Hel Land van lleusden en Altena, de Langstraat en de Bommeierwaard.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 23Q7. Zaterdag 3 Maart.
Het zwaartepunt van de
crisis in Rusland.
FEUILLETON.
Elk de helft te gemoet.
UNO VAN ALTE^*
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden l.OO,
franco per post zonder prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
19Ü6.
Ad verten tiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 7l/3 ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
I.
Al heet het in de bericl n, dat de
opstand in Rusland langzat ;rhand be
dwongen wordt, en Witte n toestand
weer meer in de hand krijgt, nu het
blijkt dat het leger geen gemeene zaak
maakt met de opstandelingen, de eigen
lijke diepste grond der beweging moet
niet worden gezocht in Petersburg of
Moskou, of een der andere groote mid
delpunten der bevolking, maar in die
van het grondbezit. De revolutie in
Rusland is deels een staatkundige, deels
en vooral een maatschappelijke en daar
bij treedt inzonderheid de agrarische
zijde op den voorgrond. Zeer juist wordt
dit aangetoond in een Duitsch tijd
schrift in een opstel van een te St.
Petersburg woonachtigen Duitscher, dat
wij belangrijk genoeg achtten om het
in een drietal artikelen op te nemen,
daar het een tot nu toe niet gewonen
kijk op de dingen geeft
Eeuwenlang is het landvolk geknecht
en geheele geslachten aaneen heeft het
alle kwaad als een onafwendbaar nood
lot geduldig gedragen, meer en meer
verstompt door de ellende en het slecht
ste middel, om die ellende te verdrijven
de wodka (jenever). Eindelijk is
het uit zijn slaap ontwaakt en gelijk
te vreezen was zijn eerste schreden
op den weg der vrijheid worden bege
leid door den brandfakkel van het op
roer, en hier en daar gaan reeds de
vlammen omhoog, die zich gemakkelijk
tot een brand kunnen uitbreiden waar
van de wereld de gelijke niet kent.
De leus van den Russischen boer is
brood, land en vrijheid van het individu
op maatschappelijk gebied. Dit is de
kreet van meer dan 100 millioen men-
schen, die, wat de vormen van het
grondbezit betreft, nog geheel en al
zich bevinden in middeneeuwsche toe
standen, die zich hebben weten staande
te houden, omdat regeering en maat
schappij de laatste in Rusland het
zelfde als bureaucratie kortzichtig
en zelfzuchtig, met alle middelen van
geweld de verlichting en de vrijheid
van het Russische volk hebben tegen
gehouden, omdat zij begrepen, dat met
het begin van de vrijheidsbeweging hun
rol was afgespeeld.
In een agrarischen staat, als Rus
land, vormen de levensvoorwaarden van
elke afzonderlijke boerenfamilie de mole
culen, van welker welzijn en wel
vaart het bestaan afhangt van het ge
heele staatslichaam. En het laat zich
niet denken, dat de regeering met
het oog op het bestendig aangroeiende
aantal in de laatste 40 jaren zich
niet bewust is geweest, dat na de op
heffing der lijfeigenschap, waarbij aan
ieder mannelijk lid der boerenbevolking
een grondbezit van 3Vs Desjatinen J) ge
meentegrond werd toegewezen, al spoe-
i dig een tijd moest komen, waarin de
aan de boeren toegewezen gemeente-
landerijen niet meer zouden voldoende
zijn, om te voorzien in de voeding en
tot het verkrijgen der gelden voor de
vele en veel te zware belastingen, om
niet te spreken van de regelmatige af
lossing der kapitalen. (Deze aflossing is
nu bij het manifest van 3/16 Nov. 1.1.
voor dit jaar op de helft bepaald en
voor de toekomst geheel prijsgegeven.)
Al spoedig werd de regeering voo.
de keus gesteld, öf te breken met den
bezittenden adel, die de voornaamste
steun was van de absolute monarchie,
en op de landerijen van den adel de
met elk jaar dringender noodig gewor
den kolonisatie te beginnen, óf den adel
de hand boven het hoofd te houden,
ten koste van de overige landelijke be
volking. De regeering koos het laatste,
ofschoon zij kon weten, dat zij daar
mede een lichaam ondersteunde dat
reeds de kiem van zijn verval in zich
had.
