Laod van Ueusden en Vllena, de Langstraat en de Bomelerwaard. Grootscheeps. Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. No. 3235 Woensdag 23 Februari FEUILLETON. 1913. PtT UkD VAN ALTE^- VOOR Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75, franco per post zender prijs verbooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel meer 7V« °t. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag middag 12 uur ingewacht. Zoo onze tijd een kenmerk draagt, dat alle andere overtreft, dan is het dat van rusteloozen scherpen wedijver, van grootscheepsche concurrentieon der de volkeren, zoo goed als onder de individuen. Een recent voorbeeld van dien niets- ontzienden wedkamp oöder de natiën levert thans weder, hetgeen in het Fransche parlement zal worden voor gesteld een millioenen en millioenen verslindende vergrooting, alweder van de strijdmacht van Frankrijk. De al- gemeene dienstplicht in het rijk van Marianne streng doorgevoerd, heeft reeds een maximum van levende strijd krachten geleverd, daaraan valt dus niet te vermeerderen. Maar om het land nog meer weerbaar te maken, zal nu ginds een drie-jarige diensttijd worden ingevoerd. De reserve-legers in Algiers, in Tunis en West-Afrika zullen op zoo- danigen voet hervormd en gedrild wor den, dat zij een groote weermacht zul len vormen ten behoeve van het moe derland. De „doode" krijgsmiddelen, geschut, munitie, forten enz. het zal alles in nog volmaakter toestand wor den gebracht dan het reeds was. Een nieuwe last zal dus op de schouders van het geheele volk gelegd worden, en waarom Omdat de erfvijand, de Duitsche Michel, aan gene zijde der Yogezen, verleden jaar precies het zelfde deed. Ook daar is over de ge heele linie de weermacht van Germania opnienw aan weerkracht en omvang aanzienlijk toegenomen. Twee duizend millioen mark zijn door het Duitsche volk opgebracht en ten koste gelegd aan zijn weerbaarheid het aantal tot den oorlog gereedstaande en gereedge- houden manschappen bedraagt niet min der dan 800.000. En ge kunt er zeker van zijn, dat vooraleer weder een paar jaar verloopen zyn, opnieuw de krijgs toerustingen van Frankrijk en van Duitschland, gelijk ook, zij het ook in mindere mate, die van alle Europeesche groote mogendheden, vergroot en ver sterkt en met millioenen kostbaarder zullen zijn. Onderwyl wordt er voor werken van socialen aard niets of iets, maar altoos Ie weinig besteed, omdat de begrootingen van oorlog en marine beslag leggen op verreweg het grootste der baten, welke de welvaart des lands in de schatkist doet vloeien. Want Ruiht&nscke Roman. (34 Yerina richtte zich op. Eensklaps zag men haar recht overeind. Haar blik, schit terend van koortsgloed, ging de hut rond, gleed over de omstanders, viel daarna op de beide lijken. De stilte van het graf heerschte. Men wachtte. De armen uitgestrekt, de oogen op haar dochter gericht, liep Yerina als een spook. Zij bleef staan aan de voeten van de slacht offers. De sidderende menigte zag haar aan. Eensklaps weerklonk een schelle, stootende afschuwelijke lach door de hut en de man nen verbleekten en deinsden terug voor de vrouw, die dezen krankzinnigen lach uitstiet. De moeder lachte steeds, en over het hoofd van Oliana gebogen, sprak zij „O, zij zijn teruggekomen, teruggekomen mijn kinderen, mijn kleintjes, zij zijn terug gekomen De boeren weenden. „Ziet, hoe rustig zij zijn. Er is geen com missaris meer, geen knoet, geen legerzij zijn teruggekeerd, zij hebben voor niemand meer vrees." „En de zweep, hebt ge die vergeten?" spotte Youri. „Stil," brulde de oude Topola, terwijl hij Youri een heftigen vuistslag op de borst gaf. „Stil, of ik vermoord je." De lafhartige liet een gesteun hooren en zweeg. „Ha, hal de zweep,"antwoordde de vrouw. naast het leger staat ook de vloot wier