De toestand in Rusland. De keizer heeft op Tsarskoje Selo een afvaardiging van mannen van de Russische liga en ook vertegenwoor digers van andere Russische verbonden, die allegaar tegenstanders van Witte en voorstanders van de vroegere alleen heerschappij zijn, ontvangen. Zij boden adressen van hulde in dien geest aan. De Keizer gaf hun in zijn antwoord weinig troost. Hij verklaarde integen deel dat het manifest van 30 October onherroepelijk en onveranderlijk was. De Petersburgsche correspondent van het Berl. Tageblatt schrijft: Ofschoon Witte Woensdag nog bij den Tsaar heeft gemiddagmaald, schijnt de Keizer reeds naar eene nieuwe kracht uit te zien. Men gelooft dat die man zal zijn Goetsjkof, de bekende Moskousche zemstwo-man en broer van den nieuwen militairen gouverneur van Moskou. Goetsjkof, is buiten medeweten van Witte op Tsarskoje Selo geweest, waar hij door toedoen van zijn vriend den hofschilder Sjoekofski bij den Tsaar in gehoor ontvangen werd. De Tsaar heeft bijna twee uur lang met hem ge- gesproken. De uitslag van het onder houd is natuurlijk diep geheim, maar het verluidt, dat de vraag van het pre mierschap en van de vorming van een nieuw kabinet tusschen beiden bespro ken zijn. Mocht de Tsaar zijn plan uit voeren, door Witte te laten vallen en Goetsjkof te ontbieden, dan zou dit een Vermetele stap zijn, waarvan de gevolgen niet dadelijk te overzien zijn. Waarschijnlijk zou het openlijke ver zet van de samenleving en van de zemst- wo's dadelijk gebroken zijn en het ver trouwen in de regeering terugkeeren. Goetsjkof is een krachtig en bekwaam man en een goed kenner van den bin- nenlandschen toestand. Hij zal de be loofde vrijheden zonder bureaucratische arglistigheden en achterdeurtjes door zetten, maar hij zou er ook niet voor terugdeinzen de revolutionaire kringen flink aan te pakken. De toestand is te ingewikkeld om te voorspellen hoe de proefneming zou uitvallen, maar daarin ligt misschien de eenige uitweg die den Tsaar nog overgebleven is als hij het land wil redden. Uit zuidelijk Lijfland komt bericht, dat daar volslagen oproer heerscht- Op de bestuurders der landgoederen wordt door hun ondergeschikten geschoten de hofsteden liggen in puinhet land goed Jurgensburg wordt door ongeveer 200 opstandelingen belegerd. Het kas teel Lemburg is in brand gestoken, nadat het eerst met petroleum was be goten. Te Allasch zijn een woonhuis en een branderij in de asch gelegd. Van Mitau tot Segewold zijn landgoe deren in brand gestoken. Van 120 uit gerukte dragonders vermist men er 34. De overigen vertellen eveneens, dat zij over een afstand van 126 K.M. overal brandende landhuizen hebben gezien. Het gemeentebestuur van Riga heeft, met medeweten van de ridderschap, onderhandelingen aangeknoopt met de opstandelingen. De laatsten verlangen van de ridderschap, tegen overgave van 17 gijzelaars, o. w. ook vier Dui.sche onderdanen zijn, dat de Lettische re publiek erkend en een volledige los scheuring van Rusland toegelaten zal worden. Alle pachtsommen en termij nen van aflossing van de koopsom voor landerijen moeten kwijtgescholden en de staat van beleg opgeheven worden. Het Nowoje Wremja verneemt uit goede bron dat het aantal in opstand gekomen Letten in Lijfland 60,000 be draagt. Er moet besloten zijn, alle troe pen uit het militaire district van Peters burg, behalve de garde, erheen te zen den. In het gouvernement Kowno moet de toestand van dien aard zijn, dat de gouverneur den minister van binnen- landsche zaken om ontslag heeft ver zocht, aangezien de aanwezigheid van den gouverneur en de burgerlijke amb tenaren daar tegenwoordig overbodig is: alleen een militair bestuur is noo- dig. De minister heeft geantwoord dat de gouverneurs op hun post moeten blijven. Particuliere brieven maken melding van de afschuwelijke slachting, die de Lettische opstandelingen hebben aan gericht onder de Duitsche bezitters van goederen en Russische