Hel Land van Heusden en illeoa, de Langslraal en de lloinmeierwaard.
AchtergesiBlflB Maren
INKWARTIERING!
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
Nu. 2906. Zaterdag 12 November.
101O.
FEUILLETON.
I
VAN AlT£N/
VOOB
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertent iën van 16 regels 50 ct. Elke regt-1
meer 7Vj ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
middag 12 uur ingewacht.
Er zijn kindereD, over wier jeugd
een groote schaduw valt, omdat zij
opgroeien naast een zoogenaamde lie
veling", die aller blikken tot zich trekt,
aller liefde opwekt en vertroeteld wordt
om zijn blauwe oogen en zijn gouden
krulletjes.
Het is zeer aangenaam, wanneer do
natuur een kind zoodanig uitrust, doch
zij roept daardoor toch een zekere con
currentie in het leven met minder
bevoorrechte broertjes en zusjes en het
is ook oo vermijdelijk dat daardoor zekere
conflicten in hun jonge ziel ontstaan.
Van deze conflicten zal men niets
hooren, omdat er nooit overgesproken
wordt. Niet over gesproken door het
jonge kind, dat nog niets van zichzelf
begrijpt en nog veel minder de woorden
vinden kan voor die kleine, hun niet
duidelijke smart, die met de oogen niet
is tp zien, zooals men een bloedend
vingertje in do hoogte steekt, zeker van
vriendelijk medelijden.
Veel, veel later eerst, waaneer het
volwassen is en kan lachen om dat
verdriet, over die kleine dingen, die
het echter nooit vergeten zal, wordt
hem alles duidelijk.
Mij trekken dergelijke kinderen, van
wien niemand zegt, dat zij er lief uit
zien en waarmede moeder's vriendinnen
en tantes niet spelen, steeds aan.
De kinderen, die altijd getuige'er
van moeten zijn, hoe lief en goe 1 men
is tegen het broertje of het zusje
en dat er zwijgend naast staat, een weinig
verlegen, nauwelijks opgemerkt, ver
geten
Of zij het niet merken, de liefko
zende tantetjes, die zoo dol op kinderen
zijn, of zij het niet merken, dat zij
znlk een over het hoofd gezien kind
pijnlijke minuten bezorgenOf zij het
niet begrijpen, wat er om moet gaan
in het hartje van een kind, wanneer
het ziet, dat een mooier broertje of
zusje zoo voorgetrokken wordt?
Het is niet aan te nemen, dat in zijn
hartje de vraag niet wakker wordt,
waarom de menschen minder van hem
houden dan van anderen. Is hij dan
ook niet een aardige jongen?
Nog heeft het leven hun geen ander
onderscheid geleerd als dit.
Daarom begrijpt hij niet goed, wat
er eigenlijk gebeurt, begrijpt nauwelijks,
waarom het hem zoo eigenaardig te
moede is, en waarom hij zoo naar zijne
moeder verlangt.
DOOR
IV. IIEIIIBIJBG.
11)
„Hedwig verloofd?" vervolgde Otto dood
bedaard. „En met wien?"
„Met Treben!" fluisterde tante Stanze
zacht.
Otto vergat eensklaps alle antipathie door
de blijdschap dat zijn aangebeden nicht
niet de verloofde was.
„Maar dat is fameus! Wel drommels,
tante, zoo'n zwager heb ik mij reeds lang
gewenscht! Waar is 't meisje?
Hoera, zoo hebben wij dan gauw een bruidje
in huis!"
En hij stormde de trap af, de woonkamer
binnen en viel zijn zuster om den hals,
gevolgd door tante Stanze, die tot het ver
standige besluit was gekomen, dat, aange
zien gedane zaken geen keer nemen, zij de
zaak maar op haar beloop moest laten.
Twee dagen daarna stonden de twee
nichtjes in het kleine paviljoen, vanwaar
men een vrij uitzicht had op het park.
Hedwig's donkere oogen zwommen letter
lijk in tranen en haar kleine hand zwaaide
ijverig met een witten zakdoek.
Klara daarentegen stond, zoo bleek als
een marmeren standbeeld, naast haar. Zij
had de ranken van den wilden wijnstok,
die tegen den muur groeide, gegrepen alsof
Zijne oogen zoeken haar en zijn hand
grijpt naar haar rok. In zulke oogen-
bl.kken z >u hij zijne moeder moeten
kuunen vinden. Wat niemand der gas
ten ziet, moest zij toch opmerken. Zij
moest het bescherming zoekende hanije
voelen.
