el Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
De Geldduivel.
VeraMii van levensidiÉii.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 2823. Woensdag 17 Haart. 19Q9.
FEUILLETON.
land van alten*
voor
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00,
franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 71/, ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
Dr. A. van Raalte te Dordrecht heeft
dezer dagen merkwaardige mededeelin-
gen gedaan over de vervalsching van
levensmiddelen in Nederland. In dit
opzicht zijn wij er al heel slecht aan
toe. Onze wetgeving is verouderd en
niet afdoende, en zoo zijn wij dus over
geleverd aan de gratie van de knoeiers.
Veel van het minderwaardige dat te
genwoordig in het buitenland niet meer
mag verkocht worden stroomt de gast
vrije poorten van Nederland binnen.
Wij worden, om met dr. van Raalte
te spreken, steeds meer de aschbak van
Europa.
In de eerste plaats kennen wij ver
valsching van melk, door vermenging
met water. Zij is al zoo oud als de
geschiedenis het bedrog is sinds
onheugelijke tijden verboden maar
nog steeds wordt het lustig toegepast.
Door gebruikmaking van den areo
meter meende men deze vervalsching
die het soortelijk gewicht der melk
verlaagt, steeds te kunnen constateeren.
Maar sommige boeren zijn snugger;
door water en afgeroomde (d.i. dus
zwaardere) melk te voegen bij dezelfde
versche melk, behoudt die dubbel-ver-
valschte melk het goede soortelijk ge
wicht van valsche melk. Dit is dus
een soort van wetenschappelijke ver
valsching, die dit tusschen twee haak
jes ook al een grooten omvang heeft
aangenomen.
Dan heeft men bij melk dikwijls te
doen met toevoeging van boorzuur of
salicylzuur ter conserveering(dit kan
kwaad, als er te veel van die stoffen
worden toegevoegd) Toevoeging van
dubbelkoolzure soda kan met rosolzuur
betrekkelijk zeer eenvoudig worden aan
getoond. De omvang van de melkver-
valsching beliep te Rotterdam vóór de
invoering van den gemeentelijken keu
ringsdienst, volgens berekening van dr.
Lam f 300000 'sjaars (dat werd be
taald voor het bijgevoegde water)
Nu de thee. De thee die wij drin
ken is soms wel eens theemaar
men vervalscht veelvuldig, zoowel in
China als in Europa. Allerlei soorten
bladeren (met thee hebben ze niets te
maken) worden kunstmatig als thee
toebereid. De kleuring wordt zelfs met
„kacbelpoets" bewerkstelligd. Yoor den
geur is nog altijd menging met wat
stofthee noodig; maar daar zullen de
vervalschers ook wel wat op weten te
vinden.
Meel wordt vervalscht met van alles
en allerlei, bijv. met aluin. Gelukkig
is de laatste vervalsching met cam-
pèchehoutoplossing in alcohol gemakke
lijk aan te toonen. Meel wordt ook dik
wijls vervalscht met gips. Yan dat goed
worden dan bijv. poffertjes gebakken
Eu een derde soort van vervalsching
geschiedt met krijt, zwaarspaath enz.
„Wie nooit zijn brood met zwaarspaath
at," heeft de Duitsche chemicus Jacob-
son pariodeerend gespot. („Wie nooit
zijn brood in tranen at", aldus luidt
de oorspronkelijke tekst van Goethe's
lied).
Boter, die te veel water bevat, kan
op twee wijzen in dien toestand zijn
gekomendoor menging of ook door
bij de bereiding het reeds aanwezige
water er in te laten.
Kaasvervalsching wordt hier te lande
nog niet op groote schaal in practijk
gebracht; nog nietmaar het is te
vreezen dat wij eerlang ook margarine
kaas zullen krijgen.
„Fabriekmatige" eieren komen niet
meer in den handel. Toch is er te
Londen een fabriek van dergelijke
producten geweest, maar het bleek dat
de kip ten slotte toch nog goedkooper
werkte.
Kunst-koffieboonen werden vroeger te
Weenen en te Praag gefabriceerd uit
eikels en nog allerlei andere zonderlinge
bestanddeelen. Dank zij het ingrijpen
van de overheid is dit kwaad in zijn
geboorte gestuit. Maar toch drinken
wij nog veel minderwaardigs, omdat
echte koffieboonen, die bedorven zijn
of verkleurd, met meestal vergiftige
stoffen, als: kopervitriool, chroomver-
bindingen enz., weer kunnen worden
opgekleurd.
