Het Laud van lleusden en Alteoa. de Langstraat en de iiommelerwaard.
Iets over het vleesch.
OOM BEHNAC.
l itgever: L. J. YEERMAX, Heusden.
FEUILLETON.
:T UiO VAN ALT-1''
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden l.OO,
franco per post zender prijsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regtl
meer 7l/t ct. Groote letters naar plaats ruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
Hoewel bet vleesch onder de voe
dingsmiddelen een voorname plaats in
neemt, kan aan het gebruik er van
talrijke gevaren voor de gezondheid
verbonden zijn. In de eerste plaats
komen er dierlijke parasieten in voor,
vervolgens plantaardige, en ten derde
kan het vleesch na het slachten ver
anderingen ondergaan, waardoor het
gebruik tot vergiftiging aanleiding geeft.
We achten het daarom niet ondien
stig de bezwaren hiervan wat nader
te beschouwen.
Als dierlijke parasieten kunnen we
noemen de trichinen en lintwormen.
De trichinen bevinden zich in het var-
kensvleeech. Zij zetelen in de spieren
in kapsels, deze worden in de maag
van den mensch opgelost, waardoor de
1 millimeter lange wormpjes vrij in den
darm komen. Hier groeien ze tot een
lengte van 2 en 4 millimeter. Dan zyn
ze geschikt voor voortteling en zeven
dagen daarna brengt ieder wijfje 1000
1300 larven voort. De oude sterven
na 58 weken af, de larven boren
zich door den darmwand heen en lan
den ten slotte in de spiervezels aan,
waar ze aangroeien tot volwassen tri
chinen. Door deze parasieten treden
velerlei verschijnselen van meer en
minder ernstigen aard op. Misselijkheid,
braken, diarrhée, gepaard met koliek
pijnen komen in t begin, maar al spoe
dig komt een karakteristiek gevoel
van overgroote moeheid in de spieren
voor den dag. De spieren zijn ais het
ware verlamd. Nu is het van het
groote belang, in welke spieren die
parasieten zich vestigen zetten ze zich
in de ademhalingsspieren, dan krijgt
de patient een heftige kortademigheid,
in de beenen veroorzaken ze de rheuma-
tische pijnen, in het strottenhoofd
heeschheid enz. Men ziet, het is een
hoogst ernstige infectie, te meer, daar
men er niet gemakkelijk afkomt.
De varkens zelf krijgen de trichinen
van de ratten, die door hen opgegeten
worden.
De afdoende maatregel is, het vleesch
flink te koken, zoodat men kan ver
wachten dat de parasieten dood zijn.
In het rundvleesch komen voor de
eieren der lintwormen, die bij den
mengch zich ontwikkelen tot een enorme
lengte, soms 4 k5 Meier. De verschijn-
(11.
Het bleek mij, dal mijn eigen kleeren,
nadat ik ze wat afgeborsteld had, nog uit
stekend waren, maar ik nam zijn aanbod
in zooverre aan, dat ik een geplooid hemd
en een zwart satynen das uitkoos. Ik was
met mijn toilet gereed en stond uit mijn
raam te kijken, aat op een blinden muur
uitzag, toen mijn gastheer terugkeerde. Hij
nam mij onderzoekend van het hoofd tot
de voeten op en scheen tevreden met wat
hij zag.
„Dat is in ordeDat is uitstekend I" zei
hij, met eeu critisch knikje. „In dezen tijd
staat een costuum, dat de sporen van rei
zen en hard werken draagt, gekleeder dan
het keurige pak van een fktterigen niets
doener. Ik heb dames hooren zeggen, dat
het een bewijs van beteren smaak was.
Nu, mijnheer, wilt u me nu maar vol
gen?"