Met de opheffing der lijfeigenschap
ging Rusland over van de natuurlijke
maatschappij tot de kapitalistische, en
in den hoe langer hoe meer verscherp
ten strijd om het bestaan, moesten de
zwakkere elementen plaats maken voor
andere, die meer levensvatbaarhe:d
hebben. Tot die verzwakkenden be
hoorden hoofdzakelijk de vertegenwoor
digers van het grootgrondbezit, die niet
waren opgevoed voor den zelfstandigen,
moeilijken arbeid op eigen grond en
niet waren voorbereid voor den strijd
om het bestaan en daardoor de kracht
misten om het geërfde goed te behou
den. De drang der omstandigheden
dreef en drijft hen onverbiddelijk van
hun grond.
De regeering heeft alles gedaan om
den adel zijn grondbezit te waarborgen
en zich zelf en haar vertegenwoordigers
(2-
„En nu is hij weg 1" riep Mevrouw de
Lévignac, plotseling aangegrepen door den
angst, die zoo licht een moederhart bevangt.
En zij zag in hare verbeelding een geheel
drama, vol herinnering aan verhalen, die
zij had gelezen. Zij zag haar kind gestolen,
medegenomen door rondreizende kunsten
makers. Als een razende snelde zij naar
het tuindeurtje, dat nog haltopen stond en
riep uit alle macht:
„George George George
Een man, die voorbijkwam, een oude
groenteboer uit den omtrek, bleef staan en
tikte aan zijne pet.
„Is uw kleine jongen zoek, Mevrouw
„Ja, baas Lantier,"^ antwoordde zij. naar
adem hijgend. „Heb je hem misschien ge
zien
„Ik kwam hem tegen op den weg."
„Op den wegIs 't lang geleden
„Nou, ik zou zeggen zoowat een half
uurtje Ik heb hem nog gevraagd „Wat
doet u zoover van huis, jongeheer George
„Ik ga papa halen," antwoordde hij. Toen
dacht ik, dat mijnheer de Lévignac daar
vlak bij in het bosch was. Maar had ik
het geweten
De jonge vrouw bleef een oogenblik als
verstijfd van verwondering staan.
In een oogwenk begreep zij wat er was
omgegaan in het kleine hoofdje en het
trouwe hartje van het kind. Met innige
ontroering dacht zij
Die lievelingHij is beter dan ik I O
een steun te verzekeren. Alle voor
rechten der crediet-instellingen, der
opvoedingsinstituten en van den staats
dienst bestonden hoofdzakelijk alleen
voor den adel, die in zijn geheel bleek
onbekwaam te zijn voor zelfstandigen
arbeid en daarom redding zocht in den
tot dusver niet verantwoordelijken
staatsdienst, welke hij daar vond. De
opgroeiende generaties hadden spoedig
alle algemeene en bijzondere leerinrich-
tingen meer dan gevuld, niet om de
daar verkregen kennis in dienst te
stellen der wetenschap of van een door
hen gekozen beroep, maar alleen om
een of andere veilige aanstelling in
den staatsdienst te verkrijgen en daar
omhoog te kruipen, tot men een ver
zekerd bestaan op 's rijks kosten had
verworven. Hoe onbekwaam deze in
staatsdienst zijnde ontwikkelden waren,
bleek uit de ramp, die Rusland in den
oorlog tegen Japan trof.
En nu komt van zelf de vraag op
den voorgrondwaarom kon niet de
landelijke bevolking, die over de maat
der in de gemeenten voorhanden voe
dingsplaatsen gegroeid was, op die
landerijen worden gevestigd, die voor
de grondbezitters reeds waren verloren
gegaan of dit weldra zouden zijn. We
zullen dit met eenige cijfers verduide
lijken. Op het laatst der 19e eeuw
waren de 427 millioen hectaren grond
in de 49 gouvernementen van Euro
peesch Rusland (behalve Finland, Polen,
den Kaukasus -en het land der Donsche
kozakken) aldus verdeeldStaatsbezit
38.5, domeinen der keizerlijke familie
1.9, bezittingen vau kerken, kloosters
enz. 2.2, bezit der boerengemeenten
34.3, in privaatbezit 23.1 pCt.
Wordt vervolgd).
1 Desjatine is ongeveer Vio hectare.
ja, zij zou hem zijn vader teruggevenZij
zou vergeten wat hij haar had aangedaan
ach, 't was niet eens zoo heel erg die
innemende en vroolijke man, die alleen
maar wat driftig en lichtzinnig was. Zij
zou erkennen, dat zij zelve ook niet altijd
zoo was geweest, als zij had moeten zijn,
dat zij wel eens zenuwachtig, grillig en
zeer prikkelbaar was geweest, kortom, dat
zij wel eens misbruik had gemaakt van
hare rechten als mooie en vertroetelde
jonge vrouw.
