el Land van Heusden en lllena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
Scherpe voorwerpen.
Door eipi sol!
Uitgever: L. J, VEERMAN, Heusden.
JVo. 2553. Zaterdag 11 Augustus.
FEUILLETON.
1906.
VOOR
O
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00,
franco per post zonder prijsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 7'/j ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
Een enkele stoot, een enkele ruk
van het scherpe lemmeten dik
wijls is het leven heengevloden.
Voor altijd.
Zooals de dood een ontneedoogzime
tiran is, een barbaar, die van geen
vermurwen weet, een liefdelooze, die
geen teruggeven kent.
Raakt zijn ijzige hand aan de fleu-
ïige, keurige bloemen, het jeugdig le
ven is afgesneden tot den stengel toe.
Blikt zijn holle oog u aan, het klinkt
als een „heden ik en morgen gij" u
tegenhet schoonste feestgewaad ver
keert in floers van zwarten rouw.
Maar driemaal ellendig de moorde
naar, die met zijn mes dat leven roofde.
Door hun met traan beneveld oog
blikt nog het stil verwijt der dierbare
achtergeblevenen den onverlaat tegen.
En weet hun smart nog uiting voor
het woord vergiffenis te vinden in naam
des slachtoffers, straks grijpt de men-
schelijke gerechtigheid, den God der
wrake en der vergelding vertegenwoor
digend, den schuldige aan en sleurt
hem naar schavot en kerker.
Stel naast die misdaad, in al haar
omstandigheden, de misdaad welke niet
het doodend staal bedreef, waardoor
het stoffelijk leven werd afgesneden.
Doch het gruwzaam wanbedrijf, dat
de puntscherpe tong begaat, als zij het
leven doodt der liefde.
Dat gebeurt zoo dikwijls, zoo al te
veel.
Als twee vrienden in hechtste bond
genootschap steeds deelden wat hun
liefs en leeds wedervoer, dan meenden
ze dat hun vriendschap duurzamer zou
zijn dan het marmer, waar ze ooit in
bezongen mocht worden.
Gebeure wat wil, rotsvast scheen
deze verhouding hun toe, waarop dat
gebouw hunner wederzijdsche genegen
heid was opgetrokken.
Toen klonk op eens waarom en
hoe? toen kionk op eens een liefde
looze klank, neen een woord vol haat.
Toen striemde het de lucht en striem
de nog feller het hart van den ander.
Toen schudde dat onverwachte, dat
plots opkomende, aan den vasten bodem
hunner vriend schap, als een vreeselijke
aardbevingskracht en rinkinkelend stort
te bet heerlijk pal is ine u, dat zij
beiden zich hadden gebouwd waaraan
41)
Zwaar ademhalend hield zij op. „Binnen
een uur, mijnheer Schmidt, heb ik uw huis
verlaten," herhaalde zij. De gestijfde banden
van haar muts wuifden ritselend omhoog,
terwijl zij in hevige opgewondenheid de
•deur openrukte en heenging.
„Je hebt al die beschuldigingen gehoord,
verdedig u, Ilse," zeide hij langzaam.
Zij schudde het hoofd. „Dat wil ik niet,
en dat kan ik niet; wel ben ik niet zoo
schuldig als je schijnt te gelooven, en dat
het zoo ver gekomen is, vraag jezelf af of
je dat ook niet aan jezelf te wijten hebt.
Wie er de meeste schuld aan heeft, zullen
wij niet onderzoeken; 't is genoeg dat het
zoo is. Van mij hangt het af een ziel te
reddenik ben noodig bij een mensch, in
wien het goede aangekweekt moet worden,
of het zou verloren gaan, en dien man heb
ik lief, ik volg hem, waarheen hij ook
gaat, zijn vaderland is mijn vaderland, zijn
geluk is het mijne. Ik red hem, dus ben
ik voor hem noodig. Wat is dan nu zonde,
dat ik je verlaat en met hem meega, of
omgekeerd
„Je hebt hem lief?" vroeg hij, haar
weder naderende, en daarbij onwillekeurig
op den trouwring, dien zij had weggewor
pen, trappende, zoodat die verpletterd was.
„Zeg dat nog eens 1"
„Ik heb hem lief," zeide zij, helder en
duidelijk, de handen op haar kloppend
hart drukkende, „en ik ga met hem mee
als zyn vrouw."
ze jaren van hun leven besteed had
den waarin ze woonden naar 't hun
dacht, zoo veilig en zoo zalig.
En bitterheid klinkt uit hun toon,
als men verbazend vraagt naar die ver
broken verhouding.
