. Deze
zijn over het algemeen niet goedkoop
men weet het maar al te goed, dat
vleesch en spek duur zijn. De keus
moet dus wel vallen op andere dier-
lyke levensmiddelen en dan zijn de
melk en haar producten daarvoor in de
eerste plaats aangewezen.
Het deugdelijke melkproductde
kaas, is dan ook een voedingsmiddel
bij uitnemendheid.
Door de matige prijs is de kaas onder
het bereik van veel beurzen, waar uit
geen duur vleesch of spek kan worden
bekostigdde voedingswaarde van kaas
vergelijkende met die van een vleesch-
soort, b.v. de cervelaatworst, dan ziet
men dat kaas, wat de voedingswaarde
betreft, 2 3 maal zoo goedkoop uit
komt als de worst.
De bekende geleerde op het gebied van
2.)
de door den mensch gebruikte voedings-
en genotmiddelen, professor König,komt
ook tot de conclusie, dat in afgeroomde
melk en in magere kaas de voedings
stoffen 23 maal goedkooper zijn dan
in de vleeschsoorten. Zelfs in magere
melk, magere kaas en karnemelk komen
de voedingsstoffen, die van het brood,
nabij gelijk.
Afgaande ©p de uitspraak van Prof.
Köoig voedt de volksklasse zich dus
met kaas goedkoop en degelijk, terwijl
zulks nog nader bevestigd wordt door
Rost. Haardrop, waar hij beweert, dat
vleesch voor de arbeidende klasse te
duur is, brood alleen als voedsel niet
voldoende is, omdat het geen kracht
geeft. Geen goedkooper en beter middel
om het vleesch te vervangen dan de
kaas.
Behalve de groote voedingswaarde
bezit kaas nog de niet genoeg te waar-
deeren eigenschap, dat zij bevorderlijk
is voor de spijsvertering, hetgeen door
den bekenden professor Rubner met
proeven is aangetoond. Onbewust als
het ware, zien wij dan ook met dat
doel de kaas gebruiken bij het dessert,
waar zij toch overigens, als zijnde een
artikel speciaal aangewezen voor het
ontbijt en de koffietafel, feitelijk niet
thuis behoort.
Tot nu toe spraken wij slechts over
de kaas in het algemeen. Er bestaan
echter tal van soorten, niet alleen in
verschillende landen, maar ook in de
verschillende streken van hetzelfde land.
Bij die schakeering van soorten valt
nu behalve op verschil in smaak en
aroma, ook te letten op het verschil in
voedingswaarde, in verband met de
prijzen.
Dr. M. J. de Wilde geeft hiervoor
een volgende berekening.
Als de winkelprijs van 1 K.G. Em-
menthalerkaas f 1.50 is, van Goudsche
kaas f 0.90 en van Friesche nagelkaas
f 0.70, dan kost, in verband met het
gehalte aan eiwitstoffenin Emmen-
thalerkaas 32.42 pCt., in Goudsche kaas
27.24 pCt. en in Friesche nagelkaas
34.99 pCt., elk gram door het lichaam
opgenomen eiwit voor Emmenthaler-
kaas 0.4935 cent; voor Goudsche kaas
0.413 cent en voor de Friesche nagel
kaas 0.2859 cent.
Hieruit ziet men, dat men bij het
koopen van Friesche nagelkaas, niet al
leen het minste betaalt per K.G., doch
dat de hoeveelheid voedende stoffen,
die in het lichaam worden opgenomen
bij het gebruik van die kaassoort, ons
het minst kosten.
Genoemde geneesheer zegt dan ook,
als voedingsmiddel voor de lagere volks
klassen, in inrichtingen enz., die met
betrekkelijk beperkte middelen moeten
voldoen aan de eischen van een quanti-
tatief, doch voornamelijk ook qualitatief
goede voeding, moet kaas, voor zoover
bet betreft de toediening van de noo-
dige hoeveelheid eiwit, een eerste plaats
innemen.
Wenschelyk zou het zijn, hiervoor te
nemen vette kaas, omdat de nuttige
werking van deze procentisch zooveel
grooter is.
