el Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Bommeierwaard.
TUBERCULOSE.
Monsieur PALJAS
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 204-6. Woensdag 3 Juli,
FEUILLETON.
land van alten*
1907.
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO,
franco per post zonder prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 71/i ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
Het behoeft geen betoog, dat het
geenszins onze bedoeling is, om een
wetenschappelijk betoog te schrijven
over of naar aanleiding van een der
meest gevreesde ziekten, die voortdurend
een plaag der menschheid zijn en wier
naam wij hierboven aangeven. Het is
echter een ziekte, waarop in de laatste
jaren onze aandacht zeer opzettelijk
werd gevestigd, omdat wellicht tegen
geene enkele kwaal met zooveel kracht
is opgetreden als tegen de tuberculose.
In verband hiermede staat het feit, dat
de meesten onzer in eigen kring ge
tuige zijn of geweest zijn van het treurig
verloop eener ziekte, die terecht zulk
een gevreesden naam beeft en nog
voortdurend tallooze slachtoffers eischt.
Het is echter eveneens een feit, dat
de behandeling van de zoogenaamde
teringlijders tegenwoordig als het ware
een publieke zaak geworden is. Ieder
ziet en volgt de behandelingmaar
begrijpt er in den regel niet veel van,
hecht aan de nieuwere methode geen
groote waarde, of wantrouwt diewaar
uit tevens volgt dat hij niet medewerkt
om, waar zich toevallig een leider in
zijn eigen kring bevindt, voor zooveel
van hem afhangt aan diens genezing
bevorderlijk te zijn.
Het oude vooroordeel, dat voor tering
geen kruid gewassen is, leeft nog al
tijd voort en talloos velen halen nog
medelijdend de gchouJor»
in onzen tija ae wetenschap durft te
verklaren, dat ook deze gevreesde
ziekte niet ongeneeslijk is, en dat, waar
wij de ware middelen hebben leeren
kennen, zij geen menschenlevens meer
behoeft te kosten, wanneer die midde
len op de rechte wijze, tijdig en duur
zaam worden aangewend of kunn.en
worden aangewend.
Ieder kent die altijd kuchends of
hoestende, steeds mager wordende, zicht
baar vermoeide menschen, met een heesch
keelgeluid en allerlei teekenen dat zij
de ziekte onder de leden hebben. Hun
longen, een van de voornaamste werk
tuigen in het zoo samengestelde men-
schelijk organisme, zijn ziek en maken
het geheele lichaam ziek en weldra on
geschikt voor den maatschappelijken
arbeid.
In zooverre schijnt het oude volks
geloof wel het pleit gewonnen te heb
ben, dat voor de tering geen kruid
gewassen is. Met geneesmiddelen in de
gewone beteekenis van het woord, be
strijdt men de ziekte nietmaar tegen
woordig vatten wij het woord genees
middel ook niet meer op in de enge
beteekenis, die het vroeger had. Wij
erkennen dat goede voeding, rust en
11. Til. CHAPPUIS.
8)
Flauw herinnerde hij zich thans, dat hij
bij den tocht naar de stad een sluisje was
gepasseerd. Daar zou hij water vinden.
Uitgeput door bloedverlies wankelde hij
er heen. Hij moest van den weg af, een
dijkje over, om bij het water te komen.
Zijn wond stak en brandde. Hij kreeg
vonken en vlammen voor de oogen, doch
het water vond hij. Hij zonk er bij neder
op den kant, schepte een weinig water in
de hand en dronk het kille nat.
Dit verkwikte hem. Hij gevoelde zich
thans wat beter. Die duizelingen waren nu
tenminste voorbij. Hij stond op en deed
een paar schreden.
Door de beweging had de wonde zich
opnieuw geopend. Weder draaide en tolde
alles hem voor de oogen; nogmaals zonk
hij op den grond.
„Zeg eens, vriend! Wie ben je en waar
behoor je thuis?" vroeg een stem, toen
Bart het bewustzijn herkreeg en de oogen
opsloeg. 'tWas de stem van den baan-
zuivere lucht ook geneesmiddelen zijn,
en wel de allerbeste, en de ervaring
heeft ons ten slotte geleerd, dat het
juist deze geneesmiddelen zijn, die
door de natuur zelve tot het herstel
van teringlijders zijn aangewezen.