En wrok werkt na in hun bedroefd
hart.
Daar zijn nog andere, veel teederder
verhoudingen dan tusschen vrienden,
die plotseling verbroken kunnen wor
den; daar zijn er tusschen de twee,
die, om saam te gaan door 't leven,
elkander plechtig tiouw zwoeren voor
des Heeren outer.
En hoe hechter de band ooit bond, te
smartlijker wonde hem vaneen rijt: om
dat scherper zijn de slagen, die vast
cement veipdveren, dan die slechts
lichteren wederstand te verbreken heb
ben.
Wie geeft dit loven van liefde terug!
Welke macht uit. hemel of aarde her
stelt dit verloren paradijs?
Wie weet te temmm dit monster
van liefdelooze taal, van haat en scherpte,
dat zooveel miserie brengt!
Waarlijk, voorkomen is hier beter
dan genezen, ofschoon genezing toch
ook goed, zelfs zeer goed mogelijk is.
Maar on begrijpelijk-wijs en wel van
's hemels hoogste wijsheid ingeblazen,
dat gewijde woord plaats een wachter
aan uwe lippen, en heb uw tong in be
dwang.
Dan alleen zullen er geen snijdende
zwaarden en liefdedoodende woorden
van u uitgaan.
Rtiiiieiiimid.
Het te Koningsbergen vergaderde
verbond van Duitsche vleeschhóuwers
heeft Woensdag het volgende opmer
kelijke besluit goedgekeurd: „De ver
gadering stelt vast dat op dit oogen-
blik de prijzen voor rundvee en scha
pen, in vergelijking met het vorige
jaar, nog hooger en die voor varkens
weer even hoog gestegen zijn en ver
moedelijk nog meer zullen stijgen. Aan
een daling van de prijzen voor runde
ren, kalveren en schapen valt nauwe
lijks meer, en aan een verlaging van
den prijs voor varkens niet eerder te
denken voor de regeering den invoer
van vee in grootere mate uit landen,
die in de behoefte kunnen voorzien,
toelaat; want de Duitsche varkens zijn
door te sterke aanfokking en verkeerde
mesting zoodanig ontaard en vatbaar
voor ziekte, dat zij van zelf waarschijn
lijk niet meer gezond zullen worden.
Op eens gevoelde zij zich opgetild en
aan Arnolds borst gedrukt, alsof zijn armen
van ijzer waren.
„Dat zul je nietbracht hij met een
heesche stem uit, „of ik vermoord u en
hem." Maar die vlaag van woede duurde
slechts een oogenblik; toen liet hij haar
weder los.
„Denk aan je kind
„Het houdt niet van mij, niemand hier
in huis houdt van mij."
„Ga dan," zeide hij, op doften toon. „Ga,
ik wil je geluk niet langer in den weg
staan." Hij wendde zich van haar af, en
hield de hand voor zijn oogengeen ver
wijt kwam over zijn lippen.
„Ilse," zeide hij nog eens. Zij schudde
heftig het hoofd. „Mijn liefde is sterker
dan mijn wil, houd mij niet terug, ik
moet mijn liefde volgen."
Toen zweeg hij. Met beide handen onder
het hoofd, zat hij aan de tafel, in smarte
lijk gepeins verzonken. Het snel heen en
weer loopen van de vlugge vrouwenvoeten,
het ritselen van haar zijden kleed achter
hem had opgehouden, een deur werd in
het slot geslagen, en toen viel de voordeur
dreunend dicht. Hij hoorde het als in een
droom als in een droom gevoelde hij de
smart, die zijn hart verscheurde. Hij wilde
opstaan, haar tegenhouden, maar hij was
als verlamd, hij kon niet eens roepenhij
gevoelde slechts, dat zij was heengegaan,
zonder dralen, zonder een afscheidswoord
zij had hem verlaten om een ander.
Hoe lang Arnold zoo gezeten had, wist
hij niet. Eensklaps rees hij overeind. Nog
altijd brandde de lamp met haar vriendelijk,
kalm schijnsel, dat zich afspiegelde in de
juweelen. die op het tapijt verstrooid lagen.
En elk van die kostbare, flonkerende
steenen was als een dolksteek door zijn hart.