Haar moederlijk instinct moest haar
zeggen, dat een kleine ziel naar de
hare verlangt.
De triomfen van haar mooier kindje
moesten haar niet zoo geheel in beslag
nemen, dat zij haar ander kleintje ver
geet op een oogenblik, waarin dit ge
voelt, dat er lievelingen zijn en
andere kinderen. Een enkele, nauwe
lijks waarneembare gift uit den schat
harer liefde, een groet met de oogen,
een streelen over het haar en het, door
anderen niet opgemerkt kind, zal zich
zeker weten van uwe liefde, die meer
waard is dan de bewondering van alle
tantes bij elkaar.
De vraag, waarom hij achtergesteld
wordt, zul niet meer worden gedaan en
do wond zal oogenblikkelijk geheeld zijn.
Maar zij mag in het geheel niet ge
slagen worden
Zij behoort niet tot die smartelijke
doch sterk-makende ervaringen, die zich
in elk kinderleven voordoen.
Laten zij zich maar stooten en zeer
doen, de aanstaande groote menschen,
die elk hun levensstrijd zullen hebben
te strijdenlaten zij hun deel aan
kinderleed krijgen, dat behoeft ons
geen zorg te baren, want zonder vol
harding van lichaam en ziel, zijn zij
voor het leven niet goed uitgerust.
Maar de druppel vergift, die verbit
tering in een wonde druppelt, kan
geenerlei opbouwende, slechts vernie
lende uitwerking hebben. Verdriet van
deze soort wordt zwijgend geleden.
Doch dergelijke smarten moesten de
kinderziel bespaard blijven, zoolang er
nog iemand bij hen is, om 't daartegen
te beschermeu.
Eens komt de dag, waarop noch
vader- noch moederhand een bescher
mende muur op kan bouwen tusschen
het kind en de wereld, wanneer het
kind alleen de stormen des levens trot-
seeren moet en uit eigen kracht moet
kunnen blijven staan.
Maar dan kan het jonge, hulpelooze
kind reeds lang een klein, dapper mensch
geworden zijn, die vast in zijne schoenen
staat, die elk vijandelijken aanval ver
mag af te slaan, wanneer hij in zijne
jeugd slechts liefde heeft mogen onder
vinden, liefde, de allerbeste kinder
voeding.
Buitenland.
Dender wordt sterk geteisterd. Veel gezeld, heeft Rasmussen ook, via den
zij een steun noodig had, en met brandende
oogen zag zij de stofwolken na op den straat
weg, waar de bajonetten schitterden in de
stralen der morgenzon.
Daar ginds, bij den hoogen populier,
bleef een donkere gestalte een oogenblik
stilstaan met het gelaat naar het park ge
keerd.
„Treben!" juichte Hedwig, terwijl zij nog
eens met haar zakdoek wuifde. „Hij ziet
nog eenmaal om. Adieu I Adieu, tot weer
ziens!"
En, door de tranen heen blonk over haar
bevallig gezichtje een straal van innig geluk.
Nu waren zij verdwenen; de soldaten
met hun officieren.
Nog altijd staarde Klara, rechtop en on
beweeglijk, naar het einde vaa het bosch,
waarlangs de straatweg liep. Een bitter
lachje speelde om haar bleeke lippen.
Daar ging hij, die haar eerste liefde had
gewonnen; die haar jeugdig hart had ver
overd! Daar trok hij heen, onbekommerd
en zorgeloos in het lachende leven 1
En hoe licht was hem het afscheid ge
vallen
Zij kromp ineen bij de herinnering aan
de plechtstatige buiging, die haar ten deel
was gevallen, terwijl hij tante en Hedwig
hartelijk de hand had toegestoken. Geen
enkelen blik keurde hij haar waardig!
Hij was voorbij, de zoete lentedroom!
Het was immers ook herfst geworden;
de gele bladeren bedekten de paden in het
park, en de stralen der zon waren niet als
van gloeiend goud, gelijk op dien avond
in het bosch, dien eenigen, heerlijken avond
Langzaam zweefde een witte, dunne draad
door de lucht en streek langs het blonde
hoofdje. Een stulye bleef hangen in haar
De betooging te Brussel bij gelegen
heid der opening van de zitting der
Kamer heeft alle verwachting over-
overtroffen. De socialisten deden zich
geducht gelden. Alle fabrieken stonden
stil. Op straat heerschte een onbeschrij
felijk rumoer, dat alleen kon worden
vergeleken bij de geestdriftige betooging
bij gelegenheid van koning Alberts
troonsbestijging. Toen de Koningin met
de beide prinsjes van het paleis naar
het gebouw der Kamer reed, bulderden
de kreten „Leve de Koningin! leve
het algemeen stemreehtontbinding!"
