Hel Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Borameierwaard.
li Beroep op onze Yrottwen en Meisjes,
Ben verhaal uit de Kaapkolonie.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No, 2498. IJ oensdag 31 Januari.
FEUILLETON.
vak
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00,
franco per post zonder prijs verbooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
19Q6.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 7ys ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
De winkelkasten van onze modistes
liggen vol met de schoone, bonte vee-
ren van vermoorde vogels. Aigretten
vooral, die teere, lnchtige dingetjes, die
zoo lief en zoo elegant staan, liggen
opgehoopt voor 't glas. En verder vee-
ren van allerlei soort en kleur, enkele
vleugels of opgezette vogels met glazen
oogen. Zooals de wilden, die nog voor
het abc staan der beschaving, zien
onze dames zich 't liefst met bonte
pluimen getooid.
In een humanitair blaadje, dat in
Amerika verschijnt, hebben we laatst
een onrustbarende statistiek gelezen van
de vreeselijke afmetingen, die de vogel-
moord op groote schaal en als ge
volg daarvan het uitsterven van vele
vogelsoorten, genomen heeft.
De warme Zuidelijke staten, zoowel
het Zuid-Amerikaansche vasteland, zijn
bijna geheel van vogels ontbloot.
Honderdduizenden van al de ver
schillende groote en kleinere vogels
worden ieder seizoen te New-York aan
de markt gebracht.
Hetzelfde geldt voor Londen, voor
Parijs, voor alle andere groote steden
en wel 't meest in de landen, waar de
vrouwen het minst zijn ontwikkeld en
het meest zich ove. geven aan niets
doen of aan beuzelachtig tijdverdrijf.
Niet lang geleden werden er door
een koopman in Amerika niet minder
dan twee millioen vogels in één jaar
verkochtOp één enkelen publieken
Londenschen ver koopdag werden niet
minder dan zes duizend paradijsvogels,
vijf duizend faisanten, drie honderd
zestig dnizend geassorteerde Indische
dierenhuiden en viermaal honderd dui
zend kolibrietjes verhandeld!
Deze getallen geven slechts een flauw
denkbeeld van den verschrikkelijken
invloed, dien een zotte mode op 't ver
nielen van kleine en groote dierenlevens
heeft gehad.
Vele dames verzekeren dikwijls in
vollen ernst, dat deze mooie pluimpjes
door de modistes uit gewone, uitgeval
len vederen worden gemaakt. En, al
ware dit zoo, zou men dan zelfs niet
den schijn van het kwaad moeten ver
mijden Maar het is niet zoo, inte
gendeel, in de meeste gevallen bestaan
de aigrettes, die zij met zooveel voor
keur dragen, uit de fijne losliggende
veertjes, die in zekeren tijd, den broed
tijd van het dier, den rug van den
(2-
In het maanlicht glinsterde er iets, dat
verdacht veel op een traan geleek, in het
oog van den verharden booswicht, toen hij
zijn paard vastbond aan een ring in den
muur van het schuurtje en zich naar de
deur keerde. Geen grendel belette hem den
toegang en de klink oplichtend, stapte hij
de kleine kamer binnen. Met onhandige
vingers, bevend van een ongekende aan
doening, schonk hij den koelen drank in
en hield het glas aan de wankleurige lippen
der kleine lijderes.
Gretig zwolg het kind den drank binnen
en lag toen enkele minuten onbewegelijk,
voordat zij weer begon te woelen en te
kreunen.
Daarna rakelde Rockhurst de gloeiende
sintels bijeen, deed er meer brandstof op
en snoot de kaars met zijn vingers. Toen
keek hij het kleine vertrek rond en een
kist onder de tafel ontdekkend, trok hij
die bij den haard en zette zich tegenover
de slapende vrouw. Het kind ineen deken
wikkelend, lichtte hij het van het rustbed
en nam, met zijn kostbaren last in de armen,
plaats op de kist. Haar zachtjes heen en
weer wiegelend, werd het kreunen zachter
en hield eindelijk geheel op, toen het kind,
zonder de oogen te openen, het gezichtje
naar hem toekeerde en zich dichter nes
telde aan zijn ruwe borst.
De crisis was voorbij en, dank zij Rock-
hursts tijdige hulp, een rustige, heilzame
sluimering was over het kind gekomen.
aigrette-reiger versieren en bevallig af
hangen tot op zijn staart. De minder
fijne veeren met kortere en stijvere
piekjes, zijn afkomstig van den squacc:-
reiger, die geen eigenlijke aigrette bezit.
