llel Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommeierwaard 31 DECEMBER. Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. No. 2593. Maandag 31 December. FEUILLETON. 1000-1007. lAwD VAN ALIENS VOOR Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00, franco per post zonder prijsverbooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. 19Q6. Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel meer 7ys ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag avond ingewacht. Het volgend No. zal in plaats van Woensdag, DONDERDAG verschijnen. Er zijn menschon, die beweren niets te „voelen" voor verjaardagen. Ande ren voelen er wel iets voor, maar vin den toch, dat ze bij voorkeur en familie moeten herdacht worden. Weer ande ren loopen er zoo hoog mede weg, dat zij ze liefst met groot vei toon van plechtigheid of groot gerucht van fees telijkheid tot onvergetelijke dagen wen- schen te maken. Het verstandigste zal zijn, dat ieder zooveel mogelijk zijn eigen smaak volgt, maar tegelijk tracht rekening te houden, met de wenschen van zijn huisgenoo- ten en zijne omgeving. Ook op het punt van den Oudejaars dag loopen de gevoelens zeer uiteen. Toch is de Oudejaarsdag, of tenminste de Oudejaarsavond voor de meesten, zelfs voor de ongevoeligsten, niet een gewone. Het schijnt wel, als men zich gereed maakt het laa ste blaadje van den scheurkalender „af te scheuren", of er in ons binnenste een gewaarwording wordt opgewekt, die wel eens weemoed genoemd wordt. Zou het soms een onbewust gevoel zijn van het afscheuren van een deel van ons leven? Hoe het zij, slechts zeer weinigen zijn in staat deze gewaarwording zoo spoedig te onderdrukken, dat ze geen invloed heeft op verderen gedachten- gang van dien avond; zoodat, al kun nen we niet beweren, dat de meeste menschen den Oudejaarsavond tieren, we toch het dichtst bij de waarheid zijn, wanneer we als onze overtuiging uitspreken, dat bijna allen op den Oudejaarsavond het wegsnellende jaar herdenken. Yan welken aard dat herdenken is? Dat is eon vraag, waarop meer dan één antwoord past. Oudejaarsavond Waaraan denkt gij, machtigen en grooten, die bij de gratie Gods regeert over de aan uwe zorgen toevertrouwde 11) Graaf O'Canor was met gravin Gisela werkelijk uit liefde getrouwd. Ondanks dit hinderde het haar dat hij met alle licht zinnige avonturen meedeed en wel nummer een was. Een avontuur, dat hij aan het hof van den kroonprins te Dublin beleefde, bracht hem zoover, dat een verkeerde ver standhouding tusschen hem en zijn vrouw intrad. Zij leed zwaar onder deze vervreemding, maar zij had de hoop, dat hij na kort of lang zou veranderen, en dan alles weer goed zou worden. Maar niets daarvan ge beurde. De trotsche James vond het 't beste, een reisje naar het buitenland te maken, totdat alle geruchten en praatjes uit de wereld waren. Gravin Gisela vernam dit voornemen met angst en schrik, maar door zijn onbuig zame wil was het onmogelijk om hem over te halen te blijven. Ten slotte berustte zij erin en weende in stilte; zij koesterde nog de stille hoop, dat hij als een goed mensch weer in hare armen zou terugkeeren. Wat had zij zich vergist. Zij zou hem niet meer zien; nooit meer zou zij hem kunnen zeggen, dat ze hem altijd zoo lief had gehad. Zijn wegblijven, het verlangen naar hem en hare zorg om hem, braken haar het hart. Graaf James O'Canor nam zijn kamer dienaar Diet Heimbold mede op reis. Bei den keerden van toen af niet terug. volken is het verkeer over de grenzen van uw rijk een vreedzaam verkeer geweest, of hebben uwe legers bloed en vuur en vernieling gebracht onder landzaat en vreemden? Kunt ge dank baar zijn voor het voorrecht weder een 'jaar lang koningen en keizers te zijn geweest over een gelukkig volk, over een voorspoedig zich ontwikkelende natie En gij, die door den wil des volks zijt geroepen om uwe krachten te wij den aan het landsbestuur, wat gaat er j om in uwe hooflen, wanneer gij her innerd wordt aan het onherroepelijk einde van dit uw regeeringsjaarHebt ge uw heilig voornemen, nuttig te zijn voor Staat en Maatschappij, naar wensch kunnen volbrengen? Zijt ge er zeker van, dat ge naar eiseh uwe wijsheid hebt