haar tegen, zoodat zelfs de militaire
muziekkorpsen overstemd werden. En
nog erger werd het, toen de Koning,
vergezeld van een schitterend gevolg,
te paard langs de Koningsstraat naar
j de Kamer reed. Duizenden handen
I wierpen strooibiljetten met het opschrift
in de lucht, zoodat de Koning soms
niet zichtbaar was in den wolk van
witte papiertjes. Zijn paard stijgerde
angstig en de Koning had vaak moeite
om het dier in bedwang te houden.
Toch bleef hij glimlachend de menigte
groeten. Het gevolg paradeerde vrees
achtig, terwijl de storm van „leve de
Koning! leve het algemeen stemrecht
ontbinding!" steeds in hevigheid toe
nam. De straat was met een dikke
laag strooibiljetten overdekt. Geheele
pakken strooibiljetten werden nu en
dan naar den Koning geworpen, maar
zonder hem te bereiken. Velen zongen
de „Internationale" en de „Carmagnole".
Toch liep alles zonder ongelukken af.
Ook in de Kamer deden de socialisten
zich danig gelden; de troon was geheel
met strooibiljetten bezaaid, terwijl het
gejuich en geschreeuw ook in de ver
gaderzaal aanhielden, zoodat het gerui-
men tijd duurde alvorens de Koning
aan het woord kon komen om zijne
troonrede voor te lezen. De menigte
op straat ging i middels voort met
schreeuwen en zingen en toen de Koning
de Kamer verliet en naar het paleis
terugkeerde, stak de storm met ver
nieuwd geweld op. Onbeschrijflijk was
het gedrang en de politie en troepen
hadden heel wat moeite om den weg
voor den Koning vrij te houden. Eenige
personen werden gearresteerd omdat zij
weigerden door te loopen, waaronder
ook de socialistische afgevaardigde
Hubin, die echter kort daarna weer op
vrije voeten gesteld werd. De betooging
was in het algemeen niet tegen den
Koning gericht, maar droeg vooral een
anti clericaal karakter.
huizen staan onder water te Erenbode-
gem, Denderleeuw en Aalst.
De steenbakkerijen kunnen niet wer
ken. Twee onvoltooide huizen zijn in
gestort.
Om Wetteren, Lede, Schellebellestaan
weiden en velden onder. Schoorsteenen
zelfden weg, inlichtingen ontvangen
Die mededeelingen behelsden, dat van
het schip (de Roosevelt) noordwaarts
werd gereisd in Februari en Maart. V-»or
kapitein Barlett terugging had Peary
verscheiden zonswaarnemingen gedaan.
Toen de Eskimo's met Peary waren
In België wordt veel schade veroor
zaakt door bet hooge water.
De vallei van den gekanaliseerde
lokken; het andere zweefde verder.
Zij volgde het met de oogen.
„Herfstdraden!" fluisterde zij.
„Juist, herfstdraden! Even gemakkelijk
te verscheuren, even breekbaar, als die mij
met hem verbonden. Zij gaan heen met
den zomer, spoedig zijn zij verwaaid. Even
snel als het geluk mijn geluk!"
„Wat zeg je, Klaartje?" vroeg Hedwig,
terwijl zij op hetzelfde oogenblik den laatsten
traan droogde, want zij had zich zoo juist
een heerlijk wederzien voorgespiegeld.
„Ik? Och, ik zag maar even de herfst
draden na, die hier juist voorbij zweefden."
Hedwig keek haar met ongerustheid aan
in het bleeke gelaat.
„Ben je ziek, Klara? Scheelt je iets?"
„Neen", antwoordde deze, terwijl zij
achteruit trad. „Het is mij alleen te moede
alsof iemand een zwaar bedrog jegens mij
gepleegd heeft, en dat doet mij zoo'n pijn
Zij drukte de hand op het hart; haar
stem beefde smartelijk en de laatste woorden
klonken als een zucht, terwijl haar blikken
weder langs den weg zweefden.
„Maar Klaartje!
De jonge verloofde wilde den arm om
haar heenslaan, maar het meisje onttrok er
zich aan en ging alleen in het reeds in
herfstinten prijkende woud.
Toen, in den nacht, Hedwig even ont
waakte, hoorde zij in de richting van Klara's
ledikant een onderdrukt, droevig snikken.