Zijn belangstelling in mijn kleeding ver
wonderde mij. maar door den schok, die
mij wachtte, dacht ik er niet verder over
na. Want toen wij de gang doorgeloopen
en in een groote vestibule gekomen waren,
die mij merkwaardig bekend toescheen,
zag ik een levensgroot portret van mijn
vader vlak voor mg staan. Ik stond er stom
van verbazing naar te kijken en toen ik
mij omkeerde, zag ik, dat de koude, grg ze
oogen van mijn geleider met een vroolijke
tinteling op mij gevestigd waren.
„U schijnt verbaasd te zjjn, mijnheer de
Laval," zei hij.
„Om 's hemels wil," zei ik, „speel niet
gelen, welke ren lintworm te voorschijn
roepen, zijn alom bekend en behoeven
dus niet besproken te worden. Wel
dient er op gewezen, dat de meosch
die een lintworm gastvrijheid verleent,
een gevaar is voor zijne omgeving.
Zooals men weet, verliest de mensch
bij de ontlasting de leden van de lint
worm, die een ontelbare massa eitjes
bevatten. Die leden laten zich gemak-
kei ij k fijn wrijven en dan komen de
eieren vrij. Deze eieren nu leveren
groot gevaar op. Komt er nl. zoo'n
eitje weer in een menechelyk organis
me dan ontwikkelt dit zich tot een
blaas van buitengewone afmetinger
er zijn gevallen hekend, waarbij de
blaas 15 liter vocht bevatte. De blaas
kan op allerlei plaatsen gezeten zijn
in de hersenen, waar zij absoluut den
dood veroorzaakt, maar ook in andere
drelen van het lichaam. Haar lieve
lingsplaats is wel de lever. Het is dus
geraden, om bij aanwezigheid van een
dergeiijken gast, zich zoo spoedig mo
gelijk daarvan te bevrijden, zoowel ter
wiüe van zichzelf als van zijne omge
ving.
Het voorkomen van lintwormen is
gemakkelijk, n.l. het goed laten door
koken van bet vleesch, en geen rauw
vleesch eten.
Niet alleen runderen zijn de dragers
van lintwormen en hunne eieren, maar
ook honden* Do hond herbergt de lint
worm in zijn darmen, doch hare eieren
kunnen voorkomen op de huid of a-in de
haren. Komen deze in het nienschelyk
lichaam, dan ontwikkelen zij, evenals
de koeienlintworm, een blaas, die echtt r
nog veel grooter wordt. Hierop berust
bet afkeurenswaardige in de innige
omgang tusschen mensch en hond.
Beschouwen we nu een kort oogen-
blik de besmettelijke ziekten, die van
het vee op den meDsch kunnen worden
overgebracht, dan moeten we in de
eerste plaats noemen de tuberculose, of
de paarlziekte. Zonder twijfel worden
personen, door het gebruik van rauw
vleesch geïnfecteerd. De gevolgen be
hoeven niet genoemd te worden, ze zijn
in den tegen woordigen tijd overbekend.
Vervolgens, hoewel minder, komt zoo
nu en dan infec'ie met miltvuur voor,
voo!al menschen, die belast zijn met
het villen van miltvuurzieke beesten,
harpen groote kans zich te besmetten.
Gewoonlijk loopt de infectie doodelyk
af, daar ze zich zeer snel door het
lichaam verbreidt.
Dan hebben we nog de droes, mond
en klauwzeer, ziekten, waarvan men
zoo nu en dan eens verneemt. Hierbij
dient opgemerkt te worden, dat niet
alleen de bacteriën gevaarlijk zijn, maar
ook de daardoor afgescheiden vergiften,
die zelfs door koken niet onschadelijk
gemaakt worden.
