Hel Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
OOM BERNAC.
litgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
Yo. 27SO. If oensdag OctoberlOOS
Iets over veiligheid.
FEUILLETON.
lAHB VAN ALTP^
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00,
franco per post zender prijsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 eent.
Ad verten tién van 16 regels 50 d Elke regel
meer 71/, ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiên worden tot Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
Wanneer we het niet beter wisten,
dan zonden wij wanen nog in den nazomer
te verkeeren. Dagen en weken lang was
allee nog met een zee van zonnelicht
overtogen. 's Nachts schijnt de maan
helder en doet aan den dag denken.
Het is warm voor den tijd van het
jaar. Wij bewegen ona nog teel buiten
het is nog niet stil en doodsch in de
straten. Dat allee geeft een aangenaam
gevoel van veiligheid en, ofechoon de
boozen nimmer slapen, wij vreezen hunne
aanslagen nn weinig.
Straks zal dat alles veranderen. Koude,
regenvlagen en duisternis, zullen den
menseh naar binnen jagen, om daar
een aangenamer verblijf te zoeken dan
onder den blooten hemel. Vensters,
luiken, denren, alles wordt vroeg ge
sloten. Onwillekeurig bekruipt ons dan
dat bekende gevoel van angst of vrees
voor minder gewenschte bezoeken. Ge
luiden, die niets beteekenen komen ons
verdacht voor. Iets onaangenaams te
ontmoeten of uit onzen slaap te worden
gestoord door iets buitengewoons, komt
ons dan geenszins ondenkbaar voor. Ge
dachten van inbraak en diefstal dringen
zich aan ons op; gesprekken er over
komen ons vrij natuurlijk voor eu da
alles wordt gevoed door de onloochen
bare feiteo, dat de wintermaanden werk
loosheid, armoede en gebrek doen toe
nemen, den nood grooter doen worden
en dat de langere, donkere nachten
bondgenooten zijn van hen, die met
minder goede oogwenken optreden.
Dat stemt ons zeer terecht to
ernst en nadenken. Wij verbannen alle
zorgloosheid, kijken ons boeltje goe<
na, sluiten alles behoorlijk at en gaan
dan vrij gerust slapen, weinig vermoe
dende dat al die voorzorgsmaatregelen
toch eigenlijk zeer weinig waarde heb
ben. Zij hebben alleen waarde voor
brave menschen of menschen die niet in
nood verkeeren voor dezen kunnen wij
ons geheele huis wel open laten staan
maar indien wij meenen dat inbraken
en diefstallen er door voorkomen wor
den, dan bedriegen wij ons schromelijk
de berichten in de bladen verzekeren
ons dagelijks het tegendeel.
Of wy dan den raad zouden willen
geven, die nuttelooze voorzorgsmaat
regelen maar achterwege te laten Neen,
dht niet. Wy zouden willen, dat men
daarbij wat meer doordacht te werk ging
en nitt vergat dat de vijand op al onze
(1.
L
Ik verzeker u, dat ik mijn oom's brief
al wel honderd keer had gelezen en ik ben
er van overtuigd, dat ik hem van buiten
kendetoch haalde ik hem nog eens uit
mijn zak en, op het boord van den logger
sten, laa ik hem weer met evenveel aan-
:ht door, alsof het pas de eerste maal
was. Het schrift was netjes en de brief
was geadresseerd aan Louis de Laval, pjL
William Hargreavee, herbergier te Ashford,
Kent, Engeland.
Deze mynheer Hargreavee had al veel
okshoofden Fransche brandewijn binnenge-
ryn binnenge
smokkeld en de brief was door dezelfde
tuaschenpersonen in mün bezit gekomen.
„Beste neef Louis," aldus luidde de brief,
„nu uw vader dood is en gij alleen op de
wereld staat, ben ik er van overtuigd, dat
gij gaarne een eind wilt maken aan de
vijandschap, die tosschen onze familie be
stond. In den tijd der revolutie sloot uw
vader zich aan by de party van den ko
ning, ik by die van het volk, en het einde
was, zooals gij weet, dat hij uit het land
moest vluchten en dat ik eigenaar werd
van zijn landgoed Grosbois. Het is onge
twijfeld zeer hard voor u, dat gij zulk een
geheel andere positie inneemt als uw voor
vaderen, maar ik denk, dat gij toch de
bezitting liever in handen van een Bernac
voorzorgsmaatregelen volkomen gewa
pend is. Ook zouden wy er de aandacht
op willen vestigen dat de mensch, door
angst en vrees geleid, vaak het dod
voorbij streeft en verzuimt datgeoe te
doen wat vlak voor de hand ligt.
