Het Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Bommeierwaard. Le vensstrij d. Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. No. 3O02. Zaterdag 1 Juli. FEUILLETON. Bescherming VdU den trekhond, trekhonden heeft de schouderhoogte van moet men ook alweer niet het eerste UND VAN ALTEN/ VOOR Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75, franco per post zender prijsverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. 1911. Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel meer 71/» ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag middag 12 uur ingewacht. Btiltenland. 60 centimeters. In het belang van het bet beste nemen, maar een karretje, bedrijf is das zulk een overgangsbe- dat niet te groot is en niet te klein, De correspondent van de N. R paling gewenscht, maar ook in het be- vooral niet te zwaar, en dat past bij te Weenen schrijft dd. 26 Juni: lang van de dierenwant wanneer ze den hond die het trekken moet Er zijn nog maar al te veel metischen diewanneer ze iets niet zeggen, toch door hun handelingen bewijzen dat ze het denken en wij vreezen dat het nog lang zoo blijven zal. Vriendschap voor of waardeering van de dieren is nog volstrekt geen algemeen beoefende deugd en deze waarheid is van groote betee-j kenis ten aanzien van zulke dieren, die 1 door den mensch worden aangewend om hem het brood te helpen verdienen. In dubbele mate geldt dit, waar het dieren betreft, die met veel verstande lijken aanleg zijn begaatd en daarom gevoeliger zijn dan anderen. Hoewel wij in dit opzicht veel aan het zich ontwikkelend menschelijk ge voel moeten overlaten, zijn er toch ook gevallen, waarin de wetgever, door het geven van bepaalde voorschriften kan werkzaam zijn in het belang van het dier en er zelfs in zekere mate toe ver plicht is. Inzonderheid geldt dit van den hond. Immers, waar het gebruik van den hond als trekdier is toegestaan, doch dit gebruik tot vele misbruiken aanleiding geeft, daar zal men bezwaar-j lijk kunnen beweren dat de wetgever! aan den anderen kant niet behoort te zorgen, dat die misbruiken zooveel mo-| gelijk kunnen worden tegengegaan. De wetgever heeft dit dan ook ge daan, door het maken eener wet, die met 1 September in werking treedt. Daarbij is bepaald, dat het den houder van een hondenkar verboden is om die j te gebruiken, anders dan met inacht- neming van de voorschriften omtrent j de lichamelijke gesteldheid en de maat der honden, het tuig, de hondenkar en het geleide, bij algemeenen maatregel van bestuur gesteld. Bij het genoemde koninklijk besluit is het verboden om als trekhonden te gebruiken, of te doen gebruiken: 1. Kreupele, schurftige, gewonde, zichtbaar drachtige of zoogende honden 2. nog niet volwassen honden 3. honden met eene geringere schou derhoogte dan zestig centimeters. Wat, dit laatste punt betreft zal ver moedelijk nog een overgangsbepaling, misschien van drie jaar, worden ge maakt. Anders zou het voor eigenaars van trekhonden zaak zijn, dat zij vóór 1 September maatregelen nemenwant de vereischte schouderhoogte zal oorzaak zijn, dat het grootste gedeelte van de gebruikte trekhonden na genaomden datum afgedankt zal moeten worden. Nauwelijks een op de vijf gebruikte Ct. De luitenant Uralauff is in 2 uur 22 niet meer kunnen worden gebruikt weet En dit geldt voornamelijk voor zulke rQiI\uten ^een en in 2 uur 23 min. terug ix. lx i j l j j j j zonder onderweg te landen van Weenen men wel welk een lot hun wacht. karren, waarin de hond de naar Boedapest gevlogen. Daar de af- Dat de wet aan het gebruiken van boomen werkt. Trekt hij onder of naast gtand van Weenen naar Boedapest 225 totaal ongeschikte dieren een einde de kar, dan luistert het minder nauw. bedraagt, welke door den sneltrein maakt, is overigens 2eer toe te juichen. Gebruikt men hondenbespanningen in ruim 4 uur wordt afgelegd, is de De wet tot bescherming van den alleen voor het vervoeren van lichte vliegtocht