land heeft August Bebel, den socia-
listischen leider, uitgenoodigd in Peters
burg een reeks voordrachten over het
agrarische vraagstuk te houden. Bebel
heeft de uitnoodigingaangenomen, maar
het valt zeer te betwijfelen of de Rus
sische regeering Bebel's bezoek aan
Rusland wel zal toestaan.
De correspondent van de Tel. heeft
een bezoek gebracht aan de voorsteden
en arbeiderswijken van St.-Petersburg,
en wat hij daar aanschouwde is haast
niet te beschrijven. Hij schrijft: De
toestanden daar doen iemand vertwij
felen. De kinderen zien er uit als ske
letten, de vrouwen geelzuchtig en grauw
van magerigheid; de mannen komen
norsch en onwillig te saam, turen ver
drietig naar de voorbijgangers, de brand
stof en levensmiddelen. Het klinkt onge
looflyk, en toch, toch is het boven
alle fantasterij verheven de arbe'ders
lijden honger 1 Ze hebben geen korst
droogbrood in hun woning. De meeste
fabrieken hebben arbeiders ontslagen
en telkens weer opnieuw worden er
met troepen weggezonden.
De Baltische, de Putilowscbe, de
Oduchowsche, de Ssemjannikowsche en
andere kroon- en particuliere inrichtin
gen smijten de arbeiders met honderden
de straat opHet gevolg daarvan is,
dat het volk naar de gratis spijsuit-
deelinghuizen trekt.
Maar wat gebeurt er nu weer? De
huizen, waar eiken dag duizende en nog
eens duizende menschen voor niemen
dal gevoed worden, worden het een
vodr, het andere na gesloten In nog
geen week tijd, zijn er nu reeds tien
door de politie gegrendeld
De dagbladen zijn verontwaardigd,
spuwen vuur en vlam tegen dergelijke
practijken, maar niemand kan de vraag
beantwoorden: „Waarom! waarom! wor
den die hongerende menschen blootge
steld aan zulke draconische politiemaat
regelen. Ontzettend stijgt het aantal
hongerlijders en niemand van hen,
die de spijshuizen gesloten heeft, denkt
er ook aan om die arme kudden men
schen te voeden en verhindert niet
tegenstaande dat, de nobele liefdadig
heid de reddende hand uit te steken.
De Daily Telegraph verneemt uit
Sjanghai, dat volgens geloofwaardige
berichten uit Wladiwostok, de onlusten
daar geenszins ten einde zijn. Integen
deel beginnen generaal Mistsjenko's
tienduizend kozakken uit Odessa, die
het garnizoen der vesting vormen, op
roerig te worden, omdat zij terug willen.
Uit Petersburg wordt aan de Times
gemeld: Gedurende de maand die den
7den Februari eindigde, heeft de Rus
sische regeering in het geheele rijk
58 redacteurs gevangen gezet en 78
bladen geschorschtden staat van beleg
afgekondigd in 62 plaatsen 1716 men
schen te Petersburg en ÏO.OUO in de
provincie in hechtenis laten nemen
aan 1±00 menschen werd, Moskou niet
meegerekend, de doodstraf voltrokken.
De correspondent haalt het boven
staande aan als proeve van de thans
toegepaste onderdrukkingsmaatregelen.
Hij raamt verder de scnade die de
boerenonlusten door verwoesting van
eigendommen hebben aangericht, op
72 millioen gulden.
Een ooggetuige heeft aan den Peters-
burgschen correspondent der Tribune
de terechtstelling van 53 gevangenen,
zonder vorm van proces, te Felin in
het Oostzee-gebied, beschreven. Daar
openlijk erkend is, dat Orlof gruwelijk
huishoudt onder de oproerlingen van
kort geleden, kan het verhaal best
Hij stond op straat en nu begon hij te
loopen zoo hard hij maar kon.
Een poosje later werd Mevrouw de Lévig-
nac geroepen voor het ontbijt. Zij stond
op en riep:
„George 1"
Maar zij kreeg geen antwoord.
Zij riep wat luider:
„George! Kom ontbijten, ventje! We
hebben roomkaas 1"
Zeer terecht verwonderd, dat op zulk
een verlokkende uitnoodiging geen ant
woord kwam en alles stil bleef, ging Me
vrouw de Lévignac naar den kant van het
bordes en keek den tuin rond. Zij zag George
niet, maar zij hield het voor zeker, dat het
kind er toch was. Hij zat zeker hier of
daar verscholen voor de grap of was zoo
verdiept in zijn spel, dat hij haar niet
hoorde.
