met moeite teruggehouden door gen
darmen. Duizenden vrouwen stonden,
stil wachtend met bleeke gezichten, af
en toe uitbarstend in snikken.
En wanneer er geredden worden
bovengebracht, half naakt, geroosterd,
onherkenbaar bijna, dan gaat er door
de wachtende schare een huivering van
hoop. Haastig dringen de vrouwen op.
Misschien m'n man, m'n zoon. In
wanhopige teleurstelling wenden ze zich
weer af.
Zoovelen van de redders hebben hun
leven er bij gelaten. Een van hen is
veertien maal boven gekomen, telkens
met een lijk in de armen. L>e vijftiende
maal heeft men hem niet weergezien.
In de mijnen loopt men letterlijk
over de lijken. En het naar boven
brengen gaat langzaam voort. Een stank
van gebrand vleesch vervult de lucht
als er weder een lift naar boven komt
met wat er over is van een aantal der
werkers, die des morgens welgemoed
hun huis verlaten hebben om het da-
gel ij ksch brood te gaan verdienen in
zwaren arbeid. Door elkaar liggen de
half verbrande lichamen, afschuwelijk
verminkt en over de gezichten, ver
trokken van smartelijken doodstrijd,
over al de ellende van lichameu, waar
aan handen en armen en voeten ont
breken, wordt een dek gespreid.
Zondagavond is alle reddingswerk
gestaakt wegens de groote hoeveelheid
verstikkende gassen. Slechts 90 lijken
zijn voor den dag gehaald.
Volgens de ambtelijke mededeeling
van de mijnbouwmaatschappij van Cour-
rières bedraagt het geheele aantal ver
misten i2j.2.
De berichtgever van het Journal
meldt dak de brand in de mijnen nog
voortduurt. De galerijen zijn onbereik
baar, het inmendige gelijkt een oveiji.
De lijken van de ongelukkige kolen-
delvers die door de ontploffing gedood
zijn, braden in dat helsche vuur. Aan
de monden van de schachten wijkt men
vol ontzetting terug, daar de lucht van
brandend vleesch er te bespeuren is.
De komst van de Duitsche reddings
brigade heeft een diepen indruk op de
mijnwerkers en de ingenieurs gemaakt.
Behoorende tot een corps dat aan de
Urbernia-mijn te Gelsenkirchen is ver
bonden een mijn waar branden vaak
voorkomen zijn zij op den trein
naar Frankrijk gegaan, zoodra zij van
de ramp hoorden. Zij brachten den
nacht wakende door, en toen zij te
Billy aankwamen, gingen zij regelrecht
naar de putten zonder een oogenblik
rust te nemen.
Laibach, de directeur van het Ber-
lijnsche observatorium, heeft verklaard
dat de ramp z. i. samenhing met zekere
atmosferische omstandigheden, die den
lOden dezer in Europa heerschten. Zijn
waarnemingen brachten hem tot de
overtuiging dat de aardkost in het oos
telijk halfrond in een gevaarlijken toe
stand verkeert. Hij voorspelt andere
rampen.
In Oostenrijk is Donderdag ook een
ernstig mijnongeluk gebeurd. In een
mijn te Raibl, in Karintbië, bezweken
de stutsels van een galerij, zoodat deze
zelf inviel. Veertig mijnwerkers en een
ingenieur zijn omgekomen.
Het Fondsenblad maakt melding van
een bergschuiving in Vlaanderen.
Sedert een drietal weken is te Melle
een deel van den Coppenberg beginnen
te schuiven, op eene oppervlakte van
twee hektaren. Op sommige plaatsen
zijn er hoogten ontstaan van 3 meters,
grachten ter diepte van 5 meters en
ronde putten, groot genoeg om eene
hektare vlas in te rooten en die allen
vol water staan. In den boomgaard
van Modest de Witte zijn de boomen
vier meters omhoog gerezen. De haag
er rond, met vier ijzeren draden om
spannen, is door het geweld afgebroken
en is een meter van plaats verschoven.
De aanpalende huizen zijn bedreigd.
De inwoners durven niet gerust meer
slapen, daar zij denken dat hunne wo
ning zou kunnen instorten. Zeer vele
personen zijn dit schouwspel komen
bewonderen.
Men denkt dat de heuvel nog zal
voortschuiven. Men veronderstelt dat
zulks voorkomt door de aanhoudende
regens.
