Hel Land van Hensden en Allena, de Langstraat en de Bommelerwaard. MEKSCHELIJKHEID. Uitgever: L. J, VEERMAN, Heusden. No. 2587. Zaterdag 8 December. 19QG. FEUILLETON. LAND VAN ALTEN/ VOOR Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00, franco per post zonder prijaverbooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel meer 77s ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag avond ingewacht. Wat wil dat zeggen? Niets meer ot minder dan aan den aard, de natuur van den mensch te be antwoorden. Nu zeggen sommigen, dat de mensch van nature boos is en ge neigd tot alle kwaad. Neen, meenen anderen, de mensch was in den aanvang onontwikkeld, lang zamerhand is hij tot kennis gekomen. De strijd om het bestaan, die, naarmate de bevolking op aarde toenam, allengs moeilijker werd, noodzaakte tot scher ping van het verstand, tot nadenking en overleg. In dien strijd werden de edele gaven van verstand en hart meer en meer ge vormd, tot telkens meer volkomenheid gebracht. De edelsten onder de menschon leer den den strijd om 't bestaan te voeren met terzijdestelling van lage zelfzucht. Zij leerden zich zei ven beheer schen en eigen geluk niet afhankelijk te maken van schade en ongeluk van anderen. Zoo kwamen de edele neigingen der menschen meer en meer tot haar recht en bleek het duidelijk, dat als de stel regel: Behandel anderen altijd zoo als gij zelf door hen wenscht behandeld te worden, gevolgd wordt, het leven aan genaam en gemakkelijk is. Dat is dan ook de reden, waarom vooral in den laatstentijd van alle zijden stemmen opgaan tegen den oorlogdat is dan ook de reden, dat het Roode en het Witte kruis is ontstaan, om het lijden door den oorlog veroorzaakt, zoo veel mogelyk te lenigen. Daar zijn er stellig weinigen, die den oorlog niet verafschuwen en hem dan ook gaarne voor goed van de aarde zagen verdwijnen. Daar mogen er zijn, die hem een noodzakelijk kwaad noemen, wij stem men dit laatste alleen toe als hij strekt tot beveiliging en bescherming van land en vrijheid, waar die belaagd en aan gevallen worden. Wij zien niet in, waarom het nood zakelijk is, dat Europa tot aan de tan den gewapend is, wij zien niet in, waar om het noodig is, dat de natiën jaar lijks millioenen bij millioenen wegwer pen voor oorlogswezen. Yan de groote Staten moet echter de ontwapening uit gaan de kleinere Stateu zouden, al be- geeren zij nog zoo den vrede, onver antwoordelijk handelen, indien zij niet 5) De eenige dochter van deze familie was jong, schoon, zacht levenslustig, het toppunt van zijn verlangen en deze bood hem dus de gelegenheid om zich met de familie Greenbourough te vermaagschappen en zich tevens aan het hoofd te stellen van een eeuwenoud grafelijk geslacht. Dit was het eenige, waarnaar hij streefde. De ouders van Lallah wisten wat zijn verlangen was en hielpen hem. De naam O'Canor had eertijds een goeden klank en de graaf scheen, al was hij ook niet jong meer, een goede partij. De ouders van het meisje waren echter nog niet zoover gekomen om hierop «enigen dwang uit te oefenen. De graaf zelf vond het beter zich niet te veel op te dringen, maar deed zich in elk gezelschap als een echte gentleman voor, hij meende dat dit hem in 't ver volg zou ten goede komen. En Lallah? Zij was een jong, onervaren meisje, dat zelf nog niet wist hoe zij er over dacht. Slechts eens was het gebeurd, toen zij in de nabijheid was van Graaf James, dat zij een zeldzaam gevoel van angst en afschuw van hem kreeg. Zij kon niet zeggen hoe het kwam. Zij schrok voor zijn handkus terug, verloor bij zijne welgemeende, ridder lijke uitingen van bewondering de altijd gelijkmatige rust harer ziel, werd verlegen, haastig, onopmerkzaam, zooals een dier, dat