Menschen, die op deze vederen jacht
maken, weten wel dat zij, om zich met
geringe moeite van een goeden voorraad
meester te maken, het oogenblik moeten
kiezen, wanneer de broedtijd van den
vogel ten einde loopt. En het allerbeste
moment voor den verradelijken aanval
is, wanneer de jonge vogels wel al hun
veeren hebben, maar nog niet kunnen
vliegen, want dan is de zorg van de
ouden voor hun jongen het grootst,
dan vergeten zij het lichtst hun eigen
gevaar en laten zich het gemakkelijkst
naderen. Wanneer dan de moord is ge
pleegd, een handjevol van de begeerde
vederen is uitgetrokken en de mooie,
groote, blanke vogels op een hoop lig
gen te rotten in de zon, zitten de arme
verlaten jongen in hun nest om eten
te schreeuwen, dat ze zelf nog niet
kunnen zoeken en dat niemand hun
meer brengtEn er is op de wijde
aarde weinig droevigers dan dit tooneel
weinig maar dat zóó droevig is en
zóó vernederend, als dat ter bereiking
van een doel, zóó laag en zóó verach
telijk, een mensch misbruik maakt van
zijn grootere slimheid en overleg en
zijn voordeel tracht te doen met dat
verheven gevoel, dat instinkt dat wij
in onze eigen soort bijna als iets heiligs
erkennen dien teederen hartstocht
van het moederdier voor haar jong,
waardoor ze haar veiligheid vergeet om
het slachtoffer te worden van de hoogste
liefde, waarvoor een wezen op aarde
vatbaar is
En allen die deze feiten kennen en
toch zulke dingen blijven aanmoedigen
ter wille van een voorbijgaanden mode
gril en tot bevrediging van een ellen
dige en onteerende ijdelheid, hebben
deel aan dien gruwel en zijn véél
schuldiger dan de jagers, die door hen
worden betaald om het barbaarsche
werk te doen
In die dagen, wanneer de vogels met
hun schoonste en schitterendste kleedje
zijn getooid, zijn ze tevens het kost
baarst voor de mede en voor andere
versieringen, maar op datzelfde tijdstip
laten ze zich ook het gemakkelijkst
vinden en vangen! De meest schuwe
en schrikachtige vogels verliezen in
hun angst voor hun eieren en jongen,
het gevoel voor hun eigen veiligheid
Gedurende de lange, sombere uren van
den nacht sliep de vrouw steeds rustig
voort en niet minder veilig rustte het kind
in de armen van zijnen hardhandigen ver
pleger. De kaars brandde in de pijp en
ging knetterend uit en steeds zat de man
onbewegelijk bij het flikkerend licht van
het vuur, vreezend zijn lieven last wakker
te maken. De maan daalde onder den
westelijken horizon, de sterren verbleekten
en de dageraad rees aan de kimmen en
juist toen de rand der opgaande zon boven
het veld zichtbaar werd, bewoog de vrouw
zich in haren stoel en werd verschrikt
wakker.
„O, mijn kindmijn arme lieveling!"
riep zij hevig ontroerd. Toen viel haar blik
op den vreemdeling en drukte de uiterste
verbazing uit.
„Stil," zei Rockhurst, „het kind is veilig.
Zie, ze slaapt gerust."
„God zij dankriep de vrouw, terwijl
de tranen haar langs de wangen rolden.
„Ik ben zeker in slaap gevallen. Ik O,
ik zou 't mijzelf nooit kunnen vergeven,
als er iets met haar gebeurd was mijn
lieve Liesbeth? Maar gij, mijnheer hoe
zijt gij hier gekomen? Zijt gij een mensch
of een engel in menschengedaante
Een grijnslach vertoonde zich op Rock-
hursts gelaatde veronderstelling der vrouw
was zoo heel ver van de werkelijkheid.
„Neen, ik ben geen engel, juffrouw, voor
zoover ik weetik ben maar een arme
reiziger, die op je licht afkwam om nacht
verblijf te vragen. Ik keek door het raam
naar binnen en hoorde het kind om wat
drinken vragen en zoo ben ik binnenge
komen."
En toen de vrouw hem begon te over
laden met dankbetuigingen, antwoordde
Rookhurst op schorren toon, terwijl hij zijn
en de zucht om zich te verbergen.
