Land van Hensden en Altena, de Langstraat en de Borameierwaard. w UitgeverL. J. VEERMAN, Heusden. No. 3034Zaterdag 23 Maart. EERSTE BLAD. Mond- en Klauwzeer. FEUILLETON. DE BOETELING. t*' - ■Ëjïl Uwj VAN ALTENi VOOE Dit blad verschijnt WOENSDAG ên ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75, franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. 1911. Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel meer 71/, ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag, middag 12 uur ingewacht. 't Ligt voor de hand dat men in ons land, waar de veeteelt op zoo ruime schaal wordt uitgeorfend, nog al eens te kampen heeft met ziekten onder het vee, die aan den stapel groote schade en nadeel berokkenen. Onder die ziekten kan men eigenlijk in de eerste plaats wel rekenen het mond- en klauwzeer. Wat het heerschen van deze ziekte onder het vee beteekent, dat weten de veehouders cn -handelaars ons het beste te vertellen. Zij ondervinden de meeste schade er van. 't Is over deze veeziekte en den aankleve van dien, waarover we 't deze maal eens willen hebben. We waren gelukkig do laatste maan den, want geen enkel geval van de gevreesde ziekte had zich voorgedaan, totdat plotseling de ziekte zich hier en daar weer openbaarde. Men kan do gevolgen van de ziekte verschillend beoordeelen. De één vindt het uitbre ken der ziekte niet zoo heel jammer. Dezulken, die er zoo over denken, heb- ken daarvoor natuurlijk hunne redenen, 't Zijn echter niet menschen, welke 'net algemeen belang als het hoogste belang beschouwen. Ze redeneeren aldus: Nu de ziekte weer is uitgebroken, bestaat er voorloopig geen uitzicht op opening der oostelyke grenzen. Vele landen ver bieden nu den invoer van Nederlandsch vee en het gevolg hiervan zal zijn, dat de pryzea beginnen te dalen, dat men dus 's middags voor minder geld een stuk vleesch op tafel kan krijgen. Dit is een zeer juiste redenee ing want wanneer de ziekte nog eenigen tijd voortduurt, dan zullen zeer zeker door de gedrukte handel de vleesch- prijzen beginnen te dalen. Yoor velen zal dus het heerschen van het mond en klauwzeer onder ons vee een niet zoo heel onwelkom iels zijn. Maar mag men om bovengenoemde redenen nu eigenlijk wenschon, dat de ziekte nog maar eenigen tijd voortwoedt? Neen toch? En toch zullen er zijn, die het doen. Niemand wil gaarne voor egoïs tisch doorgaan, maar zijn zij, die het eigen belang in deze ernstige zaak stellen boven het algemeene, niet juist egoïsten? Bovendien zijn het nog de domsten onder de dommen. „Gaat het den landman goed, dan gaat het een ieder goed", zegt een spreekwoord. In hoeverre dit nu precies waar is, willen we niet uitmaken. Een feit is het evenwel dat een groot ge deelte van ons volk direct bij het land bouwbedrijf is betrokken eu een groot. gedeelte ook indirect. De in meer of mindere mate bij het landbouwbedrijf betrokkenen hebben er natuurlijk belang bij dat alles in het bedrijf zoo voor spoedig mogelijk gaat. Tenminste dit 17) Zij lieten zich dit geen tweemaal zeggen. Hand in hand verlieten Jozef en Felici de hut en wandelden in den prachtigen morgen naar het dorp. De jonge man liep trotsch naast haar, want hij zag nu niet meer op tegen den strijd, die hem nog wachtte. Huis- en kamerdeur waren open gebleven en nu viel het gouden herfstlicht in het vertrek en omhulde de twee menschenkin- deren, die daar op eenigen afstand van elkander stonden als waren zij elkaar vreemd, en in wie toch een vurig verlangen brandde om elkaar toe te behooren. „Zij zijn weg, Lori," begon Tilde met zachte stem. „Als zij weer komen, zijn zij een gelukkig paar." ,,'tls te hopen voor hen!" Zijn antwoord klonk bits en hard. „En wij vroeg Tilde, terwijl haar groote oogen vol tranen stonden: Met ineenge vouwen handen wachtte zij zijn antwoord af. „Waarom pijnig je