Nog eens riep zij
„George, waar ben je dan toch, mijn
jongen
Nog kwam er geen antwoord. Toen werd
de moeder door een onbestemde vrees be
vangen. Zij ging snel de treden van het
bordes af en liep den tuin rond.
George was er niet.
Dat verwonderde haar. Zij was zeker,
dat hij niet in huis was gegaan, terwijl zij
laswant hij had langs haar moeten komen
en de lieve guit kwam haar nooit voorbij
of hij moest even aangehaald worden. Zij
riep tot het kindermeisje:
„Josephine, waar is mijn kind
Die vraag uit den mond eener moeder
heeft altijd iets van eene beschuldiging.
Het meisje kwam aanloopen en ant
woordde verlegen
„Mevrouwik weet het nietDe
jongeheer George was zooeven nog hier."
Slot volgt.)
waar zijn. „Nadat een groot gat was
gedolven, zoo vertelde de man, werden
vier gevangenen op hun knieën op
den rand geplaatst, met hun gezicht
naar den kuil, die hun graf zou worden.
De overige gevangenen moesten het
aanzien op korten afstand. Met een
paar salvo's lagen alle vier weldra in
den kuil. Toen kwamen er weer vier
en zoo voort. Elke nieuwe groep moest
de stuiptrekkingen van de in den kuil
liggende voorgangers aanschouwen al
vorens denzelfden weg op te gaan.
Toen alle 53 terechtgesteld waren, werd
er op den hoop lichamen, in sommige
waarvan nog leven was, xalk en zand
gegooid en klaar was het".
Professor Kaismin Karavaef schrijft
als protest tegen deze wijze van doen
in de Roes: „Kogels! kogels! kogels!
Kinderen worden doodgeschoten omdat
hun ouders zijn gevlucht of zich ver
schuilen; anderen worden bij vergis
sing doodgeschoten en ter verklaring
heet het een „droevig misverstand".
Velen schiet men dood krachtens de
beslissing van een niet-bestaanden
krijgsraad. Er wordt geschoten in de
Oostzee-provincies, in den Kaukasus,
in Siberië, in Warschau.
„Voor dien ging dat summiere schie
ten zijn gang in en rondom Moskou.
Tien-, honderdtallen van menschen
zijn doodgeschoten en worden het nog.
Aangehouden en in de steenen cellen
opgesloten lieden staan niet terecht;
men haalt ze er uit en schiet ze zonder
onderzoek dood. Waar is het eind van
deze hel?"
De Daily Mail verneemt uit Ixopo
(Natal): De staat van zaken verbetert
er niet op. De algemeene indruk is dat
men met de verzoenende taktiek jegens
de Kaffers de uiterste grens heeft be
reikt. De commandant van de troepen
die van de tuchtigingskolonne deel uit
maken, heeft volledige vrijheid van han
delen. Maar de vrees dat de Engelsche
regeering ten bate van de kaffers tus-
schenbeide zal komen, heeft een neer-
drukkenden invloed.
Aan de Standard wordt uit Durban
geseind, dat een colonne van duizend
man met artillerie naar Stanger aan
de noordkust is gezonden, die zullen
worden gevolgd door andere verster
kingen. Naar men zegt, staan er dui
zenden oproerige kaffers tusschen Stan
ger en Creytown. De afzending dezer
troepen wijst op bedenkelijke verwik
kelingen evenals andere maatregelen,
zooals requisitie van Paarden. Te Dur
ban worden de blanken algemeen be
wapend en de troepen gemobiliseerd te
Maritzburg.
Te Greytown heerscht een paniek.
Uit Santiago (Chili) werd gisteren
geseind: Er is brand uitgebroken in
den schouwburg van St. Maarten door
een electrische vonker zijn drie men
schen gedood en een honderdtal ge
kwetst. De brand woedt voort.
In de bergstreek van de provincie
Vicenza, in Italië, is zoo'n ontzettende
massa sneeuw gevallen, dat de dorpen
Castellochio en Torezza geheel geblok
keerd zijn. Sedert twee dagen kon er
geen postverkeer meer plaats hebben.
Daarbij woedt er een hevige storm.