En als dan 't arme doodelijk ont
stelde dier, met een doordringenden
schreeuw, met trillend lijfje en wijd
open bek, in de heftigste ontroering
geen adem kan krijgen en door 't
zachte kleppen van zijn heerlijke vleu
gels de aandacht op zichzelf tracht te
vestigen om ze af te leiden van zijn
jong, wordt hij zonder medelijden,
zonder erbarmen doodgeschoten, dood
geschoten alleeD om zijn schoone vede
ren! En zijn arme jongen, die hij wilde
beschermen, komen van den honger
om in het nest! En wanneer we dan
bij die doode jongen al de oude vogels
voegen, die wegvliegen naar een ver
borgen plek om langzaam aan hun
wonden te sterven, dan is 't geen over
drijving om te zeggen dat voor iedere
Panache, die een dame als oorlogstropee
op haar hoofd draagt, tien onschuldige
vogels gestorven zijn
Zoo zyn ook in Engeland onlangs
binnen de 14 dagen door de mannen
duizenden mooie vogels, zeemeeuwen,
vermoord, opdat de vrouwen zich den
hoed met pluimen zouden tooien vogels
die bestemd wuren om de zee te reini
gen van den afval, welke haar water
anders verontreinigen zou
Is het dan geheel zonder nut is
het dan hopeloos, om ons nog eenmaal
tot de vrouwen zelve te wenden Zullen
ze eeuwig voortgaan met het vernielings
werk van bosch en kust, van heg en
gaard Moet do zoete wildzang der
natuur dan geheel zwijgen en de nesten
van het 't vleugelvolkje verlaten zijn?
De vogels zijn noodig in de natuur.
God gaf er hun hun eigen plaats, opdat
ook de mensch er z ij n plaats zou
behouden. Zij eten allerlei vormen van
insecten die schade doen aan de planten
waarvan wij leven moeten. Zij
hebben zich dus het recht op onze
bescherming ruimschoots verdiend, en
in plaats daarvan zouden wij het lijde
lijk toelaten dat zoovele soorten van
die mooie, nuttige wezentjes uitgemoori
worden ter wille der ijdelheid onzer
vrouwen. Yele vogels en diersoorten
zijn reeds uitgestorven en vele andere
moeten eerlang volgen.
Gij vrouwen en meisjes die dit leest,
weest wijs, hebt erbarmen en duldt
niet laDger den opschik die u vernedert.
Wij rekenen op uw aller medewer
king.
Komt, neemt de aigrette van u
hoed en helpt ons strijden tegen d&ze
noodlottige mode, door uw voorbeeld.
last aan haar overgaf
„Houd maar op, juffrouw, ik hebjje dank
niet noodig, maar je zoudt me veeïpleizier
doen, als je mij en mijn paard w&tteeten
gaaft; en dan moeten we weer \foort."
De moeder legde haar slapen® kind vol
teederheid op het rustbed enj ging toen
heen om de plichten der gastvrijheid waar
te nemenSpoedig keerde zij ter hg met eten,
dat zij voor den hongerige z«fette, die het
letterlijk verslond, terwijl ziffn gastvrouw
een der Kaffers ging wakker maken om
voor het paard te zorgen.
Toen zij weg was, viel het/, oog van den
man op een boek, dat operi op tafel lag.
Hij trok het naar zich toie en begon er
werktuigelijk in te bladerer/ tot hij op het
schutblad in stoute trek ken den naam
David Grant" geschreven Zag. Het brood,
dat hij met de andere hanffl naar den mond
bracht, viel neer, voor hij er van geproefd
had. Groote hemelwas /jet mogelijk? At
hij het brood van den man, dien hij be
stolen had Kon het dijn? Er was geen
tijd voor verdere gissin gen, want op dat
oogenblik kwam de vrou; w terug.
Schijnbaar achteloos, v|roeg de man, ter
wijl hij naar den naam0p het schutblad
wees: „ls dat je man, juffrouw?"
n mijn David,"
glimlach, die alles
„Ja, dat is mijn ma'
antwoordde zij met een
zei. „Ik verwacht hem Lederen dag thuis.
Wilt gij niet blijven, tot hij komt en mij
helpen kan u te danken voor wat gij deedt
voor ons eenig kind?" J
„Neen, ik moet dadelijk weg," antwoord
de Rockhurst. Toen voedde hij er als in 't
voorbij gaan bij„Is je| man lang wegge
weest?"
Twaalf maanden j twaalf lange, ein-
delooze maanden," zei ze met een zucht.