ons allebei? Ga nu ook heen!" „Dat kan ik niet want ik heb je lief Hij ontstelde. „Meisje, weet wel wat je zegt! Ik heb je broer willen dooden." Zij kwam naar hem toe en zei op ge- heimzinnigen toon: „En al had je hem getroffen, ik had het niet kunnen helpen maar ik zou je toch trouw gebleven zijn." is ODze opinie. Nu kan men wel voor vast aan nemen, dat een eenigszins hevige en langdurige veeziekte niet in het belang is van het bedrijf, integendeel, het is er een ramp voor. Dus, de direct en 1 de indirect bij bet bedrijf betrokkenen ondervinden schade door de ziekte. Er zijn er, die er ook voordeel bij hebben, als veeortsen e. a., maar uitzonderingen zijn het. Gerust mogen we aannemen, dat zoo'n ziekte nadeelige gevolgen na zich sleept, 't Geheele land wordt er door getroffen, al is 't waar dat de één de gevolgen beter voelt dan de ander. De regeering zit natuurlijk ook niet stil. Zij doet haar best om de ziekte te stuiten, uitbreiding er van te voor komen. Maar in haar pogen heeft ze de hulp noodig van de veehouders in de eerste plaats. De directeur-generaal van den landbouw heeft een beroep gedaan op de medewerking van alle veehouders. Hij heeft ze verzocht on middellijk aangifte er van te doen bij den burgemeester als zich onverhoopt een geval van mond- en klauwzeer onder hun vee mocht voordoen. De maatregelen, welke noodig mochten worden geoordeeld, zullen dan kunnen worden toegepast. En die maatregelen zullen dan zijn in het belang van den ganschen veestapel. Het vee van een veehouder, in wiens stal het geval wordt geconstateerd, wrordt onder ge neeskundige behandeling gesteld of het wordt afgemaakt. Dit is natuurlijk om uitbreiding van de ziekte te voorkomen. Maar, verleent nu ieder veehouder de van hem gevraagde medewerking? Er zullen er misschien zijn, die de vrees koesteren dat hun vee zal moeten wor den afgemaakt en daarom een ziekte- géval maar verzwijgen, als ze denken dat het van niet ernstigen aard is. De veehouders, die zoo handelen, hebben daarmede waarschijnlijk geen kwade bedoeling, 't zal er hen niet om te doen zijn om de ziekte hierdoor te doen uit breiden, maar toch, het kan er het, gevolg van zijn. Er staat zeer veel op het spel en het is daarom het beste zoo spoedig mogelijk aangifte te doen als men meent dat er een aan mond en klauwzeer lydend dier aanwezig is. Men moet met de aangifte niet wachten. Ook zelfs wanneer men niet zeker weet of het wel mond- en klauwzeer is, dat men bij een zijner dieren meent op te merken, dan nog doet men goed de daarvoor aangewezen autoriteit te waar schuwen. Blijkt het al dat het dier niet aan de gevreesde ziekte lijdt, zooveel te beter. Immers: 't is beter een ziekte te voorkomen, dan ze te genezen. Dat alle veehouders in ons land dit be dachten We wenschen dat de ziekte spoedig als geweken mag worden ver klaard, en velen met ons, zeker, maar dan dient ook een ieder mede te werken, de veehouders in de eerste plaats. Hij nam haar bij de hand. Zijn gelaat verried zijn onomstootelij kgn wil. Krachtig, onweerstaanbaar was hij, zooals hij daar voor haar stond. Hij leidde haar buiten de hut en toen zij daar in den glans van den prachtigen herfstdag stonden, terwijl de Winterstock boven hunne hoofden schitterde als een diamanten uitwerpende vulkaan, wees hij op het doip. „Die daar beneden hebben mij veel leed gedaan en mij veel sehuld aangewreven. God zij mijn getuige ik heb niets slechts op mijn geweten. Vandaag echter heb ik schuld op mij geladen en van vandaag af moet ik een boeteling zijn niet alleen heeten. Jouw leven en het mijne passen niet bij elkander, meisje! Ga nu naar je vader 1" Zij waagde het niet hem tegen te spreken, keek hem diep in de donkere oogen, drukte zwijgend zijn hand en sloeg het pad in, dat Jozef en Felici gevolgd hadden naar het dorp. Geen