in de helft van den tijd een trekhond zal een machtige bondgenoot vrachten, b.v. 200 h 300 pond, en mooi record. Maar er was zooveel gevaar kunnen worden van den Nederland- denkt de eigenaar meer aan het welzijn mee verbonden dat Umlauff om zijn schen bond tot bescherming van dat- van zijn dier dan aan zijn eigen gemak, heeft moeten vechten. Want nau- zelfde dier, in haar streveu om het ras dan bezigt men geene andere karren W7 ,3 was J ln, in die mate te verbeteren, dat men de dan op vier wielen, om de eenvoudige m.f ,de gevaarlijke wervelwinden die .I x j j x i_ ix--j lx UR de Donau opstijgen te kampen, zoo uiteenloopende grootte niet meer reden, dat zoon kar altijd in evenwicht Umlauff vertelde hoe hij bij zijn vertrek zal aantreffen, het geen tevens bevorder- ligt, de hond de vracht nooit op den uit Boedapest, 100 meters hoog boven lijk zal zijn aan het bekomen van goed rug kan krijgen en er ook overigens de stad wegvloog, en steeds hooger en tevens snel loopende geen doelmatiger vervoermiddel bestaat.1 stijgende 800 meter bereikte en toen (14 Van dien dag af sterkte hij snel aan. Hij werd weer de krachtige, gezonde man, die hij geweest was. Zijn gezicht kreeg een andere, meer mannelijke uitdrukking; zijn trekken werden scherper en het scheen, alsof een •onzichtbare beeldhouwer de lijnen groef en uitbeitelde. Een groot besluit zetelde op zijn voorhoofd. Weldra begon hij de kisten te timmeren, waarin zij hun have en goed zouden bergen, bij de aanstaande verhuizing. Inmiddels had zich de mare verspreid in het dorp, dat Christiaan Russi weer hersteld was en gelijktijdig daarmede ontwaakte ook weer de vijandige geest tegen den man, die den Praeses had durven beleedigen en bt- dr eigen. Eiken avond was het levendig in de buurt van de hut aan den Strahlegg en aan het fluiten en schuifelen van de in het duister rondwarende gezellen herkende Christiaan zijn oude makkers, met wie hij vroeger zoo vaak had rondgezworven. Op een anderen tijd zou hij zich niet zoo stil gehouden hebben, maar nu bleef hij, wanneer het donker geworden was, rustig thuis. Er was iets in hem, dat hem kracht en zelfbe- heersching gaf, maar wat dat was wist zelfs zijn moeder niet. Het was de eerste Zondag van Novembei, toen Sebastiaan Zurfluh, de postbode dron ken naar de hut van Russi kwam aange- iwaaid. gebouwde honden. Alle deskundigen zijn het er over eens dat, om te beantwoorden aan wat van hem verwacht wordt, een goede trekhond er ongeveer moet uitzien als een zeer klein, zwaar trekpaardje, dat gebruikt wordt voor snelleren gang dan stapvoets. Met andere woorden, hij moet er zoowat uizien als een klein gezond boerenpaardje, dat meer moet draven dan stappen. Men moet bij de beoordeeling hier van in aanmerking nemen, dat stappen een hond niet aangeboren is. Het stap pen komt minder overeen met zijn lichaamsbouw en ook met zijn vrij zenuwachtig gestel. Een snellen gang neemt de hond van zelf aan, terwijl bij het trekpaard die snelle gang alleen het gevolg is van doelmatige dressuur. Met den hond is het juist andersom; deze moet het stapvoets gaan leeren. Het schgnt een ontegenzeggelijke waarheid te wezen, dat een hond, mits goed verzorgd (vooral dorst kan dit dier absoluut niet verdragen) en goed aangespannen met lust arbeidt. In die positie trekt het dier gaarne en beweegt zich gaarne, wat hen voor verveling behoedt. Men beweert wel eens, en er schijnt veel waarheid in die bewering gelegen, dat wie weten wil of de eigenaar van een trekhond weinig of niets voorzyn trouwen helper over heeft, maar te zien heeft naar het tuig, waarin de hond werkt. Men ziet zoo vaak een versleten stukje steenhard leder, met een paar eindjes louw, zoo ellendig dat het heele tuig het oprapen niet waard is. Maar wanneer men een doelmatig hondentu'g beeft, dan komt ook nog de zorg voor het karretje. Hiervoor Hij schopte met geweld de deur die op een kier stond, open, zoodat deze met een smak