soldaten, die op hunne rooftochten hun in handen zijn gevallen. Een duizend man sterke bende boe ren, gewapend met geweren, zeisen en knotsen, overstroomt het platteland en maakt zich meester van de kleine be woonde plaatsen, alle kasteelen en pas torieën plunderend en afbrandend. Ach ter de benden boeren volgen lange wa genreeksen met het geroofde goed. Daar onder zijn kostbare kunstschatten uit eeuwenoude landgoederen van edelen. Onder andqren zijn de groote bezittin gen van von Richter, den bekenden generaal, persoonlijken vertrouweling en adjudantgeneraal van drie Tsaren, geheel leeggeroofd en verwoest. Volgens bericht, uit Petersburg is de staat van beleg afgekondigd in het gou vernement Soewalki over de districten Wladislawof, Mariapol, Wolkowyschi en Kolwari. Een voor Lijfland bestemde militaire trein heeft men in de lucht laten sprin gen, waarbij 200 kozakken het leven verloren. Het gebouw van de „Enconomische maatschappij", te Petersburg, waarin een conferentie van den raad der arbeiders- vertegenwoordigers plaats vond, is door troepen en kozakken omsingeld gewor den. De leden van den raad zijn ge vangen genomen. De gevangenneming heeft op de ar beiders diepen indruk gemaakt. Zondag vonden verscheidene beraadslagingen plaats, in hoofdzaak door de arbeiders bewoonde wijken. Men heeft in die vergadering een nieuw uitvoerend arbeiders-comité ge kozen en het vraagstuk eener algemeene werkstaking aan de orde gesteld. Ook te Moskou is, zooals van daar uit gemeld wordt, aan de kwestie eener algemeeene werkstaking aandacht ge schonken. In het algemeen gelooft men niet, dat onder de gegeven omstandigheden de algemeene werkstaking zal gelukken. De correspondent van de Daily Mail te Petersburg seint dat 80 J0 man voet volk en artillerie met twintig stukken geschut de Peter-en-Paulsvesting om singeld houden, om de gevreesde be vrijding van de daar opgesloten 300 gevangenen, o. w. de arbeidersafgevaar digden, te verijdelén. Bij dagorder is in het militaire dis trict te Petersburg bekend gemaakt, dat een keizerlijke oekas van heden een betere verpleging en verhooging van soldij der manschappen van alle wapens gelast. De troepen zullen voorts warme dekens, beddelakens en zeep krijgen. Zondagmiddag kwam aan het goede renstation Moabit te Berlijn het eerste transport der uit Russische krijgsge vangenschap ontslagen en naar hun land terugkeerende Japanners aan. Het waren 11 gewonde en zieke officieren en 163 dito manschappen, benevens 52 hospitaalsoldaten. Daarna kwamen nog 2 treinen met 24 officieren en 750 min deren binnen. flieuws. HEUSDEN, 20 December. De directeur-generaal der posterijen en telegrafie maakt bekend, dat, met ingang van 1 Januari de rijkstelefoonkantoren te Heusden en te Vechel, alsmede de eventueel aan deze kantoren rechtstreeks aan te slui ten perceelen en openbare spreekcellen wor- opgenomen in het telefoonverkeer met de Belgische telefoonnetten, welke tot de tele foongemeenschap met Monnikendam zijn toegelaten. De prijs van een enkelvoudig gesprek zal f 1.45 bedragen. Overigens gelden de regelen en voorwaarden, welke voor het algemeen Nederlandsch-Belgisch telefoon verkeer vastgesteld en in den Rijksgids voor den telefoondienst vermeld zijn. De directeur-generaal der posterijen en telegrafie maakt bekend, dat, met ingang van 1 Januari 1906 de rykstelefoon kantoren Heusden en Vechel eenerzijds en de Duit sche telefoonnetten welke tot de telefoon gemeenschap met Helmond zijn toegelaten anderzijds, alsmede de eventueel aan deze kantoren rechtstreeks aan te sluiten percee len en openbare spreekcellen, worden op genomen in het Nederlandsch-Duitsche te lefoonverkeer. Zondagmorgen maakte Ds. Wielandt in de Herv. Kerk bekend, dat voor de Diaconie alhier, eene som van honderd gulden was ontvangen, om tot een extra uitdeeling met de a.s. Kerstdagen te dienen. Tevens f 25 voor de Zondagsschool en f25 voor de Be