Het Land van Neusden en Altena, de Langstraat en de Bonelerwaard. M of «t „local ojtt' De moed om te liegen. rite mm m m *rA Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. No. 3274l. Zaterdag 12 Juli. 1913. FEUILLETON. f-v;, -fW::- JL^. ^NDVAN ALT^r' VOOB Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75, franco per post zender prijsverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel meer 71/» ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag middag 12 uur ingewacht. (Bij de wet voorgeschreven geheelonthouding.) Dezer dagen is verschenen het rap port van de commissie, door het hoofd bestuur van den Volksbond tegen Drank misbruik benoemd tot onderzoek van de vraag of invoering van het stelsel van „local option" in de Nederlandsche wetgeving al dan niet aanbeveling ver- dientn en zoo ja, onder welken vorm en met inachtneming van welke eischen. De commissie bestond uit de heeren mr. dr. F. W. J. G. Snyder van Wis- senkerke te Wassenaar, mr. dr. A. van Doorninck te Utrecht, jhr. mr. D. O. Engelen te Zutfen, mr. dr. Ant. van Gijn te 's Hage, W. C. van Haeften te Utrecht, P. W. J. van Hassel te Utrecht, P. van der Meulen te Leeuwarden, mr. V. H. Rutgers te Hilversum, mr. J. J. dotterbookePatijn van Kloetinge te Zeist en Aug. Sassen te 's Hage. De commissie verklaart zich voor opneming van bepalingen in de Drank wet, waardoor het mogelijk zal worden in een gemeente of een deel eener ge meente volksstemmingen te houden met 't doel terzake van de verkoopplaatsen van bedwelmende dranken te geraken hetzij tot vermindering van het aantal, hetzy tot geheele opheffing daarvan. Wij, voor ons, wij sympathiseeren met het streven van den Volksbond tegen Drankmisbruik, de Nederlandsche Yer- eeniging tot Afschaffing van Alcohol houdende Dranken, en hoe die verschil lende drankbestrijdersvereenigingen alle mogen heeten, want wij zijn overtuigd van het groote kwaad van den alcohol, en wat ons betreft zou men alle hier te lande bestaande drankgelegenheden wel mogen opheffen, als daarmede het kwaad van den alcohol bezworen kon worden. Maar er zyn anderen Er zijn er, die hun bittertje of hun glaasje wijn 's middags of 's avonds niet gaarne zouden willen missen en er tegen zouden zijn dat de drankge legenheden alle werden opgeruimd. Evenwel had het volk zich uit gesproken vóór opheffing van de drank gelegenheden, dan zouden ze moeten verdwijnen, de tegenstanders ervan zou den zich hebben neer te leggen bij het besluit van de meerderheid vormende voorstanders. Maar zoü zulk een volksstemming FEDOR VON ZOBELLITZ. (1 Engeström kon zich later nog alle kleinig heden van dien avond herinneren. Het was op een Donderdag, den ontvang dag van de familie Deeken. Afgescheiden van het tamelijk talrijk gezelschap, had een kleine groep van dames en heeren het zich, in een zijkamer, gezellig weten te maken. Het was hier, in het ronde vertrek, met zijn warme kleurechakeeringen en zijn ge makkelijke stoelen, inderdaad veel aange namer dan in den grooten salon, die, op den wensch van mevrouw, verleden jaar nieuw was ingericht, waardoor, niettegen staande zijn rococo-stijl nog heden de kilte van het nieuwe ging. Men waagde het nog niet zoo goed, om op de licht verlakte, met goud ingelegde en ongewoon sierlijk ge bouwde stoeltjes te gaan zitten, omdat men zich niet kon losmaken van de vrees, met die kleine dingetjes in elkaar te vallen en men vond het bijna hinderlijk om, in al die spiegels, zoo dikwijls de copie van zich zelf te moeten bewonderen. De vrouw van den generaal, die er in figuur en manieren, zoo ook in het smalle, rose, door sneeuwwit haar omraamde gezicht, zelf als een dame van 't hof uitzag, had een voorliefde voor rococo en aan die voorliefde had haar man bij de nieuwe inrichting van den salon moeten toegeven. Hij deed het glimlachend; hij kon het. De meer bevrienden van de familie waren gewoon zich zeer