Een merkwaardig natuurverschijnsel
vertoont de Monte Sara op Sicilië. In
den nacht van 18 Februari, die buiten
gewoon donker was, hoorde de bevol
king in het om den berg gelegen ge
bied allerlei vreemde geluiden en bij
het aanbreken van den dag zag zij tot
hare verbazing en ontsteltenis groote
modderstroomen van den berg neder
dalen.
Over de oorzaak is men het nog
niet eens. Terwijl sommigen beweren,
dat het een vulkanische uitbarsting is,
meenen anderen, dat sedert eeuwen in
het binnenste van den berg opgehoopte
watermassa's zich eindelijk een uitweg
hebben gebaand.
Tn het dorp Pirawa in het sandsjak
Doiran heeft weer een opzienbarende
moord plaats gehad. Onlangs kwamen
genoemd dorp binnen de veldwachter
Sjakir Hoessein en andere Mohamme
danen em vielen het koffiehuis aan,
waarin zdch een aantal jonge Bulgaren,
de grenswachter tegen den smokkel
handel in tabak Achmed en een tweede
Mohammedaan (een Zigeuner) bevon
den. Zos Bulgaren en de Zigeuner wer
den vermoord, twee Bulgaren zwaar,
benevens twee Bulgaren en een Bul-
gaarsch meisje licht gewond. Daar de
door den kaimakam genomen maatre
gelen tegen de moordenaars onvoldoen
de leken, heeft Hilmi-pasja een bizon
der onderzoek gelast. Ook de „burger
lijke agenten." hebben zich ermee be
moeid.
Gisteren was het groot feest in Duitsch
land. Terwijl het Keizerpaar hun zil
veren bruiloft vierde werd het burgerlijk
huwelijk van hun tweeden zoon prins
Eitel Friedrich met hertogin Sophie
Charlotte van Oldenbuig voltrokken.
Onmiddellijk daarna had in de slotkapel
de kerkelijke inzegening plaats, waar
bij de opp«>rhofprediker Dryander het
kerkelijk huwelijk voltrok en er aan
herinnerde, dat het Keizerlijke echt
paar 25 jaar geleden op dezelfde plaats
voor het altaar heeft gestaan. De plech
tigheid werd ook bijgewoond door het
diplomatieke korps.
Van politieke beteekenis is het bloot
feit van een zilveren bruiloft, zelfs van
de invloedrijkste vorsten, hoegenaamd
niet. Het is het nu toch weer wel ge
worden door de woorden, die de keizer
gemeend heeft, juist in verband met
den zeer gespannen Europeeschen toe
stand, te moeten uitspreken. Uit zijn
toespraken zijn van eenig gewicht de
woorden, die hij sprak tot Albrecht
van Pruisen, die hem uit naam van
leger en vloot, kwam gelukwenschen.
De keizer zei
dat mijn eerste en laatste ge
dachte bij mijn strijdkrachten te land
en t.e water zullen zijn". En nog sterker,
haast dreigendMoge God beschikken,
dat er geen oorlog kome. Is hij echter
niet te vermijden, dan ben ik vast
overtuigd, dat het leger zich op dezelfde
wijze zal houden als voor 35 jaar."
Dergelijke woorden worlen natuurlijk
in deze zenuwachtige politieke tijden
op een goudschaaltje gewogen.
Mevrouw Baart de la Faille te Lon
den deelt in De Hollandsche Lelie het
volgende mede:
Een vreeselijk verhaal kwam mij de
zer dagen nog ter oore, uit een geloof
waardige bron.
Een dame uit het West-End kwam
laat 's nachts thuis van een bal, en
toen ze in huis kwam, vroeg haar de
politie„weet U waar uwe kinderen
zijn „Boven, die slapen met de kin
dermeid", antwoordde de verbaasde
dame.
Gaat U dan maar kijken zei de
beambte.
De dame ging goddank kijken en
vond de bedjes leeg, ook het bed van
de kindermeid.
Doodsangst greep haar aan maar
de politieagent kalmeerde haar.
„Stapt U maar weer in 't rijtuig
ik zal U wijzen waar ze zijn."
Bij een danshuis hield hij stil
en o, haast te vreeselijk om waar te
zijn in de danszaal lagen de kin
deren neergesmeten terwijl de „trou
we" kindermeid danste.
Als ik 't niet gehoord had uit den
mond van een geloofwaardig persoon,
zou je denken aan een leelijken stui
versroman.
Plaat«el|ik Mieuws.
HEUSDEN, 28 Febr.