toerusting steeds en in een snel tempo tot een ontzaggelijke hoogte wordt op gevoerd. De Dreadnoughts hebben al afgedaan, thans worden super dread noughts gebouwd en morgen zullen ook deze voor wéér andere, grootere, ster kere zeemonstens plaats maken. Zie daar de druk, door de concurrentie der volkeren, in den wedkamp om behoud en gewin, aan elke natie die nog iets beteekenen wil in het concert der mo gendheden, op de schouders gelegd. Grootscheeps, af anders Zoo gaat het toe in het leven der volken, het gaat evenzoo in den be- staansstryd der individuen. Ook daar een opvoering der middelen om er te komen, om te verwerven en te behou den, tot een hoogte als zij, die ons voorafgingen zich niet droomen konden. IJver, bekwaamheid, vinding en ver nuft, zeker dit alles is onontbeerlijk, maar niet voldoende meer. Eertijds wel; toen kon wie zoo toegerust zijn taak begon, hij ware handelsman, fabri kant, winkelier, langzaam maar gesta dig zijn zaken vormen en opbouwen. Thans echter zijn ook hierbij de be grootingen nummer één geworden. Het buitenland toont reeds geruimen tijd wat het groot kapitaal heeft tot stand gebracht bp zaken, waartoe het zich vroeger zelden wendde; de groot scheepsche paleizen door den winkel stand in de groote steden gebouwd, zijn er de bewijzen van. En spoediger dan men het binnen de grenzen van ons vaderland verwacht zou hebben, heeft ook hier het verschijnsel zich vertoond grootscheeps of anders Dan zien wg zaken kort na hun vestiging, liefst reeds bij hun vestiging zich op een grooten voet inrichten, die ten eenenmale in strijd is met de af metingen, waaraan wy in ons kleine land gewoon waren, en wel bij voeren. Doch wat toen voldoende was, wordt thans niet meer genoeg geacht. De con currentie, zegt men, dwingt hen er toe beter ware gezegd, de begeerte tot dooddrukken van alles wat aan con currenten binnen hun bereik ligt, is de drijfveer. En voorzeker, de kleinere, de met minder kapitaal, eigen of ge leend, werkeude zakenman, hij moet ten achter geraken bij zijn mededinger, wiens zaken op grootscheepscher voet zijn ingericht. Zeker, concurrentie is er immer ge weest en zal er immer ook blijven; „Mijn vleesch heeft gebloed, maar het zal niet meer bloeden... Mijne kinderen zijn daarGeen knoet en geen soldaten meer in de wereld. Wij zijn vrij 1 Zij beschouwde de dooden. Haar arme geest, zoo wreed verstoord, scheen zich te verwonderen over de ijskoude onbeweeglijk heid. Zij knielde bij hen neer en betastte hun gelaat. „DomnaI" riep zij, „zij zijn koud!Zij zijn koud en zij slapen!... Domna, ze moeten gewekt worden, zeg hun Maar neen, neen laat ze nog slapenStil zij waren zoo ver, ik dacht, dat ze niet zouden terugkeeren Laat ze slapen, wek ze niet Vlug richtte zij zich op, liep naar haar bed en kwam terug met een kussen, dat zij onder het hoofd van Petro en Oliana legde. „Slaapt, slaaptDe commissaris is dood, de knoet is doodwij zullen levenZiet hen aanWat zijn ze wit, mijn kinderen men zou zeggen leliën. Slaapt, slaaptDe knoet is dood En hen zacht schuddende als om ze te wiegen, zong zij haar lied, doch brak dit af met een woesten lach. „O, mijn dochter, mijn duif, mijn maag- denpalm heeft gebloeid. O, mijn zoon, mijn arend, gij hebt mijn duif genomen." Zij hield op, haar verstrooide oogen over de zwijgende menigte latende gaan. „Verstaat gij Hij heeft haar genomen want hij is mooi, de arend met het sombere oogzij is schoon, de duif met blanke vleu gels. Slaapt, slaapt, er zijn geen soldaten meer. Er is geen knoet meerWij zullen leven." De deur der hut werd telkens geopend, lieden kwamen binnen, maar Yerina her kende niemand. Op de knieën bij hare kin deren wiegde zij hen, zij zong, en de woor- zonder deze toch zou een der groote prikkels in het maatschappelijk leven wegvallen, zeer ten