Maar moeten door zulke ellendige kleinig
heden twee levens worden gescheiden Mag
men. als men een kind heeft, aldus twijfel
en verdriet berokkenen aan het jonge zieltje
vol vertrouwen, dat nog zoo onbeperkt ge
loofde in „Papa en Mama
Alles in haar antwoordde „Neen 1"
Zoo werd zij weder gewonnen voor den
vader door het liefhebbend hartje van den
zoon.
Vol angst voor haren George, die daar
alleen liep in het bosch en dien zij eerst
moest vinden om met hem samen, hand
in hand, „Vadertje" te gaan zoeken, snelde
de jonge vrouw, zooals zij was, zonder hoed,
den weg op, om hare twee dierbaren op
te sporen
Dien morgen was de heer de Lévignac
in een afschuwelijk slecht humeur bij
hem een groote zeldzaamheid.
Hij vond zijn ontbijt slecht toebereid,
de ochtendbladen flauw, zijn huis onge
zellig en onordelijk. Jérome, zijn oude
knecht, die hem van kind af had verzorgd,
waagde het eerbiedig de opmerking te
maken, dat, „Mijnheer zeker met het ver
keerde been uit bed was gestapt."
Een weinig kalmer geworden door die
naïeve en juiste opmerking, ging de heer
de Lévignac in het park. Daar sloeg hij,
ltiiiteiiiaucl.
De Maas en vooral de bijrivieren van
de Maas zijn in België in de laatste
dagen gevaarlijk aan het wassen door
de geweldige regens. In de buurt van
Charleroi is de Sambre buiten haar
oevers getreden. Een schipper, die in
een boot zijn gezin wilde redden, is met
zijn boot omgeslagen. Vijf kinderen
zijn daarbij verdronken. Ook in het
land van Bergen heerscht watersnood.
De hoofdstraat van het dorp Angre
staat onder water/ De fabrieken lijden
zwaar van het water. Vele huizen eri
molens zijn door het water bijna onbe
reikbaar. Bij Luik heeft men sedert
1880 niet zulk hoog water gezien en
in gedachten, met een wandelstokje, dat
hij uit de vestibule had medegenomen, al
wandelende de bloemen af, die hare be
dauwde kopjes bevallig naar hem heenbogen,
en als dan de bladeren verspreid op den
grond lagen, gevoelde hij een soort van
medelijden en onbestemd zelfverwijt.
Vroeger, toen zijn vrouw nog huis en
hof bestuurde met een zoo aardige wijze
van gezag voeren, als haar alleen eigen
was, zou hij het niet hebben gewaagd, de
mooie bloemen te vernielen, waarvan zij
zooveel hield. Maar nu er Adrienne niet
meer wasAch, wat kwam het er thans
op aan
Hij werd nog knorriger. Met een zeer
hevigen slag vernielde hij een bos witte
pioenen, die zich naar hem toeboog als een
hem aangeboden ruiker, en hij verwonder
de zich over zijne eigen onverschilligheid.
Bij de bocht van eene laan zag hij een
hoepel liggen en bij het zien van dat doode
stuk speelgoed, dat voor hem een stuk was
van zijn vernield geluk, kromp het hart
van den jongen man ineen. ïïij doorgrond
de nu het geheim van zijne groote droef
heid, de onuitsprekelijke matheid, waar
door hij heden het leven zoo zwaar en on
aangenaam vond.
Die lieve kleine GeorgeAchachwat
miste hij hem! De heer de Lévignec
had nooit gedacht, dat een klein kind, welks
liefkoozingen eigenlijk niet veel meer zijn
dan die van een lief dier, zulk eene leegte
in de ziel kan achterlaten!
Hij beproefde te lachen om zichzelven.
Kom, kom! Niet sentimenteel wezen, 'tls
alles goed zooals het is. Adrienne en ik
konden immers niet meer met elkander
overweg. En de plaats van een zoo jong
kind is bij de moeder!
Maar het lachen stokte hem in de keel
en bij dien verlaten hoepel, die daar roer-
ook daar in de buurt is veel land over
stroomd. Op verscheiden plaatsen is het
tramverkeer gestaakt, en ook de spoor
trein kan hier en daar niet verder.
Ook uit Duitschland komen berich
ten van groote overstroomingen. Uit
Munchen-Gladbach wordt gemeld, dat
de Inde buiten hare oevers getreden is,
zoodat het spoorwegverkeer tusschen
Jülich en Stolberg gestoord is. Tusschen
Stolberg en Vicht zijn een vrouw en
twee kinderen in hun huis verdronken.