Behalve nu, dat het vleesch schadelijk
kan zyn, doordat het afkomstig is van
zieke dieren, is dit eveneens mogelijk,
door veranderingen, die na den dood
van het beest er in optreden. Het vleesch
n.l. is een goede voedingsbodem voor
schimmels, enz., die zich snel vermeer-
deren. Vele dezer zyn onschadelijk en
geven zelfs aan het vleesch volgens
sommigen eeu fijneren smaak. Hiervan
is afhankelijk de lekkere smaak van
het „adellijk wild", wild, dat eenigszins
in ontbinding is overgegaan. Er worden
echter somB vergiften geproduceerd, die
bij den mensch zeer ernstige ziektever
schijnselen kunnen te voorschijn roepen,
voornl. spit rverlammingen. Dit komt
vooral voor na het gebruik van worst,
vandaar dat men meestal spreekt van
worst vergiftiging. Niet alleen varkens
en rundvleesch zijn de dra.ers van
voor de gezondheid schadelijke stoffen,
ook andere vleeechsoorten bevatten soms
giften voor den mensch Dat het vleesch
voor de gezond hei 1 nadeelig kan zijn, i
zal wel uit het bovenstaande duidelijk
zijn geyorden. Eveneens dat het z°er
nuttig is, eenigszins daarvan op de hoogte
te zijn.
Hoe wij ons kunnen behoeden voor
die gevaren, zullen we een volgende
maal bespieken.
langer met mijWie is u, en waarheen
heeft n mij gebracht?"
Als eenig antwoord begon hij te schudden
van het lachen en zijn magere, bruine hand
op mijn arm leggend, leidde hg mg een
groot vertrek binnen. In het midden stond
een smaakvol gedekte tafel en daarachter
zat in een laag stoeltje een jonge dame
met een boek in de hand. Zij stond op,
toeD wij binnenkwamen, en ik zag. dat zij
lang en slank was en een donkere gelaats
kleur bezat, met sprekende trekken en
buitengewoon schitterende, zwarte oogen.
Zelfs in dien eenen blik viel het mg op,
dat ze mij met een allesbehalve vriendelijke
uitdrukking aanzag.
JSibylle." sprak mijn gastheer en zijn
woorden benamen mij den adem, „dit is
ie neef uit Engeland, Louis de Laval. Dit,
1>e8te neef, is mijn eenige dochter, Sibylle
Bernac."
„Dan is u
„Ik ben je moeder's broer, Charles Bernac."
„U, oom Bernac!" bracht ik er uit, sta
melend als een kind. „Maar waarom heeft
u me dat niet gezegd?" riep ik.
„Ik vond het wel aardig eens rustig te
kunnen opmerken, wat de Engelsche op
voeding van mijn neef gemaakt had. Ik
zon je ook moeifijfcer in bescherming heb
ben kunnen nemen, als myn kameraden
vermoed hadden, dat ik peraoonlgk belang
in je stelde. Maar laat mij je nn hartelijk
welkom heeten in Frankrijk en mgn spijt
uitdrukken, dat de ontvangst wat ruw ge
weest is. Ik twijfel er niet aan', of Sibylle
zal me wel willen helpen, om dat goed te
maken." Hg keek met een ondengenden
glimlach naar zijn dochter, die me kond
bleet aanstaren. Ik zag om me heen. en
langzamerhand begon ik mg het ruime
vertrek met de wapens en hertekoppen aan
den muur flauw te herinneren. Ook het
gezicht uit het boogvenster met de groep
eiken in het glooiende park, en in de verte
Zaterdag is de Keizer van China,
Kwang-Sioe, overleden.
De overleden Keizer werd meerder
jarig in Maart 1887, en aanvaardde toen
de regeering echter slechts in naam.
In Februari hnwde hij met een nicht,
de dochter van Kwei, welke laatste
weer een broer was van de Keizerin-
Weduwe.
Sinds zijn huwelijk, tot in September
1898, oefende Kwang-Sioe ook inderdaad
de macht uit. Maar toen hij door afkon
diging van tal van overijlde decreten
blijk gaf van op 't gebied der hervor
mingen een te snel tempo te willen
de zee, had ik stellig meer gezien. Het w as
dus waar. ik was in ons eigen kasteel Gros-
bois en deze vreeselyke man met zijn grijze
jas, deze verschrikkelijke samenzweerder
met het gezicht als een doodshoofd, was
dezelfde, die ik mijn vader zoo vaak had
hooren verwenschen, de man, die hem van
zijn eigen bezitting verdreven en er zelf
bezit van genomen bad. En toch kon ik
ook niet vergeten, dat hij, met gevaar van
eigen leven, bet mijne den vorigen avond
gered had, en weer stond ik in tweestryd
tusschen mgn dankbaarheid en mijn afkeer.