nadeele der ge meenschap. Doch die scherpe vorm, de snelle toename in hoedanigheid en om vang der middelen, waarmede de con currentie, hetzy tuaschen volken of men8chen gevoerd wordt, dat voorzeker is een kenmerk van dezen tijd. Met de kleinere middelen, met de geringere afmetingen, schijnt het, is voorgoed afgedaan. Oorlogsbegrootingen van milliarden zijn aan de orde van den dag, het groot-kapitaal is zoo goed bij de werken des vredes als bij die van den krijg een der eerste belang hebbenden. Een land dat, hetzij in aan zien of werkelijke volkskracht, in de rij der natiën niet achterblijven wil, dient voor alles de oude maten terzijde te stellen en nieuwe, grootere aan te stellen. Zoo is het met de staatsbe grotingen, doch niet minder met de begrootingen in handelszaken gesteld. Wie in de grootere steden een zaak van eenig belang wil opzetten, dient met een kapitaal te beginnen, waar onze voorouders hun zaken mede ein digden, en rustig als renteuiers hun laatste levensdagen sleten. Grootscheeps in bouw en inrichting, in inventaris en geheele uitrusting, grootscheeps in manieren, in allures bij het zaken doen, grootscheeps ook vooral in levenswijze; dat alles schijnt thans in vele zaken onontbeerlijk voor het welslagen. Het zij zoo, elke tijd stelt zijn eisch. Voor matiging in dien eisch is zoomin bij regieringen als bij de volken vooralsnog gehoor te vinden. Komt echter eenmaal de tegenslag over land en luiden, dan kunt ge er zeker van zijn, dat als echt kind van zijn tijd, niet minder ook de catastrophe grootscheeps zal zijn. ISnllenland. Zaterdagnacht deden twee gendarmen een ronde in de Meysse-laan bij het koninklijk paleis, te Laeken. In de na bijheid daarvan was in den laatsten tijd herhaaldelijk ingebroken. Plotseling hoorden de beide politiemannen geluid in den tuin van een tijdelijk onbe woonde villa. Zij betraden den tuin en zagen twee vluchtende mannen, die zij in het land over een afstand van 2 K.M. volgden. Een der bandieten werd ingehaald door een der gendarmen, doch de vluch teling loste twee revolverschoten op den: „de duif met blanke veeren"keerden telkens als een refrein terug. De zuchten en snikken der vrouwen ver mengden zich met de klachten der krank zinnige; alleen Domna weende niet. Met droge oogen, de handen zenuwachtig ge vouwen, bleef zij onbeweeglijk, zonder een woord te spreken. Haar blik gevestigd op Petro en Oliana, scheen zij het mysterie aan gene zijde van het graf te ondervragen. Men zou gezegd hebben, dat zij zelf niet meer tot het land der levenden behoorde. Toch moest men aan de begrafenis denken. Yerina was er niet toe in staat, Domna was te oud, Safrona moest tot het einde hare plichten als bruidsmoeder vervullen. O! welk een bruiloft, groote God! Toch moest men er zijne gedachten toe bepalen. Wie zou dan doen wat gedaan moest worden? De vrouwen, die van alle hoeken van het dorp waren gekomen, beraamden fluisterend onder elkaar; een van haar was zelfs maag- denpalm gaan halen om den doodskrans van Oliana te vlechten. „Men zal hen in hetzelfde graf leggen God heeft het zoo gewild Niemand heeft het recht hen te scheiden De timmerman nam de maat en ver wijderde zich om het huis der dooden te maken. Eensklaps werd de deur met geraas ge opend, de moeder van Youri trad haastig de hut binnen. „Youri!" riep zij. „Waar is Youri?" Zij vond hem onbeweeglijk in den hoek der hut. Zij greep hem bij de borst. „Je bent mijn zoon niet!" schreeuwde de vrouw, „je bent een hond! Je bent mijn zoon niet, je bent een verrader! Je bent mijn zoon niet, je bent een verkooper van zielen! Luister naar het geschreeuw van het dorp, het vervloekt je voor de menschen den politieman, die dadelijk werd ge dood. De andere gendarme snelde zijn kameraad ter hulp, doch ook op dezen loste de inbreker twee