Het Land van Heosden en Altena, de Langstraat en de ttommelerwaard. Levensschool. L e v e n s s t r ij d. Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. No. 3Q6SWoensdag 12 Juli 1911. FEUILLETON. r^/< ,^L '^t UüdTaN alten/ voor Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75, franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel meer 7ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag middag 12 uur ingewacht. Zoodra wij geboren worden begint de wereld op ons in te werken en dit gaat voort tot het einde. De boerenknaap, zijn jeugd slijtend tu8schen bergen, bosschen en op de heide, is te beklagen wegens het gemia van de vooruitzichten om aldaar vooruit te komen; hij wenscht te snellen naar de stad, waar gelegenheden te over zijn. Jaren daarna, in moeilijke omstandig heden staande tegenover detTjongeling die in de stad zijn opvoeding ontving, komen de bergen, heuvelen en stroomen, die onbewust zich drongen in de veze len en spieren van het lichaam, hem te hulp en noodzaken den tegenstander het hoofd te buigen. Het beste deel onzer opvoeding komt van de natuur. Zij houdt in de groote wereld school zij is het, die het menschdom ontwik kelt, het leven ontvouwt, het menschen- geslacht sterk en krachtig maakt. Zenuw en spier, kracht, volhardings vermogen, moed en vastberadenheid zijn meestal van het platteland gekomen Het stadsleven is geneigd den phy- sieken en moreelen mensch te doen ontaarden. Daar is meer verfijning, maar minder kracht; meer ontwikkeling maar min der volhardingsvermogen, meer be valligheid, maar minder stoutheid meer gevoel, maar minder verstandmeer boeken, maar minder kennis; meer ge leerdheid, maar minder wijsheid; meer algemeene kennis, maar minder practi- sche bekwaamheid; meer kraakbeen, maar minder been, meer couranten lezen, maar slechter geheugeDmeer gezelschap, maar minder oprechtheid. Het heelal is één groote Fiöbekchool voor den mensch. Al wat bestaat heeft zijn eigen, bijzondere les meegebracht. Bergen en bosschen, z* eën en rivieren, wolken en winden, sterren en bloemen, iedere vorm der bezielde en onbezielde schepping laat zijn indruk na op de ziel van den mensch. Zelfs de by en mier geven ons les in vlijt en spaar zaamheid. Niemand kan zich geheel alleen ten volle ontwikkelen. Gezelschap is voor den individu wat zon en regen zijn voor den zaadkorrel. Het ontwikkelt hem, zet hem uit, ontvouwt hem, roept hem uit ztchzel- ven te voorschyn. Andere menschen XII. (17 Christiaan Russi en zijn moeder waren in Fruttnellen al lang vergeten. Wie zou ook hebben kunnen denken aan enkele personen, wanneer de heele gemeente ge wikkeld was in een feilen strijd met een vijand van buiten. In het gehucht bij de Rafisbrug waren vreemde arbeiders gehuis vest. Barak na barak verrees daar, als padde stoelen uit den grond, zoodat het vlek zich uitbreidde en zoodanig in beteekenis steeg, dat het zich bijna met Fruttnellen kon meten. Aan den nieuwen spoorweg werd ijverig gebouwd. Dat hadden de Fruttnellers niet kunnen verhinderen. Met machines van allerlei soort, met breek ijzers en dynamiet braken de vreemdelingen zich een weg door de steenmassa's. De Frutt nellers hadden het Rüfisbach-gehucht als een verloren post opgegeven. Twee boeren van daar waren met have en goed naar Fruttnellen verhuisd, maar de anderen waren gebleven en als afvalligen beschouwd, want die maakten zich goede vrienden met de spoorwegwerkers en verdienden een aar- digen stuiver aan hen, op velerlei manieren. De Fruttellers hadden, als Chineezen van de bergen, twee stevige houten afsluitingen laten maken op den weg, zoo het heette om het afdwalen van het vee tegen te gaan, maar inderdaad om de spoorwegmenschen te beletten een bezoek aan hun dorp te brengen. zijn z'n gelegenheid. Ieder is voor hem als een lucifer, die nieuwe tonder in hem doet ontvlammen wat geen vorige