Men kent misschien het verhaal wel
van den man, dis een brief van ge
wicht in zyn bezit had en wist dat
de politie er onderzoek naar zou laten
doen. Wat deed hij nu? Het stuk zorg
vuldig verbergen, zoodat de knapste
speurder werk zou hebben het te vin
den? Och neen; hy legde den brief
eenvoudig neer op een open schaal, met
een aantal visitekaartjes en briefjes,
die daar volgons gebruik worden neer
gelegd, omdat ze hoegenaamd geen ge
heimen bevatten. En de politie, die
alles doorsnuffelde, dacht er niet aan
om den brief dédr te zoeken.
't Is vrij natuurlijk dat iemand die
voorwerpen van waarde wenscht op te
sporen, ze in de eerste plaats zoeken
zal op plaatsen, die tot bewaarplaats
bestemd zijn, wetende dat het ge
heel in de menec'nelyke natuur ligt, om
van de bestemming der zaken een
gvorig gebruik te maken. Een inbreker
verwacht niet dat hy een brandkast
die hy zonder al te veel moeite open
maakte, ledig zal vinden; evenmin aIs
de kerkedief meent dat hy de offerbus
ledig zal vinden.
De teleurgestelde inbreker, die nog
warm is van het werk, zal vermoedelijk
niet van de brandkast naar de boeken
kast wandelen, er den bijbel uithalen
en een bankbiljet zoeken op elke blad
zgd© waar een nieuw boek aanvangt
Die toevallig niet gebruikte bijbel waB
een zeer goede bergplaats; en wanneer
de dief een ouderwetschen roman in
negen gebonden deelen ziet staan, za
hij vermoedelyk niet op de gedachte
komen dat het middelste deel feitelijk
maar een houten kistje is, waarin myn
heer geregeld zyn bankbiljetten of me
vrouw haar kostbaarheden bewaart, Is
de boekverzameling van eenige betee-
kenis, dan is het ook niet denkbaar
dat de dief kalm genoeg zal wezen o
tijd genoeg zal hebben, om do geheele
verzameling stuk voor stuk na te snuf
feien.
Die voor zyn veiligheid zorgen wil,
dient wel te bedenken dat hy niet
met gewone menschen te doen heeft,
maar toch met menschen die de gewone
eigenschappen van den mensch bezitten,
en die daarnaar zyn maatregelen neemt,
brengt het dikwijls heel ver. Niemand
mag zulke maatregelen verzuimen want door stadie en oplettendheid veel kan
in een betrekkelijk arm gezin vertegen- nen bijdragen om het beroep van den
woordigt een spaarpotje of een kleine inbreker minder winstgevend te makeD
verzameling voorwerpen van eenige en de openbare macht hare taak te
verlichten.
Hult©iilait«i.
De Temps verneemt nil Rome
Alle werklieden in de meUal-indua-
ziet dan in die van een vreemde. Van de
zijde van uw moeders broeder zult gij ten
minste nooit andere dan sympathie en
vriendschap ondervinden.
En nu wil ik u een raad geven. Gy
weet, dat ik altijd een republikein geweest
ben, maar ik heb nu duidelijk ingezien,
dat het nutteloos is tegen het noodlot te
strijden en dat Napoleons macht veel te
nt is, dan dat wij die zouden kunnen
ken. Daarom heb ik getracht hem te
dienen, want het is het beste de huik naar
den wind te hangen. Ik heb zooveel voor
hem kunnen doen, dat hij een goed vriend
ran mij geworden is, zoodat ik op mijn
beurt hem vragen mag, wat ik wil. Zooals
jij waarschijnlijk weet, is hy nu met het
eger te Boulogne, op een paar mijl afstands
ran Grosbois. Als gij dadelijk over wilt
coraen, zal hij zeer zeker ter wille van de
diensten hem door mü bewezen, de vijan
delijkheid van uw vader vergeten. Gij zijt
weliswaar nog verbannen, maar mijn in-
'loed op den keiier zal die zaak wel in
het reine brengen. Kom dus bij me, kom
onmiddellijk en kom vol vertrouwen.