Zyn zinnen waren zoo zonderling ver-
De Duitsche veeteelt is ofschoon zij
niet aan de behoeften van de melk
en vleeschmarkt kan voldoen zoo
zeer toegenomen dat bij mindere voeder
oogsten de grootste moeielijkbeden te
verwachten zijn. De vergadering draagt
daarom het bestuur op, aan de regee
ring onverwijld voor te stellen:
lo. De toelating van den invoer van
Deensch rundvee onder dezelfde voor
waarden, waaronder dat uit Oostenrijk
wordt toegelaten; dus afschaffing van
quarantaine-maatregelen en tuberculi-
ne -inspuiting
2o. de toelaling van rundvee uit Ne
derland
3o. de toelating van den invoer van
een contingent varkens a. uit Frankrijk
voor de steden Straatsburg, Mets en
Hagenau; b. uit Nederland voor de
slachthuizen in de regeeringsdiftricten
I)-sseldorp, Keulen en Aken; uit De
nemarken voor de slachthuizen aan de
Noord- en Oostkust."
In verband met de onthulling van
de schandalige toestanden in de Noord -
Amerik. uitvoerslachterijen, kreeg het
bestuur verder opdracht, tot de rijks-
regeering bet dringende verzoek te
richten, maatregelen te nemen, die in
het belang van een deugdelijke volks
voeding en een gezonde mededinging
tusschen de streng gecontroleerde Duit
sche vleeschhouwersbedrijven en de ge-
wetenlooze praktijken van de Ameri-
kaansche uitvoerslachters noodig zijn.
In verband hiermee moet verlangd wor
den verplichte declaratie voor vreemde
reuzel en vetten, het verbod van invoer
van vreemd vleesch in blikken ten ge-
bruike van leger en vloot.
De blanke slavernij in Florida, waar
over wij in ons vorig nommer melding
maakten, doet ook van zich sprekerf
door een geding, dat een van de slacht
offers, de Russische jood Bennie Wi-
lenski, tegen den agent Schwartz heeft
aangespannen.
Schwartz had aan den Rus een goede
betrekking beloofd, waarin hij l1/, dol
lar daags zou verdienen. Schwartz be
taalde het reisgeld naar het binnenland,
13 dollars, die met een hal ven dollar
wekelijks van Wilenski's loon zouden
afgehouden worden. Wilenski werd nu
met 41 andere menschen aan boord
van een boot gebracht. Op reis moes
ten zij op harde matrassen aan dek
slapen en kregen zij zulk slecht eten,
dat zij liever honger leden. Na een
reis van drie en een halven dag kwa
men zij te Jacksonville aan, waar de
directeur van de Hodges Milling Com
pany hen in ontvangst nam en in een
trein pakte, die hen naar Maytown
(Florida) voerde. De reis duurde weer
doofd, en toch herinnerde hij zich duidelijk,
dat iets hem uit zijn verdooving gewekt
had een geluid, een gedruischZou Ilse
teruggekeerd zijn? Het bloed stroomde
plotseling naar zijn hart terug, hij luisterde
in de grootste spanning. Alles was stil.
Maar neen, daar klonk het geluid weder,
een smartelijk, zacht, gedempt gekerm.
Eensklaps viel het hem in, dat Felx ver
geten en alleen in zijn bedje lag; het kind
was het eenige, dat hem nog was overge
bleven, en met wankelende schreden liep
hij den corridor door naar de kinderkamer.
Met van koorts gloeiende wangen woelde
de kleine steunend op zijn kussen heen
en weer, zijn handjes plukten onrustig aan
de beddedeken, zijn lippen waren droog
en dorstig. De plaats naast zijn bedje was
ledig. Rika, die anders op elke ademhaling
acht had gegeven, was verdwenen. Op de
tafel stond de flesch met medicijn, de lepel
lag er naast, maar de inhoud was nauwe
lijks vèrminderd, en intusschen had het
arme kind misschien uren lang zonder ver
pleging of verkwikking gelegen. Radeloos,
en diep medelijden met den kleine zieke
gevoelende, stond hij er bij.
Hij nam het kind op, en beproefde het
de medicijn in te geven, maar zoo iets niet
gewoon, gelukte het hem niet den lepel
tusschen de op elkander geklemde lippen
te brengen, eD al het vocht stortte hij over
het witte nachtjaponnetje.