dienstbaar gemaakt aan de ver betering der wetten, dat ge uwe talenten hebt aangewend ten bate van vorst en volk Yan welken aard is uw herdenking, gij, die hebt recht te spreken volgens uw wetboek en uw geweten? Zijt ge voorspoedig geweest in uw pogen om streng te zijn tegenover de misdaad en tegelijk menschelijk ia uw oordeel over dengene, die de misdaad bedreef? En gij, geleerden en leeraren, wat geeft u dezen avond te denkeD Uw taak is ook dit jaar niet licht geweest: want als gidsen op den weg naar wetenschap en deugd hebt ge, ach, wederom zoovelen van uwe leerlingen zien afdwalen en met zoo-weinigen is het u gelukt eenige schreden verder te komen. Maar ook met weinig kunt ge tevre den zijn, als dat weinige slechts vol doende is om het besef van uwe roe ping in u levendig te houden en de wanhoop to weren uit uw hart. Dit geldt ook voor U, werkers met hoofd en hand Wel is hetgeen ge voltooid hebt, in uw eigen oog geringer, dan hetgeen ge u had voorgenomen te volbrengen. Doch als ge u rustig nederzet op den laatsten avond van December om de rekening op te maken en de balans te sluiten, zal er toch veel te overdenken zijn, dat u reden tot dankbaarheid geeft en veel dat in staat is U aan te sporen tot volharding en onvermoeid voorwaarts gaan. Oudejaarsavond Het plechtige Hed, dat spreekt van uren, dagen, maanden en jaren, die als Een avontuurlijk, teugelloos leven brak voor den graaf aan; hij reisde daarbij onder een anderen naam. Door Duitschland, Zwitserland, Italië, Griekenland, Klein-Azië en Egypte trok hij heen; overal genoot hij met volle teugen de vreugde van het leven. Dieper en dieper ging hij ten gronde. Twee jaren waren er op deze wijze ver- loopen, toen de graaf er ernstig over ging denken naar huis terug te keerentoen ge beurde er echter iets wat hem van gedachte deed veranderen. In een hotel te Kaïro leerde hij een fran- gaise kennen, die wegens ziekte aan de longen zich in noordelijk Egypte deed op houden. Zij was een jonge weduwe, onge veer vijf en twintig jaar. Haar schoonheid had onder die kwaadaardige ziekte niet geleden. Integendeel, haar eenigszins bleeke kleur had haar verschijning nog meer doen uitkomen. Deze dame was het, die het grootste ge deelte van zijn ledig hart innam. Alle zwaar moedigheid was verdwenen. Hij kon niet anders denken, dan over haar. Zij was de hoofdpersoon in zijn droomen, haar ge stalte zweefde den geheelen dag voor zijn geest en wanneer hij haar niet gezien had, kwam wel duizendmaal haar naam hem over de lippen. Een wilde, woeste hartstocht voor deze bleeke, lijdende schoonheid had hem aan gegrepen. Alle beproevingen tot nadere toetreding mislukten. Zijn openbare huldigingen nam zij koel aan en wanneer deze al te duide lijk en indringend waren, wendde zij zich van hem af. Deze tegenkanting deed hem niet terug deinzen en maakte zijn liefde nog des te grooter. Het leek als had een waanzin hem aangegrepen. een schaduw daarheenvliegen, heeft al om, in stad en dorp, ruischenden ern stig geklonken van de lippen van ouden en jougen. En die het zongen zijn heengegaan om den laatsten avond van het weg stervend jaar thuis of elders door te brengen. Gelukkig hij, die het voorrecht heeft, die laatste uren in eigen kring te mogen beleven. Hij zal, bij het herdenken, van wat gebeurde in de twaalf maanden, die weldra tot het verledene zullen be- hooren, wel nu en dan een gevoel van weemoed voelen opkomen, in zijn bin nenste; hij zal wel kunnen getuigen van donkere wolken en zwarte scha duwen, van harde slagen en pijnlijke wonden, maar toch, ook warmte en ge luk hebben zijn levenspad vergezeld, ook voorspoed eu vreugde hebben bloemen van dankbaarheid en vertrouwen doen ontluiken op zijn weg. Eu hij heeft recht te spreken vaneen „zalig uiteinde!" Een zalig uiteinde! Met dezen wensch, op papier gebracht met den welmeenenden ernst van een schrijver, die ook voor zichzelven de vervulling daarvan begeeringswaard acht worde dit artikel, dat iu 1906 wel het laatst verschiji ende in ons blad zal zijn, plechtig gesloten. het land niets te verwachten heeft. Onder de candidaten voor den troon heeft, volgens den Engelschen corres pondent, prins Athur van