Gemalen koffie wordt met letterlijk
alles vervalscht, o.a. met gemalen steen,
zand e.d. Met chichorei is het, zoo
mogelijk, nog erger. Zelfs oker wordt
hierbij gevoegd.
Suiker is, in grof gekristalliseerden
toestand, vrij zuiver. Maar alle niet
grove kristal kan weer met de gewone
witte vervalschingsingrediënten bewerkt
worden. Wat de suiker daarbij inboet
aan zoetheid wordt vergoed door toe
voeging van sacharii e, welke op haar
S. UöRIilIöFFEII.
(4-
Met die woorden trok hij den andere in
een zijvertrek en eenige minuter later klon
ken de glazen tegen elkaar. „Wees geluk
kig, Willebald, jij en die u lief zijn! Ben
je al getrouwd?"
De jonge bankdirecteur schudde lachend
't hoofd. „Noch niet, Hans, maar mijn Mies
en ik maken alles voor de bruiloft klaar.
Als je ons geluk eens zag, onze altijd nieuwe
rijke vreugde 1 Tien jaar verloofd, en nu
eindelijk ons doel bereikt! Denk eens! Ik
krijg twee duizend daalders honorarium 1"
„Wat een schriele dividendenslikkers I
Hoe wil je daarmee rondkomen, arme kerel?"
„Met twee duizend daalders We kun
nen toch niet allen riddergoed-bezitters
zijn en als millionaire door de wereld
gaan, Hans. Ik zeg je, Mies en ik bouwen
ons nestje in een vreugderoes; we dragen
ieder stukje huisraad, ieder stuk linnengoed
als veldratten bijeen. Eerst mijn oude moe
der! Die arme! Ze heeft in een dak
kamertje in de groote stad gezeten en voor
een hongerloon gewerkt; nu zal ze daar
voor de mooiste kamer hebben en op velden
en tuinen zien; ze zal nu niets te doen
hebben dan wandelen en slapen. Hans,
Hans! en al dat geluk dank ik jou!"
„En heb je de woning al gehuurd?"
„Ja, moeder en Mies zjjn hier om alles
gereed te maken. We zijn als kinderende
een nog gelukkiger dan de andere, moeder
wil groentebedden aanleggenMies doet het
niet zonder bloementuintje; en wat me
zelf betreft: ik neem een hond; zoo'n
grooten en liefst twee."
De slotheer lachte luid. „Je kan jonge
Ulmerdoggen van me krijgen, Willebald,
een heel nest vol. Alles, wat je vrouw later
wil zaaien en planten staat je, met mijn
tuinman, ten dienste. Maar waar ligt je
woning?"
„In de Tannhauser-straat. Dat kleine
nestje, met klimop en roode rozen."
„Aha, ik weet het. Als je mijn vrouw
„Een oogenblik," viel de Directeur in de
rede. „Laat me je, voor ik 't vergeet, een
vraag doen. De barones is een geborene
Aszmann, niet waar?"
„Ja."
„Heeft ze in Frankfort a.d. Main bloed
verwanten
De slotheer werd eensklaps oplettend.
„Zeker, riep hij. Daar leeft een broeder van
haar overleden vader, Leopold Aszmann;
hij is bankier en moet heel rijk zijn."
Willibald had zijn brieventasch voor den
dag gehaald. „Die is 't, zei hijwij stonden
tot de firma in voortdurende betrekking;
nu echter kan ik u mededeelen dat de oude
heer alle zaken heeft van kant gedaan en
dat hij doodziek is. Een hartkwaal, zoo
ik hoor."
Op 't gezicht van den baron kwam en
ging de kleur. „Dus zwaar ziek?" zei hij
alsin zich zelf. „Willibald, mijn oude jongen,
kan je gissen, hoeveel vermogen hij heeft?"
De Directeur trok de schouders op. „Daar
van weet ik helaas niets, Hans. De baro
nes en mejuffrouw Ruth zullen waarschijn
lijk alles erven."
„Ja, juist daarom."
„Ken je den ouden heer, Hans?"
„Ik heb hem ééns gezien. Leopold Asz
mann leefde sinds menschenheugenis in
Kalifornië; hij was met zijn broer, den
vader van mijn vrouw, van jongs af on-
eenig natuurlijk om een meisje en
nam ook, toen hem de dood van mijn
beurt ook weer schandalig vervalscht
wordt.