lucifer kon doen. Zonder deze zouden de vonken der individuliteit voor altijd in hem blijven slapen. Ware kracht wordt vooral daar ge vonden, waar men in 't drukke leven in aanraking komt met menschen en zaken. Eerzucht om in de wereld vooruit te komen, de voortdurende worsteling om zich op te werken, is een voortdu rende bron van ontwikkeling in overleg, voorzichtigheid, spaarzaamheid, vlijt en moed; is ontegenzeggelijk de groote ontwikkelaarster van vele der edelste karakter-hoedanigheden. Zonder deze worsteling tot hooger zou het leven ondraaglijk zijn in elke maatschappij. Er zou geen ondernemingsgeest, geen vooruitgang zijn. De wereld zou terug gaan. Deze worsteling komt de heele maatschappij op duizeuderlij wijze ten goede. Welk een opvoedende kracht ligt er in het eerlijk streven naar beter De kracht, die arbeid, matigheid, zelfverloochening en zelfbeheersching ons geven in onze pogingen om geld te verdienen. Wij voelen ons toch voortdurend ge drongen om te trachten het hoogste en beste wat wij zouden kunnen wensehen, te bezitten. Het is nooit de rustende eisch om ons te schikken naar ons omringende omstandighedenhet is het zich voort durend oefenen in dagelijks terugkee- rende nietige bijzonderheden; het is de nooit ophoudende noodzakelijkheid om snel en vlug te handelen. Dit alles is het, wat den mensch ontwikkelt. Nederlagen en teleurstellingen ont wikkelen het karakter in hooge mate. Zij hebben de reuzen van ons ge slacht gevormd door herculesspieren en zenuwen en een veelomvattend verstand te geven. Armoede verbergt dikwijls haar be koorlijkheden onder een afzichtelijk masker, toch zijn duizenden tot groot heid gestegen door hun worsteling om den wolf van de deur te houden. Zij is dikwijls de eenige bemiddelaarster, die de natuur gebruiken kan, om den mensch te voorschijn te roepen. De natuur stoort zich weinig aan zijn gemak of zijn genot; het is de mensch, dien zij zoekt, en zij zal eiken prijs betalen of elk middel aangrijpen, om hem aan In den beginne kwamen de vreemde lingen toch nog wel een enkelen keer, maar zij werden zóó onvriendelijk ontvangen en zóó brutaal aangegaapt en nagejouwd, erger nog, konden nergens inlichtingen, spijs of drank bekomen, dat zij van liever lede wegbleven. Een paar malen had een ernstige vechtpartij plaats, wanneer grootere troepen van het vreemde werkvolk op betaaldagen en in brooddronken stemming naar boven kwamen, maar eindelijk hielden ook deze bezoeken op en hadden de Fruttnellers hun doel bereikt: Het ongastvrije dorp werd vermeden door ieder die er niet noodzake lijkerwijze wezen moest. Toen boer Furrer het zoover gebracht had want dit Resultaat was hoofdzakelij k de vrucht zijner bemoeiingen hadden in zijn huis een sterfgeval en een geboorte bijna tegelijkertijd plaats. Degene, die voor altijd afscheid nam van den Hochfluhhof was de meesteres. Al geruimen tijd was de zieke vrouw met moeite voortgestrompeld. De dokter van Neudorf was gekomen, had haar aangekeken, het hoofd geschud en gezegd: „Weet je wat, goede vrouw, eet en drink er maar goed van en doe alles wat je hartje begeert. Je kunt het nu nog krijgen en niemand weet wat de dag van morgen brengen kan." „Wil dat zeggen, dokter, dat ik het niet lang meer maken zal had toen de boerin luid en kalm gevraagd, zoodat haar man, die bij het onderhoud tegenwoordig was, haar verwonderd had aangezien. De dokter had de schouders opgehaald. „Als je iets te doen hebt, dat noodig is, dan zou het wel goed zijn, om dat niet lang uit te stellen. De boerin was van toen af begonnen goed te maken, wat zij jarenlang verzuimd had te doen. In het aangezicht van den dood was zij eensklaps moedig en vastberaden te lokken. Zij vleit hem en leidt hem steeds vooruit, door het ontdekken van nieuwe behoeften. En de worsteling om aan deze behoeften te voldoen, ontwik kelt juist het karakter, dat