Sedert de sanatoria ot herstellings
oorden in werking zijn, is al menig
vooroordeel weggenomen, maar het is
licht te begrijpen dat menig leek, die
gewoon is elke genezing in verband te
brengen met drankjes, poeders of pillen,
zijne oogen of ooren soms wel eens niet
gelooven kan.
Vooral van die voeding, eigenlijk
o v e r voeding, begrijpen zij niets. Waar
om moeten die menschen toch allemaal
dik worden? Maar het is ook niet om
bet „dik worden" te doen. Dat is slechts
een gevolg vau de krachtige voeding,
met rust gepaard. Zonder toeneming
van gewicht schijnt geen genezing mo
gelijk te zijn. De goed gevoede en in
gewicht toenemende patiënt kiijgt meer
weerstandsvermogen en nu kan de gevatte
koude, die telkens de kuch veroorzaakt,
ook genezen.
Dat overvoeding een zeer goede maag
vereischt, behoeft geen betoog. Vandaar
dan ook dat alles vermeden wordt wat
in dit opzicht storend zou kunnen wer
ken. Ook geneesmiddelen zouden niets
anders doen dan dat.
Vooral inspanning werkt ongunstig
op den teringlijder ea de geestelijke
inspanning is misschien nog slechter
dan de lichamelyke. De patiënt moet
tijden. Vandaar de bekende lighal. Is
hij er toe in staat, dan moet hij wan
delen en dus de longen oefenen, maar
zonder ze in te spannen.
In de derde plaats is het voortdu
rend inademen van zuivere buitenlucht
dringend noodzakelijk. De ramen wor
den nooit gesloten, maar staan dag en
nacht open. Dat is het ware voor de
longen, ook, wat maar al te vaak ver
geten wordt, voor longen die niet ziek
zijn, maar het toch kunnen worden.
Die het sanatorium verlattn hebben,
houden zich daar meestal aan en bevinden
er zich wel bij. Zij worden gehard en
kunnen tegen alle weer en wind.
Men heeft in vroeger tijd gemeend,
dat het klimaat van grooten invloed is
op het al of niet herstellen der zieken
maar ook van deze meening is men
teruggekomen. Het klimaat op zichzelf
draagt niets tot de genezing der lijders
bij, als de lucht maar zuiver is. De
twijfel, of Nederland een geschikt land
voor herstellingsoorden is, bestaat dan
ook sinds lang niet meer, en nadat de
eerste krachtige pogingen in het werk
werden gesteld om althans eenigen te
redden, die geene middelen bezaten om
buiten 's lands te gaan, zijn bier ware
wachter van den naburigen spoorweg. Toe
vallig hem vindende liggen, had hij, ge
holpen door een arbeider, hem naar zijne
kleine woning gedragen en een dokter ont
boden. De zon stond reeds hoog aan den
hemel.
„Hoe laat is 't?" vroeg Bart met toon-
looze stem.
„Hoe laat? Even voor tienen zal 't we
zen. Daar juist passeerde de sneltrein."
Woest richtte Bart zich op. Wilde angst
lichtte in zijn oog. Hij poogde het bed,
waarop men hem had nedergelegd, te ver
laten.
De baanwachter en zijn vrouw, denkende,
dat hij ijlhoofdig was geworden, grepen
hem vast.
„Och, lieve menschen, laat mij toch los!
Laat mij toch gaan. Ik mo t naar de stad
Als ik daar niet vlug kom, gebeurt er een
ongeluk."
De baanwachter keek dien vreemden man
met zijn doodsbleek gelaat en gloeiende
oogen aarzelend aan.
„Dan ga ik toch met je mede, anders
zak je onderweg mogelijk nog eens in
elkaar.
Een boerenkar, die toevallig voorbij
kwam, werd aangeroepen. Ze laadde Bart
en. zijn helper op. Zoo kwam Paljas
terug in 't stadje.
„Waar zal ik je afzetten, vriend vroeg
de boer.
„Als je wilt, voor het stadhuis."
wonderen gebeurd. Worden door regee
ring, door weldadige personen en phi-
lantropiscbe vereenigingen alle middelen
in het werk gesteld om ten slotte allen,
arm en rijk, hulp te bieden, dan zal de
tijd aanbreken, waarin de wetenschap
het van alle on- en bijgeloof gewonnen
heeft en op één harer schitterendste
overwinningen in het belang der lijdende
menschheid bogen kan.