„Lieve Klaartje, schrei je?" vroeg zij
slaperig.
Daarop werd het weer stil. Hedwig was
weer ingesluimerd en droomde nu van een
langen lichtblonden officier, met goedige,
blauwe oogen, die haar toeschenen de
schoonste op aarde te zijn.
zijn omgevallen en daken weggerukt. achtergebleven, herhaalde deze die waar-
Ook zijn er boomen ontworteld. nemingen nog zeer dikwijls. Wij wa^en
In de kom der Maas war de toestandzoover naar het noorden gedrongen,
nog erger Op de bijrivieren was dedat de zon ook 's nachts hoog aan dep
was Dinsdag het hoogste en reeds hemel stond en zich in kringen aan
Woensdag scheen er gelukkig reeds een den hemel bewoog zonder te rijzen of
begin van daling in te treden, ten te dalen. Nadat Peary ons last had
minste voor wat de kleine rivieren gegeven om halt te houden, zette hij
betreft. zelf van dat haltepunt met twee man
de reis voort. Hij kwam nog denzelfden
Onder het opschrift „Cook ontmas- dag terug. Peary zei bij zijn terugkeer
kerd" lezen we in de N. R. Ct.dat eindelijk bereikt was, wat hij had
De Groendlandreiziger Knud Ras- nagestreefd. Op diezelfde plek sliepe"
mussen, die op het oogenblik te New- wij twee nachten.
York vertoeft, heeft bericht gezonden,! Peary bleef druk bezig met het do*
dat de predikant Gustav Olsan (een van waarnemingen,
geboren Eskimo) hem heeft medege- j Toen wij het schip weer hadden h*
deeld, dat hij (de predikant) berichten reikt namen wij een zonsverduisteriii
heeft ontvangen over den tocht van
Cook
ontvangen
van de Eskimo's Zsukusak en
Apilek Deze berichten luiden als volgt
waar. Aan de Noordpool zelf hebben
wij niets bemerkt van Peary's groote
vreugde. Pas bij terugkeer op het schin
In Februari verlieten wij met acht gaf hij een groot feest voor de Amen
sleden Annootok. Na vier dagen be- kanen en de Eskimo's,
reikten wij Ellesmere-land. Toen wij j In Morgenbladet (Kristiania), b-
18 dagen onderweg waren geweest, ver-spreekt Nansen de Cook onthulling**
lieten onze begeleiders ons op ca. 21/, van Knud Rasmussen. Hij, Nansen
mijl van de kust. Daar onze hulpmid- houdt het er voor dat het verhaal g<
delen ons begaven, maakten wij slechts loof verdient, en dat het nu bewezen
heel korte dagreizen over uitstekend is, dat Cook een bedrieger is.
ijs. Op zekeren dag deed Cook een zons- Maar, voegt Nansen er-aan toe, hei
observatie met een instrument, dat hij is ook nog niet bew zen dat Peary
maar met een hand vasthield. Daarop j werkelijk aan de Pool is geweest. E-
keerden wij terug naar het land, waarbij dat zal niet bewezen zijn, vóór Peary
wij echter meer westelijk hielden dan
b:j de heenreis. Op een anderen dag,
zijn observaties publiceert.
j. i, v.. j i Een telegram uit Columbus, Ohio,
toen wil dicht by land waren, teekende u, c ,i7
n J mi u 1 meldt, dat een familielid van de Wrights
Inn Ir oon lrnnrr A nilok irrnftor npm
recordvlucht gedaan heeft. Juffr.
van de zusters der
een
Cook een kaart. Apilek vroeg hein,
wiens reisroute hij daarop aanduidde. p 1 Ypu
Cook antwoordde .mijni eigen route". I a heeft Maanilag i„
Dat was een leugen. De geteekende r.
B een tweedekker van Dayton naar Co
lumbus gevlogen, een afstand van ruin
route was ver in zee aangegeven, waar
wij nooit waren geweest.
120'L K.M. Zij heeft een groote Koe
Cook had gedurende al den tijd, dat p, -ij
- r j>"", veelheid zijde te Dayton ingeladen
_ij met de Eskimo s samen was ge-0olumblj3 lo8t
weest, er nooit melding van gemaakt, m de eJrate k d u yli
dat hij aan de Noordpool zou zgn ge- j tajg ?ebruikt is als iiddel ter on>
brenging van goederen.
weest.