Olijfolie wordt vervalscht met se
samolie, katoenpitolie, enz.azijn met
zwavelzuurpeper met kunstpeperkor
rels, bereid uit peperafval en allerlei
andere rare zaken gemalen glaspoeder
enz. Het kaneel van den „handel"
bestaat in vele gevallen uit gemalen
hout van sigarenkistjes. "Wat jam betreft,
worden er soorten verkocht waarin
geen schijntje vrucht voorkomt. Meestal
koopen hiertoe de fabrieken van den
tweeden rang den afval van vruchten
de schillen enz. op en verwerken
dezen zeer smakelijk. Jenever „die geen
kennis heeft aan de jeneverbes" is
volstrekt niet zeldzaam. Reuzel wordt
met allerlei vetten vervalscht en
zoo zou de zwarte lijst in het oneindige
voort te zetten zijn.
Maar waar zou het einde zijn, en
waar is het einde als de overheid niet
ingrijpt. Overtuigend is gebleken, dat
de deste'reffende artikelen van het
Wetboek van Strafrecht niets uitrichten.
Ze zijn wel heel barsch en streng,
maar inen kan ze eigenlijk niet toe
passen, althans houdt er niet de hand
aan. De verkoop is strafbaar gesteld,
maar niet het ten verkoop in voorraad
hebben. Dien weg moet bet heen, niet
alleen om het bedrog te straffen, maar
ook ter bescherming van onze volks
gezondheid. We steken nu, zonder het
te weten, allerlei onzindelijks en scha
delijks in den mond.
„Z .N. en Ad."
zijn van den schrik onwel geworden
en moesten naar het ziekenhuis worden
gebracht.
Drie honderd en vijftig post-beamb-
ten van den spoorpienst, die Maandag
avond en Dinsdagmorgen moesten ver
trekken, hadden zich formeel verbonden
niette gaan. De Engelsche postbeambten
hebben 25,000 frs. gezonden.
Kultesiiand.
Volgens een bericht uit Charleroi is
in de mijnputten van de kolenmijnen
Marcinilli nord le Couillet een on
geluk gebeurd. Vijf werklieden waren
bezig met het boren van een gat in
de gang op 1000 M. diepte, toen een
groote hoeveelheid water hen overwel
digde. Allen zijn verdronken.
Te Compiègne liggen 15 soldaten ziek
aan hersenvlies-ruggemergontsteking.
De beambten der posterijen en der
telegrafie te Parijs hebben de algemeene
staking afgekondigd.
Maandag hebben vrij ernstige standjes
plaats gehad bij het hoofd-telegraaf-
kantoor. Er zou eene opgewonden be
tooging zijn geweest; de ruiten zouden
zijn ingeworden. Verscheidene vrouwen
schoonvader bericht werd, van den brief
geen notitie; evenmin bemoeide hij zich
met de weduwe, die in behoeftige omstan
digheden achterbleef; maar toen ook deze
stierf, ontwaakte toch zijn geweten. Hij
kwam over, en heeft een testament gemaakt
ten voordeele van zijn twee nichten. Ik zelf
was een der getuigen."
„En vernam je niets aangaande 't bedrag
der nalatenschap?"
„Volstrekt niets? Het testament had maar
drie regels, en bepaalde alleen dat het ge-
heele vermogen in gelijke deelen aan mijn
vrouw en mijn schoonzuster zou komen
verder niets."
Willibald haalde de schouders op. „In
den grond is dat genoeg, niet waar Hans
Jij zelf bent een rijk man, wien het niet
erg interesseert hoeveel duizenden hij er
bij krijgt."
„O, beste jongen Wat een verbeelding
Als er op 't oogenblik eens iemand was,
die me aan honderd-tachtig-duizend Mark
kon helpen, wat zou ik blij zijn
De bankdirecteur verschrok. „Maar ik
bid je, Hans! wat een onnoemelijke som
riep hij uit.
Hans Adam lachte. „Van jouw standpunt
gezien, Willibald. Maar bedenk dat Moldt
met al zijn landerijen een waarde van over
de twee millioen heeft. Daarbij zinkt dat
sommetje in 't niet."
„Ja, maar,"
„Je meent, waarvoor ik dat geld gebrui
ken zou Nu, vooreerst om een dringend
schuldeischer te voldoen, en dan om een
lievelingsplan te verwezenlijken. Ik heb een
denkbeeld, dat me al jaren bezig houdt,
en niet weg wil, en van welks verwezen
lijking ik me enorme winst beloof. Maar
om die zaak te beginnen, heb ik groote
sommen noodig en die ontbreken me."