in een kooi is opgesloten, en trachtte bedacht waren op de mogelijkheden, die kunnen voorkomen om hunne grenzen, hun land te verdedigen. Zal het denkbeeld, dat de oorlog een gruwel is, nog meer veld winnen, dan moet de menschelykheid algemeener worden en ieder den hierboven opge geven stelregel tot zijn levensleuze maken. In naam van wat voor den mensch het heiligste en hoogste moest wezen, werden dikwijls de menschen verdeeld en van elkander vervreemd. Geen vrede en rust en kalmte, maar strijd en twee dracht werden gebracht. De mensche lijkheid werd verzaakt, en terwijl men opging naar de bedehuizen, maakte men het optreden der krijgsmacht noodig. Zien we toch toe, aan zulk vertrap pen van de edelste kiemen van liefde en vrede niet mee te doen. Men zegtde uitersten raken elkaar. Die waarheid is ons in de laatste jaren ook duidelijk gebleken. De partij, die op maatschappelijk gebied de eerste viool wil spelen, verdeelt en ruit op, evenals de andere partij. Ze beijveren zich beide, de menschelykheid tot zwij gen te brengen, den vrede en de rust te verstoren, die onderling zoo zeer noodig is. Wat daartegen te doen Stil er in berusten? Dat niet. Dat nooit In naam der menschelijkheid willen we ons beijveren door woord en voor beeld de eensgezindheid onder de men schen te bevorderen. In naam der beschaving roepen we iedereen op met ons mee te strijden, dat de afgunst onder de menschen af- neme en broederzin bevorderd worde. In de kracht en met de bewustheid van ons goed recht om te eischen dat men niet blindelings anderen volgt, maar uit eigen oogen ziet, roepen we allen toe: zie toe, dat men u uwe rust niet ontrooft, u niet verleidt tot onte vredenheid met lot en leven, u niet meesleurt op het pad, waarop het een eisch is met menschelijkheid te breken en waarop de verbittering van naar hunne meening miskenden u toeroept: Haat ieder, die meer heeft en bezit dan gij zelf! Begrijpen we toch, dat de leer door de revolutie-par tij gepredikt, tot deze dwaasheid leidt: dat de armste op de wereld een volslagen menschenhater moet zijn. Neen, dat moet niemand worden. door hare antwoorden het gesprek af te breken om zich dan te kunnen verwijderen. Dat zij de vrouw van dezen man zou worden, hiervan had men nog niet gespro ken. Verschillende gesprekken met haar moeder hierover loopende, had zij nauwe lijks begrepen. Zij was bij zijn aardigheden altijd koud, waarom de Graaf haar eens „de Madonna van ijs" genoemd had. Ja, zij werkte een toenadering halsstarrig tegen, zeer tegen den zin van haar moeder, die haar hierover dikwijls scherp berispte. Nu was toevallig de graaf weer met haar in gesprek. Lallah kon zonder onhoffelijk te zijn, zich niet meer terugtrekken. Maar het scheen, als was de Voorzienigheid niet met hem, want een dienaar trad binnen en fluisterde hem iets in 't oor. Graal James werd bleek en keek recht voor zich uit. Hij voerde Lallah weder in de zaal terug. Een buitengewone onrust scheen in hem te zijn opgekomen. Bang en rusteloos bewoog hij zich tus- schen zij n gasten en op een oogent lik ver dween hij door een lange, minder ver lichte gang. Met haastige schreden ijlde hij naar het einde van de gang, bleef staan en zocht onder het tapijt naar de een of andere knop. Na eenigen tijd vond hij deze, drukte erop en een onzichtbare deur opende zich. Het voor hem ontsloten zijnde vertrek had van buiten meer onzichtbare deuren. Graaf O'Canor scheen besluiteloos, welke hij zou openen. Eindelijk opende hij er een en trad binnen. Flauw licht van een lampje, dat op den schoorsteenmantel stond, kwam hem tegen. Bliksemsnel stak hij zijn hand in een der broekzakken en haalde een scherp, klein dolkmes voor den dag. Bij zijn binnenkomen