Dat tering erfelijk is, moet eveneens
als een dwaalbegrip worden beschouwd.
Gezonde menschen, in wier geslacht
nooit de tering voorkwam, worden aan
getast en bezwijken. Het omgekeerde
wordt eveneens waargenomen maar het
is toch waarlijk niet te verwonderen
wanneer kinderen van zeer zwakke
ouders, die weinig weerstandsvermogen
hebben, dat deze, wanneer zij in een
besmette omgeving verkeeren, zelf wor
den aangetast.
Sedert de natuurgeneeswijze de boven
hand kreeg, werd de aandacht afgeleid
van het vinden van middelen, zooals
het eens beroemde serum van Koch,
dat toch in geen enkel opzicht aan de
verwachtingen heeft beantwoord. Van
het zoeken naar zulke middelen, om de
microscopische diertjes te vernietigen,
die hun vernielingswerk in de ontstoken
longen voortzetten, heeft men naar w ij
meenen afgezien, sedert men inzag dat
deze bacillen-dood het zieke lichaam
niet herstellen kon.
Inderdaad is niets eenvoudiger, en
wellicht daarom niet meer waar en
neretei-njy van terïnsrlii-
waaraan vermoedelijk ook wel in an
dere opzmhten de toekomst behoort.
Mocht spoedig cm preken
waarin in het kleine Nederland niemand
meer in wanhoop behoeft uit te zien
naar een gelegenheid om te deeleu in
den zegen, die nu reeds aan zoovelen
te beurt is gevallen.
lliiiteniand.
Volgens een telegram uit Dantzig,
is daar in hechtenis genomen Wölke,
directeur van de Marienburger Privat-
bauk, die 2 tot 3 millioen mark
meersndeels het geld van kleine spaar
ders, die blindelings vertrouwen in hem
stelden met dolzinnige speculaties
verdobbeld heeft. Voor de bank speel
den zich Zaterdag onbeschrijfelijke too-
neelen af. Van alle kanten waren de
menschen te voet, met rijtuigen en
met den trein in de stad gekomen, op
het bericht dat de bank mis was. Nog
een half uur voor de afkondiging van
de faillietverklaring waren er sommen
van 2000 tot 4000 mark uitbetaald.
Wölke was erg in trek, omdat hij zulk
een hooge rente betaalde. Zelfs het dijk
bestuur van Marienburg had groote
sommen bij zijn bank liggen. De raad
van toezicht had niets gemerkt en zelfs
de vertrouwdste vrienden van Wölke
hielden hem voor een eerlijk en schat
rijk man. Behalve Wölke, is ook zijn
procuratiehouder in hechtenis genomen,
omdat de justitie aanneemt, dat deze
meer van het speculeeren, hoofdzakelijk
i in Australische mijnwaarden, moet af
geweten hebben.
Uit Marienburg komen nog allerlei
bijzonderheden over den krak van de
Privatbank. De kaasmakers in de buurt
lijden zware verliezen. Zij plachten bij
de bank hun spaarduitjes te beleggen
en ook het geld dat zij op het einde
van de maand aan de leveranciers moes
ten# betalen. De bank had Maandag on
geveer 600,000 mk. aan verschillende
I kaasmakers moeten uitbetalen, waartoe
I
zij niet in staat was, ook omdat zij
eenige dagen geleden 400,000 mk. aan
een suikerfabriek, die lont scheen ge
roken te hebben, had betaald. Onder
de slachtoffers van den diefachtigen
directeur Wölke zijn vele vereenigingen,
kooplui en ambtenaren. Een kaasmaker
verliest alleen 300,000 mk. een rente
nier 56,000 mk. enz. Brievenbestellers,
onderwijzers, ambachtslui, advokaten
iedereen bracht zijn geld bij de
„veilige" bank.
De dieverijen dagteekenen al van het
jaar dat Wölke directeur is geworden,
1888. Men had nog meer vertrouwen
in hem, omdat hij voortdurend erfde.
Als de kas werd nagezien, had Wölke
de gewoonte, om pakjes waardelooze
papieren over te leggen, met opschrif
ten, waaruit moest blijken. «r zoo
veel honderdduizenden mark aan waar-
mzaten. uo couiuiiooaiisacu nullen
aangesproken worden, maar men weet
niet, of zij goed voor het geld zijn.