Ook de Moezel is ten gevolge van
zware regens sterk gewassen, beide
oevers zijn overstroomd.
Om en bij Kassei heeft men veel last
van de Fulda en hare zijrieren. In Kas
sei zelf staat de benedenstad blank. In
sommige straten bereikt het water een
meter hoogte.
Sedert Vrijdagavond van de vorige
week werd te Altona Margarete Carbers,
een meisje van zes jaar, vermist. Woens
dag heeft men in een privaat van het
gymnasium haar lijk gevonden. Het
kind was het slachtoffer geworden van
een afschuwelijken sexueelen moord.
Te Lyck zou de gevangenbewaarder
Matzke voor de laatste maal eer hij
zijn nieuwe betrekking van huisbewaar
der van het kantongerecht aanvaardde,
nachtdienst doen. In dien laatsten nacht
heeft hij met een gevangene die ont
vluchten wilde, een wanhopig gevecht
op leven en dood moeten leveren. Een
Poolsche boef, een gevaarlijke kerel,
had een ijzeren poot van zijn ledikant
afgebroken, daarmee een gat in den
schoorsteen gemaakt en was 's nachts
door de opening op de gang gekomen.
Daar stond hij, in een nis weggedoken,
op de loer. Toen Matzke op zijn rond
gang langs de nis kwam, bracht de ge
vangene hem met den beddepoot een
slag op het hoofd toe. Matzke wist zich
nog op de been te houden. En nu volgde
een verwoede worsteling. De boef wilde
den uitgang bereiken, doch de bewaar
der verdedigde dien, waarbij hij als
eenig wapen zijn sleutelbos gebruikte.
Toen de ring van den bos sprong, greep
Matzke een lamp. Achtereenvolgens
sloeg hij zes lampen stuk, maar de Pool
bleef in het voordeel. Nadat hij den
beambte bijna 20 gaten in het hoofd
had geslagen, liet hij hem voor dood
liggen. De andere bewakers waren in-
tusschen op het gerucht toegesneld en
op het oogenblik dat de gevangene
den grooten sleutel in de hoofdpoort
wilde 3teken, werd hij gevat en in de
boeien geslagen. Matzke ligt zwaar ge
wond in het ziekenhuis.
Uit le Puy (Haute-Loire) wordt ge-
loos lag, alsof een dierbaar handje hem
nooit meer door de lanen zou laten rollen
betrapte de vader zich er op, dat hij schreide.
O, het was eene marteling, dat gevoel
van rouw en verlatenheid
Hij kon het niet langer verdragen. Hij
bezweek van verlangen om George weer te
Zien, tot eiken prijs en terstond!
Ja, terstond! Waarom niet? Het was
niet verder dan 5 kilometer van hunne
buitenplaats naar hun groot huis aan den
ingang der stad, waar zijne vrouw met
George bleef wonen.
Wat beteekende dat, 5 kilometer? Het
was een wandelingetje! Hij zou wel zorgen,
dat hij dicht genoeg bij George kon ko
men om hem te zien spelen in den tuin,
zooals hij gewoon was, hem een wenk te
geven en hem misschien even aan zijn hart
te drukken!
En als zijne vrouw hem zag, dan zou
hij haar zeggen
Ja, hij zou haar zeggen, dat alles zeer
slecht ging, zonder haar. Dat de chocolade
haast niet te gebruiken was, als zij die
niet behandelde. Dat de courauten alleen
belangwekkend waren, als zij er was om
er met hem over te redetwisten. En verder,
dat hij zich volstrekt niet verbeeldde een
model-man te wezen, dat hij zich wel be
wust was plaagzuchtig te zijn, dat hij kon
spotten op die ironische manier, welke de
vrouwen zenuwachtig maakt, omdat zij
daarin eene spottende minachting zien. Dan
zou hij, door George ondersteund, beloven
voortaan beter op te passen en het niet
weder te doen, als zij hem maar weder een
weinig lief wilde hebben en met hem sa
men het heerlijk bezit van hun kind ge
nieten
Hij glimlachte, zachter gestemd en be
ter, gelijk ieder wordt, die in oprechtheid
zijn geweten heeft onderzocht, en met vlug-
meld, dat bij een kerkelijke boedelbe
schrijving te Saugues een hevige bot
sing heeft plaats gehad tusschen de
ambtenaren en het volk. De gendarmes
werden omsingeld en mishandeld, een
wachtmeester en een ambtenaar zijn
zwaar gekwetst. Ten slotte maakten de
gendarmes gebruik van hun revolvers,
en toen werden omstreeks 15 menschen
gekwetst, onder wie twee doodelijk.