Uw Oom,
C. BERNAC.
j Rj* de inhoud van den brief, maar
v,x>ra^ntkwam mn het raadselachtigst
oor. Aan beide einden was een zeeel
kl" brt bevestigd en mijn oom had
brttikï Ju J iy2 duim firing ge-
een ^.d® nmPeüge randjes van
!£Aet lak "feednikt. En
EngG^r d* *egels waren in het
woorden geschreven: ..kom
het L r Zr1?*** opgekrabbeld
vrouw het gedaan ha/j
waard-', een kapitaal
De beroemde Cullinan-diamant werd
door een specialen koerier, omgeven
door een heirleger van detectives, i aar
Amsterdam gebracht. Dat dacht men
ten minste en de koerier dacht het ook
maar hy had een nabootsing by zich trie te Napels, ten getale van 20,000,
en de echte steen was heel gewoon per zyn in staking gegaan, om de eischen
rt, matig verzekerd, verzonden, als van de werklieden van de groote metaal
zending van een doodgewone 6rma. fabriek van SÜvesteri te steunen. rij
Velen hebben de gewoonte om wat dagmorgen hebben de stakers, geleid
zy bezitten weg te sluiten in draagbare door de leiders der vakvereenigingen,
.Sorwerpen, meenende dal zij errociul ?rn,t,Ke ongeregeldheden geplaegd. Zy
V j ij l. kwamen in botsing met de troepen. Zn
Toor bestemd zgn; maar men bedenkt verbrandden Mn |roo, M1|U1 tVamwa-
niet dat de cassette of het kistje zoo gens, om aldus het personeel te nood-
gemakk'-lijk kan worden medegenomen ken den arbeid neder te leggen.
en de kostbaarheden vry wat veiliger
liggen in een prullemand of in een Bij een wedren te Philadelphia zijn
hoop vodden op zolder. Nu is het er verre dezer dagen ongeregeldheden voorge-
van verwijderd, dat wij dergerlijke ge- vallen. Het publiek der goedkoopere
legenheden als aangewezen bewaarplaat- rangen vernielde een omheining en be-
sen voor zaken van waarde zouden wil- 8af 'n de ruimte welke voor de
u. -u .i. meestbetaleude bezoekers was gereser-
len beschouweo; wy willen er alleen r. »-z- j-. li
op «uren, hoe noodzakelijk het ie, en mmir kon'dlurio niet ,l (m
meer en meer wordt, om tulke dingen In hot vreselijke gedrang dat daarby
toch niet als een kleinigheid te behan- ontstond werden 800 personen zóó ern-
delen. Zelfs zij die zich tegen iubraak stig gekwetst, dat zij zich iu de hospi
talen moesten laten verbinden.
verzekeren, wat wy zeker zeer verstan
dig vinden, zijn daarmee toch niet van
de zaak af. Hij die in een brandver
zekering gaat, gedraagt zich toch van a®n onaergronascnen spoorweg
dat oogenblik af niet zorgloos. Hij heeft r'jg Zaterdag op riep hoek Ier ni
ook tegenover de o„wt«h»ppij zyn ver vermte.tMlraat een onde vrouw door het
Ten gevolge van de uitgraringen voor
den ondergrondschen spoorweg te Pa
plichtingen en bovenden menig dier
baar voorwerp zal hem in geval van
brand nimmer kunnen worden vergoed.
Iets dergelijks mag men ook opmerken
omtrent de inbraak verzekering. Zoekt
de dief in de eerste plaats geld, iets
anders zal toch ook wel van zijn gading
wezen.
Men is wel degelijk verplicht om op
zulke dingen te letten, niet alleen uit
een oogpunt van eigen belang, maar
ook in dat van anderen en wanneer
bet, in het algemeen maatschappelijk
belang, gewenscht is dat de belagers
onzor veiligheid zoo min mogelijk suc
ces op hun duister werk hebben, dan
zullen wy daartoe vry wat kunnen by-
dragen.
Met alle waakzaamheid, wat sluiting
eu wegberging betreft, kan men ge
makkelijk zyn doel missenmaar die
list stelt tegenover geweld, heeft vaak
kans van slagen Uit d i e n hoofde laat
de zorg voor veiligheid vrij wat te
wenscben over en zouden wy zeer zeker,
trottoir gezakt en in een drie meter
diepe modderput gevallen. Spoedig was
er nulp bij de hand, maar de ongeluk
kige was reeds gestikt.
In het dorpje Wusachen zou een mau,
zekere Lieckfold, die op een postkan
toor te Berlyn ingebroken en 16,000
mk. gestolen had, in hechtenis geno
men worden. Hy was er te waardschap
by zyn oom, maar kroop den schoor
steen in, toen de dienders kwamen.