enkele maal keek zij om. Maar Lori keek haar na totdat zij tusschen de huizen verdween. De menschen, die uit de kerk kwamen, zagen de zwarte gedaante daar staan in het gouden zonlicht en fluister den en sisten. „De boeteling," klonk het kwaadaardig uit de rijen vrome Anderganders. XI. Het was namiddag geworden. Nolier had zijn tijd goed besteed. De geheime wrok was opgevlamd in lichterlaaien gloed. De boeren rotten samen. „De boeteling heeft Hofer's Jozef willen doodschieten 1" Deze mare was na afloop van de godsdienstoefening door het geheele dorp Buitenland. Berichten uit Berlijn aan Engelsche bladen stellen het voor alsof de toestand in het Verre Oosten geenszins gerust stellend is. Volgens deze berichten „uit particuliere bron", zouden staag-aan Chineesche troepen worden vooruitge schoven naar de Russische grens, en deze troepen wat haar houding en af richting betreft de bewijzen leveren, dat zij met succes gedrild zijn door Japansehe instructeurs. De soldaten staan uitstekend onder tucht; ook zijn zij goed gekleed en bewapend. Deze troepenbewegingen geschieden bij voorkeur 's nachtsen het aantal soldaten dat er aan deelneemt is aan zienlijk. In een dorpje nabij Charbin heeft een Russische patrouille ongenoegen gekregen met Chineesche soldaten, die op de Russen hebben geschoten. Er zijn geen gekwetsten. Het bestuur van de sociaal-democra tische partij in Duitschland looft 2000 mark belooning uit aan dengene, die nadere bizonderheden kan mededeelen over de beide politieagenten, die bij de onlusten te Moabit den arbeider Her mann, die geheel onschuldig was en zich op straat bevond om zijn zoon te zoeken, zoodanig hebben mishandeld, dat de man aan de gevolgen is over leden. Die mededeelingen moeten van dien aard zijn, dat zij het O. M. in staat kunnen stellen, de beide politie agenten gerechtelijk te vervolgen. Een jong Italiaan, Gauthier Antoine Smeroglio, die getracht heeft met een vliegmachine over den Mont Cenis te vliegen ten einde te smokkelen, is met zijne machine neergevallen en heeft daarbij beide beenen gebroken. Na den nacht hulpeloos in de sneeuw te hebben gelegen, werd hij den volgenden ochtend met bevroren voeten gevonden en naar het hospitaal te Genève gebracht. De Amerikaan'sche regeering heeft besloten, de troepen niet verder naar de Mexicaansche grens te laten opruk ken, voordat het Congres daarover be slist heeft, meldt de Lokal Anzeiger. verspreid. Overal gepraat en geschimp, in elke straat, in elke steeg. De vrouwen schreeuwden en dreigden; de mannen bal den de vuisten. Al grooter en grooter werd de menigte en overal hoorde men kreten en geschreeuw. „Haal hem uit zijn hut! Breng hem voor den rechter!" Daar riep er een„Eerst Berghofer hooren Die moet zeggen wat er gebeuren moet met dien mooien jongen, dien hij ons op den hals heeft geschoven Dit voorstel viel in goede aarde. „Vooruit, naar den Berghof! De troep, bij het gemeentehuis verzameld, zette .zich in beweging. Daar kwam Steiner's Lori eenige huizen verder uit een zijstraatje en liep met groote passen vooruit. Algemeen gejoel! „Daar gaat-ie 1" riep het volk. „Houdt hem volgde er op deze waar schuwing. Als een troep keffende honden volgden zij hem, maar zoolang zij hem niet inhaalden, deed hij alsof hij hen niet op merkte. Daar werd hij bij den arm gegrepen. Hij keerde zich om. De opvlammende toorn in zijn oogen, zijn doodsbleek gelaat deden de voorsten afdeinzen, maar de anderen drongen op. Twintig armen strekten zich te gelijk naar hem uit. En nu stond hy tusschen hen in en werd hij nu hier dan daar heengetrokken. Zijn buis hing reeds in flarden aan zijn lijf en op zijn bleeke wang brandde een roode plek. Daar had de laffe hand van Nolier hem getroffen. De boeteling verdedigde zich niet. Met opeengeklemde tanden trachtte hij zich een weg te banen