De Daily Mail verneemt uit Tandzjer,
dat alle berichten uit het binnenland
gewag maken van gebrek aan voedsel
door het mislukken van den tarwe- en
den gerstoogst. Er dreigt een hongers
nood op groote schaal. Het heet, dat
honderden reeds den hongerdood ster
ven in zuidelijk Marokko.
IJit ons Parlement.
XXI.
De voortgezette algemeene beschou
wingen over het Arbeidscontract waren
in hoofdzaak een strijd tusschen socia
listische kamerleden aan den eenen en
niet-socialistische met den Minister van
Justitie aan den anderen kant. Van de
socialistische zijde traden daarbij Tak
en Schaper in het debat en van de
overzijde voornamelijk Drucker, Van
Nispen tot Sevenaer en Talma met den
Minister.
De grieven, welke de socialisten tegen
het ontwerp bleken te hebben, waren
van onderscheiden aard en het was
vooral de heer Tak, die deze optelde.
Hij meende, dat het bij de regeling
van het arbeidscontract vooral daarop
moest aankomen, dat men de over
macht van het kapitaal knotte om de
arbeiders tegen misbruik van die over
macht te vrijwaren. Daarvoor was vrije
beweging van de arbeiders zeiven en
van hunne organisaties noodig en nu
werd juist die vrijheid niet alleen niet
beschermd, maar zelfs belemmerd, door
dat men de vrijheid van werkstaking
aan banden trachtte te leggen, door
middel van een termijn van opzegging
en van het zoogenaamde staangeld.
Bovendien waren voor die bescherming
tegen den willekeur van het kapitaal
noodig strafrechterlijke bepalingen, zoo
b.v. tegen gedwongen winkelnering;
een zuiver burgerrechtelijke regeling
zou nooit voldoende kunnen zijn.
Het eenige middel tot bereiking van
het doel scheen den heer Tak te zijn,
de oplossing van de arbeiderskwesties
over te laten aan een scheidsgerecht
met publiekrechtelijke sanctie en straf
bedreiging. Toch moest hij het goede
in het ontwerp erkennen en meewerken
tot de totstandkoming van de voor
gestelde regeling, wanneer wijzigingen
werden aangebracht tot verzekering
van de vrije arbeidsactie.
Dit laatste, de erkenning van het
goede en de bereidwilligheid om mee
te werken, werd nu door ongeveer alle
sprekers van de overzijde den socialisten
voorgehouden als in strijd met de agi
tatie, die zij tegen het ontwerp hadden
gevoerd, waarbij dan een verschil van
meening in den boezem hunner partij
hieromtrent niet ongebruikt gelaten
werd en de meening van den heer
Schaper tegenover die der anderen ge
steld werd. Maar de lieer Schaper zelt
kwam al spoedig verklaren, dat hij de
redeneering van den heer Tak geheel
onderschreef, daarbij nog eens vast
stellende, dat de onafhankelijke arbei
ders in de eerste plaats bescherming
tegen willekeurig ontslag vragen, en
den heer Van Nispen terechtwijzende,
dat de christelijke arbeiders geen ar
beidscontract hebben gevraagd maar
opneming daarin van minimum-loon en
maximum-arbeidsduur.
De verdediging van het ontwerp nam
vooral de heer Drucker op zich, die
daarvoor trouwens eenige reden had,
omdat hij aan de totstandkoming ervan
had meegewerkt. Vooraf had reeds de
heer Talma zijne goedkeuring uitge
sproken, maar tevens erkend, dai vak-
vereenigingen als Patrimonium gaarne
ook b.v. arbeidsverzekering aan dit
ontwerp hadden vastgeknoopt.
De verdediging van den heer Druc
ker richtte zich regelrecht tegen wat
de heer Tak in het midden had ge
bracht. Het doel van het ontwerp
noemde spreker het tegengaan van tal
van misbruiken in de bestaande arbei-
derstoest .nden. En wat de bezwaren
betreft, er waren geen bepe. kingen in
van de vakorganisatie dan die absoluut
noodig waren en geen bepalingen ten
nadeele der werklieden. Het staangeld
werd er iuist in beperkt en de ge-
wenschte strafbepalingen lauden een
tweesnijdend zwaard blijken en ook de
arbeiders treffen, wat men in Noorwe
gen b.v had ondervonden. Zoo ook was
men het in 't buitenland er lang niet
over eens, of dit onderwerp niet het
best in het Burgerlijk Wetboek kan
worden opgenomen. Een organisatie van
de stakingsverschijns len lag volgens
spreker geheel buiten dit ontwerp.