waarschooleveneens om te die nen bij de ontvangst van de kinderen op genoemde dagen. Ons werd een konijn getoond toebe- hoorende aan Jac. Kuypers alhier, dat de respectabele zwaarte had van 19 pond. We hadden nooit zoo'n groot inlandsch soort gezien. WERKENDAM. Op verzoek der Jon- gelin gsvereeniging „Timotheus", hoopt he denavond in de Nutszaal op te treden de WetEerw. Heer Ds. Lummel, van Delft. WOUDRICHEM. Door het college van Notabelen der Ned. Herv. Gem. is in plaats van wijlen den heer H. Hello, tot Kerk voogd gekozen: de heer H. Ottovanger, die deze benoeming heeft aangenomen. NIEUW ENDIJK. De heer H. Arkema, onderwijzer aan de bijzondere school alhier, is benoemd tot hoofd der school te Nieu- werkerk in Zeeland, die in April a.s. ge opend wordt- Door de politie is voor eenige dagen bij enkele ingezetenen huiszoeking gedaan naar een gestolen bascule. Dinsdagmorgen werd het weegwe.rlctuig, aan den weg staande, teruggevonden-- HEDEL. In de sluis bij Delftshaven heeft een aanvaring plaats gehad tusschen den stoomtrawler „Koningin Wilhelmina" en het met steenen geladen paviljoenschip „Dageraad", schipper J. van den Heuvel te Hedel, waarbij laatstgenoemd schip is gezonken. De opvarenden werden gered. De trawler kreeg geen schade. VEEN. Het fanfarecorps „Wilhelmina" alhier is voornemen om onder leiding van haren Directeur T. Jonker hare winteruit- voering te geven op 28 Dec. a.s. Uit ons Parlement. VHI. Bij de bespreking der onderafdeelingen van de begrooting van Justitie wees de heer Limburg nog eens op den langzamen gang onzer procedures, waarbij hij ten be wijze verschillende medeaeelingen deed uit de praktijk bij de Rechtbank. Hij meende dat vermeerdering van het personeel daarom noodzakelijk was, wat de heer Lohman en de Minister nog niet zoo grif met hem eens waren. Verder werden de loonen van de klerken ter griffie, de tuchtscholen en meer der gelijks ter sprake gebracht en leed de Mi nister nog een klein échec, toen een door den heer Van Veen voorgesteld en door hem bestreden amendement betreffende een postje van f 1800 voor meerdere schrijfloo- nen werd aangenomen. De begrooting van binnenlandsche zaken die hierna aan de orde kwam, lokte zeer uitvoerige gedachten wisselingen uit, waar aan vooral ook de Woningwet schuld had. De heer De Klerk zette in met een betere regeling te vragen betreffende pandjeshui zen en lotsverbetering van de gemeente veldwachters, welke vragen door een paar andere sprekers werden overgenomen. De heer Treub sprak over de voorgenomen wijziging der Gemeèntewet, welk onderwerp evenzoo door andere afgevaardigden werd overgenomen, in 't bij zender over het be heer van gemeentebedrijven, over scheids gerechten voor werklieden, enz. De Armen wet en de Drankwet werden het eerst door den heer Van Asch van Wijck ter sprake gebracht, maar omtrent die laatste scheen tusschen hem en den heer Bolsius, even eens tot de rechterzijde behoorende, geen eenstemmigheid te bestaan. Deze laatste afgevaardigde toch verheugde zich in de aangekondigde wijziging, vooral ook van den desbetreffenden bestuursmaatregel, die onverdragelijke ongelegenheden zou bezor gen, vooral aan de plattelandsbevolking. De heer Troelstra klaagde over een ande ren last en wel dien, die van de zijde der burgemeesters werd ondervonden, nadat de heer Schaper dit onderwerp had op het tapijt gebracht. De burgemeesters n.l. be perken het recht van vereeniging en ver gadering, door het noodeloos verbieden van optochten, het verbieden van vergaderin gen enz. en zij gaan bovendien daarbij zeer partijdig te werk. Het waren de burgemees ters van den Haag, Haarlem en Etten en Leur, die als voorbeelden van deze bewering, voor het oog der Kamer moesten passee- ren. En toen de minister hiertegen inbracht, dat de uitvoering en toepassing van de be trekkelijke gemeenteverordeningen aan de burgemeesters moest worden overgelaten en hij hierin niet mag ingrijpen, onderwierp