naar den Berghof en eindelijk gelukte hem dit. De in het Noorden van Portugal ontdekte monarchistische militaire sa menzwering schijnt ernstige afmetingen te hebben aangenomen en door de ge heele provincie verspreid te zijn. Majoor Decastro is gearresteerd. Er zijn docu menten ontdekt. Mijnwerkers te Clydach Vale, in Zuid- Wales, waar een sedert lang hangend geschil nog niet geregeld is, zijn Woens dag in oproer gekomen en hebben mijn- gebouwen verbrand en de politie be- leedigd en met steenen geworpen. De politie heeft versterking gekregen. President Fallières heeft genade ge schonken aan de beide ter dood ver oordeelde knapen, Tissier en Desmarest, die, zooals men weet, verleden jaar Sep tember, na een vooraf zorgvuldig be raamd plan, een kassierlooper in een kamer gelokt en daar vermoord hebben. De jongens waren toen zestien en zeven tienjaar oud. Op grond van hun jeugd is de doodstraf in levenslangen dwang arbeid veranderd. In Frankfort a.d. M. dreigt met 1 April een melkoorlog, omdat de boeren den prijs van de melk met 2 pf. den liter willen opslaan. De melkslijters verzetten zich met hand en tand tegen den opslag en ook de vérbruikers heb ben zich aaneengesloten, om aan de prijsverhooging het hoofd te bieden. De verbruiksvereenigingen, de lief dadige instellingen, de vooruitstrevende volkspartij en de vakvereenigingen zijn te rade geworden, indien de prijs van de melk verhoogd wordt, het verbruik van melk en van zuivelproducten, met name boter, te beperken. Tegelijkertijd zijn stappen gedaan bij de spoorweg directie, om den vrachtprijs voor melk, die van verder dan 100 K.M. wordt aangevoerd, verlaagd te krijgen. In Noord-IJsland hebben de koude en heftige sneeuwstormen talrijke slacht offers gemaakt. Maandagavond is de aangekondigde uitsluiting in de metaalnijverheid te Chemnitz, Saksen, van kracht geworden. Ongeveer 10,000 metaalbewerkers (gieters en vormers) kregen gedaan. Over een week zullen er weer 10,000 bedankt worden. En gaandeweg zullen ook fabrieken, waarin verwante bedrij ven worden uitgeoefend, hare deuren sluiten. Te Horde (Westfalen) staken 2000 kolendelvers van de mijn Glück auf Segen. Het spoorwegpersoneel van de groep PaiisNord heeft vergaderd om te beraadslagen over de wijze, waarop de maatschappij gedwongen zou kunnen worden, de ontslagen beambten weer Berghofer had het geschreeuw en gejoel al lang gehoord en begrepen. Met de armen over elkander geslagen, stond hij aan zijn huisdeur. Een zacht windje speelde met zijn grijze haren en het hooge, blanke voorhoofd blonk als een spiegel. Gebiedend rekte zijn hooge gestalte zich uit. Hij was het zoo even eens geworden met zijn zoon. In de woonkamer zat op het oogen blik een jong paartje en de oude van den Berghof was er niet eens boos om. „Recht vóór alles!" zei Berghofer en al had hij al de fiolen van zijn gramschap over het hoofd van zijn zoon uitgegoten, zijn laatste woord was geweest: „Dat je het meisje trouwt spreekt van zelf." Heimelijk ver heugde hij er zich zelfs over, want Jozef had nu eens getoond, dat hij ook zijn wil wist door te drijven. Daarin herkende hij zijn bloed. De brullende hoop kwam nader. Daar herkende Berghofer Steiner's Lori en on middellijk daarop stond zijn dochter naast hem.Haar gelaat gloeide. Met een krachtigen greep nam zij haar vader bij de hand. „Dat is Lori, vader! U moet hem helpen)!" riep zij uit. Daarna wendde zij zich, ziedend van toorn, tot de opdringende menigte. „Laat hem losgilde zij. Lori had zich echter reeds met een ge weldigen ruk uit de handen van zijn aan randers bevrijd. Naar adem hijgend trad hij op Berghofer toe en deze, wien de boeren zoo langen tijd hadden gehoorzaamd, wees hen met een enkele beweging van zijn hand achteruit, toen zij Lori opnieuw wilden aanpakken. Nu begon de boeteling te praten en