De Vastenavonddrukte is weder achter
den rug. Maandag en Dinsdag was het zoo
wel bij dag als bij avond zeer levendig
door maskers, die overdag het jonge volkje
trachtten bezig te houden en 's avonds in
Café's de balsmasqué bezochten. Van wan
ordelijkheden vernamen we niet.
Ook de tram maakte goede zaken, want
ook van buitenaf kwamen veel feestvier
ders opdagenvooral nu de feestelijkheden
te 's-Bosch dit jaar veel geringer waren.
WERKENDAM. Door de gemeente is
gisteravond aangekocht, met het oog op
eventueele vergrooting van het Raadhuis,
het woon- en winkelhuis der weduwe Van
den HeuvelVroegh, voor de som van
f 2600.—
GENDEREN. Het verlof om gezondheids
redenen aan den heer Braams, hoofd der
school,, verstrekt, is niet twee maanden,
doch voor den tijd van drie maanden met
behoud van traktement.
NIEUWENDIJK, 27 Febr. De heerH.
W. Aalden alhier, is benoemd tot onder
wijzer te Broek op Langendijk.
WIJK, 26 Febr. Heden morgen om
streeks 6 uur werd onze gemeente veront
rust door het luiden van de brandklok.
Weldra bleek, dat het huis van den koop
man A. de Waal in lichter laaie stond.
De man was naar Gorinchem en de vrouw,
die den brand eerst ontdekte toen de vlam
men van het achterhuis haar tegemoet kwa
men, had alleen den tijd hare kinderen
in veiligheid te brengen. De brandweer,
alsmede de burgemeester, was spoedig ter
plaatse, maar kon weinig meer uitrichten.
Alleen een gedeelte van het voorhuis is
blijven staan, zoodat nog enkele meubelen
gespaard bleven. Twee schapen kwamen in
de vlammen om.
In het achterhuis stond een brandend
waschfornuis; men vermoedt, dat daardoor
de brand ontstaan is. Assurantie dekt ge
deeltelijk de schade.
's-BOSCH. Door de gemeente-politie is
gisteravond in het nieuwe stadsgedeelte een
man uit Kaatsheuvel aangehouden met een
hondenwagen, waarin was verborgen een
geslachte en aan stukken gesneden koe»
die werd in beslag genomen en heden bij
de keuring werd afgekeurd als schadelijk
voor het verbruik.
ALMKERK, 27 Febr. De hier bestaande
zangvereeniging „Excelsior" is van plan a.s.
Vrijdag in de openbare school hare eerste
openbare uitvoering te geven.
Het programma ziet er keurig uit, ter
wijl de heer Vingerhoet, directeur der fan
fare, zijn medewerking met een piano zal
verleenen. Voor flinke afwisseling is gezorgd.
BOMMELERWAARD. De Duitsche paar
denhandelaars vinden in deze provincie
voortdurend gelegenheid om zich van ge
schikte paarden te voorzien. Drukker dan
vroeger zijn de verschillende centra van
paardenfokkerij door hen bezocht en steeds
met gunstigen uitslag. Werden de vorige
week nog door den Duitschen paarden
handelaar Herz uit Croesfeld belangrijke
aankoopen gedaan tot ongeveer een 200-tal
dieren, thans weder worden door de be
kende handelaars Wiechers en Heilbron in
de Bommelerwaard op tal van plaatsen
monsteringen gehouden van 1ste en 2de
klasse paarden, merries en ruins van vier-
tot tienjarigen leeftijd, onverschillig welke
kleur. In midden- en benedengedeelte van
de Bommelerwaard hadden verschillende
fokkers gelegenheid tot verkoop aan prijzen
van f 325 tot f 675.
De drukke aankoop der laatste weken
van paarden voor Duitsche rekening in ver
band te brengen met een naderenden oorlog,
is een gissing, die deugdelijken grond mist.
Oorzaak zal wel zijn het verhoogd invoer
recht, dat Duitschland primo Maart begint
te heffen. Het vroegere tarief was 10 mark
voor veulens en 20 mark voor de andere
paarden. Thans voor paarden van zuiver
koud bloed per stuk 50 mk. (mits de waarde
niet hooger dan 1000 mk. is)idem 75 mk.
(tot een waarde van 1500 mk.); idem 120
mk. (tot een waarde van 2500 mk.)andere
paarden per stuk 72 mk. (tot een waarde
van 1200 mk.); idem 120 mk. (tot een
van waarde 2500 mk.) Veulens van de moe
der af betalen 30 mk.