Let men echter op de geldelijke zijde
dan verdient de magere kaas de voor
keur. Verder heeft kaas nog de goede
eigenschappen van gemakkelijk te ver
voeren en niet spoedig aan bederf on
derhevig te zijn.
Indien kaas vrij wordt gehouden van
vocht en schimmel, dan kan zij zeer
lang bewaard worden, zonder bederf
alleen heeft een zekere indroging plaats.
Soms vertoont echter de kaas het.zeer
eigenaardige verschijnsel van blauw te
worden. Hiervoor kan men twee oor
zaken opgeven de verontreiniging der
melk met zeer geringe hoeveelheden
ijzerroest, en ook wel het inwerken van
sommige bacteriën.
Is het laatste het geval, dan ziet
men slechts hier en daar in de kaas
blauwe plekkentegen die bacteriën
heeft men nog geen middel gevonden.
De verontreiniging met ijzerroest
wordt in vele gevallen veroorzaakt door
roest van melkkannen. In de fabrieken
kan het raestig zijn der koppen van
de kleine bouten in het inwendige der
centrifugeermachine aanleiding geven
tot het blauw worden van de kaas.
Daarom bij de zuivelindustrie: rein
heid voor alles.
iSiiilciiiaiui.
De toestand in Ituslaml.
Het telegraafagentschap berichtDon
derdag hebben de matrozen der 14e
equipage te Petersburg het bevel ont
vangen naar Kroonstad te vertrekken
zij weigerden dien last op te volgen.
De admiraals Bartosjewitsj en Nieder-
miller vermaanden de matrozen naar
Kroonstad te gaan, doch zonder gevolg.
De matrozen zonden daarop een af
vaardiging naar de 18e equipage met
het verzoek zich bij het protest aan
te sluiten. De officieren vermaanden
hen tot trouwe nakoming van hun
plicht. De 18e equipage barricadeerde
daarop gedurende drie morgens de ka
zernes om de 14e equipage te beletten
binnen te dringen. De straten liggende
om de kazernes dier equipages werden
door troepen omsingeld.
Vervolgens zijn de matrozen in booten
naar Kroonstad gezonden, alwaar zij
dienst in het fort zullen doen.
Er heerscht te Warschau ernstige be
zorgdheid, dat het tot een nieuwe alge-
meene staking van het spoorwegperso
neel zal komen. De beweegredenen zijn
drieërleiIn de eerste plaats willen zij
de staking van de post- en telegraaf
ambtenaren steunen; ten tweede afschaf
fing bij de grondwet van de doodstraf
doorzetten en ten laatste dwingen tot
opheffing van den staat van beleg in
Lijfland, 's Middags trokken drie mili
taire muziekkorpsen door de stad die
vrijheidsliederen speelden en welke een
groote volksmenigte met roode vlaggen
volgde, 's Avonds sloeg het vierde ba
taljon van het Keksholmsche regiment
der lijfwacht „Keizer van Oostenrijk"
aan 't muiten. Het is in de kazerne
opgesloten.
Een beschikking van minister Doer-
nowo, gedagteekend 9 dezer, verklaart
kategorisch, dat een verbond van post
en telegraafpersoneel onder geen om
standigheden zal worden geduld. De
ambtenaren, die de staking voortzetten,
zullen onvoorwaardelijk van den dienst
worden uitgesloten. Zij, die onlusten
aanstoken of oorzaak zijn van bescha
diging der leidingen of van dure toe
stellen zullen ook nog gerechtelijk wor
den vervolgd.
Zulke handelingen beteekenen open
bare ophitsing en muiterij.
Midden November zijn ter onder
steuning van post- en telegraafambte
naren o00,000 roebel beschikbaar ge
steld. Bij de verdeeling daarvan zullen
van de weder in dienst getreden ambte
naren slechts die in aanmerking komen,
welke zich vroeger door dienstijver heb
ben onderscheiden.
Langs particulieren weg uit Riga te
Petersburg ontvangen berichten melden,
dat Vrijdagavond een vergadering van
spoorwegpersoneel met wapengeweld is
ontbonden. Hierbij werden ook machine
geweren gebruikt. Het aantal gedooden
moet aanzienlijk zijn. In de straten zijn
mitrailleurs opgesteld. Het spoorweg
verkeer tusschen Riga en St. Peters
burg staat stil.