zij verlangt. Gebrek is een der grootste opvoeders van ons geslacht. Het heeft de menschen opgericht uit hun toestand van onbeduidendheid en hen door een doolhof van moeilijkheden geleid naar het beloofde land. Wat edele zielen heeft het geopenbaard, welk een onbaatzuchtige toewyding doen geboren worden. De hoogeschool, waarop het gebrek de leiding had, is grooter dan eenige andere. De menschen zijn van nature lui en hebben een krachtigen prikkel noodig, om hun ziekelijke eerzucht aan te vuren en hen de traagheid te doen overwinnen, die voortspruit uit gemakzucht en het bewustzijn van geërfden rijkdom. Al wat in een jongmensch het gevoel, dat hij zich in de wereld een weg moet banen, vermindert, vermindert ook zijn kans op succes. Armoede is steeds de onbetaalbare prikkel geweest, die den mensch er toe aandreef zijn eigen brood te verdienen. Het ongeluk heeft menig mensch die anders onbekend zou zijn gebleven, tot de hoogste sporten der maatschappelijke ladder verheven. Als God een mensch wil opvoeden, dwingt Hij hem bittere lessen te leeren." Hij zendt hem ter school niet bij de Gratiën maar bij de ijzeren noodzake lijkheid, opdat hij, door alle lijden te doorleven, ook de eeuwige troost zou leeren kennen. Buitenland. Blijkens een telegram uit Willem stad is in Venezuela positief bericht ontvangen dat Castro in West-Vene- zuela is binnengedrongen en 1000 man bij zich heeft. De Köln Ztg. verneemt uit Washing ton, dat daar aan het departement van Staat bericht is ontvangen, dat oud president Gastro vermomd in Vene zuela is geland. Reeds zijn door de Venezolaansche regeering tal van aan hangers van Castro in hechtenis ge steld. Uit New York wordt aan de Lokal Anzeiger geseind, dat Castro 2000 man om zich heen heeft verzameld, een sterke stelling heeft bezet en gereed staat den aanval te wagen. Men vreest, dat de dagen der tegenwoordige regee ring geteld zijn. geworden. Zij klaagde niet meer; alles wat zij zeide en deed, was helder en beslist ge worden. Dikwijls kwam zij boven, in de slaapkamer van haar dochter, waar Tobias verblijf hield, „de achterbaksche jongen", zooals de knechts hem noemden, omdat hij nooit te voorschijn kwam, wanneer de boer thuis was. Het kind was aardig opgegroeid het had een donker kopje en mooie ver standige oogen. Vaak vonden Charles en zijn vrouw de zieke met het kind in haar armen, terwijl zij het streelde en allerlei lieve naampjes gaf, wanneer zij meende, dat niemand haar gadesloeg. In haar ziel dankte Rosi haar moeder voor deze teekenen van liefde en barmhartigheid en leerde de vrouw te eeren die tot dusver vreemd gebleven was aan haar hart. Furrer zag zijn vrouw langzaam weg sterven, zooals de arts voorspeld had. De man, die alles wat hij deed en dacht, breed en groot opvatte, huichelde geen rouw om de gezellin, die hem vroeger weinig meer dan een dienstmaagd en sedert haar ziek- zijn enkel en alleen een lastig blok-aan-het been geweest was. Maar al wat tot leniging of versterking voor de zieke kon strekken en voor geld te verkrijgen was, gewerd haar; hij deed zelfs zijn best om haar met zorg te omringen, wat zeer opvallend was bij hem, die zich anders zoo ruw en weinig oplettend voor andere menschen betoonde. En toen ten laatste haar einde kwam, had hij niemands hulp noodig om haar bij te staan. Hij deed wat zijn plicht was en deed het goed; en haar brekende oogen zeiden hem, dat zij hem dankte voor hetgeen hij deed. Maar, nadat hij alles bezorgd had, wat noodig was, zette hij zich kalm aan zijn schrijftafel om zijn arbeid te hervatten, waar hij dien den vorigen avond had gestaakt, alsof de dood zyner vrouw voor hem van De Venezolaansche gezant te Berlijn schijnt, of geeft zich den schijn, zich niet ongerust te maken over Castro's optreden. Hij deelde aan een mede werker van het Berliner Tageblatt mede, dat sedert den tijd, dat