Na deze verdediging had de Minis
ter van Justitie het gemakkelijk met
de weerlegging van de aangebrachte
bezwaren. Hij begon met te erkennen,
dat dit ontwerp niet de volledige op
lossing brengt van het arbeidersvraag
stuk en zelfs niet van het arbeidscon
tract, maar dat het alleen het evenwicht
trachtte te bewaren tusscheu werkgever
en werknemer en beoogde den zwakke
te beschermen tegen de eischen van
den sterkere. Verder betoogde hij, dat
naar de bedoeling van dit ontwerp sta
king niet altijd is, zelfs meestal niet is
een tenietdoeuing van de dienstbetrek
king en dat het ontwerp een steun moet
geven aan vakvereenigingen en individu
beide.
Na de ministeriëele rede sprak de
heer Tak een woord van verdediging
voor wat hij had aangevoerd. De heer
Van Nispen keurde nog eens de actie
van het agitatie-comité af, vooral met
het oog op de houding, die de soci
alistische Kamerfrac:ie nu aannam, wat
den heer Troelstra aanleiding gaf te
zeggen, dat deze fractie als zoodanig
aan de agitatie niet had meegedaan en
de heer Drucker trachtte de socialisten
eveneens van hun ongelijk te over
tuigen, hun daarbij gebrek aan kennis
van sommige feiten voor de voeten
werpend. Hierna werd het algemeen
debat gesloten en kwam het amende
ment van den heer Lohman in behan
deling, dat strekte om dienstboden uit
het arbeidscontract te lichten en de be
palingen betrekkelijk deze in het Bur-
gerl. Wetboek van kracht te laten met
uitzondering van de bepaling, dat de
meester op zijn woord geloofd wordt.
Het werd door den heer Lohman ver
dedigd met een beroep op het verschil
tuaschen deze dienstboden, die deel van
het gezin uitmaken en de werklieden
en op de onmogelijkheid voor vele ge
zinnen om een dienstbode bij ziekte 4
weken lang in huis te verplegen en het
loon te blijven uitbetalen. Na weer
legging van den minister en van den
heer Drucker als voorzitter van de com
missie van Voorbereiding werd het ver
worpen.
l'ldatNeljjk Nieuws.
HEUSDEN, 14 Maart.
Verschillende winkeliers zijn de laatste
dagen door de brigade-marechaussee alhier
bekeurd voor het niet hebben van het
woord „margarine" boven de winkeldeuren
of voor de winkelramen.
Om op 1 April in dienst te treden
is te Sneek benoemd tot agent van politie
2de klasse, op een salaris van f 600, de
marechaussee J. van Gaaien, van de brigade
Heusden.
Bij de laatstleden Zaterdag alhier ge
houden provinciale keuring van een- en
twee-jarige hengsten zijn de volgende pre-
miën en bewaringsprijzen toegekend
Tweejarige hengsten.
„Cicero" van de heeren Gebr. Oerlemans
v. d. Schans te Drongelen, bewaringsprijs
van f150.
Eenjarige hengsten.
„Zwarte" van den heer G. J. W. Bran
derhorst te Eethen, premie van f 50 en
bewaringsprijs van f100.
„Max" van den heer J. Snoek te Nieu-
wendijk, premie van f50 en bewaringsprijs
van f100.
Bij de op Maandag alhier gehouden
provinciale keuring tot toekenning van
premiën en bewaringsprijzen aan merriën
van minstens 4 en hoogstens 8 jaar oud,
zijn de volgende merriën bekroond:
le prijs van f 100, „Jana,' van den heer
W. M. Branderhorst te Genderen.
2e prijs van f 75, „Vos" van den heer
L. G. van der Beek te Genderen.
3e prijs van f 75, „Jungfrau" van den
heer W. Klijn te Elshout.
4e prijs van f 50, „Cor" van mejde wed.
J. Straver Wz. te Babiloniënbroek.
5e prijs van f 50, „Julia" van mej. wed.
D. Blijenberg te Wijk.
Extra prijzen, ieder van f 50, werdeo
toegekend aan de volgende merriën:
„Witvoet" van den heer J. Branderhorst,
Eethen„Jolie" van den heer Mr. G. Heere,
Raamsdonk; „Hendrika" van den heer W.
M. Branderhorst, Genderen; „Flora" van
den heer A. Straver Jz., Babiloniënbroek;
„Aletha" van den heer H. Freericks, Was
pik; „Henriette" van den heer L. v. Herpt,
Herpt; „Amie" van den heer J. Snoek,
Nieuwendijk; „Obra" van den heer Adr.