„Ziet ge, zóó kwam heft. Het ging slecht
De Berliner Lokal-Anzeiger verneemt
van haren Brusselschen correspondent,
dat de Belgische regeering van plan
zou zijn haren gezant te Konstantino-
pel terug te roepen, als neutraio mo
gendheid een beroep te doen op de
groote mogendheden, en Frankrijk de
behartiging der Belgische belangen in
Turkije op te dragen. Dit alles om
Eduard Joris te verlossen en de rechten
die België meent te kunnen laten gel
den tegenover Turkije, niet zoo maar
te laten schenden.
In de Beigische bladen staat echter
nog niets omtrent de plannen der re
geering ten aanzien van Joris. Voor-
loopig zal zij wel niet overgaan tot
krasse maatregelen, voordat de behan
deling voor het Turksche hof van cas
satie zal zijn afgeloopen. Wel staat in
een Belgisch blad, de Indépendance,
een ingezonden stuk van een „oud di
plomaat". In dat stuk wordt er op ge
wezen, dat het twijfelachtig is, of België
het recht wel aan zijn kant heeft wan
neer het de uitlevering van Joris eischt.
De oud-diplomaat haalt een uitlating
aan van Thiers over 't recht van Frank
rijk om uitlevering te vragen van
Fransche onderdanen, die zich in Tur
kije vergrepen hebben tegenover Tur
ken.
Thiers meende, dat het als een gunst
van Turkije moest worden beschouwd,
als het in zulke gevallen de berechting
van den buitenlandschen misdadiger
aan de vreemde mogendheid overliet.
Zou op grond van deze uitlating van
Thiers de Fransche regeering mogelijk
thans aarzelen, gehoor te geven aan
het verzoek der Belgische regeering,
om bij de Porte op uitlevering van Joris
aan te dringen? De zekerste manier
om Joris te verlossen zou, volgéns den
oud-diplomaat, zijn, de rechtskwestie te
laten voor wat zij is, en q&ïivoudig gratie
te vragen voor Eduajtï Joris.
Volgens de Turksche bladen heeft
het hof van cassatie te Konstantinopel
het vonnis 'over Joris en consorten
bevestigd.
Overeenkomstig een Zaterdagavond
genoipfen besluit van de kolensjouwers
in dfé' haven van Hamburg hebben deze
werklieden, werkende aan de lijnen
ojp Grimsby, Goole, West-Hartlepool
kn Huil, het werk gestaakt.
De kapitein van de Generaal Slocum,
de stoomboot die in 1904 in Amerika
verbrandde, bij welke ramp 1000 men-
op de hoeve. Drie of vier jaar lang was er
weinig of niets verdiend. Toen kwam de
vreeselijke droogte. Het water in de sloo-
ten verdroogde, de bron gaf ook niets meer
en wij verloren bijna al ons vee. Dat gaf
den doorslag. David gaf de hoop op om
met den landbouw iets te verdienen en be
sloot op de Diamantvelden zijn geluk te
beproeven, 't Is nu juist een jaar geleden,
dat hij naar Kimberley vertrok, terwijl de
oude Gierson, de opzichter, en ik zorgen
zouden voor het weinige, dat ons nog restte.
Ik trachtte niet hem terug te houden, hoe
wel de scheiding mij bijna het hart brak,
want ik wist, dat hij er zijn hart opgezet
had. Zijn brieven, nu eens hoopvol en dan
weer wanhopend, zijn mijn troost geweest
gedurende zijn afwezigheid. In't begin liep
het hem tegen, maar eindelijk keerde de
fortuin en nu is de droeve wachlenstijd
voorbij en zal ik hem spoedig weer thuis
hebben. Hij weet niet, dat zijn kind ziek
ishij weet niet hoe ik uur op uur, naast
haar bed gezeten heb, de flikkerende levens
vonk gadeslaand, nauwlijks durvende den
ken of hopen. Maar nu is het ergste gele
den onze kleine Liesbeth zal spoedh: weer
gezond en sterk zijn; David mijn David
zal bij ons wezen en wij zullen allen te
zamen naar Engeland gaan en ons vestigen
in het oude vaderland van de opbrengst
van zijn arbeid op de Diamantvelden. En
gij moet hier blijven dat smeek ik u.
Het zou David zoo'n leed doen u niet te
kunnen danken, als hij hoort wat gij voor
ons gedaan hebt hoe gij waarschijnlijk
onze lieveling het leven hebt gered. Mis
schien zal hij morgen, misschien heden nog,
thuis komen."
Groote zweetdroppelen stonden op Rock-
hursts voorhoofd, terwijl hij luisterde naar
.Maggie Grants woorden. Toen zij zweeg,
scben 't leven verloren, is schuldig
bevonden aan onachtzaamheid en tot
10 jaar gevangenisstraf veroordeeld.