Wij zetten ons aan tafel en onder het
eten legde mijn nienw-ontdekte oom mij
alles nit, wat ik niet begrepen had.
„Ik vermoedde van het eersteoogenblik,
dat ik je zag. af, dat jij het was," zei hij.
„Ik ben oud genoeg om me je vader te
herinneren, toen hg een jongmensch was
en jij bent zijn evenbeeld ofschoon ik,
zonder je te vleien, er kan bijvoegen, dat
jij het in knapheid van niterlijk van hem
wint. En toch werd hij voor denmooisten
man tnsschen Rouaan en de see gehouden.
Je moet niet vergeten, dat ik je verwachtte
en dat er nu niet veel aristocratische jonge
mannen van jouw leeftijd langs de kust
zwerven. Ik was verbaasd, dat je gisteren,
avond niet wist, waar je was. Heb je dan
nooit gehoord van de geheime gang van
Groebois
Ik herinnerde me nu flauw, dat ik als
kind wel eens van die onderaardsche gang
gehoord had. maar dat de zoldering inge
vallen was en dit de gang onbruikbaar
gemaakt had.
„Juist," sprak mijn oom. „Tooi het kas
teel in mgn handen overging, was het eerste
wat ik deed, «"en nieuwe opening aan het
eind uithouwen, want ik voorzag, dat ik
er in dezen donkeren tijd veel nut van
zou hebben ja, als de gang in orde was
geweest, zonden je vader en moeder veel
makkelgker hebben kannen ontsnappen."
volgen, greep de machtige reactionaire
hofpartij, met de Keizerin-Wednwe aan
het hoofd, in, en ontnam den Keizer
de werkelijke macht, welke voortaan
zou blijven berusten bg de Keizerin-
Wednwe.
Kang Joe Wei, een der leiders van
de hervormingsparty in China, trachtte
den Keizer te bewegen tot het onder
nemen van een staatsgreep om de macht
der Keizerin-Weduwe te fnuiken. Joean-
tsi-Kai, de bevelvoerder der troepen,
dien de Keizer voor den staatsgreep
hoopte te gebruiken, verried het plan
aan de Keizerin-Weduwe en schaarde
zieh aan haar zijde. De onde vrouw
ontbood den Keizer by zich, wees hem
in scherpe bewoordingen te recht en
verweet hem zijn gedrag. De Keizer
in tranen uitbarstend erkende
schnld en beloofde beterschap.
Na het falen van dezen staatsgreep
was de vorst alle macht en gezag kwijt;
en de hoofdleiders der hervormingspartij
's Keizers vrienden werden ont
hoofd. In Juni 1900 hoeft Kwang-Sioe,
dcor tusschenkomst van een vroegeren
leeraar een beroep gedaan op de Wes-
te rache volken. Daarin verklaarde hij
de Keizerin-Weduwe verantwoordelijk
voor de anarchie in China, en vroeg
hij de Mogendheden een gemeenschap
pelijk protectoraat over China af te
kondigen en de Keizerin-Weduwe haar
macht te ontnemen. Dit beroep bleef
zonder eenig resultaat. En de Keizer
is gestorven zooals hij had geleefd reen
schijn-keizer, die zoowel lichamelijk als
geestelijk een zwakkeling was Kwang-
Sioe had een zekere voorliefde voorde
Westersche wetenschappen en de Wes-
tersche beschaving. Overigens is om
trent zijn daden eu eigenschappen wei
nig bekend geworden. Men zegt, dat
hij den smaaelijken toestand, waarin
hg verkeerde, terdege gevoelde, en dat
hg meer dan een bijna geslaagde poging
heeft gedaan om zelfmoord te plegen.