De Times verneemt uit Petersburg:
Naar verluidt, zal Ignatiëf Witte op
volgen en hebben de reactionairen Witte
al verdrongen. De inhechtenisneming
van werkmansleiders en de uitvaardi
ging van een reactionaire perswet zou
den dat bewijzen. Die wet bestendigt
in hoofdzaak de vroegere willekeur. De
redacteurs zijn radeloos. Verscheiden
kondigen hun voornemen aan om de
uitgifte van hun blad te staken.
De Times verneemt uit Odessa: Het
particulier verkeer op den spoorweg
AsjabadTasjkent is gestaakt, hetzij
wegens een werkstaking of omdat de
regeering de lijn voor het vervoer van
troepen uit midden-Azië noodig heeft.
De Daily Telegraph verneemt uit
Tokio: Het Russische leger in Mant-
sjoerije is aan 't muiten geslagen en
heeft Charbin geplunderd. Het maakte
gemeene zaak met de Choenchoezen,
verbrandde het spoorwegstation en de
graan- en meelmagazijnen. Verschei
dene onschuldige lieden zijn vermoord.
Er hebben woeste, wanhopige gevech
ten plaats tusschen de trouw gebleven
soldaten en de muiters.
Later seinde de correspondent van
dat blad nadere bijzonderheden over
deze muiterij. Na beschreven te hebben
hoe dagelijks duizenden deserteurs te
Charbin aankwamen en hoe daar de
levensmiddelen opraakten, zegt de cor
respondent, dat een trein daar Wladi-
woslok werd gezonden, bemand met
vrijwilligers. Men maakte gebruik van
het oproer in de stad, om in de staats-
magazijnen een ontzaglijke hoeveelheid
levensmiddelen buit te maken. De mui
ters veroverden ook eenige revolverka
nonnen, geweren, bajonetten en duizen
den patronen. Met dien buit keerden
zij met den trein naar Carbin terug.
Aan het station stond een joelende bende
soldaten, die juichten toen zij zagen,
wat hun kameraden medebrachten.
Nu begon een groote zwelgpartij. De
kisten met wijn en sterken drank wer
den stukgeslagen, de flesschen leegge
dronken en weldra waren duizenden
soldaten stomdronken.
Toen volgde een plundering en ver
woesting zonder genade. Herhaalde ma
len trachtte men de stad in brand te
steken, maar dat gelukte niet best. Er
werden nu mitrailleurs in gunstige
stellingen geplaatst en een vreeselijk
vuur werd op winkels, kazernes en hui
zen gericht. De hospitalen werden zelfs
niet gespaard. De muiters drongen met
geweld binnen, deden zich te goed aan
de ziekenspijs, knevelden dokters en
verpleegsters en brachten ze naar bui
ten naar de sneeuwvelden. Daarna ver-
eenigden zij zich met een bende be
reden Choenchoezen, vielen het station
aan en verbrandden alle huizen in de
buurt. Vele Russische en Chineesche
inwoners werden door de verdwaasde
bende om hals gebracht.
Eenige officieren die met haar heul
den, openden 's nachts de deuren van
de graan- en meelschuren en ook de
molens. Daar werd toen ook de brand
in gestoken. Een aantal weerlooze men-
schen werden afgemaakt.
Ten slotte kwam generaal Madarilof
aan het hoofd van een afdeeling ruiterij
de stad binnen en nu volgde een bloe
dige, vreeselijke strijd. De soldaten voch
ten man tegen man, zonder vriend of
vijand te kennen.
In het district Wenden (Lijfland)
verscheen deze dagen een bende boeren
op het kasteel Seszwegen en ontwapende
de zestien soldaten, die met de bewa-
„mijne zuster Philippa keurt mijne brief
wisseling met kapitein Leslie wel niet af,
maar ik gevoel nooit, dat zij op dit punt
met mij sympathiseert."
„Miss Philippa heeft zooveel dingen, waar
aan zij te denken en voor te zorgen heeft,"
voerde ik aan ter vergoelijking van hare
in 't oog springende onverschilligheid voor
het gewichtig onderwerp van ons gesprek.