spoedig, met een kop thee in de hand, terug te trekken in dit cabinetje, dat door den heer Von Kriewel „het hof van de liefde" gedoopt was, omdat Lia Deeken den nauweren kring van haar vereerders er om zich heen wist te scharen. Ook heden was het zoo. Er ontbrak niet een. Daar zaten ze naast elkaar, man aan man, op lage, in den vorm van een boog opgestelde, stoelen, in het midden een bou quet van jonge meisjes, met Lia als roos. Ze waren werkelijk allen present: mijnheer Von Kriewel, in zijn blauwen kurassiers- uniform, de kleine Berchend, de scharlaken- roode huzaar, prins Salem van de artillerie en de heeren in burgerkleedingde wereld wijze, philosofisch aangelegde kamerheer Von Frobeen, de steeds stil vergenoegde legatieraad graaf Trusen, met zijn rond kindergezicht, dien men den legatie-zuige ling noemde, omdat hij er zoo babyachtig uitzag en de lange Engeström, assessor aan het ministerie van buitenlandsche zaken, een man, die, naast zijn beroepsbezigheden nog tijd vond om lange verzen te dichten, „een flinke kerel, maar een phantastische kop" zooals generaal Von Deeken beweerde, voor wiens bizondere protégé Engeström doorging. Lia Deeken zat in een causeuse, den rechterarm op een tafeltje met boeken. De jonge dame was een zeer aantrekkelijke verschijning, meer pikant dan mooi, een sierlijk gevormde brunette, met een goud achtig schemerend teint, een ietwat stout moedig profiel en zeer schoone zwarte oogen, vol uitdrukking. Dicht naast haar zat haar intieme vriendin, haar adjudant, Kathe von Rose, een blon dine, en aan den anderen kant missNeppens, eene kleine Schotsche met goudhaar en een frisch gezicht, dat zich ieder jaar, omstreeks Mei, met zomersproeten begon te bedekken, wat veel minder leelijk was dan miss Nep- niet zijn een ergerlijke vorm van tirannie van de meerderheid over de minderheid We gelóóven het. We zijn dan ook tegen invoering van het stelsel van „local option" in onze wetgeving. Zooals gezegd: wat ons betreft mag men gerust alle drankgelegenheden op ruimen, wij zullen er geen zwart ge zicht om zetten, maar er zijn anderen en al is het aantal van hen, die alge- heele opheffing willen, ook grooter dan dat van hen, die tegen algeheele ophef fing zijn, nog evengoed zijn wij even wel dan nog tegen algeheele opheffing, want wij meenen dat het niet aangaat dat die groote minderheid, waarvan de meeaten zich nimmer aan den alcohol te buiten gaan, zóó zeer van haar vrij heid mag worden beroofd door het toe doen van de weliswaar welmeenende meerderheid. En daarom zijn we dan ook tegen invoering van het stelsel van „local option" in onze wetgeving. Wy willen dat ieder, die een glaasje wyn of een potje bier mocht willen koopen, daartoe gelegenheid vinde. Da meerderheid der bevolking mag door een „local option" van de min derheid geen gedwongen geheelonthou ders maken. Een andere weg is er nog, langs welke de geheelonthouders de anders denkenden van den drank af kunnen krijgen. En dien weg moet het op. De drankbestryders moeten de ge bruikers en misbruikers trachten te overtuigen hoe vreeselyk de gevolgen zyn van hun gewoonte. Zóó moeten ze allen tot geheelont houding gebracht worden. Deze schynt ons de meest gewenschte weg toe. Dan krijgt men overtuigde geheel onthouders. By door de wet gedwongen geheel onthouding niet. By door de wet voorgeschreven ver bod van verkoop van alcoholische dran ken zullen de drankverkoophuizen welis waar verdwijnen, maar de niet over tuigden zullen zich dan waarschynlyk wel op andere manier van het door hun verlangde voorzien. Daarom moeten allen overtuigde ge heelonthouders worden. En die kunnen gevormd worden door hun te wyzen op de slechte gevolgen van het alcoholgebruik. Reeds heeft men hiermede zeer velen van den drank afgebracht. Dat men er mede doorga En dat men afzie van het machts middel: by de wet voorgeschreven ge dwongen geheelonthouding ■Buitenland. Een jonge fabrieksarbeidster te Iser- lohn (Duitschland) had veel te lijden van de vervolgingen van een afgewezen minnaar. Zij riep de hulp van de politie in, om zich den lastigen jongeman van het lijf te houden, maar ook dit baatte niet. Ten einde raad wierp zij hem op een goeden dag den inhoud van een fleschje met zoutzuur in zijn gezicht. De man werd dientengevolge blind. Voor de rechtbank te Hagen heeft zij daarvoor nu terechtgestaan. De eisch was vier maanden gevangenisstrafde rechtbank nam echter aan, dat zij de daad uit noodweer begaan had en ge loofde haar verzekering, dat zij de ernstige gevolgen van haar daad niet had voorzien. Mitsdien sprak zij de beklaagde vrij. In het noorden van Italië hebben zware stormen gewoed; de steden Ber gamo, Verona, Udine, Arona, Bustrio en Lecco zijn geteisterd en overstroomd. Te Bergamo is een jongen verdronken en tal van ingezetenen zijn door 't in storten van huizen gekwetst. Te Bustrio zijn van 65 huizen en het spoorweg station de daken weggeslagen. In de Engelsche wateren zijn de sche pen samengetrokken voor de grootste manoeuvres ter zee, die ooit ter wereld zijn gehouden. Niet minder dan 23 admiraals voeren bevel over 346 schepen, die in 35 smaldeelen gesplitst zijn. Om dit geweldige aantal oorlogsbodems te kunnen verzamelen, is de Engelsche zeemacht uit alle werelddeelen in En gelsche wateren samengekomen. Slechts twee nieuwerwetsche schepen zijn in het buitenland gebleven, de Inflexible, in de Middellandsche Zee, en de New- Zealand, in de Stille Zee. In het tweede gedeelte van de ma noeuvres zullen twee vloten, de blauwe onder admiraal Sir John Callaghan, en de roode onder Sir John Jellicoe elkaar bevechten. Het voornaamste strategische doel is, uit te maken, of de Engelsche vloot zekerheid kan verleenen tegen den inval van den vijand op de Engelsche kust. Sir John Jellicoe zal moeite doen om een invallend leger aan land te zetten, en de taak van Sir John Callaghan is, de roode vloot op te zoeken, tot een gevecht te dwingen en hare schepen te pens zich verbeeldde. Twee officiersdochters maakten 't vrouwelijk gezelschap compleet, de eene, juffrouw Von Bergheim, een klein popperig figuurtje, de andere gravin Olden, een trotsche verschijning, met hoogmoedig opgetrokken roode lippen, een voornaam profiel en afgemeten bewegingen geheel volbloed. In „het hof van de liefde" hield men van geestrijke gesprekken, althans wat men geestrijk noemt. Men sprak gaarne over literatuur en kunst en velde zeer gewichtige oordeelen over Goethe, Nildenbruch, Hein- rich von Kleist en Sudermann. Heden was Ib3en aan d« beurt. Juffrouw Von Deeken had den avond te voren het nieuwste tooneelspel van den Noorscben dichter gezien en sprak, in haar levendig temperament, zeer gunstig over Ibsen. Het onderwerp van gesprek werd meer en meer uitgesponnener werd velerlei en veel goeds over de richting en strekking van de Noor- sche school, haar drang naar waarheid en zin voor werkelijkheid gezegd en ten slotte deed een van de jonge dames de vraag: „Behoort er dan werkelijk zoo ongelooflijk veel moed toe, om altijd weer de waarheid en alleen de waarheid te zeggen?" „Moed niet, maar diplomatisch talent," zei graaf Trusen met zijn vriendelijksten lach. „Men kan de grofste waarheden zeggen, zonder te krenken, als men ze maar in een fraai kleed wikkelt." „Wat is waarheid?" vraagde mijnheer von Frobeen met het wijs gezicht van den Ro- meinsehen landvoogd. „De noodzakelijkheid om datgene onomwonden uit te spreken, wat men in zijn eigen hart waarachtig voelt? Zijn innerlijke overtuiging, onbekommerd om de lange gezichten van zijn medemen- schen, met bazuingeschal aan de heele we reld te verkondigen? Is dat waarheid?" „Dat is meer krankzinnigheid," merkte vernielen voor de landing voltooid is. Verleden jaar is een dergelijke poging tot landing geslaagd. Toen was Callaghan de invaller