revolverschoten met het gevolg, dat de gendarme zwaar werd gewond. Van de twee apaehen heeft men nog geen spoor ontdekt. Te Wetteren in Oost-Vlaanderen is in een fabriek het 16,000 K.G. zwaar vliegwiel der machine gebroken. De stukken werden met ontzettende kracht weggeslingerd. Drie machinisten zijn levensgevaarlijk gewond en het machi negebouw is geheel vernield, zoodat de fabriek stop gezet moest worden. Drie honderd Merklieden zullen daardoor en kele weken werkeloos zijn. De Keizerin-weduwe van China is Zaterdagmorgen om half drie overleden. Zij is slechts kort ziek geweest. De correspondent te Peking van de Daily Telegraph seint, dat de plotselinge dood van de keizerin voor de toekomst allerlei verwikkelingen kan brengen. Er zullen noodzakelijkerwijze maatre gelen genomen moeten worden om het keizerlijke kind te beschermen. Joean- sjikai vreest, dat de eerzuchtige prins Koeng van den thans ontstanen toe stand tegen den president partij zal trachten te trekken. De correspondent wijst er op, dat de 18,000 man paleis wacht, de politie te Peking en de gen darmen uitsluitend uit Mantsjoes be staan, die bij elke crisis een belang rijke rol kunnen spelen. De uit New York ontvangen berich ten over den toestand in Mexico luiden ongunstig. Generaal Figueroa, de direc teur-generaal der troepen in de provin cies, heeft een tegen-revolutie tegen Huerta op touw gezet. Figueroa wordt gesteund door acht staten en rukt reeds met 10,000 man op de stad Mexico aan. De partij van Diaz is over deze bewe ging zeer ongerust, omdat zij Figueroa kent als een der bekwaamste Mexicanen. De vijfde brigade der tweede divisie van het leger der Ver. Staten, bestaande uit vier regimenten infanterie en staande onder bevel van generaal F. A. Smith, heeft bevel ontvangen zich te Galveston in Texas gereed te houden voor onmid dellijke inscheping naar Mexico. Ook is een compagnie genie, een veldhospi taal, twee ambulances en een veldbak- kerij naar Galveston vertrokken. Het vierde regiment veldartillerie, behoorende bij de vijfde brigade, is ook daarheen vertrokken, zoodat er thans 3500 man bijeen zijn. Omtrent deze militaire toebereidselen wordt officieel de verklaring gegeven, dat de ambassadeur Wilson aan den Zie naar deze lijken, ze vervloeken je voor God! Je bent mijn zoon niet.... Je bent mijn zoon niet!Je bent vervloekt! „Vervloektriep de menigte als een echo. „Verrader!" herhaalden de vrouwen. „Laat ons hem doodslaan!" brulden de jongens. Domna verhief zich plotseling van de bank waarop zij zat. „Gij zult hem niet dooden!" riep zij op gebiedenden toon. „Want het is geschreven, dat de Satan hem zal dooden. Wie hem aanraakt, bezoedelt zijne ziel, omdat hij door de hand van Satan moet omkomen. Hij zal sterven 1" Een rilling ging door de menigte. Bleeker dan de lijken trad Youri naar de deur terug. „Maak dat je wegkomt, slang!" riepen de mannen. „Verga, laaghartige!" riepen de moeders. Youri verdween, zijn moeder wendde zich tot de aanwezigen en sprak: „Gij allen, die hier aanwezig zijt, ziet mijn smart en mijn schaamte. Maar God is mijn getuige, dat mijn ziel onschuldig is, en mqn hart verscheurd wordt door leed mijne dagen der grijsheid zijn zwart!...." Verstikt door tranen, liet zij zich op een bank neervallen. En Yerina wiegde haar dooden en zong haar wiegelied. Domna naderde de moeder van Youri. „Luister", sprak zij, „hier is geen meel gereed om de begrafenisbrooden te bakken, noch genoeg was voor de kaarsen. Gij zijt rijk, help ons hen te begraven, die uw zoon heeft gedood, en geef wat noodig is om hun ziel in vrede te doen rusten. God zal zich uwer herinneren." De oude moeder hield op met weenen. „Ik heb tarwemeel," zei zij, „neem het te verkiezen president daardoor steun kan verleenen dien hij noodig acht. De voorloopige