Castro is weggejaagd, in de stemming van het Venezolaansche volk geen verandering is gekomen. Hij geloofde, dat de be richten over een actie van Castro on juist waren. De streek, waar Castro ge land zou zijn en troepen verzameld zou hebben, is een volkomen wildernis en het schijnt buitengesloten, dat hij daar zooveel lieden verzameld zou hebben. Zelfs al had Castro 200 of 300 man, en dit getal vindt de gezant reeds zeer hoog, dan zou het toch voor de regee ring een kleinigheid zijn, om hem en zijn aanhangers daar in te sluiten en onschadelijk te maken. De tegenwoor dige regeering is sterk en wordt door de bevolking beslist gesteund. De ge zant vreest niet, dat de rust in het land op eenige wijze door Castro ver stoord zal worden. Tot nog toe heeft hij geen berichten ontvangen over Castro's optreden. Als er werkelijk din gen gebeurd waren, dan zou hij er stellig officieel van hebben gehoord. De gezant vermoedt, dat de berichten over de actie van Castro uit de Antillen afkomstig zijn, waar inderdaad veel on tevredenen wonen. Uit Vigo wordt aan den Lokal An zeiger geseind: Reizigers uit Lissabon vertellen, dat zij daar niet van eenige beweging ten gunste van het Koning schap gemerkt hebben. Ze bevestigen slechts, dat nog meer troepen naar het noorden vertrokken zijn. De regeering heeft ook reservisten opgeroepen om de garnizoenen, voornamelijk om Lissabon en Oporto, die slechts zwak zijn, te versterken. Talrijke troepen zijn naar de Spaansche grenzen gezonden. Uit Lissabon werd Zaterdag gemeld Hoewel gisteren nergens stormen zijn voorgekomen, is de telegrafische ver binding over land met Europa totaal verbroken geweest, Er heerscht gewel dige onrust. Men denkt dat heden een inval der monarchisten wordt gekeerd. Er zijn weer nieuwe komplotten ont dekt. Tallooze politieke agenten zijn gevangen genomen 35,000 man troepen staan aan de Noordgrens. De verster king van de Oostgrens is aangevangen. Een huiszoeking bij samenzweerders in Aveiro heeft tot de ontdekking ge leid van een geheime opslagplaats van wapenen. Er zijn weer tal van personen in hechtenis genomen. Onder de in hechtenis genomenen bevindt zich Camillo Castello Franco, zoon van den oud-minister van dien naam. Hij geen grooter beteekenis was, dan of hij zich een pluisje van de mouw had geveegd. Nog lag het lijk van de eigenares van den Hochfluhhof in pronk en praal boven aarde, toen de opengekomen plaats in Fur- rers huis alweder werd aangevuld: Rosi schonk haar man een zoontje. Toen de kleine wereldburger voor de eerste maal schreide stond Charles bij de deur en veegde zich met zijn van het wer ken ruwe vingers de tranen uit de oogen. Voor het eerst gevoelde hij iets als trots. Immers dat was zijn kind, en dat kind was de erfgenaam van den Hochfluhhof. Die gedachte maakte hem duizelig van geluk. Furrer zat in zijn kamer, toen Broni Hofer hem de tijding kwam brengen. Hij knikte maar zeide geen woordtoen de deur zich evenwel gesloten had achter de brengster der boodschap, werd hij onrustig. Ook hij dacht er aan, dat daar zooeven geboren was degene, die eenmaal zijn erfgenaam zou wezen. Reeds den volgenden ochtend, nog voor dat het lijk der oude vrouw was uitgedragen, bracht hij zijn dochter een bezoek. Zoo onverwacht was hij gekomen, dat Broni geen tijd gehad had, om den kleinen Tobias, die midden in de kamer op een bankje zat en met stukjes hout speelde, te verbergen. Een seconde later was het jonkske evenwel weg gebracht. Furrer had het voorhoofd gefronst, toen hij den kleinen indringer gewaar was geworden, maar daarop had hij den blik afgewend en naar buiten gekeken en blijk baar met moeite de toornige woorden terug gedrongen, die op de lippen hadden gezweefd. Toen was hij vriendelijk aan Rosi's bed getreden en had met haar gesproken zooals hij dit in vroeger dagen wel eens placht te doen, toen hij nog tijd had