terugviel en hem tegen het hoofd bonsde en trad toen binnen. Kathrine keek het met verbazing aan hoe de kerel zonder groet en zonder zijn hoed af te nemen, rondkeek. Baschi lette niet op haar, want Christiaan, die achter de kachel had gezeten, trad nu te voorschijn en vroeg wat hij zocht. „HierHier is wat voor je. om te lezen," de man reikte het papier over. Zonder een woord te zeggen keerde Christi aan zich om, na het papier bij zich gestoken te hebben en ging weer op zijn plaats bij de kachel zitten. De bode had blijkbaar iets anders verwacht, want hij bleef stok stijf staan, midden in het vertrek. „Moetje antwoord hebben vroeg Christi aan bedaard. Toen eerst draaide Baschi zich brommend om, smakte de deur dicht en verdween. Kathrine keek haar zoon aan, toen de dronkaard de kamer had verlaten. Het kwam haar vreemd voor, dat Christiaan zoo bedaard was gebleven bij het onbe schaamde gedrag van dezen man. Hij ging naar het venster, om beter te kunnen zien, vouwde het papier open, waaraan het Regeeringszegel hing en las. Terwijl hij dit deed vertrok geen spier op zijn gezicht en toen hij het ten einde had gelezen, keek hij peinzend naar buiten. „Verbannen, moeder I Voor tien jaar het recht ontzegd, om hier te wonen wegens, hoe heet het ook weer," hij zocht op de akte „wegens huisvredebreuk, herhaalde lijk gepleegd, en bedreiging van medebur gers 1 En nog een heeleboel meer." Kathrine nam hem het papier uit de hand. Ongelukkig kosten zij meer, vereischen in een bui kwam die hem dwong om ook meer onderhoud en zijn op zandige of zware wegen moeilijker te trekken. Hier en daar, vooral in het zuiden van ons land, worden zij wel gebruikt en voor handelaren, die van deur tot deur met koopwaren gaan, zooals groenteboeren en dergelijke, die niet; zijn machine in een hoek van 30 graden te brengen, zoodat hij niet in de richting van den motor kon vliegen maar als een zeilboot bij wind door de lucht moest laveereu. Op een hoogte van 100 meters vloog hij over de stad Raab. Maar na het verlaten dier stad werd het weer steeds slechter eu de storm dat gelukkig afliep. De voorste wielen waren reeds op de grond toen het ding omsloeg en onder hevig gekraak mij er onder begroef. Het toestel was in een kuil geraakt en was over zijn kop geslagen. Maar het liep gelukkig nog goed af. Umlauff kon met zijn handen werken en toen bleek bet dat hij er niet uit kon omdat hij zich had laten vastbinden. Voorwaar niet ongevaarlijk, dat vastbinden, zooals het ongeluk met Prmceteau bewezen heeft, die op een stdurstoel verbrandde. Het eerste wat Umlauff tot zijn omgeving zei waseen tweede keer zou ik bij zulk weer het niet meer durven doen. Men is er hier bijzonder trotech op dat de motor van inlandsch maaksel was, want Blêriot had gezegd dat de Oostenrijksche motors niet sterk genoeg waren voor de ge vaarlijke winden van den Donau. bepaald snelle beweging nood'g h6b- j dje op een hoogte van 800 meters woedde ben, zijn vierwielige karren ten zeerste daalde in lagere luchtstreken met dit aan te bevelen. Wg hebben het vaak gezien hoe, terwijl de baas de klanten bedient en een praatje met hen maakt, de hond op zijn gemak tusschen de boomen gaat liggen, zonder gevaar te loopen de vracht op den rug te krggen, Maar is het dier te klein, dan hangt het als 't ware in het tuig en kan de gemakkelijke beweging niet goed maken. Eeuige bijzonder heden in het boven- gevolg, dat bij in Bruck, aan de Oosten rijksche grens door hevige, van de zijkant komende winden, zoo werd aan gevallen, dat de motor een tijd lang niet meer werken wilde en er vrees bestond dat deze het niet meer zou uithouden. Ik heb, zoo zei hij, zenuwen van staal en als Alpinist en sportman heb ik vele gevaren getrotseerd, maar dit gevecht tegen de wind, hoog in de staande, zijn ontleend aan het boekje,1 lucht, bracht mij zoo van streek dat ik dat door den bond tot bescherming van den hond, over trekhonden en honden