de heer Troelstra deze verordeningen aan een kritiek, omdat ze te kort zouden doen aan het recht van vereeniging en vergade ring, daar men onder het mom van bevei liging tegen brandgevaar het karakter der vergadering beoordeelt en er zoo, in strijd met de Grondwet, een toezicht komt op de vergaderingen. De Minister erkende het be lang dezer beschouwingen en beloofde ze te zullen overwegen, maar hij verdedigde de burgemeesters, behalve dien van Horsen, in de opgenoemde gevallen. De bespreking der Woningwet, die bij de afdeeling Volksgezondheid en Volkshuis vesting een beurt kreeg, werd ingeleid door den heer De Klerk en achtereenvolgens namen er nu hoofdzakelijk de heeren Goe man Borgesius, Treub, Pierson, Van der Zwaag en de Minister aan deel. Uit het debat bleek voldoende, dat deze wet in hare werking niet aan de gestelde verwach tingen beantwoordde en dit werd geweten in de eerste plaats aan de weinige voort varendheid der gemeentebesturen om wo ningen onbewoonbaar te verklaren en ver volgens aan de verkeerde bepalingen in de wet zelve en in het desbetreffend ko ninklijk besluit. De bepaling die voorna- lijk onder handen genomen werd was die betreffende het toelaten van bouwvereeni- gingen van arbeiderswoningen, die niet mogen verhuren beneden den marktprijs. Het bleek echter dat de heeren hieromtrent 'n verkeerde voorstelling hadden, want naar des Ministers meening was er geen sprake van het toelaten dezer bouwveree- nigingen, maar van de subsidiëering, die in het bedoelde geval niet kan geschieden terwille van de huiseigenaren. De gemeente besturen verdedigde de Minister met de bemerking, dat zij bij het onbewoonbaar verklaren moesten rekening houden met de aanwezigheid al of niet van andere wo ningen. Om aan geld te komen, dat bij een ruime uitvoering der wet noodig is, had de heer Van der Zwaag een aardig middel bedachthij wou het maar bij den minister van oorlog gaan halen, want 's lands weer baarheid hangt in menig opzicht af van de wijze, waarop het volk woont en het geld, dat de Amsterdamsche stelling eischte, zou dus ook voor verbetering van arbeiders woningen goed besteed zijn. Of de naderende Marine-begrooting, welke die voor Binnenlandsche Zaken onderbreken kwam, den heer Van der Zwaag op deze lumineuze gedachte bracht, weet ik niet, maar zeker is het, dat hij en zijne socia listische medeleden deze begrooting afstem den, misschien wel met het doel om de mogelijkheid voor een in practijk brengen van des heeren Van der Zwaag's gedachte te openen. Zij waren echter de eenigenj die dat deden, al waren er meerdere afgej vaardigden, die iets op den Minister van Marine en zijn beleid hadden af te dingen. De grootste grief scheen te wezen het gemis aan een vast werkplan, maar de Minister verdedigde dat later met een verwijzing naar de moeilijke positie van een Neder- landschen Minister van Marine tengevolge van onze groote koloniën en kleine finan- ciëele draagkiacht en met de opmerking, dat de Kamer altijd het voordragen van plannen wenschte bij het aanvragen van geld voor een schip en dat, nu hij geen schip aanvraagt, het toch niet goed is, dat hij geen plannen voordraagt. Omtrent het al of niet bestaan van samenwerking tus schen Oorlog en Marine werd ook menige opmerking gemaakt, evenals over den aan bouw van nieuwe schepen en hun vereischte grootte en verder aankoop van de onder- zeesche torpedoboot. Maar de uitvoerigste bespreking lokte de Matrozen bond uit en het recht van veree nigen van militairen. De heer Troelstra hield daarover een lang betoog en verde digde het, maar werd er door den heer Lohman opmerkzaam op gemaakt, dat hij toch zelf hier ingezien had, dat de verhou ding tusschen militairen en den staat niet die was van werkgever tot werknemer. In verband hiermee werden door den heer Hugenholtz nog allerlei grieven van het personeel ter sprake gebracht, ofschoon hij het in dezen Minister goedkeurde, dat