„Zeker, zeker, Philippa heeft hetgeheele
bestier over deze groote bezitting. Maar bui
tendien is zij toch niet heel vatbaar voor
teeder gevoel, 't Is maar gelukkig, dat mijn
arme George niet op Philippa verliefd is
geworden in plaats van op mij, want ik
vrees, dat hare strenge mamieren zijn ge
voelig hart gebroken zouden hebben. Een
zoo teer gestel als het zijne moet niet ruw
behandeld worden, Linda."
Dat stemde ik toe; maar ik dacht er bij,
wat ik niet zeide, dat, als Miss Philippa's
gezond verstand te kras voor een ziekelij-
ken minnaar geweest zou zijn, de sentimen
taliteit van Miss Belinda een gezonden,
krachtigen minnaar misschien wel verveeld
zou hebben.
„En," ging Miss Belinda voort, „Philippa
is altijd zoo goed mij van de boeken te
voorzien, die de lieve George gelezen en
aanbevolen heeft. Zij kan er op vertrou
wen, zie je, dat hij mij nooit een boek zal
aanraden, dat eene ongetrouwde vrouw maar
liever niet lezen moet."
En dat kon zij zeker. De hedendaagsche
roman was gal en alsem voor den bewon-
derenswaardigen George, te oordeel en naar
de verwenschingen die hij er over slingerde.
Kimwm»
Uit het Engelsch.
Ik zal je zijn brief eens laten zien, lieve
Linda, het was zoo'n mooie brief!"
Daarop sloot Miss Belinda een sierlijk
kabinetje open, dat altijd dicht bij hare
sofa stond, en nam er een pak oude brieven
uit. Zij zocht er een uit, dien zij mij over
handigde. De brief was met een ouderwet-
sche hand en in verouderde spelling ge
schreven, op papier, dat van ouderdom
geel geworden was; en er was een toon
van ridderlijke^ hoffelijkheid in, die in he-
dendaagsche minnebrieven onbekend is. Hij
luidde als volgt:
„Waarde en hooggeschatte Mejufvrouw!
Ik kan UEd. niet beschrijven, met welk
eene droefheid ik van de zware slagen
vernomen heb, die u en uwe familie on
langs getroffen hebben. Wijlen uw geëerde
vader was een hooggeacht en achtens
waardig vriend, zooals ik onmogelijk ooit
eenen tweeden zal kunnen vinden en
wiens verlies ik nimmer zal ophouden
te betreuren; maar het bericht van uwe
geknakte gezondheid hetwelk mij door
uwe zuster toegezonden werd is eene
droefheid, die mij op eene nog teederder
plaats wondt. Behoef ik UEd. te zeggen,
dat het mijn trotsch voornemen was u
te vragen mij de eer aan te doen van
mijne geliefde vrouw te worden Behoef
ik UEd. verder te zeggen, dat geen ziekte
van uwen kant mij verhinderd zou hebben
dit voornemen ten uitvoer te brengen?
Ja, het zou het grootste geluk en eene
eer voor mij geweest zijn over uwe ge
zondheid te waken en u in uwen zorg
vereischenden toestand hulp te bieden.
Maar, helaas! mijn laatste zware ziek
te heeft al deze hoop den bodem inge
slagen; mijn gestel is zóó volslagen on
dermijnd, dat ik voortaan een lijdend
leven zal moeten leiden, niet in staat
mijne legerstede te verlaten. Maar alhoe
wel het geluk van malkander te ont
moeten ons ontzegd is, laat ons niet on
verschillig zijn, geliefde Miss Belinda, voor
de vreugde, welke nog in ons bereik is.
Laat ons malkander voortdurend schrij
ven en aldus de uren van gedwongen
scheiding verlichten.
„Ik weet, dat uw beeld alleen voor
immer als een heiligdom in mijn hart
bewaard zal blijven, en ik verneem mij
niet te vergissen ot al te verwaten te zijn,
indien ik vooronderstel, dat mijne vurige
genegenheid voor UEd. niet onbeant
woord is. Bijaldien dit geval is, waarde
Mejufvrouw, vergun mij dan mij voor
nu en altijd te teekenen
van UEd. de getrouwe minnaar en
gehoorzame dienaar,
„George Leslie."