bespanningen is uitgegeven. Hoe belangrijk dit onderwerp is, moge daaruit blijktn, dat men den nuttigen arbeid, dien de trekhouden per jaar in Nederland verrichteu, schat op eene waarde van ongeveer tien milllioen gulden. Een hond levert per jaar voor ongeveer zeventig gulden aan arbeid. Wanneer dus de wetgever zorgt dat de hond dezen nuttigen arbeid ongestoord kan blijven leveren, terwijl bij maat regelen treft om het gebruiken van ongeschikt materiaal te verhinderen, dan heeft hg een goed, een ongetwij feld ook zeer dankbaar werk gedaan, van hoog zedelijk gehalte; meer wellicht dan door het tot stand brengen van menige geleerde maar onpractische wet. „Wat zeg je daar?" Twee roode vlekken brandden op hare wangen. „Willen ze ons het dorp uitzetten? Ons straffen, terwijl wij het zijn, die ons te beklagen hebben? Is dat rechtvaardigheid? Ik zou toch wel eens willen zien, of we ons dat moeten laten welgevallen." „Het recht, moeder, is altijd aan de zijde waar het geld zit. Als we later terugkomen, moeten we zorgen, dat we geld hebben." De bedaardheid, waarmede Christiaan sprak, stak vreemd af bij de opgewonden heid van Kathrine. Zij keek hem met groote oogen aan. Hij glimlachte droevig. „Maak je niet van streek, moeder I" vervolgde hij een oogen- blik later. „We zouden immers toch heen gegaan zijn, ook zonder dat papier." Hij nam de akte, scheurde haar langzaam in stukken en wierp die in de kachel. X. De menschen van Fruttnellen verwon derden er zich niet over, dat Christiaan Russi al twee maal met een sledevol goed naar Neudorf was geweest, maar zij ergerden er zich over, dat zij niet wisten waarheen hij zich begaf. Eindelijk op een der eerste dagen van December, die tevens de eerste winteidag voor Fruttnellen was, hoorde men, dat Christiaan en zijn moeder voor goed zouden vertrekken, 's Nachts was het beginnen te sneeuwen en nog altijd sneeuwde het voort. Het was doodstil en drukkend eenzaam; zelfs de beek had het schuimen en bruisen verleerd en zochtgeruischlooszijn wegnaar omlaag. Voor de hut aan den Strahlegg waren Christiaan en zgu moeder bezig met het in Fischamend (een dorp aan den Donau, 20 kilom. van Weenen) reeds wilde landen en ik er aan dacht, trots ik nabij mijn doel was, het op te geven. Ik werd op mijn machine (zoo zei hij verder) zoodanig door de lucht geslin gerd, dat ik slechta met de grootste inspanning in de goede richting kon blijven en ik tegen mezelf zei, dat houd ik niet langer uit. Maar dit oogenblik van zwakte heb ik gelukkig overwon nen en ben steeds lager vliegende en met razende snelheid naar de Simme- ringer heide (het eindpunt in Weenen) gevlogen. De motor die bij stil weer in staat is om het vliegtuig 97 kilometers per uur te doen afleggen dreef, nu de wind achter mij was, mij met een snel heid van 130 ff 140 kilometers vooruit, zoodat ik geen adem kon krijgen. De wind sloot mijn neusgaten en ik kreeg geen lucht zoodat ik met mijn hoofd diep bukken moest Ten slotte kreeg ik nog een ongeluk bij het landen, maar opladen van hun laatste eigendommen op twee sleden. Nu waren zij klaar. Christiaan haalde hier en daar een touw nog iets vaster aan, terwijl Kathrine voor het laatst de ronde deed door de ledige hut. Alle deuren i sloot zij zorgvuldig en plaatste de luiken voor de vensters; de buitendeur, die geen slot had, bond zij met een touw vast. Zij had haar armzalige woning aan niemand kunnen verkoopen, ofschoon zij er waarlijk niet veel voor gevraagd had. Maar niemand had lust om den schijn op zich te laden, van de Russi's een dienst te hebben bewezen. Columban, de schoolmeester, had ijverig meegeholpen bij het opladen van het ver- huisboeltje. Hij stond nu naast de sleden en keek nadenkend naar den jongen man, die zijn knie tegen de slede gezet had en bezig was een touw krachtig vast te trekken. Lieni had een poosje toegekeken ea stapte nu, met de handen in de zakken, door de sneeuw naar het dorp. De Russi's waren