Eenigen tijd nadat Arnold het kind weer
in zijn bedje had gebracht, richtte dit zich
met een akeligen gil overeind; met wijd
geopende oogen, greep hij stuipachtig met
de handjes in de lucht, ei zonk toen weer
in het kussen achterover. Uit zijn dofheid
opgeschrikt, boog Arnold zich over hem
heen, maar hoe hij ook luisterde, geen adem
tocht bewoog het borstje meer, gebroken
staarden de donkere oogen. Hij greep de
anderhal ven dag en in al dien tijd kre
gen zij nauwelijks te eten. Te Maytown
werden zij ondergebracht in woningen
die veel op hondenkrotten leken. Zij
moesten in een terpentijn-raffinaderij
werken, en het werk was zeer ver
moeiend. Wanneer een van de werk
lieden een oogenblik rust nam, viel de
opzichter op hem aan en sloeg hem
onder vloeken en scheldwoorden met
een roede op den blooten rug. Voor
water moesten de mannen afzonderlijk
betalen. Een van de werklieden, Jack
Leonard, viel eens van uitputting op
den grond en bleef liggen. Wilenski
goot wat water over hem heen, om
hem op te frisschen. Daarop kwam een
van de opzichters op Wilenski af, sloeg
hem tot hij bewusteloos was en ran
selde ook Wilenski danig af.
Nadat Wilenski 10 dagen te Maytown
gewerkt had, kreeg hij van familie te
New-York, wie hij bericht had kunnen
sturen, een postwissel van 30 dollars.
Een van de opzichters onderschepte
hem en gaf hem 10 dollars, met de
opmerking dat hij aan de maatschappij
nog 20 dollars schuldig was en op
staanden voet ontslagen werd.
Bij zijne aankomst te New-York was
de Rus, tengevolge van de doorgestane
ellende, zoo afgemat, dat hij zich on
der geneeskundige behandeling moest
stellen. Zijn rug bleek met wonden en
sneden bedekt te zijn.
Schwartz wordt nu vervolgd inge
volge een bijzondere wet, die verbiedt,
vreemdelingen aan te nemen onder
beding dat het reisgeld later op hun
weekloon gekort zal worden. Op over
treding van die wet staat een gevan
genisstraf van 5 jaar en een boete van
5000 dollars.
Het is te hopen dat dit proces tevens
tengevolge zal hebben dat aan den
schandelijken toestand in de terpentijn-
raffinaderijen in Florida van overheids
wege een einde gemaakt zal worden.
Te Kaapstad zijn Dinsdag de wan
ordelijkheden en het plunderen van
winkels herhaald Er zijn een aantal
buitengewone konstabels aangeworven.
Er worden ook troepen gereed gehou
den. De politie neemt voortdurend
onruststokers gevangen.
Uit Rome wordt aan de Liberté ge
meld, dat de Paus Donderdagochtend
een vrij hevigen aanval van hartzwakte
heeft gehad. Dr. Lapponi bracht den
aanval tot staan.
Een Duitsch soc.-democratisch blad
ontving van een correspondent uit Z.-
W. Afrika een brief, waaraan zij het
volgende ontleent:
handjes, die van lieverlede kouder werden.
„Ben jij dan ook van me weggegaan?
Wou je ook niet meer van mij weten, en
laat je mij alleen Heb ik dat verdiend
zeide hij, zich met een dwalenden blik op
richtende. En toen deed hij iets zonderlings:
hij ging weder zitten, legde het kind op
zijn knie en dekte het met de deken toe,
alsof hij daardoor de verdwenen warmte,
het verdwenen leven in het lichaampje
wilde terugbrengen.
„De moedervloek!" zeide hij zacht, en
wiegde het kind voorzichtig heen en weer.
Somber en grauw schemerde de dageraad
door het venster, Arnold zit nog met het
kind op zijn knie. De drukking in zijn
hoofd, die hem het denken belette, was
nog maar altijd niet geweken, evenmin als
de smart, die zijn hart doorboorde, en die,
dat wist hij duidelijk, Ilse gold. En zijn
kind, zijn arm kind, was gestorven, mis
schien ook door zijn eigen schuld. In het
huis kwam leven en beweging, maar nie
mand stoorde hem. Daar werd zacht en
voorzichtig de deur geopend, een donkere,
gesluierde vrouwengestalte stond op den
drempel en aanschouwde doodelijk ver
schrikt het tooneel, dat zich aan haar blik
vertoonde. Zij sloeg haar voile op, en trad
langzaam naar hem toe, want hij had haar
binnenkomst niet bespeurd. Toen zij dicht
bij hem stond en een blik op het kind
wierp, zeide zij: „Arnold!"
Mat en met merkbare inspanning, sloeg
hij de zware oogleden op en zag haar een
oogenblik wezenloos aan toen zweefde er j
een straal van herkenning over zijn gelaat'
en hij fluisterde: „Malwine! Goed dat je
komt, ik ben zoo alleen het kind is nu
gestorven door mijn schuld het wilde
niet bij mij blijven."