IJlt ons Parlement.
XIX.
De Tweede Kamer heeft, voor zij
voor eenigen tijd uiteenging, nog ge
wichtige en spannende uren beleefd.
In de beraadslaging over den toestand
van het spoorwegpersoneel, waarmee
ze allereerst nog bezig was, brachten
noch de rede van den minister van
Waterstaat, noch de betoogen van de
verschillende sprekers veel nieuws,
's Ministers rede scheen er niet op uit
om de houding, die de regeering in
deze zaak zou aannemen, erg duidelijk
te maken en wekten dan ook algemeene
teleurstelling. De minister deed hier
en daar een enkele toezegging, maar
bepaalde zich er hoofdzakelijk toe om
zijn ingenomenheid te betuigen met
veel wat voor de verbetering van den
toestand van het personeel gevraagd
was, maar daarbij dadelijk op te merken,
dat de uitvoering van maatregelen ter
bereiking van een en ander op groote
en vaak onoverkomelijke bezwaren zou
den stuiten. Duidelijk bleek alleen, dat
de minister niet van plan is de Stakings-
wetten in te trekken, dat tegen wijziging
van het besluit omtrent het scheids
gerecht in principe bij hem geen be
zwaar bestaat, dat wijziging van een
besluit omtrent de Zondagsrust in over
weging is en dat bij eervol ontslag niet
op verzoek er gelegenheid behoort te
bestaan om de redenen ervan aan een
onderzoek van het scheidsgerecht te
onderwerpen en dat zoo noodig schade
loosstelling moet worden uitgekeerd,
waaraan bij herziening van 't reglement
de minister zal denken.
De verschillende sprekers, die hierna
nog het woord bekwamen, konden na
tuurlijk niet nalaten hun meerdere of
mindere ontevredenheid over deze toe-
zeggingen te luchten en daarbij tevens
nog eens te wijzen op allerlei, dat drin
gend verbetering behoefde. Maar al
spoedig schenen de heeren de zaak,
waarover het ging, die immers de toe
stand van het spoorweg-personeel was,
geheel uit het oog te verliezen en
ontspon zich naar aanleiding van ver
schillende beoordeelingen van de hou
ding der regeering in 1903 en van het
recht van vakorganisatie een debat tot
verdediging van allerlei persoonlijke
meeningen niet alleen, maar van eigen
houding eveneens. De heer Goeman
Borgesius kreeg daarbij heel wat harde
woorden te liooren over de rede, die
hij gehouden had en over zijn houding
nu en in 1903, zoowel van den heer
Lohman als van diens partijgenoot
Tal ma en hem werd daarbij verweten,
dat hij deze gelegenheid had aangegre
pen om het vorig ministerie nog eens
een hak te zetten.
Natuurlijk voelde hij zich geroepen,
zich hieromtrent krachtig te verdedigen,
wat nog eens een wederwoord van
beide evengenoemde heeren uitlokte.
De heer Bos verdedigde het denkbeeld
van staats-exploitatie van verschillende
bedrijven en zette uiteen, hoe die ex
ploitatie moest gedreven worden en in
welke houding de arbeiders daarbij
stonden; dit laatste vooral tegenover
de meeningen van den heer Lohman
en den heer Talma omtrent ambtenaren.
En de heer Troelstra stelde nog eens
vakvereeniging en groepsvertegenwoor-
diging tegenover elkander. De Minister
liet in zijn laatste woord deze verschil
lende meeningen vrijwel voor wat zij
waren, maar trachtte zijn houding, die
zooveler teleurstelling gewekt had te
rechtvaardi gen.
Nadat de Kamer hierna het wets
ontwerp, met betrekking tot het nieuwe
departement van landbouw, nijverheid
en handel had goedgekeurd, kwam het
\e of aa^ hen minister van Waterstaat,
den heer Kraus verleend, op de proppen.