„Wat een mooie brief!" riep ik uit. „Ik
zou wel willen, dat mij zulke brieven ge
schreven werden."
„Ja. niet waar, vind je dat geen sierlij
ken stijl riep Miss Belinda met een ver
rukt gezicht. „Zulke fijnbeschaafdegedach.
ten en zoo'n uitgelezen taalHoe bemin
nelijk, lieve Linda, moet het hart van een
man zijn, die zoo'n brief kan schrijven!
En hoe gezegend boven alle vrouwen is
zij, die weet, dat dit hart haar geheel toe
behoort F'
„Wel is zij gelukkig! Als ik kon gevoe
len, dat een man mij zoo liefhad, zou ik
niets anders op de wereld verlangen," zeide
ik in mijne jeugdige opgewondenheid.
„Dat is juist wat ik gevoel, Linda. Ik
had niet kunnen voortleven, als ik gevoeld
had, dat de ramp, die mij getroffen heeft,
mij eensklaps van alles, waarop een vrouw
aanspraak mag maken, had uitgesloten.
Een leven zonder liefde zou voor mij on
dragelijk zijn ik ben zoo'n zwak schepsel,
ik heb zoo'n behoefte aan gehechtheid.
Maar te weten, dat George Leslie mij lief
heeft is voor mij een troost in mijn lot
geweest, die mijn hart frisch heeft gehou
den. Als er zulk een kostelijke balsem aan
mijn voeten wordt gegoten, ben ik een
vrouw, die veeleer te benijden dan te be
klagen is."
„Gij hebt gelijk," beaamde ik want zelfs
toen reeds was ik oud genoeg om te weten,
dat, wanneer een vrouw altijd iets wat het
hart streelt, om zoo te zeggen, in petto
heeft, waartoe zij hare toevlucht kan nemen,
zij aan de meeste wisselvalligheden van
het leven met kalmte het hoofd kan bieden
en zich er boven weet te verheffen.
Na dien dag hadden Miss Belinda en ik
menig langdurig gesprek over George Leslie.
Zij las mij de meeste van zijn brieven voor,
zich alleen de meer sentimenteele gedeel
ten voorbehoudende, als het woord senti
menteel op kapitein Leslie's sierlijke uit
drukkingen van eerbied en genegenheid
toegepast kon worden. Al die jaren van
zijne gedwongen bedlegerigheid had zij van
hem gehoord en hem elke maand geschre
ven, en dat bleef zij nog doen.
Na verloop van eenigen tijd merkte ik
op, dat de ouderwetsche minnaar met meer
warmte en vloeiender en op vrijer toon
schreef dan aanvankelijk. Het waren wer
kelijk zeer goed geschreven brieven, hoe
wel zijne eigenaardige uitdrukkingen dik
wijls een oneerbiedigen glimlach op mijn
jeugdig gelaat te voorschijn riepen; maar
voor Miss Belinda waren het belangrijke
geschriften, en de eenige aangename aflei
ding in haar eentonig leven was ze te ont
vangen en te beantwoorden. Hoewel zij
uit Londen kwamen, kon een man, die
zijne kamer moest houden, weinig van de
bedrijvige buitenwereld zien; dus handel
den zij meer over boeken dan over men-
schen, ofschoon zij nu en dan welgeslaagde
beschrijvingen gaven van de vrienden, die
hem kwamen bezoeken beschrijvingen,
waaruit bleek, dat de schrijver een fijn ge
voel van humor had. Soms kwam er iets
van politiek in.
Het leed geen twijfel, of kapitein Leslie
was schrikkelijk bekrompenmaar hoe kon
vroeg ik mij zelve af iemand, die in
langer dan twintig jaar zijne kamer niet
verlaten had, ook anders dan bekrompen
zijn? En de goede Miss Belinda nam al
zijne zienswijzen in den geest van zacht
moedigheid aan en maakte ze tot de hare.
,,'t Is zoo genoeglijk voor mij, jou te heb
ben om mee te praten, kindlief," zeide zij,
(Slot volgt.)