Bijna plotseling, zonder ziekbed, na
een onwelzijn van niet meer dan en
kele uren, is koning Cbristiaan van
Denemarken Maandagmiddagoverleden.
Hij was de nestor der gekroonde hoof
den: den 8en April zou hij 88 jaar
geworden zijn. En bovendien was ko
ning Christiaan de stamvader van ver
scheiden regeerende souvereinen, zoo
dat een half dozijn vorstelijke familiën
door zijn dood in rouw gedompeld
worden.
Hij heeft zes kinderen. De oudste,
die hem als Frederik VIII opvolgt, is
reeds 62 jaar oud en gehuwd met prinses
Louise van Zweden en Noorwegen.
Van diens zoons is de oudste, Christi-
tiaan, de vermoedelijke troonopvolger,
in 1898 met hertogin Alexandrine van
Mecklenburg getrouwd uit dit huwe
lijk zijn reeds twee zoons geboren, zoo
dat de rechtstreeksche voortzetting der
lijn op den Deenscben troon goed ver
zekerd' schijnt.
De Italiaansche commandant op
Kreta heeft het dorp Kampanoe, wegens
den moord op een Italiaansch soldaat,
veroordeeld tot 20.000 dr. schadeloos
stelling, en verlangde betaling binnen
veertien dagen.
Men herinnert zich het geval van
Mile. Rocbaid, het Fransche meisje,
dat in Engeland op school ging en
dezer dagen dood op den spoorweg werd
gevonden. De verklaring was, dat zij
leed aan claustrophobie, opsluitings
vrees, en uit den spoortrein gespron
gen wa,s. Prof. Collius, hoogleeraar in
het Engelsch aan de universiteit te
Birmingham, was met dien uitleg niet
tevreden en is het geheele geval gaan
onderzoeken. In een uitvoerig stuk geeft
hij nu zijn meening weer, dat hier een
misdaad gepleegd is (een paar sieraden
die het meisje droeg, zijn niet terug
gevonden), en hij werpt het denkbeeld
op, dat er een nieuwe Jaap de Open-
rij ter aan het werk is, die alleen-rei
zende meisjes aanrandt en ombrengt,
o.a. door ze uit den trein te werpen,
als zij er niet uit vrees voor hem uit
gesprongen zijn. Er zijn, gelijk men weet,
in den laatsten tijd meer gevallen als
die van het Fransche meisje geweest.
De (imperialistische) correspondent
der Daily Mail te Johannesburg beves
tigt het telegram van de Tribune, dat
de Transvaalsche Randpartij niet lan
ger den toestand beheerscht, omdat de
middenstand en de werklieden zich meer
en meer afwenden van de Randmagna-
stond hij op en liep peinzend het klein
vertrek op en neer, terwijl de vrouw hem
verbaasd aanstaarde. Eensklaps stond hij
stil, trok het lederen buideltje uit zijn zak
en wierp het op tafel.
„Daar," riep hij uit, „ik kan 't niet lan
ger uithouden. Als je man thuiskomt, zeg
hem dan, dat ik zijn paard en zijn diaman
ten voor hem naar huis heb gebracht en
ze goed en wel heb afgeleverd."
Bij die woorden greep hij zijn hoeden
snelde de deur uit.
Eene flauwe schemering van de waar
heid daagde er voor de verbaasde vrouw.
Maar wat waren alle diamanten ter wereld,
vergeleken met het leven van haar kind?
„Kom terug kom terug," riep zij, hem
naijlend.
Maar Rockhurst verhaastte slechts zijne
schreden. En mompelend„God zegene u
de hemel zal u beloonen!" bleef zij hem
staan nakijken, totdat hij uit het gezicht was.
Hij heeft echter Graaff Reynet nooit be
reikt. De noodlottige ziekte, die hij van de
kleine Liesbeth Grant had overgeërfd, had
reeds toen heimelijk haar werk bij hem
begonnen en de hand des doods rustte op
hem. Na twee of drie dagen van pijnlijk
zvroegen, begaf hem de kracht en legde hij
zieh neer op het veld om te sterven.
Maar David Grant vond hem daar en
nam hem op een wagen weer mee naar
zijne hoeve.
Het was Maggie Grant, die het troostend
woord sprak, dat in het hart van den ster
vende viel, als de welkome regen op het
smachtend veld, en het was David Grants
hand, die de verglaasde oogen sloot, toen
de doodsengel de dwalende ziel had mee
gevoerd.
Naar het Engelsch.
Buitenland.