De gezworenen te Munchen hebben
de vraag naar de schuld van het echt
paar Schellhaas aan den moord op den
rentenier Cramm bevestigend beant
woord. Man en vrouw zijn daarop door
het hof ter dood veroordeeld. De derde
beklaagde Marder, die van heling be
schuldigd werd, is vrijgesproken.
Vier der personen, die de Staatsbank
te Helsingfors hebben geplunderd, zijn
in het naburige bosch door de politie
gevangen genomen. In hun kleederen
verborgen vond men ongeveer f 50,000.
Op het spoorwegstation te Tammer-
fors heeft de politie nog twee deelne
mers aan deze berooving gevangen ge
nomen. Gedurende het verhoor loste
een hunner plotseling schoten uit een
revolver, waardoor drie ag nten van
politie gedood werden. De dader poogde
te vluchten, waarbij hij twee personen
verwondde. In een vleugel van het ge
bouw verschanste hij zich, verklaarde
van uit een venster aan de op het markt
plein verzamelde menigte, dat hij sociaal
democraat was en hulp verlangde. De
opgewonden menigte eischte loslating.
Ter ondersteuning van de politie wer
den brandweermannen gehaald. In het
geheel werden 9 personen gewond.
Volgens telegrammen uit Sidi-Bel-
Abbes is er een belangrijke hoeveelheid
wapens door de Duitschers in 't Zuiden
van Mogador ontscheept. Deze wapens
zouden bestemd zijn voor de inboor
lingen van Tafelat, die uit Tanger het
geheime bevel gekregen zouden hebben,
op te staan tegen de Franschen om
hen uit de Sahara te verdrijven.
De „Petit Bleu" deelt deze berichten
onder het grootste voorbehoud mede.
Uit Melilla woidt medegedeeld, dat
de Marokkaansche pretendent, door de
inboorlingen van Riff teruggeslagen,
besloten heeft den strijd te hervatten.
Hij heeft zijn bondgenoot Boe-Anema
bevolen naar Oedja op te trekken, waar
de troepen van den sheriff bijeen zijn.
De pretendent trekt zelf naar Saëdia op.
Hij heeft de beschikking over meer dan
tienduizend man. Een Marokkaansch
hoofd heeft dezer dagen verzekerd, dat
de pretendent spoedig te Fez zou zijn
ge schreden stapte hij den straatweg op,
die naar het dierbare huis leidde, dat zijn
geluk oorg binnen zijne muren.
De kleine George begon moede te worden.
Wat was bet ver van de stadZij gingen
gewoonlijk met 't rijtuig heen en terug, en
George had nooit gedacht, dat het zoo ver
was! Zijne beentjes konden haast niet meer
voort en hij was bang, dat hij er niet ko
men zou.
Toen hij over den weg keek, die zich
daar vóór hem uitstrekte als een lint zon
der einde, werd zijn hart angstig, hij kreeg
lust wanhopig te gaan schreien, zoo alleen
op den grooten weg.
Komaan, George, moed gehouden, wees
een man, zooals Papa zegt! Wat zouden
de menschen, die mij tegenkwamen, wel
zeggen En dan, als er eens dieven
kwamen. Die zouden denken: dat jongetje
is van huis weggeloopen en wij kunnen
hem gemakkelijk medenemen. Maar als ik
flink doorstap en toon, dat ik zeer goed
weet waar ik heenga, dan durft niemand
inij wat te doen!
Intusschen had hij, voor hij zoo fier
voortstapte, wel lust even uit te rusten.
Hier was juist een plekje aan den kant
van de sloot, dat er verlokkelijk uitzag,
met mooi, welig gras. Daar ging George
zitten, om zich met een gevoel van vol
doening wat welverdiende rust te gunnen.
Tot tijdverdrijf keek hij uit, in de verte.
Er liep niemand op den wegJa toch.
Links en rechts zag hij eene zwarte stip.
Dat waren voetgangers. Die stippen kwamen
nader en nader en werden grooter en
grooter
Als het eens Zigeuners waren?. Och,
wel neenZigeuners trekken in troepen
rond. Dat weet iedereen. En George doet
zijn best, zich goed te houden.
EIIWSB1AD
Naar het Fransch.