De heer Kolkman had verlof gevraagd
en verkregen, hierover de regeering°te
mogen interpelleeren en zette nu zijn
bezwaren er tegen uiteen, na nog even
de vraag te hebben aangeroerd of hij
zich eigenlijk wel tot de regeering en
niet veeleer tot den formateur van het
Kabinet had te wenden. Zijn bezwaren
kwamen ongeveer overeen met die,
welke reeds in de Eerste Kamer waren
geuit. Hij meende, dat het aan de mi-
nisterieele waardigheid te kort deed,
wanneer een minister vreemde dienst
betrekking aannam, dat het bovendien
slecht te rijmen was met de rainiste-
riëele verantwoordelijkheid, wanneer
een minister zoo lang op reis ging en
dat het ook aan 's lands belang zou
kunnen schaden. Ten slotte stelde hij
de regeering een 3-tal vragen omtrent
het contract, dat de heer Kraus met de
Chileensche regeering had aangegaan,
omtrent de meening van de regeering
of de verleening van het verlof met
's lande belang en de ministeriëele ver
antwoordelijkheid te rijmen was, en
waarom men het niet eerder aan de
Kamer had meegedeeld.
De minister-president, deze vragen
beantwoordende, betoogde, dat de re
geering de bezwaren tegen het verlof
zeer goed begreep, maar dat men te
kiezen had gehad tusschen den heer
Kraus niet als minister Ie nemen of
hem het verlof te geven en men het
in 's lands belang had geacht het eerste
te doen. De reis zou maar kort zijn en
er kwam een plaatsvervangend minister.
Verantwoordelijk was de heer Kraus
alleen voor eigen beheer, maar had het
ministerie in zijn afwezigheid iets ge
daan, waarmee hij het niet eens was,
dan zou hij natuurlijk moeten aftreden.
Deze zelfde meening had ook de heer
Lohman omtrent ministeriëele verant
woordelijkheid, maar overigens was hij
het met den heer Kolkman eens, wat
ook bij de andere sprekers in meerdere
of mindere mate het geval bleek.
Toen echter de minister had meege
deeld, dat de aanneming van de motie
door den heer Kolkman voorgesteld, de
aftreding van het ministerie tengevolge
zou hebben, wenschte men vrij alge
meen dit gevolg te verhinderen.
De heer Lohman raadde daarom in
trekking der motie aan, waar toch van
de meening der Kamer voldoende was
gebleken. Toen echter de heer Kolkman
dit deed met de mededeeling, dat toch
de regeering zedelijk veroordeeld was,
meende de minister een dergelijke stil
zwijgende motie van afkeuring even
min te kunnen aanvaarden. Teneinde
uitkomst te brengen, stelde nu de heer
Lieftinck de volgende motie voor:
„De Kamer van oordeel, dat in het
verlof verleend aan den heer Kraus
voor de Kamer geen motief is gelegen
om het Kabinet haar vertrouwen te
ontzeggen, gaat over tot de orde van
den dag".
Wel stuitte deze motie op tegenstand
bij den heer Lohman en anderen, die
geen vertrouwen in het Kabinet wilden
uitspreken, maar zij werd toch ten slotte
aangenomen. En zoo bleef het minis
terie overeind en kan toch de heer
Kraus zijn reis naar Chili maken om
daar van advies te dienen, en tevens
minister blijven.
StiniieiilHitd.
Blijkens een bij het departement
van koloniën ontvangen telegram, is
op 22 dezer de benting Koelo in
Masenrempoeloe (Celebes) vermeesterd,
waarbij 3 Europeesche militairen be
neden den rang van officier sneuvelden,
vier zwaar en zeven licht werden ge
wond en één werd vermist, die ver
moedelijk gesneuveld is.
En blijkens een ontvangen telegram
van den gouverneur van Atjeh en
onderhoorigheden, drong een tiental
Atjehers het tijdelijk bivouak te Djeu-
niep (Samalanga) binnen en sneuvelde
één officier, werd zwaar gewond één
en werden licht gewond vijf Euro
peesche militairen beneden den rang
van officier.
De minister van waterstaat, de heer
Kraus, heeft het plan zijn reis naar
Chili over Genua te maken, vanwaar
een rechtstreeksche stoombootlijn op
dat land vaart. Hij zal daartoe a.s.
Zaterdag de residentie verlaten. Me
vrouw Kraus zal haar echtgenoot in
het buitenland vergezellen.
Voor bijstand bij de vervulling zijner
opdracht heeft de heer Kraus zich toe
gevoegd den adjunct-ingenieur van
's rijks waterstaat met verlof, G. J. van
den Broek, die de reis met den heer
Kraus medemaakt.
Zondagmorgen was het in het café
„Novum" te Amsterdam zeer druk.
Het was het afscheid van twee onder
nemende jongens van nog geen twintig
jaar, Jan Anderiessen en Piet Kramer,