In 1906 had de bank nog zes percent
"ito-ekeerd.
De Londensche Morning ruou
neemt uit Washington, dat er aan de
landengte van Panama groote verwar
ring heerscht. De werkzaamheden zijn
zoo goed als geheel gestaakt. De opper-
ingenieur, kolonel Goethals, heeft den
wensch te kennen gegeven, van zijn
ambt ontslagen te worden.
Er komen zeer bedenkelijke voorvallen
in het Fransche leger. In Chatellerault
wierp, gedurende een militaire oefening,
een reserve-soldaat van het 32e regiment
infanterie geweer en ransel op den
grond, terwijl hij eenige anti-militairis-
tische uitroepen deed. In de kazerne
vocht hij tegen een bataljons-adjudant
en wierp hij een ander officier tegen
den grond.
De Transvaalsche Wetgevende Ver
gadering heeft, zonder verzet van eenigen
kant, in tweede lezing het wetsontwerp
aangenomen, waarbij elke blanke in
gezetene van Transvaal recht krijgt een
geweer en patronen te bezitten. Dat
werd hoog tijd ook.
Daar stonden de rijtuigen van den bruids
stoet reeds. Het bruidspaar was even te
voren het raadhuis binnengetreden.
Bart werkte zich met moeite de trap op.
De veldwachter op 't bordes weigerde hem
echter den toegang.
„Zeg, vent! Wat moet jij hier? Kom,
pak je weg. Ben je zat?"
Bart vouwde de handen.
„Om Godswil, mensch, laat mij door!
Ik moet ginds wezen! Ginds!"
Zoo hartstochtelijk smeekend klonk die
bede, dat de veldwachter Paljas liet door
gaan. Deze wankelde naar de deur van de
trouwzaal en sloeg de hand aan de kruk.
Juist deed de ambtenaar van den bur
gerlijken stand de vraag of de moeder der
minderjarige bruid, och, wat snikte die
Roosje bitter haar toestemming gaf tot
het voorgenomen huwelijk harer dochter.
„Wel stellig," zeide Trees met luide stem
en een vuurrood gezicht.
„Maar ik niet! Maar ik niet!" klonk
het van de bleeke lippen van Paljas.
Door den drom der verbaasde getuigen
en toeschouwers drong hij naar voren, de
man. Het bloed, dat zijn kleederen door
weekt had, maakte een vlek op Trees'
zijden kleed, doch wat lette hij hierop?
Zoo kwam Bart voor de groene tafel.
„Wie ben jij? Wat moet jij? Veldwach
ters, hier! Brengt weg toch dien kerel!"
schreeuwde de burgemeester, rood van
kwaadheid over de onverwachte stoornis
in de uitoefening van zijn ambtsbediening.
Met fonkelende oogen keek Bart hem aan.
„Weg! Ik, de vader van de bruid, weg?"
„Wat raaskal je daar?"
„Ik raaskal niet. Laat die vrouw daar
spreken, en laat die het eens loochenen,
als zij durft! Ha, Trees! Je wordt bleek,
he? Dat had je niet verwacht.Gisteren
avond aan den tol stond ik voor 't raam.
Ik wilde heengaan, voor altoos. Nimmer
zou je iets meer van mij hebben vernomen.
Maar de stem van mijn kind wilde ik nog
eenmaal hooren. Dus luisterde ik; zoo
doende vernam ik, dat je mijn kind wilde
verkoopen. Mijn papieren vraagt u,
burgemeester. Hier zijn ze. 't Zijn de pa
pieren van Engelbert Marijssen, den vader
van de bruid, den eersten man van deze
vrouw hier, en die geeft zijn toestemming
niet."
Nog nooit misschien had te Gravestein
in de trouwzaal een stem zoo luide en
gebiedend geklonken.
BESLUIT.
Dien avond lag op een zindelijk bed in
een kleine herberg van het stadje, monsieur
Paljas. Naast hem zat Roosje, zijn kind,
met groote tranen in de oogen. De hand
haars vaders hield zij omklemd. Met een
glans van geluk op zijn gelaat keek de
gekwetste haar aan.
Het is der politie gelukt, het comité
der revolutionaire militaire organisatie
te Riga in hechtenis te nemen. Er zijn
30 personen in de gevangenis gebracht.