„Mag ik vragen, waaraan je bij deze
woorden denkt
„Natuurlijk oude jongenik heb een
De bladen bevatten een telegram uit
Reinosa, in de Spaansche provincie
Santander, meldende dat een mijngas-
ontploffing in de kolenmijn Parruelo
heeft plaats gehad, toen alle werklieden
waren afgedaald.
Volgens een bericht uit Lissabon
heeft de bevolking te Murca, in de
provincie Traz os Montes, een aanval
gedaan op het belastingkantoor. Men
maakte zich meester van het geld, en
stak het gebouw in brand, nadat het
door de beambten was verlaten. De po
litie herstelde de orde.
Papusz, de hongerkunstenaar, die een
jaar of vijf geleden in Rotterdam ont
maskerd werd het bleek toen, dat
hij zicli in zijn flesch onder meer knak
worstjes liet toestoppen geeft op 't
oogenblik weer een vertooning in het
Passage-panopticum te Berlijn.
Bakedi, „het land der naakte men
schen", aldus heet, naar wordt meege
deeld in een door het Engelsche mi
nisterie van koloniën uitgegeven rap
port van den gouverneur van Oeganda,
in Oost-Afrika, een groote, zeer vrucht
bare vlakte bij den Elgonberg. Er groei
en allerlei soorten van graan, en er
zijn uitstekende weilanden. Het grootste
deel van het land is dicht bevolkt met
eenvoudige, krijgshaftige stammen, die
geen politieke organisatie bezitten en
voor 't meerendeel spiernaakt rondloo-
pen, zonder gevoel van schaamte.
Mijn reis door het Bagishoe-land, zoo
schrijft de gouverneur H. Hesketh Bell,
deed mij verbaasd staan. Vier dagen
larg trokken wij door een bekoorlijk
landschap. Tusschen de uitloopers van
den Elgonberg liggen zachtglooiende
dalen, waardoor zich kristalheldere beek
jes kronkelen. Al het land is verdeeld
in kleine rechthoekige akkers, die door
heggen van reusachtige distels van el
kaar gescheiden worden, 't Geheel maakt
den indruk van rustige veiligheid en
stillen vrede, zoodat men zich moeilijk
kan voorstellen, in 't hartje van Afrika
te zijn.
Bij de Bagishoe bestaat een bijzonder
afkeerwekkend kanibalisme. Zij maken
1 niet om het vleesch jacht op menschen,
maar achten het begraven van lijken
verkwisting van voedsel. De bevolking
telt ongeveer 400,000 zielen.
De noordelijke Bakedi dragen heel
veel zorg voor de ongetrouwde jonge
mannen. Zij moeten slapen in op hooge
palen gebouwde hutten, en als ze in
hun hutten zijn, worden de ladders
weggenomen. Bij sommige stammen
wordt ook nog wel onder deze men-
schentillen fijne asch op den grond
gestrooid, zoodat nachtelijke uitstapjes
niet spoorloos zouden blijven.
De N. Y. Herald verneemt uit Hong
kong het volgende: Chineeschevisschers,
die bij de Pratas-eilanden (tusschen Hong
kong en de Filippijnen) hun bedrijf uit
oefenen, hadden den onderkoning van
Kanton gemeld, dat Japanners die Chi-
neesche eilanden bezet hielden. De
Chineesche kruiser Fen-jing en twee
torpedojagers gingen op kondschap uit
en kwamen, na vier dagen bij de eilan
den gebleven te zijn, Vrijdag terug.
Kommandant Woe, dezelfde die in
1907 het Japaosehe stoomschip Tatsoe
Maroe heeft opgebracht, meldt, dat hij
de Japansche vlag op de eilanden vond
waaien en honderd Japanners er bezig
waren fosfaat, parelschelpen en schild
padschilden te verzamelen, zonder dat
zij verlof hadden van de Chineesche
regeering. Zij beweerden anderhalfjaar
geleden de eilanden te hebben ontdekt.
Een paal, die dit vermeldde, liet Wo<-
hen omverhalen, en de Japansche vlag
liet hij strijken. Een oude Chineesche
tempel was door de Japanners verwoest
zij hadden eenige jonken laten zinken
en Chineesche visschers, die wilden lan
den, bedreigd. Woe verbood hun fosfaat,
die gereed lag, te verzenden. Maar wat
de japanners al van de eilanden weg
hebben gehaald wordt op 5 millioen
jen geschat.
Volgens een bericht uit Parijs is de
instructie in de zaak van mevrouw
Steinheil gesloten.