Straver Wz., Babiloniënbroek; „Marie" van
den heer M. A. Buys, Herpt; „Jeanne" van
den heer D. vanCampen, Drongelen; „Frida"
van de heeren Gebr. Oerlemans v. d. Schans,
Drongelen; „Mina" van de heeren Gebr.
Hagoort, Dussen„Flora" van den heer H.
de Graaff, Meeuwen; Merrie van den heer
Jan Uythoven, Eeten; „Grietje" van den
heer J. W. de Graaff, Meeuwen.
Als reserven werden aangeteekend
1. „Nelly" van den heer C. J. Brander-
horst, Genderen2. „Mie" van den heer
G. J. W. Branderhorst, Eeten3. „Jana II"
van den heer G. Millenaar, Andel4. „Moor"
van den heer G. J. W. Branderhorst, Eethen
5. „Vos" van den heer G. Boom, Babilo
niënbroek; 6 „Lize" van den heer D. van
Buuren, Meeuwen.
WERKENDAM. Vrijdag 1.1. vergader
de, ten herberge van Wink alhier, des
nam. 6£ uur de landbouwvereeniging „Wer
kendam en Omstreken". Bij tijdelijke ont
stentenis van den voorz. en den vice-voorz.,
opende de heer Hakkers de vergadering te
ongeveer 7 uur, heette allen welkom en
hoopte dat deze vergadering ook nu weer
vruchten zou afwerpen ten bate der land
bouwers, waarna hij den secretaris verzocht
de notulen te lezen, waaraan deze voldeed.
Niemand iets op de notulen aanmerking
hebbende, werden ze gearresteerd en me
degedeeld, dat een lid had bedankt, doch
11 personen zich hadden aangemeld om
lid te worden. De vereeniging telde thans
150 leden, waarvan 85 tegenwoordig
waren.
De secretaris deelde verder mede, dat aan
de leden een circulaire was gezonden over
't gebruik van zout door !t vee, dat bij het
eindigen der vergadering aan de leden zou
worden uitgereikt eene circulaire over de
besproeiing van boomen met bouilli-Bor-
delaise en dat eene circulaire was aange
vraagd, die handelde over schapenschurft,
terwijl een schrijven van het landbouw
proefstation was ingekomen, waarin werd
aangedrongen op het laten onderzoeken van
de voeder artikelen. De secretaris las het
een en ander voor en de heer Hakkers
voegde er nog eene verklaring aan toe.
Intusschen waren de heeren bestuursle
den Mulert en Meyer ter vergadering ver
schenen en nam de eerste verder de leiding
op zich.
Punt 2 der agenda: „Herziening van het
Reglement met het oog op de Kon. goed
keuring" kwam toen aan de orde, en het
concept werd na een paar kleine wijzigin
gen goedgekeurd, waarna punt 3 der agenda
aan de beurt kwam. Laatstgenoemd punt
bevatte een tiental voorstellen van den heer
H. G. Albera.
1. Afschaffing der jaar lij ksche loterij.
2. Oprichting eener landbouwbibliotheek,
werden afgestemd, doch men wilde wel
ingaan op 't voorstel De Klerk om bij de
in 't vervolg aan te koopen prijzen, ook eenige
landbouwwerkjes op te nemen.
3. Te trachten te komen tot het oprich
ten van eeno Zuivelfabriek alhier, werd
als onmogelijk beschouwd, daar de meeste
boeren hier hun melk volop zoet van de
hand kunnen doen en er dan veel meer
voor maken, dan eene Zuivelfabriek er voor
kan geven. Wenschte men een Zuivelcon-
sulent daarover te hooren spreken, dan kon
dat natuurlijk gebeuren.
4. Aaangenomen werd een vragenbus aan
te schaffen, doch de voorz. vond dat niet
afdoende en wees een vlugger weg aan door
zich beschikbaar te stellen om eventueele
vragen, die de leden wenschten beantwoord
te zien in een landbouwblad te plaatsen en
den belanghebbenden met de antwoorden
in kennis te stellen.
5. Werd voor de helft aangenomen en
voor de helft verworpen en er zal dus voor
taan, evenals telkens gebeurde bij verlo
tingen, bij iedere vergadering een presen
tielijst ter teekening gereed liggen, doch
van een boetestelsel, op het al of niet be
zoeken der vergaderingen, wilde men niets
weten.