had zich een ge stalte, uie tegen den schoorsteen leunde, Welaan, naar menschelykheid dan gestreefd. Met meer instemming zullen we aan het einde van dezen tijdkring, indien het ons gegeven wordt dit te beleven, de prediking van het heerlijk woord vrede op aarde, vernemen, als we ons zelf ingespannen hebben den vrede onder huis-, plaats- en landgenooten bevorderd te hebben. We zijn van ver schillende ontwikkeling; we ijveren ieder voor onze eigen inzichten. Moge het geschieden met inachtneming van de humaniteit. Dan zal het blijken, dat het bestaan van verschd geen vloek behoeft te wezen, maar een zegen kan zijn, een zegen, die de waarheid tel kens meer nabij voert. Dien zegen ook in onzen kring te doen wonen en werken, 't is ons allen aanbevolen. ■Buitenland. Men herinnert zich nog wel den knaap, die verleden jaar al de Parijsche taal kundigen op hol bracht, omdat hij een voor allen onbekende taal sprak, name lijk bet Agrach, en dat ten slotte bleek een gebrabbel te zijn van eigen vin ding. Die knaap is nu weer aangehou den wegens landlooperij. In den meot- kundigen dienst heeft men hem aan stonds herkend. Hij sprak nu dadelijk gewoon Fransch. Ook in hel groothertogdom Luxem burg is mond- en klauwzeer onder het rundvee uitgebroken. Vee van daar mag zonder voorafgaand onderzoek niet binnen het Duitsche tolgebied vervoerd worden. Woensdagmorgen is de beruchte moor denaar Hennig terechtgesteld op het binnenplein van dé gevangenis van Plöt- zensee, bij Berlijn. Het was toen juist een jaar geleden, dat Hennig den kell- ner Gierenoth vermoordde. Hij heeft zich de laatste oogenblikken gek gehou den de handlangers van den beul had den groote moeite hem naar het scha vot te brengen. De terechtstelling was binnen de twee minuten afgeloopen. Te Clifton in den staat Arizona zijn bij een overstrooming, veroorzaakt door de doorbraak van een dijk, 60 menschen verdronken. Een deel van de handels wijk der stad is vernieldde materieele schade is zeer aanzienlijk. Van verschil lende spoorlijnen daar in de buurt zijn groote gedeelten weggespoeld. De eerste minister van Engeland heeft opgericht. Een gorgelend, kermend geluid kwam uit den mond van den graaf. Kletterend viel het wapen op de tafel neder. Met beide handen hield hij het gelaat bedekt en staarde den man aan, die als een standbeeld voor hem stond. Vast had men kunnen gelooven, dat een spiegelbeeld van den graaf plotseling vleesch en bloed geworden was en zij nu tegenover elkander stonden. Kleur, het haar op de zelfde wijze geknipt, baard, neus, voorhoofd, trekken, grootte en houdingalles, ja alles, was in de kleinste bijzonderheden hetzelfde. Slechts in een ding vond men versohil, het spiegelbeeld had bruine oogen en een helderen, minder scherpen en hatelijken blik. Een ernstige, geheel treurige uitdruk king lag in hem. Nog altijd staarde de graaf den indringer aan, als zag hij een geest Plotseling scheen hij weer tot gedachten te komen. De graaf sidderde. Zijne handen hield hij krampachtig open, als moest hij zijn vingers in de keel van den vreemdeling steken. De vreemdeling daar en tegen stond als uit ijzer gegoten, geen wimper bewoog, geen lid roerde zich. Deze stijfheid scheen den graaf bovennatuurlijk toe. Hij stond als versteend. Sidderend bracht hij zijn vingers aan zijn voorhoofd. „Ik geloofikwordt kindsch!" mompelde hij met de lippen, die hun dienst schenen te weigeren. „Ik zie reeds spoken!" Daarna keek hij nog eenmaal met vast beradenheid op en schreeuwde: „Gaat weg, spookbeeld! Gaat weg, zeg ikGaat weg Hij liet den stoel, die hij in wanhoop ge grepen had om met de verschijning een Woensdag in het Lagerhuis gezegd, dat de Koning de handvest, waarmee Trans vaal zijn nieuwe