Connaught nog altijd de meeste aanhangers. Er is echter «en kleinere partij die den oud sten zoon van den hertog van Cumber land op den troon wil plaatsen. Een derde partij wil de Obrenovitsen weer op den troon hebben en heeft het oog oj) prins Mirko, den tweeden zoon van den vorst van Montenegro. Maar allen zijn het er over eens dat koning Peter ontroond moet worden. Alweer voorbijWat heeft het U geschonken, Het oude jaardat zoo vol hoop begon Hebt gij ook uit den kelk der smart geironkeü. Of laafde U steeds de volle vreugdebron Ging 't stormen U voorbij, dat huilend woedde, Op 't donker pad, waar naast het uwe ligt? Hebt gij dan wel gedanktdat God U hoedde, Gebeden ook, om trouwen broederplicht? Was 't koren rijp, déér voor den oogst van 't leven, Als ook de plant in bloei ter neder sloeg? Wie kan op 't groote raadsel antwoord geven?. Hij moet berustendie het lijden droeg! Wees, nieuwe jaarons welkom, als de morgen, Die lentelied ontlokt aan 't dankbaar hart, Geef ons den moed te staan in 's levens zorgen, Te buigen ook voor God in levenssmart Laat ons den wil, om vóór te gaan in 't goede, Al geeft de wereld ook haar hoon of spot Een lafaard wordt den strijd van 't leven moede; Een held volhardt bij 't wisselen van 't lot! Vlied, Tijdstroomvoort langs altoos veilge banen Of als een zee, die op de rotsen breekt Wij ijlen meê met lachjes en met tranen, Waaruit de lust of last van 't leven spreekt! "L. J. EIJDMAN. Woensdagavond lied een reiziger die met een trein aan het station te Char- kof was aangekomen, een bom vallen die ontplofte. Dientengevolge werden j twee reizigers gedood en vele gewond. De menigte, o. w. verscheidene licht gewonden, vluchtte ontzet de stad in. Het station is dadelijk daarna door sol daten omsingeld. Dr. George Witzhoff, een aartsbiga mist, die in Amerika en Europa met meer dan 100 vrouwen een huwelijk heeft aangegaan, is te Buffalo, in hech tenis genomen. Een van zijn slachtof fers, mevrouw Wagar, heeft hem drie jaar lang nagegaan, tot zij hem op het spoor was en aangaf. Uit alle oorden van Amerika komen zijne slachtoffers .naar Buffalo, om te zien of hij hun verdwenen echtgenoot is. De Mehalla, de Marokkaansche troe penmacht van Gebbas, den minister von oorlog, is Donderdag Tandzjer bin nengekomen, nadat* zij tot 4000 man versterkt was, De wacht van Raisoeli op de vee markt buiten Tandzjer was reeds Woens dag door een wacht van de Mehalla vervangen. Er is om Tandzjer een ring van wachtposten opgesteld die alle gewa- penden buiten het gebied van de stad moeten houden. Ilniieiilftnd. De correspondent van de Daily Ex press te Semlin in Hongarije aan den overkant van de Servische grens laat het voorkomen, alsof de afzetting van koning Peter van Servië een uitge maakte zaak is. Men spreekt algemeen over het plan, maar slechts enkelen zijn En bij al dit lijden kwam ook nog de ijverzucht. Hij had soms een jongmensch. van ongeveer twintig jaar, in de nabijheid van de schoone frangaise gezien. Deze heette Salvatore Luigis en speelde uitstekend op de viool. Graaf James gaf hem de schuld, dat de door hem zoo zeer geliefde zich altijd alstootend tegenover hem voordeed. Deze wilde hartstocht richtte hem ook zedelijk ten gronde en hoe meer hij zede lijk leed, des te geringer werd zijn weer standsvermogen. I Was het nu, dat de schoone dochter der Provence zijn hofmakingen tegen wilde gaan, of dat zij, die het lijden van Graaf O'Canor wel begreep, hem verder niet van alle zelfbeheersching wilde berooven, hoe het ook zij, op zekeren dag was ze plotseling, gelijktijdig met Salvatore Luigi, zijn tegenstander, uit Kaïro vertrokken. De graaf was verbijsterd, maar Diet Heimbold die van den toestand des gra ven alles af wist, beschouwde deze ver dwijning als een verlossing. De graaf liet niets ongedaan, haar spoor terug te vindenzij scheen namelijk be sloten te hebben zich te verbergen. Plotseling gaf hij het teeken tot afreizen. Naar Palermo zou het gaan. Hij had haar spoor ontdekt. Maar ook Palermo had de schoone Provence reeds verlaten. Dan naar Spanje. Zoo reisde de graaf met zijn bediende op goed geluk naar Spanje. Maar ook hier was ze nergens te vinden. Het