Verschillendeaanmaningen baatten niet,
en daarop werd een vuurtje van droog
aardappelloof aangemaakt, om Lieck-
feld nit te rooken. Hij vluchtte in op-
waartsche richting en werd op bet dak
gevat.
II© llulkuii-€*rlwlw.
Er is op 't oogenblik geen gebrek aan
geruchten, onder welke er ean is uit
Parys, volgens hetwelk de onderkoning
van Egypte van zins zou wezen, de
volledige losscheuring van zijn rijk van
Turkije af te kondigeneen uit Rome,
dat Oostenrijk gezind zou zijn, aan
Italië een klein gedeelte als vergoeding
maar daar stond het en staarde me in het
gelaat, die duistere toevoeging aan een uit
noodiging, „Kom niet I" Had mijn oom
zelf die woorden er aan toegevoegd, door
de een of andere plotselinge verandering
in zyn plannen Dat was toch zeker on
denkbaar, want waarom sou hij in dat ge
val de uitnoodiging gezonden hebben Of
waren ze daar door iemand andere neerge
schreven, die me wilde waarschuwen, dat
ik dit gastvrij aanbod niet moest aanne
men De brief was in het Fransch geschre
ven, de waarschuwing iu het Engelsch.
Konden zij er misschien in Engeland zyn
bijgevoegd Maar .de zegels waren onge
schonden en hoe kon iemand in Engeland
weten, wat er in den brief stond?
En toen, terwijl ik daar zat en het groote
zeil boven ine in den wind klapperae en
iet groene water naast mij bruiste, ging
ik eeDS na, wat ik van dien oom van me
gehoord had. Mijn vader, de afstammeling
van ren der oudste families van Frankrijk,
had, toen hij een vrouw koos, meer op
schoonheid en deugd dan op rang gelet.
Nooit, zelfs niet voor één oogenblik, had
ze hem reden gegeven daarover spijt te
lebbenmaar deze broer van baar. een
rechtsgeleerde, had, zooals my verteld was,
myn vader in die dagen van voor.-poed
gekrenkt door zyn slaafsche onderdanigheid,
en. toen de moeilijke dagen kwamen, door
zyn venijnige vijandschap. Hij had de boe
ren opgehist. tot myn familie gedwongen
werd uit het land te vluchten. Later had
ïy Robespierre geholpen in zyn gruwe-
ykste handelingen en had als belooning
iet kasteel en het landgoed Grosbois ont
vangen, dat ons eigendom was. Na den
val van Robespierre had hij Barras gunstig
voor zich weten te gfmmen en by iedere
nieuwe verandering slaagde bij er weer in
zich het eigendomsrecht op het goed te
verzekeren. Nn bleek uit dezen brief, dat
de nieuwe keizer van Frankrijk hem ook
goed gezind was, ofschoon het mij een
raadsel was, waarom deze iemand met zoo'n
verleden vriendschap kon betoonen, en
welke dienst mijn republikeinsche oom hem
toch wel bewezen kon hebben.
En nu zult ge mij ongetwijfeld vragen,
waarom ik de uitnoodiging van zoo'n man
aannam, een man, dien mijn vader
altyd had gebrandmerkt als een uitzuiger
en een verrader. Het is gemakkelijker daar
nu over te spreken dan toentertijd, maar
het is een feit, dat wy, leden van bet
jongere geslacht, het zeer vervelend en
moeilijk vonden, de scherpe twisten van
het vorige geslacht voort te zetten. Voor
de oudere uitgewekenen scheen het uur
werk des tijda in het jaar 179*2 te zijn
blijven stilstaan, en de liefde en haat van
dat tüdperk voor altijd onuitwischbaar in
boa ziel gegrift Zij waren er in gebrand
door de nee te vuren, waardoor zij gegaan
waren. Maar wij, die op vreemden bodem
waren opgegroeid, begrepen, dat de wereld
vooruitgegaan was en nieuwe quaesties
zich voordeden. Wij waren geneigd die
veeten van bet vorig geslacht te vergeten.
Wij beschouwden Frankrijk niet Langer
als het moorddadige land der guillotine,
maar meer als de glorierijke koningin des
oorlog?door allen aangevallen en allen
overwinnend, maar toch zoo van alle kan
ten gedrukt, dat haar verspreide zonen haar
kreet „te wapen, te wapen", steeds in hun
ooren konden hooren weerklinken. Die
kreet meer nog dan myn oom's brief, was
het mij over het kanaal voerde.