grondwet krijgt, getee- kend beeft. Volgens een nieuwsagent schap is 't Zaterdag gebeurd. Maar nu moet nog het groote zegel er aan ge hecht worden. De minister verwachtte, dat dit van de week zou geschieden. De tekst zou dan Maandag in bet Parlement ter tafel gelegd en Woens dag openbaar gemaakt worden. Een telegram uit Tandzjer van Woens dag meldt: De sultan heeft aan den mi nister van oorlog bevel gegeven zich met een aanzienlijke troepenmacht naar Tandzj er te begeven om er de orde te handhaven, omdat aldus de vreemde oorlogschepen hun tioepen niet zouden ontschepen. Een telegram van Donderdag meldt Li Mohamed Gebas, minister van oor log, is uit Fes vertrokken met 3000 man ruiterij en voetvolk om de orde in den omtrek van Tandzj er en elders te herstellen. Te Cadix liggen drie kruisers met volle bemanning en mariniers aan boord gereed om op 't eerste bevel naar Tand zj er te vertrekken. De geheime politie te Petersburg heeft dezer dagen een duivelsche samenzwe ring tegen Stolypin ontdekt. Revoluti- onnairen waren voornemens, met een automobiel langs het huis van Slolypin te rijden, waarbij een der inzittenden een bom in een bouquet verborgen, door de vensters van Stolypin's studeerkamer zou werpen. Het plan werd ontdekt. Dertig per sonen zijn gevangen genomen. Daar men dezer dagen op Martinique een hevige aardbeving voelde, die der tig seconden duurde zonder evenwel schade aan te richten, heeft de Fransche regeering bevel gegeven, dat de troepen zich zouden verwijderen. Slechts 150 man blijven achter. Volgens een bericht van het ofïicieele Perzische orgaan „Tan" heeft in Ker- manschah een bomontploffing plaats gehad, waardoor de bezitter der huizen, in een waarvan de ontploffing plaats greep, gedood werd. Een nauwkeurig onderzoek leidde tot ontdekking van 30 bommen, waarvan er 8 gevuld waren. Onder de Chineezen, die in de haven van Durban bijeen kwamen om naar China terug te keeren, brak een hevig oproer uit. Ze gingen elkander met messen en dolken te lijf. Verscheiden Chineezen werden gedood of ernstig ge wond. strijd te beginnen, weder zinken. Hij tui melde tegen den wand en stond daar, bleek, naar zijn adem happende, met knikkende knieën De gestalte had zich bewogenEen hoo- nende lach vloog om de hoeken van zijn mond; zijn hand maakte een afwerende beweging. Toen zeide de vreemdeling met diepe, welluidende, maar treurige en tee- dere stem „Waarom schrikt u? Ik kwam om met u te spreken". „Sergei Ilitsch!" snauwde graaf O'Canor en sloeg beide handen voor de bonsende slapen. De andere keek hem eenigszins dreigend aan. „Sergei Ilitsch?" herhaalde hij. „Waar toe al deze komedie? Ik dacht dat U me beter zoudt kennen „Mijn God, mijn God, het is niet mo gelijk!" kwam het zacht, maar invliegende haast van zijne lippen. Dan, al zijn moed en kraqht verzamelende, bulderde hij- den vreemdeling toe: „Sergei Ilitschwat komt gij hier doen?" „Kent ge mij niet? „Sergei Ilitsch?" antwoordde de andere met heftigheid. „Gij weet welSergei Ilitschis dood, is vermoord gevonden „Maar gijgij gij leeft nog. Ge zijt niet dood, Sergei Ditsch!" „Wat wilt ge dan? Ge weet, dat Ilitsch vermoord werd. Men heeft zijn lijk gevon den, onderzocht, men heeft het begraven, men heeft een aanklacht van beschuldiging wegens moord ingediend de aangeklaagde is voor het gerecht gedaagd. Zij heeft hare schuld bekend, men meent hare motieven begrepen te hebben, men heeft ze veroor deeld wat wilt ge nog meer? Dus voor eens en voor altijdSergei Ilitsch is De wilde-beestenspelvertooningen te Berlijn blijven nog 'steeds gevaarlijk. Men herinnert zich de aanvallen op den temmer Peters in den circus Busch en op Hinriclisen in den circus Schu mann. Peters, die beter is, zou