bleek, dat hij haar spoor verloren had. Maar het scheen, als moest een buiten gewoon groot toeval hem weer de richting aanwijzen. Op een avond met een gezelschap in het hotel, waar hij logeerde, in gesprek zijnde, vernam hij, dat op een der hoogste gedeelten van de Pyremiden een groot hotel was, waar gelegenheid bestond om den in de bijzonderheden ervan ingewijd. De leiders van de beweging gaan voor zichtig te werk, om van het leger ze ker te zijn; 85 pet. van de officieren zouden tegenstanders van de partij der koningsmoordenaars zijn, die Peter zoo lang de hand boven het hoofd heeft gehouden. De vijanden van den vorst zien in hem een zwakling van wien zomer door te brengen, en ook een sana torium was, waar zij opgenomen werden, die hun verloren gezondheid door ontspan ning en gezonde lucht trachtten terug te krijgen. De graaf had lichamelijk: ontzaglijk ge leden. Diep lagen zijn oogen in hunne kassen, zijn wangen waren ingevallen en hij zag uiterst bleek. De tijd van zoeken en lijden had hem verwoest. De schoone frangaise hield ook hier ver blijf; hij had haar gezien. Een innig medelijden kwam in haar op toen zij hem zag. Zij behandelde hem vrien delijk, zij sprak hartelijk met hem. Zij trachtte hem te doen begrijpen, dat ze zijn verdriet, zijne hartstochten en zijn zoeken voeldeMaar hij begreep het niet, hij wilde het niet begrijpen, hij luis terde alleen naar ha ir goede woorden hij ondervond een zalige betoovering, toen hij haar zachte hand in de zijne voelde, hij zrg haar smeekend aan. Nog wilder als vroeger werkten de harts tochten in hem en toen hij ook den jon gen vioolspeler in de nabijheid van de francaige gezien had, toen bulderde hij het soms v in ergernis uit. De onrust had hem naar buiten gejaagd. Hij verkeerde in naamloozen angst, want ze kon plotseling weer vertrokken zijn en dan dat voelde .hij was zij voor altijd voor hem verloren geweest. Van het hotelpersoneel had hij verno men, dat de schoone Birones een wande ling was gaan maken. Oogenblikkelijk kleed de hij zich en zocht den geheelen omtrek rond. Hij vond haar nergens. Thuis gekomen zijnde informeerde hij bij den portier of de schoone Barones terug gekomen was, waarop hij een ontkennend antwoord ontving. Te Arica, in Chili, heeft weder een hevige aardbeving plaats gehad. Ver scheidene huizen werden vernield. Eenige personen werden gewond. Even eens werden er schokken gevoeld te Iquique en te Pisagus. Uit een telegram van Madrid naar Londen blijkt, dat de Spaansche mi nister van Oorlog orders heeft uitge vaardigd om een brigade infanterie (zeg bataljons jagers) gereed te houden voor een landing in Marokko. Die bataljons zijn gekazerneerd te Algesiras, te Centa en te San Roe. De krijgsraad te Petersburg heeft admiraal Nebogatof en de andere offi- Hij ging naar zijn kamers en viel in een fauteuil op de waranda neder. Naast een vooruitspringenden rots zag hij een smalle weg en op ongeveer vijf minuten afstands verder een gebouwtje. Hij stond op en ging ook daar zoeken. Getroffen stond James stil toen hij bij het kerkje kwam. Niet het schoone vÜn het kapelletje of het Maria-beeld dat er voor stond, maakte grooten indruk op hem, een vrouwengestalte lag voor het beeld geknield. Hij trad vooruit, hij was bij haar. „Elotilde", kwam het uit zijn mond en hij lag voor haar op zijn knieën. „Bid tot den Allerhoogsten 1 Itc wil voor je knielen en je bidden tot ge mij ver hoort." „Ga, Heer Graaf! Heb achting voor deze plaatszeide ze streng. Hij greep naar hare gevouwen handen, trok ze naar beneden en drukte zijn ge zicht erop. „Neen, neen," steunde hij, „ik laat je nietje zegent me 1 O, Elotilde hoor mij Ik moet sterven Zij trok hare handen terug en riep „Wil toch naar reden luisteren „Elotilde! Eenige! gij, luister naar mij, ik heb je onuitsprekelijk lief „Laat mij gaan. graafGij raastriep zij. „Dooden zult ge mij, maar van jou lippen wil ik hooren dat Elotilde werd bleekzij zag naar den rand van den rots. Zij zag de gestalte van Salvatore Luigis daarboven. Graaf O'Canor stond op, zijn oogen wer den gelijk bloed, hij zon naar wraak. Naar het Duiisch. Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1906 | | pagina 1