hij in tegenstelling met den vorigen den Bond van Matrozen erkende, al bleek hij er dan geen groote vriend van. Na de Marine-begrooting werd weer door gegaan met Binnenlandsche Zaken. Aller eerst kwam hier de Centrale Gezondheids raad ter sprake en een laboratorium dat voor dezen raad werd aangevraagd. De heeren schenen het gevraagde bedrag nogal hoog te vinden en bij amendement werd er dus besloten hiervan een memorie-post te maken, ten einde zoo noodig het plan te kunnen herzien. Er werd daarna nog gesproken over bestrijding van tuberculose en lupus en over enkele aangelegenheden het krankzinnigenwezen rakende. Btimienl»nd. Bij het departement van koloniën is ontvangen het volgende telegram van den gouverneur-generaal van Neder- landsch Indie Nabij Teupin Mane in Peusangan is de dekking van een transport in een hinderlaag gevallen, waarbij zijn ge sneuveld de sergeant-commandant, een korporaal en 10 fuseliers, zwaar gewond 4 en licht gewond 4 fuseliers, allen in landers. Verloren gingen 16 geweren. De vijand liet 6 dooden liggen. Onder het opschrift „Een machtig heer" lezen wij in de Standaard: In de Makassaarsche Ct. van 28 Oc tober wordt het volgende omtrent het Kamerlid van Kol verhaald Verleden week, na de vlucht van den vorst van Goa, werd bij het door zoeken van het koninklijk verblijf ge vonden een portret van onzen Serenissi- mus, groot formaat, waarop de Hoog mogende was afgebeeld, staande in vol ornaat van lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal cum cappa et spa- da, met steek en degen, een figuur om voor te knielen, om tot koning uit te roepen. Je begrijpt je de verbazing der ontdekkers. Daar hing de democraat in de recep tiekamer van een vorstelijk paleis; daar stond de eenvoudpredikende Puritein te poseeren in de kleedij der ij delheid, de anti-militair met de hand aan een wapen, stelselmatig door hem en de zijnen verfoeid, den rok bestikt met 't goud dat aan de gemeenschap was ont roofd Het was geen snapshothet was een heusch portret, waarvoor expresselijk geposeerd was. De schrijver spreekt er zijn verbazing over uit, dat een socialistisch Kamer lid dus in ambtskostuum dat deze heeren in Nederland niet gebruiken zich zoo laat photographeerenen ver haald wordt, dat, toen de vorst van Goa in moeilijkheid kwam met ons gouvernement hij een telegram om hulp zond aan den heer van Kol; welk tele gram niet doorgezonden zou zijn. Een arbeider te Witmarsum, die een patroon uit een achterlaadgeweer zou verwijderen, stootte daartoe met de kolf op den grond. Het schot ging af; hij kreeg de volle lading in de onderkaak en was oogenblikkelijk een lijk. Mr. H. Laman Trip schrijft uit Kansas City, dat er in die stad van 400,000 inwoners de voorsteden meegerekend veel behoeften is aan dienstboden, die er (als zij strijken en koken kunnen) ten minste f 12,50 in de week kunnen verdienen. Een vijftigtal Hollandsche meisjes, al verstaan zij geen woord Engelsch, zouden daar dadelijk plaat sing vinden, zegt hij. Er is in de stad maar een klein klompje Nederlanders, maar die zijn goede vaderlanders ge bleven. Te Brunsum (Limburg) is op eene diepte van 60 meter de eerste steenko- lenlaag aangeboord. Zondagmiddag om 12 uur, terwijl de kapitein H. E. M., van de sleepboot Union I, liggende op de werf Industrie van den heer P. Smit Jr. aan den Var- kenoordschenweg te Rotterdam met zijn kinderen aan het wandelen was, zou zijn zich alleen aan boord bevindende 31-jarige vrouw K. B. in de roef de kachel aanmaken. De vlam sloeg in de kan met petroleum die zij in de hand had. Onmiddellijk deelde de vlam zich aan haar kleeding mede en hoewel zij dadelijk naar het dek liep, waren de brandwonden, vóór men hulp kon ver- leenen, van dien aard, dat haar over brenging naar het Ziekenhuis noodza kelijk was. Daar is zij des avonds aan de brandwonden overleden. Ter kennis van belanghebbenden wordt gebracht, dat de tweede schutsluis in