eergis teren weer optreden, maar dezelfde leeuw van vroeger had het weer op hem ge munt, en ook de andere beesten deden gevaarlijk. De toeschouwers schreeuw den: Scheid uit! en liepen weg. De voorstelling werd afgebroken en de nij dige leeuw met strikken gevangen. Ge lukkig kreeg niemand letsel. Verschillende Russische bladen uit het Wolga-gebied hangen droevige too- neelen op van den hongersnood in die streken. Het heette eenigen tijd gele den, dat die zelfs zoo erg was, dat de boeren hun dochters verkochten. On langs werd dit tegengesproken, maar nu wordt het andermaal staande ge houden. In en om Simbirsk leven tallooze ge zinnen op niets anders dan aardappelen, alle vee is verkocht en koren is met 40 cent het poed (ongeveer 16 K.G.) gestegen. De Tataren aan den buiten kant zijn er zoo mogelijk nog erger aan toe. In het district-Tetyoesji moet het nu gebeurd zijn, dat jonge meisjes aan slavenhandelaars uit den Kaukasus zijn verkocht tegen prijzen wisselende van f 127.50 tot bijna f 200dezen sla venhandelaars gebeurt het niet alle dag, dat zij op blanke koopwaar de hand kunnen leggen. De ouders verontschuldigen zich met te wijzen op den honger hunner andere kinderen en van zichzelven. Erger gaat het nog toe onder boeren nabij Astra kan, die hun vrouwen dwingen dë" ver dachte huizen in die stad binnen te gaan, waarvoor de echtgenoot een schandeloon van 25 roebels ontvangt. Ook Samara lijdt bitter onder de ge volgen van misoogstin het geheele gouvernement woedt dan ook hongers nood. Thans moet gebleken zijn, dat het door Lideval verduisterde graan (zie ons vorig no.) voor een groot deel voor deze provincie bestemd was. De Exchange Cy (een nieuwsagent schap dat niet al te best bekend staat, wat zijn betrouwbaarheid aangaat) meldt uit Petersburg, dat daar aan het depar tement van Oorlog slechte geruchten zijn ontvangen uit het Verre Oosten. De Japanners zouden, opnieuw troepen zenden naar Mantsioerije; en Chineezen en Japanners zouden hebben beweerd, dat zij „de Russen zullen gaan terug drijven tot aan het Baïkal-meer". De Times verneemt uit Tokio: De Japansche regeering heeft nieuwe plan voor altijd dood!" „Dat is waanzinnige taal! Sergei Ilitsch, gij staat voor mij „Maar stil, mijnheer, stil! Hebt ge hem zelf niet vermoord gijde loerende weerwolf van mijn huis?" Zijn stem klonk zeer scherp en dreigend en toch ook kla gend en treurend. „Ik? Gij raast man! Waart gij niet gis teren in 't gerechtsgebouw? Hebt gij het niet gehoord en gezien? Wat voor den duivel heeft graaf O'Canor met haar en de geheele moordgeschiedenis te maken?" „Ja", kwam het weder zonderling uit zijn mond„wat heeft graaf O'Canor met den moord te maken? En toch, mijnheer, was U gisteren daar". „Gij steekt den draak met mij. Mijnheer Ik heb geen voet in het gerechtsgebouw gezet. Wat heeft een graaf O'Canor voor een belang bij dergelijke sensationeele ge schiedenissen „Maar nu interesseert het U toch wel, dat U nu weet, dat hij leeft, dien je had willen vermoorden „Bij God, ik heb met een waanzinnige te doen Weet gij dan, wat ge zegt Graaf James O'Canor zal een wildvreemden man vermoorden, zal Sergei Ilitsch vermoord hebben? Hoe laat zich dat begrijpen?" „Sergei Ilitsch moest sterven, wanneer graaf O'Canor leven wilde," zeide de vreemdeling op gedempten toon. De graaf beefde over al zijn leden. Een boosaardige blik kwam in zijn oogen. „Dus Sergei Hitsch is werkelijk dood. En gij beweertdat men hem on schadelijk moest makenbrak hij kortaf. Hij had zijn volle zelfbeheersching terugge kregen. Zijne blikken staarden op den grond en zochten het wapen, dat hij had laten vallen. Naar het Duiischt Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1906 | | pagina 1