Sinds lang was ik met mijn hart aan de
aan te bieden, indien Italië bereid
ware zyne Balkan-idealen prijs te'ge ven
dan een gerucht uit Brussel, dat er in
die stad een nieuw Enropeeech congres
bijeen zon komen I
Naar de Kölnische Zeitung verneemt
hebben te Oberhansen, gelijk elders,
een aantal Ooetenrykscbe mijnwerkers
een oproeping van hun militaire over
heid gekregen om terug te komen (of
zich voor vertrek huiswaarts gereed te
houden).
Naar het Berliner Tageblatt verneemt
wil ook Nicolaas van Montenegro zich
tot koning laten uitroepen.
Uit Kon8tantinopel wordt aan de
Standard gemeldHet Turksche pu
bliek handhaaft de boycott van Oos-
tenrijksche en Bulgaarsche goederen
zeer streng. Duitsche koopwaren deelen
er ook in. De winkels, waar geboycotte
waar te koop is, doen geen zaken en
hebben hun klanten verloren.
De Pestlier Lloyd maakt melding
van meer betoogingen te Belgrado. Het
volk eischt den troonsafstand van ko
ning Peter als hy geen oorlog wil.
De avondbladen geven een gerucht
weer van een opstand die uitgebroken
zou zyn te Plevlje Bilak, in BoeniS.
De troepen zouden op de menigte ge
schoten hebben en bij Semlin aan de
Servische grens zou eeu brug in de
lacht gevlogen zyn.
Naar de Kölnische Ztg. uit officieuze
bron verneemt, heeft de Duitsche re
geering, behalve aan de Servische ook
aan de Bulgaarsche regeering een ver
maning gericht, om zich kalm te hou
den en den toen al neteligen toestand
niet nog door een uittarting van Turkije
te verscherpen.
De Temps acht de kansen op oorlog
ni««t ernstig. Zy zou het onbegrijpelijk
vinden, als Serviërs en Montenegrynen
Oostenrijk tartten. Wanneer men zwak
is, moet men op rechtsterrein blijven.
Vallen zij Oostenrijk aan, dan leveren
zij zich met handen en voeten aan de
wet van den oorlog over. En de mo
gendheden kunnen niets voor hen.
De Atlantische vloot van Engeland,
die volgens een bericht uit Gibraltar
gemobiliseerd zou worden, bestaat nit
zes linieschepen en twee pantserdek-
kruisers van het oude type.
Men denkt, dat de schepen vooreerst
naar Malta zullen gaan en beschouwt
de beweging dus niet als onrustbarend.
De Oostenryksche monitors zijn van
Peterwardein de Donau opgevaren en
hebben nu bij Semlin, dus dicht bij
Belgrado, het anker uitgeworpen.
Wy geven hier eenige onrustbarende
zijde van mijn worstelend land, en toch
had ik, zoolang mijn vader leefde, dat
nooit durven zeggenwant hij, die onder
Condé gediend en te Quiberon gestreden
had, zou dat als het grootste verraad
beschouwd hebben. Maar na zyn dood
was er geen enkele reden waarom ik niet
naar het land mijner geboorte ion temg-
keeren en myn verlangen was te sterker,
omdat Eugénie dezelfde Eugénie, die
nu al dertig jaar myn vronw is en die
toentertijd ook een uitgewekene was en
met haar oudere bij ons in de buort woonde
er evenzoo over dacht als ik zelf. Haar
oudere behoorden tot een tak vandeChoiseuls
en hun vooroordeelen waren nog sterker
dan die van mijn vader. Dikwijls, wan
neer zij in de huiskamer een overwinning
der Fransahen betreurden, betoonden wij
beiden hierover de grootste vreugde.
Er was een raampje, geheel verborgen
achter laurierboachjee, in een boek van het
kale steenen huis en daar kwamen wij dan
's avonds bij elkaar en hadden elkaar te
liever, omdat wij zoo geheel andere waren
dan allen, die ons omringden. Ik vertelde
haar dan van mijn eerzuchtige plannen, en
zij versterkte ze door haar geestdrift. Maar
er was nog een andere reden behalve de
dood van myn vader en 't schrijven van
mün oom. Het werd me te benauwd te
Ashford. Dit moet ik den Engelschen tot
hun eer nageven, dat zij de Fransche uit
gewekenen edelmoedig en gastvrij behan
deld hebben. Er was niemand onder ons,
die niet een vriendelijke herinnering met
zich meenam van het land en het volk.
Een herinnering aan het Keizerrijk van
Napoleon I.
l j l. i-u l m. veerd. De politie trachtte dit te beletten,
Wordt vervolgd)*