het Merwedekanaal bewesten Utrecht op 20 dezer voor de scheepvaart is open gesteld. Op den Ooster is een Scheveningsche logger gestrand, waarvan de bemanning te Ouddorp is geland. Het vaartuig is geheel wrak. Men meldt uit Amsterdam De politie heeft op een onbewoonde verdieping van een woning in de Recht- boomsloot 67 gouden en zilveren hor loges, eenige dito kettingen en een aan tal gouden ringen opgespoord, aldaar door een familie verborgen, die ver klaarde de voorwerpen ^gevonden te hebben in een woning in de Driehoek straat, waar de gebroeders Wagenaar, thans gedetineerd, woonden, en de po litie zooveel goud- en zilverwerk op spoorde. Kippen, die daar in een ver trek gehouden werden, zouden kalk van de muur gepikt hebben en zoo doende de bergplaats verraden hebben. Zondagmorgen zijn uit de Korte Prinsen gracht 60 gouden horloges en dito ket tingen en ringen door de politie opge- vischt, welke bedoelde familie, die reeds verscheidene horloges beleend had, daar in had geworpen toen zij bemerkte dat de politie haar op het spoor was. De goudsmid Noach uit de Amstelstraat heeft de voorwerpen als zijn eigendom herkend.Eenige personen zijn gearres teerd. De politie bewaart een hardnekkig stilzwijgen over de namen der gearres teerden. De waarde van de terugge vonden voorwerpen wordt op f 2000 ge schat. Omtrent deze ontdekkingen wordt nog het volgende gemeld: De woning in de Driehoekstraat, waar de familie Wagenaar gehuisvest was, werd, nadat zij in de gevangenis was opgesloten, betrokken door het diamantbewerkers gezin H. Dat waren de menschen, die de kip pen hielden, die al pikkende de gehei me bergplaats van het goud en zilver blootlegden. Dit gezin schijnt het niet breed gehad te hebben; de inboedel zag er althans zeer armoedig uit. Een van de kinderen kwam dezer dagen in een bank van leening een kostbaren ring beleenendaarvan kreeg de politie op toevallige wijze kennis en dit feit had de ontdekking van de gouden en zilveren voorwerpen, gesto len bü den heer Noack, in de Amstel- straat, ten gevolge. Zondagnacht werd ten huize van een familie aan den Stationsweg in den Haag een ijzingwekkend drama afge speeld. Tegen den morgen omstreeks vijf uur werd de geheele omgeving gealar meerd door het hulpgeschreeuw van een dienstbode, die uit het dakraam van genoemd perceel, in nachtgewaad, op het dak was gevlucht, en onder veel misbaar en gehuil verklaarde dat de zoon des huizes (die alleen thuis was) door dieven was vermoord. Het duurde niet lang, of ook dienstbode no. 2 kwam het dak opgesneld, inmiddels haar stem geluid ter beschikking stellend, ten einde de hulpkreten meer kracht bij te zetten. Daar intusschen door onthutste buren de politie was gewaarschuwd, versche nen na verloop van een kwartier drie agenten op het tooneel. Na eerst de beide meiden, die heen en weer op het dak snelden, te hebben aangeraden, vooral niet „naar benejen te vallen", waarvoor zelfs één met zijn revolver dreigde, besloot het drietal tegen het balkon op te klimmen. Ver volgens werd onder rinkelend geraas een groote spiegelruit ingetimmerd en langs dien weg de ontdekkingstocht in huis aangevangen. Het eerst was na tuurlijk de koers naar de slaapkamer van den „vermoorde", en wat bleek: Het slachtoffer lag doodrustig te droo- men van de pret, die hij tot laat in den nacht gemaakt had met een troep vrienden Het slot van de geschiedenis is dan, dat de drie agenten weer rustig zijn afgetrokken, het huis met een stuk geslagen ruit prijkt, de meiden zich een zware koude op den hals hebben gehaald en de buren een slapeloozen nacht hebben bezorgd. Naar aanleiding van het feit, dat de predikant der Gereformeerde gemeente, te Schoondijke plotseling zijn gemeente verlaten heeft, schrijft de „Middelb. Ct.„ Er heerscht in Schoondijke algemeene verontwaardiging. Nadat Maandag vorige week de pre- v 7

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1905 | | pagina 2