„En je vrouw? Waar is Ilse?" Zij wist
„De laatste maal, dat wij patrouille
liepen, kwamen wij 's avonds aan een
water. Wij waren met ons veertienen
en een officier. Wij zadelden af en wil
den onzen avondmaaltijd nemen, toen
we plotseling eenige donkere gestalten
zagen. Wij omsingelden ze en namen
vijf zwarte vrouwen gevangen. Neer
schieten ging slecht, daar de inboor
lingen, wel 200 man sterk, ons zouden
hebben ontdekt en allicht vermoord.
Wij wisten niet wat aan te vangen,
toen een der soldaten zeide: neersteken.
De luitenant commandeerdebajo
netten op 't geweer! 10 man stelden
zich op, 5 voor en 5 achter de vrou
wen en zoo werden ze gedood".
Gelukkig verdient dit bericht nog
nadere bevestiging.
Te Chicago is de Milwaukee Avenue
Bank mis gegaan. Het heet, dat de
spaarpenningen van 22.000 beleggers,
meest kleine luiden, grootendeels ver
loren zijn. Er is een tekort van ruim
2.400.000 gulden. De bank wordt door
een verwoede menigte belegerd, die
door politie in toom moet gehouden
worden. Tegen den directeur Paul Stans-
land, die vermoedelijk in Londen zit,
en den kassier Herring zijn mandaten
tot inhechtenisneming uitgevaardigd.
Er schijnt met het geld van de bank
aan de beurs gedobbeld te zijn.
De Secoio bevestigt het bericht, dat een
brandweerman kort voor het uitbreken
van den brand op de tentoonstelling te
Milaan een waker uit paviljoen voor
schoone kunsten had zien komen. Die
man meldt dit blad verder is dank
zij nog andere verklaringen, gevangen
genomen kunnen worden. Ook andere
personen zijn gearresteerd, onder ver
denking den brand gesticht te hebben.
Onder dezen bevindt zich een exposant,
wiens naam geheim gehouden wordt en
die zich erover beklaagd had, dat hem
een slechte plaats was aangewezen. Daar
bij had hij den wensch geuit het te
aanschouwen dat de geheele tentoon
stelling vernield werd.
Uit St. Louis wordt bericht:
Een telegram van Fort Worth (Texas)
meldt, dat voor zoover men thans kan
nagaan, 25 personen verdronken en
honderden dakloos gemaakt zijn, ter
wijl voor eene waarde van JO.OOO dol
lars aan eigendommen verwoest is ge
worden, als gevolg van eene overstroo
ming in Zuid-Texas. Zware regens heb
ben de Colorado Rivier buiten zijne
oevers doen treden. De naamlijst der
verdronkenen wordt bij het uur groo-
ter: men gelooft, dat dit de grootste
overstrooming is, die Texas, sinds den
Calveston-vloed, geteisterd heeft. Trei-
niet, waarom een plotselinge angst haar de
keel bijna dichtkneep.
„Zij hield niet meer van mij, er is een
ander gekomen, met wien zij is meegegaan
zij heeft nooit van mij gehouden ik
was van den beginne af te leelijk voor haar
En hij barstte in een woest, ontzettend ge
lach uit, toen het hem duidelijk werd wat
er al in dien nacht gebeurd was.
Ontsteld stond Malwine naast hem. Was
dat bleek, vervallen gezicht, waar vertwij
feling op te lezen stond, werkelijk Arnold,
dien zij in haar gedachten zoo gelukkig
had geacht? Meelijdend drukte zij zijn
hoofd tegen haar borst en beproefde hem
troost toe te spreken, terwijl traan op traan
uit haar oogen viel.
„Dat is de moedervloek," zeide hij ein-'
delijk, „de vloek, die sterker is dan de
dood, en tot over het graf reikt."
„ik breng je de vergiffenis van je moeder,
haar zegen, Arnold!" zeide Malwine. „Zij
had je te lief om lang boos op je te zijn.
Dezen brief heb ik in de lijst van een por
tretje in pastel, dat tante mij vermaakt
had, verborgen gevonden; daar heeft het
gelegen tot gisteren, zonder dat ik er eenig
vermoeden van had, totdat mijn zusje in
haar wildheid de tafel omverstiet en de
lijst brak. Om je dien brief te brengen, ben
ik hier gekomen."
Dit zeggende, reikte zij hem den met be
vende hand geschreven brief toe, vaarop
nog de sporen van gedroogde tranen te
zien waren.
„Mijn moeder," stamelde hij, „o, mijn
moeder, ge zijt dus verzoend gestorven!"
Hij kuste het papier en vouwde het open,
terwijl de tranen rijkelijk uit zijn oogen
stroomden. Die tranen redden hem van
krankzinnigheid.
Uit het Duitsch.
Wordt vervolgd.)