kunnen vinden, om zich te verheugen in zijn aaidig op groeiend dochtertje. Na een poosje bukte werd in hechtenis genomen juist toen hij bezig was over de grens te gaan. Het onderzoek tegen Graaf Castello Mendo heeft geleid tot de ontdekking van medeplichtigheid van aristokrati- sche kringen. De Lissabonsche correspondent van de Exchange Telegraph Company is naar Bajadoz gereisd, om van daar zonder last te hebben van de censuur, te sei nen, dat kapitein Couceira, de leider der koningsgezinden, en graaf Almeida, de secretaris van Dom Miguel van Bra- ganza, een verklaring hebben gepubli ceerd, waarin aangekondigd wordt, dat koning Manuel en Dom Miguel het eens zijn geworden en samen zullen trach ten, met medewerking van alle monar chisten, om het koningschap in Portugal te herstellen. Een gerucht wil, dat de Portugeesche monarchisten in Brazilië 12 millioen ter beschikking hebben gesteld voor aankoop van een kruiser. Couceira zou trachten in Engeland een oorlogsschip te koopen. De pest-epidemie in Mongolië, Mant- sjoerije en Noord-China heeft zich naai veelal wordt aaugenomen het eerst vertoond onder de tarbagan's (een soort marmot), en is van die beestjes op de menschen overgegaan. Het is dus als een tamelijk alarmee- rend bericht te beschouwen, dat de cor respondent te Peking van de New York Herald, Ohl, het wederoptreden heeft gemeld van de ziekte onder de tarba gan's aan de Russisch Chineesche grens in Mantsjoerije. De Chineesche pest- expert, dr. Woe, is er dadelijk heenge- gestuurd om een onderzoek in te stellen. Een zonderling feit is in de provincie Luik waargenomen Houthakkers, werkende in het Her- togenwald, ontwaarden in den omtrek van Jalhay herten en reeën, die door het mond- en klauwzeer aangetast sche nen. Sommige dieren hinkten zelfs. Toch heeft men nog geen enkel dood dier gevonden, zoodat men er nog niet in is geslaagd, door proefnemingen den aard der kwaal vast te stellen, waaraan de dieren lijden. Door onvoorzichtigheid van spelende kinderen is in het koninklijk bosch Salchau in de Altmark een geweldige brand ontstaan; 700 morgen dennen aanplant zijn vernield, voordat het den houtvesters en de bevolking uit 15 plaats jes gelukte, den brand binnen zekere grenzen te beperken. De politie te Buenos Aires heeft een anarchistische samenzwering ondekt. hij zich over het hoofdje van den jongge borene en keek het wichtje lang en ern stig aan. „Hoe moet hij heeten?" vroeg hij aan Rosi. „Wij wilden hem naar u noemen, vader", gaf de jonge vrouw ten antwoord, terwijl zij hem angstig aankeek. Zijn gezicht werd voor een oogenblik verhelderd door iets, dat op een glimlach geleek. Toen zeide hij„Pas maar goed op den jongen en op jezelf," en verliet het vertrek. Toen hij een dag of wat later nog eens naar den kleinen Felix kwam kijken was Rosi stom van verbazing, maar nog grooter werd die, toen zij zag, dat haar vader een gouden kettinkje uit zijn zak haalde, en dit eigenhandig het kindje om den hals hechtte. Alsof hij hiermede alles uitgeput had, wat zijn natuur aan liefdeblijken vermocht te geven, verscheen hij van toen af nooit meer in de bovenkamer en vergenoegde zich ermede om aan tafel nu en dan aan Charles te vragen: „Hoe gaat het met het kind?" De Praeses ging van toen af eerst geheel en al op in de zorg voor zijn bezittingen en zijn dorp. Onder zijn leiding trokken de Fruttnellers zich meer en meer tezamen, om vijandelijk te staan tegenover de spoor wegbouwers. Zelfs het verkeer met de be woners van het dal was niet meer zoo leven dig als vroeger; de stijfkoppen van den Zevenspits wilden den anderen bewijzen, dat zij niemands hulp noodig hadden om op de been te blijven. Bovendien deed Furrer alles wat hij kon om zijn dorp den roep van welvarendheid te laten behouden Roman naar het Duitsch. (Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1911 | | pagina 1