klaagde in dienst te nemen. Na lange en heftige debatten is men het eens geworden over een motie, waarin besloten wordt tot staking over te gaan, wanneer de maat schappij bij haar weigering zou blijven. Met het schoone weder zijn thaDs in Pruisen tal van werken, voornamelijk grondwerken begonnen. Tal van Nederlandsche arbeiders trek ken dezer dagen weder naar Pruisen, waar hun dagloonen van f 2.52f 3.60 (accoordwerk) voor geruimen tijd worden toegezegd en welke loonen voor hen hooger zijn dan van die van arbeiders uit andere landen, omdat men Neder landers gaarne voor graafwerk gebruikt. Duizend gewapende stakende mijn werkers, meest Slaven en Italianen, aldus de Lokal Anzeiger, hebben met muziek voorop een betooging gehouden tegen de stad Gillespie in Illinois, waar veel Amerikaansche mijnwerkers wonen. Deze lagen met geladen geweren voor de ramen, ieder oogenblik gereed om te vuren. Een botsing is vermeden. De stakers zijn echter van plan, een nieuwen aanval te wagen. Aangezien velen hunner beschonken waren, vreesde men voor bloedvergieten. De militie is onder de wapenen geroepen, om de stakers te ontwapenen. Volgens de Chineesche rapporten zijn te Moekden 1600 gevallen van pest voorgekomen, in Kwangtsjoengstjo 10,000 en in geheel Mandsjoerije 40,000. De geneesheeren hebben besloten een voorstel te doen tot intrekking van het sanitaire cordon om Karbin. Dinsdagnacht ontmoetten te Parijs op het Clichy-plein twee inspecteurs van politie zekeren Henri Durand, wiens aanhouding was gelast ter zake van desertie, landlooperij en uitgifte van valsche muut. Op het oogenblik dat deze toeliep op eene vrouw, die vroeger zijne minnares was geweest, grepen zij hem bij den kraag, maar de kerel wist zich los te rukken en zette het opeen loopen. Op zijn fluiten schoten een vijf tal zijner kameraden te hulp en een hunner joeg een der inspecteurs, voor dat deze tijd had tot zelfverdediging, een revolverkogel in den buik. Twee agenten vonden den gewonde op straat liggen de moordenaars waren gevlucht. Op bevel van den inspecteur zetten de agenten hen echter na, maar konden hen niet inhalen. Over en weer werden revolverschoten gelost, maar zonder re sultaat. De andere inspecteur had in middels den persoon om wien het eigen lijk ging achterhaald en in arrest ge bracht. Hij weigert evenwel de namen zijner kameraden op te geven. Toch is een hunner gearresteerd kunnen worden in een tapperij. in afgebroken, scherpe woorden zich zelf aan. „U weet wat ik gedaan heb! Spreek hier in tegenwoordigheid van die allen mijn vonnis uit of breng mij voor het gerecht in het dal!" „Bindt hem!" riep de joelende menigte. „Hij moet voor het gerecht I" over schreeuwde hen een ander. Alleen Berghofer bleef kalm in het tumult. Als een rots stond hij te midden van het razende volk en zijn machtige stem bedwong het tumult. „Sinds vele jaren," zei hij, „is er hierin het dal geen rechter geweest. Wij hebben hier zelf de orde gehandhaafd! Ook in deze zaak zal de raad uitspraak doen „Neen!Wij willen weten wat er met hem gebeuren zal! Hij heeft uw zoon dood geschoten u hebt het recht Nu kwam er een lach op Berghofer's ernstig gelaat. „Mijn zoon? Jozef? Daar is hij!" riep hij luid. Er ging een gemompel van verbazing op onder de boeren. Vragend keken allen naar Nolier, die eenigszins achteraf stond met de handen in de broekzakken, alsof hij het geheele geval slechts als eenvoudig toe schouwer had bijgewoond. Hij zag nu echter plotseling in, dat er verandering kwam in de stemming der boeren. Door zijn haat meegesleept riep hij „Maar Steiner heeft op hem geschoten! Dat heb ik met mijn eigen oogen gezien 1" Een vrouwenstem weerklonk er tegen in Dat is niet waarHet schot is bij ongeluk afgegaan Naar het Duitsch. (Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1911 | | pagina 1