en slaagde hij erin 28.000 man aan de kust van Yorkshire aan land te zetten en zich daarna, alleen met verlies van zijn oudste schepen, terug te trekken. Aan de manoeuvres zullen ook watervliegtuigen deelnemen. Het depot-schip Hermes heeft drie van die toestellen aan boord. De Engelsche kolonie Papoea, vroeger bekend onder den naam van Britsch Nieuw-Guinea, begint zich te ontwikke len. Alle berichten stemmen hierin over een, dat het land vermoedelijk rijk aan delfstoffen en voor allerlei cultures ge schikt is. Hoewel de Papoea's nog zeer laag staan en het grootste gedeelte van dat volk nog menscheneters zijn, is men er in geslaagd, een paar duizend in boorlingen aan het werk te zetten in rubberplantages. Er bestaan nu plannen voor den aan leg van een spoorweg in Papoea, die zijn uitgangspunt zal hebben te Port Moresby en voorloopig 24 K.M. lang zal worden. De kosten worden op 900,000 gulden geschat. Men hoopt langs die lijn kopermijnen te kunnen ontginnen en boerderijen te kunnen vestigen. De Koning van Spanje is enkele mil- lioenen rijker geworden. Een vermogend zonderling, Sapene, had hem zijn ge heele fortuin vermaakt. Naar de familie van den (Franschen) erflater beweerde, was de man niet goed bij het hoofd, toen hij zijn testament maakte, doch het hof te Saint Gaudens (Boven-Ga ronne) heeft haar in het ongelijk ge steld. De secretaris van de vakvereeniging der spoorwegbeambten te Pretoria, heeft in een p^rsgesprek met Reuter meege deeld, dat de grieven der spoorwegman nen binnen enkele dagen aan de re geering kenbaar zullen worden gemaakt. Voor het geval hun rechtmatige eischen niet worden ingewilligd, heeft de uit voerende raad der vakbonden besloten tot een algemeene staking over geheel Zuid-Afrika. Sanchez Alegre, die eenigen tijd ge leden een aanslag heeft gepleegd op den koning van Spanje, is Woensdag ter dood veroordeeld. In het vonnis, waarbij Alegre ter dood veroordeeld wordt, wordt overwogen, dat de aanslag van te voren beraamd is en verraderlijk uitgevoerd. Men erkent wel, dat Alegre een epilepticus is, maar men neemt aan, dat hij op het oogenblik van den aanslag in het bezit van al zijn vermogens was. von Kreiwel droog op en Lia Deeken voegde er levendig aan toe: „Neen, dat zou praatzucht zijn, verder nietsEn daartoe behoort geen moedMaar de naakte en nuchtere waarheid te zeggen, wanneer men ze, om alles ter wereld, gaarne zou verbergen daartoe behoort moed 1" „Dezelfde moed, die tot een leugen be- hooren kan, waDneer men gaarne de waar heid zou zeggen en door de macht van de omstandigheden tot een onwaarheid wordt gedwongen" zei gravin Olden, maar juffr. von Bergheim riep, het fijne neusje optrek kend: „Iedere leugen is een zedelijke lafheid". „Hoho! Juffrouw!" Engeström richtte zijn lange gehalte wat op uit zijn zetel en over zijn eenigszins bleek, verstandig ge zicht vloog een licht rood. „Neem mij niet kwalijk, wanneer ik u tegenspreek. Maar u hebt die tegenspraak uitgelokt. Wat u zegt gaat lang niet altijd op. Naar mijn meening, kan ook het uitspreken van een onwaarheid, het woord leugen wil ik hier opzettelijk vermijden onder zekere omstandigheden een zedelijke daad zijn." „Dan zou men ten slotte elk zoogenaamd leugentje om bestwil wel een zedelijke dood kunnen noemen, want moreele gronden zijn er altijd wel gemakkelijk te vinden" zei juffrouw von Bergheim scherp. „Zeker" stemde de heer von Berchend toe „iedere leugen uit nood is een gevolg van den drang naar zelfbehoud" „Maar die drang dient gewoonlijk slechts om de zelfzucht te bemantelen," viel von Frobeen hem in de rede „en egoïsme sluit, in iederen zin, het goede uit. „Zooals Socrates reeds zegt, hebt u ver geten er aan toe te voegen" lachte prins Salem, die zich intusschen den tijd verdreef met van zijn zakdoek een muis te maken. Engeström lachte mee; daarna werd hij Alegre heeft geweigerd zijn vonnis te onderteekenenmen