reisvaardig en de Fruttnellers wachtten hen op, om hen vaarwel te zeggen. Dat wist hij. Fluitend en met zijn leelijk lachje op de lippen stapte hij snel voort. „Als ik maar de gedachte van mij af kon zetten, Christiaan, het was Nager, die sprak dat ik en de jongen misschien wel de oorzaak zijn, dat je nu zoo weg moet gaan „Tob daar maar niet over, meester," liet Christiaan hooren, nog altijd sjorrende en bindende, zonder zijn arbeid te onderbreken. „Je hebt daar part Doch deel aan en en Lieni, maar och, wat dost het er toe; er is immers toch niets aan te veranderen." „Waar ga je nou naar toe?" vroeg Nager na een poosje zwijgens. „Dat weet ik zelf nog niet," antwoordde de andere min of meer kortaf. Toen, alsof Te Calais heeft zich Woensdagmorgen een jonge man gemeld, als vlieger ge kleed. Hij zeide Legagneux te zijn, zijn toestel te Tourcoing achter gelaten te hebben en deelde mede van plan te zijn 's avonds naar Calais te komen vliegen ten einde deel te nemen aan het wegvak CalaisLonden van de rondvlucht. Er werden troepen opgecommandeerd voor orde-diensten en het nieuwtje ver spreidde zich weldra door de stad. Legagneux werd genoodigd aan een officieele maaltijd en verklaarde aan het dessert zijn portefeuille bij een landing te hebben verloren. Verschillende per sonen leenden den vlieger geld en ver volgens vertrok hij naar Tourcoing, zeggende 's avonds terug te komen vlie gen. Veiligheidshalve ging hij nog eerst het terrein verkennen. Van vijf uur 's avonds af bewoog zich een enorme massa belangstellenden op het vliegveld. Het kamp werd door soldaten vrij gehouden en een volledige afzetting zou een ordelijk verloop ver loop verzekeren. De menigte wachtte tot 's nachts toe en vernam toen, te laat, dat zij slacht offer geweest was van een vermomming, dieaan den onvergetelijken kapitein van Köpenick denken doet. Verschillende personen hebben een klacht bij de politie ingediend. Te Londen zijn twee Duitsche dames spoorloos verdwenen. De oudste, een weduwe, mevrouw Vogt, was met haar gezelschapsjuffrouw onverwachts een bezoek aan haar zoon komen brengen. De zoon moest, onmiddellijk na aan komst der beide dames, naar het station, dat op 5 minuten afstand van zijn woning is gelegen. Zij brachten hem weg, hij heeft nauwkeurig den terug weg aangegeven en heeft noch zijn moeder, noch haar gezelschapsjuffrouw hij spijt had over zijn bitse afwijzing, wendde hij zich met schitterende oogen tot den ouden man„Maar dat kan ik u wel zeggen, meester, dat ik. als het gaat, zooals ik hoop, dat het gaan zal, terugkom, en dat die lui, daar beneden, dan zullen weten, dat ik er ben." Op dit oogenblik kwam Kathrine zich bij hen voegen. Zij had een doek over hoofd en borst geslagen en haar beste kleeren aan. Haar gezicht was bleek en teekende onrust. Het viel haar toch niet zoo licht, als zij gemeend had, om het huisje vaarwel te zeggen, waar zij met haar man gewoond had en waar haar zoon geboren was. Christiaan trad op Nager toe en reikte hem de hand. „God zegene je, meester." Nager drukte met beide handen die van den jongen man en keek hem trouwhartig in de oogen. „Laat me je nog eenmaal goed aankijken, jongen," zeide hij. „Ik heb je graag mogen lijden, al deed je ook niet altijd, wat goed wasmaar die daar beneden hebben je slecht behandeld. God zegene je, Christiaan. En luister eens, het is een goed ding om recht en vast op je doel af te gaan, maar een heel klein beetje moet je toch nu en dan bedenken, dat niet jij, maar een ander de wereld regeert!" Christiaan hief het hoofd op. Die ver maning beviel hem niet, daarom deed hii, alsof hij niets gehoord had. Hij spande zich voor de slede, waaraan de tweede was vast gebonden. Kathrine, die op haar beurt hartelijk afscheid genomen had van den ouden man, greep het achtertouw en stapte flink achter de sleden aan. NIEUWSBLAD Roman naar het Duitsch. i (Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1911 | | pagina 1