Integendeel hij sprak enkel van een j
lange moeilijke reis. Eerst nadat hij
zijn beide begeleiders op den tocht had
verlaten, begon de bedriegerij. De latere
begeleiders van Cook kouden zich niet
de mogelijkheid voorstellen, dat een
blanke zou liegen. Uit het relaas blijkt
dat volgens de bewering dier Es
kimo's Cook nooit dichter bij de
Pool was gekomen dan een afstand van
500 E.M. Hij was toen blij ven kampee
ren, zonder dat hij tevoren eenig ge
vaar voor zijn leven had geloopen.
Van Eskimos, die Peary hadden ver-
X:
Voor het eenige raam eener kleine kamer,
aan wier mobilair de duidelijkste sporen
zichtbaar waren, dat het reeds menig jaar
dienst had gedaan en niet altijd even zacht
behandeld werd, zat Klaartje bij haar werk
tafeltje.
Buiten viel de eerste sneeuw en onop
houdelijk sloeg het jougemeisje de oogen
van haar bezigheid op om den dwarreldans
gade te slaan, die de teere witte vlokjes
dartel uitvoerden.
Het gezichtje onder den krans van zware
blonde vlechten was smal en doorschijnend
geworden; de fijne lippen waren vast op
elkaar geklemd en onder de groote oogen
lagen een paar lichtblauwe kringen.
Zij weende te veel, de arme kleine, en
ten slotte dooven tranen den glaDS der jeugd
ook in de levendigste, helderst schitterende
oogen. Toch had deze matte blik iets zeer
aantrekkelijks en, als zij de lange wimpers
opsloeg, was het alsof zij vroeg:
„Waarom is zooveel leed over mijn jeugdig
hoofd gekomen?"
Zij had het niet lang meer op Klein-
Hermsdorf kunnen uithouden. Elk plekje
herinnerde haar een kortstondige zaligheid
en haar dwaling. Haar genegenheid was
immers een dwaling geweest, dat herhaalde
zij dagelijks bij zichzelf, en toch kon zij
haar gevoelens niet meester worden.
Toen hij, na dien avond in het bosch,
haar zoo deftig, met bijna officieels oplet
tendheid behandelde, toen hij geen van
zijne, zoo tot in haar hart doordringende
blikken meer voor haar over hadtoen hij
eindelijk bij het afscheid tante en Hedwig
de hand reikte en voor haar slechts een
diepe buiging maakte, zonder een enkel
Eergisteren heeft de Portugeesche
minister van buiteulaudsche zaken de
gezanten van Frankrijk, Spanje, Italië
en Engeland ontvangen, die mededeel
den, dat zij gemachtigd waren, de on
derhandelingen over de loopende zak*?rt
te hervatten. Ook Rusland, België e
Noorwegen hebben laten mededeel e
dat zij in zakelijke betrekkingen riK-i.
de voorloopige regeeriug wenschen te
treden.
Engeland heeft aan de Europeesch'
mogendheden deze houding voorgesh
vriendelijk woord, toen werd haar jeugdig
gemoed schier gebroken door deze bitter*
teleurstelling. Zij kon den aanblik van hi«ar
nicht niet verdragen, het niet aanhooren
als Hedwig met het niets ontziende egoïsm
van een gelukkig verloofde over haar aan
staande sprak, als zij vertelde hoe g<-
Treben voor haar was, welke degelijk
verstandige denkbeelden hij had, hoe zij
hun huishouden zouden inrichten, enzuo
voorts.
Toen Treben kwam om den vaderlijken
zegen te vragen en het gelukkig paartje
zoo dicht naast elkander zat, waartgj hij
onuitputtelijk was in het bedenken va-
allerlei vleinaampjes voor zijn verloofde
vroeg Klara verlof om naar huis te gaar.
zij verlangde naar haar vader.
Een geweldige storm stak op, toen zij dit
op zichzelf zeer begrijpelijk verlangei uitte
Niemand wilde haar missen, zelfs Treben
i was onuitputtelijk in beleefdheden om het
jongemeisje van haar voornemen terug te
houden.
Maar Klara bleef standvastig.
Op den avond voor haar vertrek zat het
geheele gezin om de groote familietafel
bijeen.
Klara had een schuilplaats gezocht bij
de piano en speelde een van Mendelssohn's
„Liederen zonder Woorden", totdat zij op
eens Krosky's naam hoorde uitspreken,
zijn naam, door tante Stanze terloops ge-
noemd in een vraag aan Treben.
Haar hart klopte hoorbaar; zij leun.: -
achterover in haar stoel en luisterde ns^ r
i het antwoord.
j „algemeen stemrecht" en „ontbinding"
Wordt vervolgd).