verzekert, dat hij in cassatie zal gaan. Telegrammen uit Valencia maken melding van een buitengewoon natuur verschijnsel, dat dezer dagen heeft plaats gehad in de provincie, rondom die stad. Een vuurhoos van ongeveer 100 meter doorsnede en die zich verhief tot een respectabele hoogte, heeft de prachtige aanplantingen en gewassen in die rijke buurt totaal vernield. Alles wat ze op haar weg ontmoette: oogst, boomenen molens, werd totaal in asch gelegd. De vuurhoos bleef op 200 meter af- stands van 't dorp Alcocer stilstaan, en verdween plotseling, na in alle rich tingen groote vlammen te hebben uit geslingerd. Na verdwijnen van het luchtverschijn sel nam men een sterke kruitlucht waar, waaruit men afleidt, dat men te doen heeft gehad met een regen van lucht- steen. Men hoorde drie hevige knallen, als korte donderslagen, terwijl de hemel geheel onbewolkt was. De inwoners van Alcocer vluchtten in de kerk. Terzelfder tijd barstte eene ontzettende storm los op eenige mijlen afstand, boven de dorpen Benavites en Cuartil. Deze storm ging vergezeld van een regen van steenen, waarvan sommige de grootte van een sinaasappel hadden en 1 kilo wogen. Sommige steenen drongen vijftien centimeter diep in den grond. Woensdagmorgen is op de spoorlijn dicht bij het station Champ de Mars, te Parijs het lijk gevonden van een man, dat geheel verminkt was. Het hoofd en de beenen waren gescheiden van de romp, die op zichzelf één vermorzelde vleesch- massa was. Onmiddellijk werd een onderzoek in gesteld, doch men kon geen identiteit vaststellen. Men vond slechts op hem een stalen horloge en een spoorkaartje met den naam Hamburg en den datum 13 Juni. Op een blaadje papier kon men eenige adressen lezen in het Duitsch en En- gelsch, waaronder dat van het ministerie van oorlog. De onbekende was vrij netjes gekleed. Het lijk is naar de Morgue gezonden. Te Manchester, waar de koning en de koningin van Engeland een bezoek brengen, heeft de politie een heel arse naal van de kiesrechtvrouwen ontdekt. Bommen, pistolen, maskers, katapulten, scharen om telegraafdraden door te knip pen enz. zijn in beslag genomen. Jennie plotseling ernstig. „Zonder gekheid," zei hij, „ik meen in derdaad, dat ook de moed om te liegen soms niet geringgeschat moet worden. Ik zal een voorbeeld meedeelen: Ik heb een oude dame van goede familie gekend, die, door ongelukkige omstandigheden, haar ver mogen verloor en na een langdurige ziekte aan beide oogen blind werd. Ze had één dochter, die haar, met roerende liefde ver pleegde en zich de vingers stuknaaide, om haar te kunnen verzorgen. Het meisje was begaafd en de vurigste wensch van de moeder was altijd geweest om haar schilderes te laten worden. De dochter had het geprobeerd, maar er waren geen middelen genoeg en nu was ze gedwongen, om palet en penseel voor naald en draad te verwisselen. Maar daarvan wist de oude, blinde vrouw niets. Terwijl de dochter voortging met in een modemagazijn haar brood te verdienen, geloofde de oude vrouw, dat ze in een kunstenaarsatelier werkte en als ze haar maandgeld thuisbracht en de moeder haar vraagde of ze gelukkig was geweest en weer een aquarel of een stuk in olieverf verkocht had, dan loog ze met tranen in de oogen en zei: ja, moeder! Want ze wist, als de blinde vrouw haar jammerlijk bestaan kende, dan zou ook de laatste rest van haar zon neschijn uit haar leven zijn verdwenen. Ze loog uit liefde voor haar moeder. Was dat een zedelijke lafheid „Roerend!" zei prins Salem en hij liet zijn tot een muisje ge vorm den zakdoek op de knieën van den kamerheer springen. Juffrouw von Deeken kuchte zacht; men zag het aan haar gezicht, dat ze iets zeggen wilde. Maar ze kwam er niet toe. Een huis knecht kwam binnen en zei dat het souper opgediend was. (Wordt vervolgd.) -v*?-:-. i- *r*-f Naar het Duitsch VAN

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1913 | | pagina 1