Hij is 36 jaar geworden.
Er is op het oogenblik in China geen
officieele troonopvolger: d. w. z. geen
zoon of aangenomen zoon des Keizers.
Wel is met de benoeming van prins
Tsjoen tot Regent diens zoon aange
wezen als vermoedelijken troonopvol
ger, maar daarmee is de erfopvolging
nog geenszins definitief geregeld. Wel
was op 't Chineesche Nieuwjaarsfeest
in 1900, de toentertijd 15-jarige prins
Poelsjoen, zoon van den destijds al-
machtigen prins Toean bij Keizerljjk
Besluit aangewezen als troonopvolger,
maar na de mislukte Boksers-beweging
en de troebelen te Peking is deze prins
uitdrukkelijk uitgesloten verklaard van
Zgn woorden maakten de herinnering
weer levendig in mij aan alles wat ik ge
hoord had en me kon herinneren van die
vreeselijke dagen, toen wij als wolven wer
den opgejaagd, toen het huilend gepeupel
nog op de pier samenschoolde om hun
vuisten naar ons te hallen en ons met
steenen te gooien. Ik herinnerde mij ook,
dat dezelfde man, die nu tot mij sprak,
toen olie op het vuur had gegooid en dat
zijn voorspoed op onzen ondergang ge
grondvest was. Toen ik naar hem keek,
merkte ik, dat zijn echerj>e, grijze oogen
op mij gevestigd waren en ik kon zien,
dat hij mijn gedachten gelezen had.
„We moeten oude koeien laten rusten,"
zei hü. „Die behooren tot het oud geslacht
en Sibylle en jij vormen een nieuw."
Mgn nicht had niet in 't minst acht op
mijn tegenwoordigheid geslagen, maar, toen
onze namen aldus samengevoegd werden,
keek zij naar mij op met dezelfde vijan
dige uitdrukking in haar oogen, die ik er
al vroeger in gezien had.
„Kom, Sibylle," zei haar vader, „zeg aan
je neef Louis, dat, wat jou betreft, alle
misverstand nit de wereld is."
„Wij hebben goed praten, vader," ant
woordde zij. „Het ie niet uw portret, dat
in de vestibule hangt, niet nw waj>en, dat
ik aan den mnnr zie. Wij zijn in het be
zit van het kasteel en het land, maar het
staat aan den erfgenaam der de Lavalsons
te zeggen, of hij daar genoegen mee neemt."
Haar donkere, minachtende oogen vestig
den zich op mg, terwijl zij op mijn ant
woord wachtte, maar haar vader haastte
zich tnsechenheide te komen.
„Je komt je neef erg gastvrij tegemoet."
zei hg scherp. „Door het toeval is Lonis
erfdeel ons in handen gekomen, maar wij
behoeven hem niet aan dat feit te herin
neren."
„Hij behoeft er niet aan herinnerd te
worden," zei zy.
het recht van erfopvolging. Daarmee
was de zaak weer op losse schroeven
gesteld. Reeds eenige maanden gele
den, toen het scheen, dat het metden
Keizer zou afioopen, werd een Kroon
raad gehouden, waarin over de opvol
ging werd beraadslaagd. Het resultaat
dier besprekingen bleef geheim. Uit
het jongste besluit tot instelling van
het Regentschap, is nu als vertnoede-
lyke troonopvolger aangewezen prins
Poe-ji, het tweejarig zoontje van den
Regent prins Tsjoen. Dere laatste is
I dezelfde, die na den moord op Von
Ketteler en de onderdrukking van den
Boksersopstand door de mogendheden,
door den Keizer van China naar Duitsch-
land is gezonden om daar ten paleize
van den Dnitschen Keizer de historisch
geworden daad van boetedoening te
verrichten. Daar Poe-ji nog zoo jong
is, zal het Regentschap van Tsjoen eeu
jaar of 15, misschien 20 kannen duren,
natuurlijk als alles goed gaat en de
anti-dynastieke woelingen in het Rijk
van het Midden niet zoodanig aan
kracht winnen, dat de Regent ervoor
moet wyken.