Men stelde vast, dat dit comité de hand
gehad heeft in het oproer in het bataljon
sappeurs en dat bet toebereidselen trof
tot nieuwe onlusten, die binnen enkele
dagen zouden plaats grijpen.
Volgens een telegram uit Sofia wordt
het gerucht, dat prins Ferdinand zich
als koning van Bulgarije wil laten
kronen, „van gezaghebbende zijde"
tegengesproken. In verband met den
binnenlandschen toestand en met den
toestand van de Bulgaren in Turkije
kan er, zoo heet 't verder, van de zaak
geen sprake wezen.
Graaf Tatistef, gouverneur van de
Russische provincie Saratof, heeft een
inspectiereis gemaakt in de districten
Atkarsk en Serdobsk, waar de tr >ebe-
len op het platteland een ernstig ka
rakter hebben aangenomen. Hij heeft
vastgesteld, dat de misdaden, die ge
pleegd worden, meest het werk zijn
van terroristen en verder heeft hij de
bewijzen in handen gekregen van het
bestaan eener machtige revolutionnaire
organisatie. De terroristen, die zich in
de bosschen verbergen, hebben de lan
delijke bevolking dermate geïntimideerd
dat deze hen niet durft aangeven bij
de politie.
Uit Lissabon wordt mirwM' -
neeit zich bij konink
lijk besluit de macht gegeven, dagbla
den te schorsen en het verschijnen van
nieuwe van haar goedkeuring afhan
kelijk te maken. Twee republikeinsche
bladen zijn reeds geschorst. Ook heeft
zij verscheiden republikeinsche ver
eenigingen ontbonden. De drie grootste
koningsgezinde oppositiepartijen zeg-
ofschoon de kroon niet let op hun pro
test tegen de dictatuur en er dus in
die richting niets meer te doen schijnt,
zij toch met alle macht voor het her
stel van den grondwettigen toestand
zullen werken. Daarnaar streeft ook de
republikeinsche partij.
Aan den kant der regeering staan
van de burgerlijke groepen slechts de
Regeneradores-Liberales, in den volks
mond de Franquistas genaamd. Het
leger, de gemeentelijke garde en de po
litie zijn, zoover nog te beoordeelen
valt, haar ook toegedaan. Zoo kan de
regeering, meent men, er aan denken,
den kleinen staat van beleg over Lis
sabon en andere steden af te kondigen.
Maar dit is niet waarschijnlijk, aange
zien daarmede de eerste stap tot een
militaire dictatuur gedaan zou zijn, en
de regeering zal niet licht zoo'n zwaar
wichtig besluit nemen.
Ofschoon Lissabon zijn gewone uiter
lijk heeft, zijn de oppositiepartijen,
zooals zij zelf bekennen, druk in de
weer.
„Roosje, kind, is 'tnu nog „leelijkerd?"
vroeg hij nauw hoorbaar.
„Och, vader, spreek daar nimmer meer
over! Hoe wist ik, dat
„Juist, kind! Je wist niet, en nimmer
zou je ook iets van mij hebben geweten.
Ik was al op weg terug naar België, maar
toen ik hoorde, datWat was ik ooit
voor je geweest? Wat kon ik ooit voor je
worden? dacht ik. Schande en oneer over
je hoofd brengen, ja, dat kon ik
„En hedde nou spijt? Is 'tnou zoo niet
goed? Ik pas u thans op, en al 'tandere
is lang vergeten. Daar praten we nimmer
meer over, wel? Doch ga nu wat slapen,
dan zijdde gauw weer beter. Hoe kwaamde
aan die wond?"
„Door een ongeluk, kind. Ik had het
mes geopend in de hand, toen ik viel."
Bart was zoo gelukkig, dat bij geen wraak
wilde nemen. Daarbij bedacht hij, dat de
acrobaat de vader was van Simson.
Lang overleefde Bart zijn daad echter
niet. Toen zijn dochter getrouwd was met
Gerrit van den mulder, zich te Heesch
gevestigd en in haar huis een kamertje
voor hem in orde gebracht had. bleef hij
nog een maand of wat sukkelen. Toen stierf
hij in de armen van het kind, dat, klein,
hem nooit gekend had, doch dat alles
voorbijzag en alles vergat, zoodra het slechts
wist dat hij was haar vader.
DOOR
(Slot.)
i r v
AI"I UOOr QtT j^onooewy/o
- - 1 _x.11 -li.