regeering in Mexico is echter verwittigd dat de Ver. Staten een terechtstelling van Madero zullen opvatten als een bewijs dat regeering- loosheid in Mexico heerscht. In Mexico wordt deze stap beschouwd als een uitdaging door de Vereenigde Staten. Een der Engelsche bladen publiceert de volgende, weinig verheffende bijzon derheden over generaal Hijerta, die zich tot voorloopig president van Mexico heeft opgeworpen Indien Britsche beleggers zouden meenen, dat de staatsgreep van de gene raals Huerta en Blanquet beteekent, dat in het zwaarbeproefde Mexico de rust zal worden hersteld, dan zullen zij op een pijnlijke ontgoocheling moeten rekenen. Het is waar, dat de droomer Madero niet de man was om den toe stand te beheerschen maar generaal Huerta is daartoe evenmin bekwaam. En bovendien staat Huerta bij alle par tijen zóó bekend voor zijn verradelijk- heid, dat hij de laatste man ter wereld is, om tusschen de verschillende vijan dige partijen te bemiddelen. Gehaat door allen, zal Huerta zich inderdaad gelukkig mogen achten, in dien hij op den duur ontsnapt aan het lot, dat hij den broeder van den president Madero heeft berokkend. Indien de fa milie Madero het recht had van iemand trouw te mogen verwachten, dan was het van generaal Huerta. Na de wijze, waarop Huerta in zijn operaties tegen Zapata zijn onbekwaamheid had bewezen, is het enkel Madero's invloed geweest, die Huerta ervoor heeft behoed, met schande uit het leger te worden wegge jaagd. De familie Madero, die steeds haar vrienden trouw bijstond, hield den gecompromitteerden Huerta de hand boven het hoofd en stond erop, dat hem nogmaals een kans zou worden gegeven, ditmaal tegen de opstandelingen in het noorden der Republiek. Huerta was in die dagen vol dank baarheid. Toen Felix Diaz na de mis lukking van zijn eersten opstand, ont ketend in Vera Cruz, in hechtenis was genomen, was het Huerta, die er met klem op aandrong, dat Felix Diaz op staanden voet zou worden terecht gesteld. Geen mensch die kennis heett ge dragen van de vele bewijzen van hof felijkheid door den rampspoedigen Gus- taaf Madero bewezen, zal ooit anders over Huerta denken, dan overeen man, die zijn weldoeners heeft verraden en «lie thans kruipt voor denzelfden Felix Diaz, wiens dood hij drie maanden te voren zoo luide had geëischt. meel. Ik heb was van mijn bijen, neem ae was; om het doodshemd te maken, neem het linnen, dat ik gesponnen heben dat God zich erbarme over mijn grijsheid. Ik zal naar de kerk gaan, en ik zal het 1 uiden der klokken betalen dat God zich erbarme over mijne grijsheid." Eenige oogenblikken later bracht men het meel, het linnen en de was, die noodig waren voor de begrafenis; de vrouwen gingen aan het werk, de mannen aan het delven van het graf. XIX. Over al dezen rouw, over al deze tranen kwam de nacht een sluier werpen. Toch sliep het dorp niet, de lichten flikkerden in de hutten, doodelijke schrik drukte op elke ziel, de vreedzame slaap vluchtte voor den schrik. De schimmen van Petro en Oliana verschenen voor de ontstelde ver beelding van het volk, men sprak over niets dan over hen, alle vrouwen weenden over hen. Xenia, ontwaakt uit haar bewusteloosheid, »verd naar de slaapkamer geleid, waar Sémène aaar volgde. „Ik kan de muziek niet langer hooren", zei ze weenend. „God zou mij straffen als ik danste; Oliana was mijn vriendin, ik had haar lief als een zuster." „Waarom heeft zij ons nooit iets gezegd „sprak de jongeman droevig. „Zij bewaarde oet geheim in haar hart „Zij vreesde voor hem," antwoordde Xenia. „Zij was trouw Voor hem is zij gestorven Zij wist, dat zij moest sterven. O, Sémène, wat wordt er van ons in de andere wereld?" „Ik weet het niet. Men zegt, dat men daar nooit meer sterft." (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1913 | | pagina 1