De rechter van instructie heeft me
vrouw Steinheil er mede in kennis
gesteld, dat door het gehouden onder
zoek voldoende bezwaren tegen haar
gerezen zijn, om haar te beschuldigen,
opzettelijk en met voorbedachten rade
haar echtgenoot gedood te hebben en
len aanzien van mevrouw Japy van
moedermoord.
De beschuldigde kwam hiertegen
krachtig op.
Uit Rome wordt aan de Temps ge
meld: Petrosino, een speurder van de
barnsteengraverij op 't oog in 't groot, dat
begrijp je, Willibald, met verscheidene
machines. De winst kan vorstelijk zijn."
„Zijn er dan op 't strand in uw gebied
reeds sporen van barnsteen ontdekt?"
„Bij iederen storm, bij eiken springvloed,
'tls mijn vaste overtuiging dat in de diepte
van de duinenreeks een groot bed verborgen
ligt, honderdduizenden aan waarde, maar
streng bewaakt door een vurigen draak.
Zonder geld kan men daaraan niets be
ginnen."
„Dan moetje een vennootschap oprichten,
Hans I"
„En de vennooten het geld in hun zak
lalen steken PrositOp de eene of andere
wijs kom ik nog eens aan geld tot zoolang
ligt de schat in het duinzand veilig ver
borgen."
„Maar, voegde hij erbij, de derde flesch
op de tafel zettende, daarover wilden wij
niet spreken. Op 't welzijn van uw lieve
bruid, Willibald't spreekt van zelf dat
uw bruiloft hier op Moldt wordt gevierd."
„Hans je wilt
„Natuurlijk! Mejuffrouw
„Bühring," hielp hem de directeur.
Mejuffrouw Bühring heeft geen oudere
meer, niet waar?"
„Neenze is tijdens de lange jaren van
onze verloving onder vreemden geweest
daarom is juist ons geluk zoo groot 1
„O Hans hoe hartelijk dank ik je. Komt
liet er nog eens op aan m'n leven voor je
te wagen, ik doe het."
„Gekheid, Willibald. Zagje daar dien
bliksem, die juist aan den hemel straalde
toen je dat dwaze woord zei?"
De Directeur lachte „Het bliksemt al
lang, Hans! Had je 'tniet gemerkt? Hoe
bleek wordt je!"
De slotheer rilde, 't Leek of de glanzende
pijl juist tusschen ons tweëen doorging.
Misschien ben ik wat bijgelooving."
En hij dronk haastig twee glazen achter
een. „Fischer, laat de ramen sluiten, gauw
De bediende was er reeds mee bezig en
Willibald stond nu op om naar de stad
terug te gaan.
„Ik heb een huurpaard op stal," zei hij.
„Het moet zijn, Hans, Moeder en Mies
zullen zeker bang zijn."
„En dat mag niet, dat weet ik. Ik hoop
dat mijne arme Cilie binnenkort zoo ver
hersteld zal zijn, dat je uw meisje hier kunt
brengen. Tot je getrouwd bent, blijft je te
Moldt en dan naar 'thuis met de rozen,
naar je paradijs."
„Dat jij gebouwd hebt, Hans. Adieu
Mijn leven, en al wat ik heb staat tot je
dienst."
De baron leidde zijn afscheidnemenden
gast lot de huisdeur en eerst toen de hoef
slag van zijn paard op den grindweg niet
meer hoorbaar was, keerde hij naar de
dansenden terug.
De donder rolde en de storm schudde
de boomen in het park, dat wolken van
verwelkte bladeren in de ronde vlogen.
Terwijl de meeste gasten onbekommerd
voortdansten, maakten sommigen zich ge
reed om heen te gaan. De gansche hemel
was met zwarte wolken bedekt en zag er
uit als moest het zwaarste weer nog komen.
„Jammer voor 't vuurwerk!" zei men
algemeen.
„Nog regent het niet!" riep overmoedig
Mevrouw Bürklin. „De bliksemstralen mo
gen met de vuurpijlen wedijveren! Waar
is de baron? Hij moet de vuurwerkmaker
zijn bevelen geven."
Meer dan één stem sprak daar tegen. „Dat
zou den hemel verzoeken heetenzei iemand.
„Als men vuurwerk opsteekt? Een nieuw
dogma!" En de schoone vrouw lachte spot
achtig. „Ik zelf wil elke vuurpijl gaarne
in brand steken," riep ze met bliksemende
oogen; „wie van de heeren gaat er mee!"
„Ik 1" klonk het van alle kanten. „En
ik! en ik!" (Wordt vervolgd).
ROMAN VAN