6. Van wege de vereeniging proefveldjes
aan te leggen, vond geen genade bij de
vergadering, doch wel stelden zich de h.h.
Mulei t, Hakkers en De Waard beschikbaar
om daarvoor zich wat moeite te getroosten.
7. 't Verbod om te rooken gedurende de
eerste helft van den tijd, dat men gewoon
lijk vergadert, vond evenmin ingang.
8. Aan 't voorstel om aan al de leden
eene brochure te overhandigen over 't be
spuiten van vruchtboomen, zou, zooals ge
zegd, bij 't eindigen der vergadering wor
den voldaan.
9. Wat de wijziging der bietencontracten
aanging, moest ieder voor zich maar zoo
veel concessies mogelijk zien te verkrijgen
als hij kan, en
10. De heer Meijer zou inlichtingen, bij
voor hem betrouwbare personen, inwinnen
omtrent het geven van voorschotten op
groenten door inlandsche fabrieken.
Punt 4 der agenda „bespreking over de
oprichting eener onderlinge veeverzekering"
werd niet afdoend behandeld, omdat daar
voor geen tijd meer was, doch besloten
werd, dat ieder een kaart thuis zou krijgen
om daarop in te vullen hoeveel en welk
soort beesten hij ter verzekering zou wil
len opgeven. Na invulling moet men de
kaarten weer aan den secretaris terug zen
den, opdat het bestuur zou kunnen zien
of de zaak levensvatbaarheid zou hebben.
Nadat verder een voorstel van een der
leden om steenkolen voor gezamenlijke re
kening aan te koopen, was geketst, werd
overgegaan tot de verloting.
De uitslag daarvan was als volgt:
L. Groene wege Jr. een barometerH. van
Donkelaar 3 ijzeren maten; A.vanDrunen
een geëm. melkemmerA. Wink een wek
ker; A. Sigmond een hoogstam pereboom;
L. M. Kolff Az. een hoogstam appelboom;
H. A. Donker een perzikleidboomD. van
Arkel een mestriek; Joh. Ippel Jzn. een
gieremmer met steel; D. Blij, idem; P.
Doedij ns een ballastschopP. van Andel
een boter- en kaasthermomoterJohs. Wie-
ringa een melkweger; C. Slagmolen een
stofbril en P. M. Pouli idem.
Niets meer te behandelen zijnde, sloot
de voorz. de vergadering.
Door de hooge vloeden der laatste
dagen, zijn niet alleen bijna alle polders
in den Biesbosch volgeloopen, doch ook
kaden beschadigd en is ook veel hout en
band gaan drijven, zoodat weer velen een
schadepost hebben bekomen en de land
bouwers voorloopig van hun land kunnen
blijven al zal dat nu wel voor het meeren-
deel van muizen enz. zijn bevrijd.
DOEVEREN. Maandagmorgen kwam
de herbergier A. P. Boll tot de minder
aangename ontdekking dat bijna al zijn
kippen (8 stuks) vermoedelijk door een
hond waren doodgebeten.
Zondag e.k., n.m. half zeven uur,
hoopt voor de gem. op te treden, de wel-
eerw. heer Stiens, zendeling onder de Hern
hutters.
BOMMELERWAARD. De contracten
(suikerbieten) zijn of worden druk gesloten;
de prijs, minder dan 't vorige jaar, valt
echter nog niet tegen naar algemeen ver
wacht werd.
Over 't algemeen verwacht men dat er
veel aardappelen worden gepoot, daar na
een tamelijk gewas de prijs vooral den laat-
sten tijd erg is meegeloopen.
De prijs der suikerbieten is f 9.50 en
die der aardappelen f 3.25 a f 3.50.
WIJK. Heden ontving de postbode
K. v. d. Velden het bericht dat zijn tracte-
ment vanaf 1 Dec. 1905 met f50 is ver
hoogd.
In verschillende gezinnen heeft ook
hier de influenza zijn intrede gedaanvelen,
groeten en kleinen worden er door aange
tast, doch gelukkig vertoont zich de ziekte
nog in geen hoogen graad.
VEEN. In den nacht van 12 op 13
dezer is te V een ten nadeele van C. Bouman
gestoleneen zoo goed als nieuw heeren
rijwiel, een nikkel cylinder- en een nikkel
remontoir horloge met f 2,50 aan kleingeld.
Behalve de fiets is alles uit de slaapkamer
genomen en gedeeltelijk uit een gesloten
kast in die kamer. De daders zijn niet
bekend.