Als een merkwaardig toeval werd
Zondag gemeld, dat ook de Keizerin-
Weduwe van China, in den ouderdom
van 73 jaar, is overleden.
Keizerin Tse-sji heeft een bijzonderen
levensloop gehad. Zij was van onaun-
zienlijke geboorte; doch op jeugdigen
leeftijd onderscheidde zy zich door lief
talligheid en schoonheid zóózeer, dat
keizer Sjeng-feng haar in zijn paleis
oj»uain. Nadat zij hem een zoon ge
schonken had, verhief de Keizer haar
tot zijn bijvrouw. Bij 's Keizeis dood
werd het zoontje van Tse-sji tot troon
opvolger gekozen. Tse-sji, drie prinsen
en de wettige keizerin zonden tezamen
het regentschap waarnemen. Maar de
moeder van den troonopvolger wist zich
op den voorgrond te dringen en de macht
in handen te krijgen. Totdat haar zoon
tje stierf. (12 Januari 1875). Fluks be
sloten liet zij haar 3-jarig neefje, Tsai-
tjen, als troonopvolger uitroepen. Zij
zelf bleef als Regentes regeereneu
ook nadat Tsai-tjen als keizer Kwang-
Sioe den troon had bestegen bleef zy
de machtigste figuur in de Chineesche
regeering en aan het Chineesche Hof.
Deze merkwaardige vrouw heeft sedert
1861 aan het Chineesche hof een bui
tengewoon groote rol gespeeld, vooral
daar zij zich in de laatste jaren der
rorigo eeuw geheel had laten winnen
voor de beweging tegen de vreemde
lingen, bekend als de Boksers-beweging.
In 1900 vluchtte zij voor de opdringende
„Gy doet mij onrecht riep ik uit, want
de openlijke, toornige minachting van dat
meisje kwetste ray diep. „Hel is waar, dat
ik niet kan vergeten, dat kasteel en park
aan mijn vooroudere behoord hebben
ik zou een dwaas zijn, als ik d&t kon ver
geten, maar als je denkt, dat ik daarom
verbitterd ben, vergis je ie. Ik wil niets
liever dan me met mijn zwaard een weg
te banen."
„En je hebt dat nooit gemakkelijker en
schitterender kunnen doeo dan na," riep
mgn oom nit. „Er zullen groote dingen
in de wereld gebeuren en als je aan het
keizerlijk hof bent, sta je er midden in.
Je wilt den keizer toch gaan dienen
„Ik wil mijn land dienen."
„Dat doe je door den keizer te dienen,
want zonder hem loopen 's lands zaken in
de war."
„Zooals ik hoor, moet het geen gemak
kelijke dienst zyn," sprak mgn nicht. „Ik
zou denken, dat je het in Engeland veel
beter en veiliger zon hebben."
Met alles wat het meisje zei, scheen zij
mij te willen beleedigen, en toch begreep
ik niet, hoe ik haar ooit gekrenkt kon
hebben. Ik bad nog nooit zoo gauw het land
aan een vrouw gekregen. Ik ken zien, dat
baar vader zich evenzeer aau haar opmer
kingen ergerde als ik, want hij zag haar
met woedende blikken aan.
„Je neef is dapper en dat kan niet ge
zegd worden van iemand andere, dien ik
ken," zei hij.
„Van wien vroeg zij.
„Dat doet er niet toe," beet hg haar toe
en sprong op als iemand, die hang is, dat
zijn woe le hem de baas zal worden en
meer zal zeggen dan hij wil, en snelde de
kamer uit.
*1
Ao. 2T90
ff oensdag IS lYorember.
190S.
Een herinnering aan het Keizerrijk van
Napoleon I.
Wordt vervolgd).