HEDIKHUIZEN. Zekere B. te Herpt
maakte zich den lOen dezer zoo boos op
de gebroeders G. en M. van Ooijen alhier,
omdat zij te Heusden bij de verhuring van
weiland gelegen alhier, een perceel pachtten,
hetwelk hij gaarne had gehad, dat hij hun
met een stok mishandelde. Procesverbaal
is opgemaakt.
♦RIJSWIJK. De Commissie tot wering
van schoolverzuim alhier, heeft tot voorz.
benoemd de heer C. H. Schaap en tot
secretaris de heer H. Binsbergen.
Uit het verslag van de Commissie
tot wering van schoolverzuim blijkt, dat
in 1905 slechts één ouderpaar ter verant
woording behoefde te worden opgeroepen.
Evenals in vele andere gemeenten is dus
ook hier het ongeoorloofd schoolverzuim
sterk verminderd.
De aardappelhandel begint in de
laatste dagen heel wat levendiger te worden.
Had men gedurende den winter bijna geen
kans om te verkoopen, thans worden ver
schillende partijtjes opgekocht. De prijs
gaat ook omhoog; voor de beste partijen
wordt reeds tot f 3,50 per H.L. besteed.
Het driejarig zoontje van den heer
Sch. alhier had Vrijdag het ongeluk zoo
ernstig te vallen, dat een arm gebroken
werd.
DUSSEN, 13 Maart. Bij de gehouden
aanbesteding voor rekening van den Zuid-
hollandschen polder alhier, van vletwerk
werd per kub. meter ingeschreven.
Er werden 13 biljetten ingeleverd, waar
van 't hoogst werd ingeschreven door Jac.
Kievits alhier, met 75 cent en 't minst
door W. Monshouwer te Nieuwendijk met
43 cent, aan wien 't werk is gegund.
In de plaats van den heer H. Arkema,
is door de Geref. Gem. alhier, tot diaken
gekozen, de heer M. de Hoog.
GAMEREN. Na bijna 12£ jaar ijverig
zijne betrekking in deze gemeente te hebben
vervuld, zal met ingang van 16 Maart onze
brievenbesteller A. J. v. Wijk ons verlaten,
om den dienst tusschen Waardenhuizen
en Herwijnen waar te nemen. We zullen
hopen, dat deze verandering voor hem ver
betering zal meebrengen, te meer daar Van
W. bij alle, die omgang met hem hadden,
altijd even bereidwillig was en met de
meeste nauwgezetheid zijn betrekking als
postambtenaar alhier heeft waargenomen.
Naar aanleiding van het artikel in
een nummer van de Gelderlander en
afkomstig van een dijkgraaf, volkomen
met de toestanden langs de Maasoevers
vertrouwd, omtrent den staat van zaken
sedert de opening van den Nieuwen
Maasmond, mag de volgende mede
deeling niet overbodig worden geacht.
De in dat bericht vermelde over
strooming van een gedeelte van Noord-
Brabant is niet het gevolg van door
braak in den linker Maasdijk, doch is
alleen veroorzaakt door de werking van
den Beerscben overlaat.
Die werking nu wordt door den ver
legden Maasmond niet beheerscht, zij
is van deze geheel onafhankelijk.
Immers volgens de indertijd van re-
geeringswege verstrekte inlichtingen
zal de invloed der Maasmondverlegging
zich op de Maas, door verlaging van
haar waterspiegel, op verre na niet uit
strekken tot den Beerschen overlaat,
doch op een groot aantal kilometers
beneden deze niet meer merkbaar zijn.
De tegenwoordige overstrooming van
Noord-Brabant staat dus in geen ver
band hoegenaamd met den Nieuwen
Maasmond.
Die verlegging was noodig om moge
lijk te maken de scheiding van de ri
vieren Maas en Waal, vooral om te
voorkomen het zich bij grooten ijsaf-
voer vormen van ijsverstoppingen, die
niet zelden hadden aanleiding gegeven
tot dijkbreuken en daarmede gepaard
gaande groote rampen.
Zoolang de Beersche overlaat niet zal
zijn afgesloten of opgeheven, zal Noord-
Brabant blootgesteld blijven aan over
strooming als de tegenwoordige.
's-Gravenhage, 12 Maart 1906.
SOETER.
Door den stormvloed heeft het water
Maandagavond eene buitengewone hoog
te bereikt. Van alle plaatsen welke aan
zee- en rivierdijken liggen, komen dan
De werking van den Maasmond.