et Land van Heusden en Alteoa, de Langstraat en de Bommeierwaard.
De moed om te liegen.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 3277Woensdag 23 Juli. 1913.
FEUILLETON.
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 77» ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
middag 12 uur ingewacht.
De zaken op het Balkan Schiereiland
zijn dermate verward geraakt, dat er
minder dan ooit uit wijs te worden
valt. De eigenlijke Balkan-bond ligt
uiteengespatde sterkste bondgenoot
ziet zich van alle zijden bespringen éa
door zijn kortstondige medestanders én
door den ouden vyand én, ten slotte,
door een nieuwen. Servië en Griekenland
bedreigen het Bulgaarsche rijk in het
zuiden en westen, Turkije gordt zich
aan het oosten van Bulgarije te be
dreigen, Rumeuië drijft zijn troepen
noordwaarts Bulgarije binnenSofia,
de hoofdstad en zetel der regeering
wordt het doelwit der opdringende be
lagers genoemd. Dat alles speelde zich
af in minder dan een paar weken tijde
van strevend naar de hegemonie op den
Balkan, is Bulgarije plotseling een ver
weerder moeten worden, naar alle kan
ten, en dient het voor alles bezorgd te
zijn om te behouden, wat het heeft.
Indien ooit een staat, binnen een luttel
aantal dagen, van machtspositie veran
derd is, dan wel is het deze jongste
Tsarenstaat, die zijn vorst slechts nog
maar een paar jaar geleden te Tirnovo
tot Tsaar der Bulgaren deed kronen.
Moeten wij de verschillende berichten
gelooven, dan is de tijd niet ver meer
af, dat Bulgarije, door de omstandig
heden gedwongen, zich smadelijk zal
moeten nederleggen bij wat de omrin
gende rijken het gelieven te decreteeren.
Van waar, mag men vragen, deze
zoo plotselinge wending in den stand
van zaken op het Balkan-Schiereiland?
Het antwoord daarop zal men te Peters
burg en te Parijs moeten halen in de
Kanselarijen aan de Newa en aan de
Seine is de loop der dingen voorbereid,
van welker voorbereiding thans de re
sultaten aanschouwd worden. Tot juister
inzicht dient echter het oog daarbij niet
uitsluitend, zelfs niet bij voorkeur, op
den Balkan gericht.
Toen na de vernedering van Frank
rijk in den oorlog van '70 het drie
voudig verbond tusschen Duitschland,
Oostenrijk-Hongarijeen Italië een macht
van beteekenis werd in de Europeesche
politiek, scheen de herwinning van haar
aanzien voor Marianne in de rij der
staten voorgoed uitgesloten. Spoediger
van
FEDOR VON ZOBELLITZ.
(4
Er sprak een bittere wanhoop uit de snel
uitgestoote woorden van Kriewel, en wat
zijn lippen niet zeiden, dat was op zijn verhit
gezicht en in zijn flikkerende oogen te lezen.
Engeström kon hem niet aanzien. Hij was
nog bleeker geworden, er ging een rilling
over zijn lichaam. Half afgewend, met de
rechterhand op de schrijftafel leunend, sta
melde hij eindelijk:
„Wat wat moet ik doen?!"
„Wat ge doen moet?" riep de ritmeester
in blijde opgewondenheid. „Slechts één
woord moet ge zeggen, of schrijven, een
enkel woord. Niet anders dan den generaal
verklaren, dat hij zich vergist, dat ge zijn
dochter niet lief hebt! Is dat dan zoo'n on
billijk verlangen? Kan u dat zoo moeilijk
vallen? Ge hebt haar niet lief, ik, ik
heb haar lief en zij mij!"
Nu keerde Engeström zijn bleek gezicht
naar den spreker toe.
„Is dat waar?" vraagde hij.
„Of het waar ia? Of ze mij werkelijk lief
heeft? Zei ik het u niet? Of,o,
ge gelooft mijn woorden niet, Engeström
Ook daaraan hebben wij gedacht, goed,
goed, dan zult ge het uit haar eigen mond
hooren en wel dadelijk, dadelijk!"
Hij ging naar het raam en wuifde met zijn
zakdoek.
Een oogenblik later kwam uit de tegen
overliggende straat een gesluierde dame op
de woning van den assessor toe.
Kriewel verliet de kamer. Engeström
hoorde dat hij de buitendeur opende en
vernam een gernisoh van vrouwenkleeren,
echter dan verwacht werd, herstelde
het terneerge worpen Frankrijk zich en
werd, teneinde een tegenwicht voor de
Triple Alliantie te vormen, naar een
Bterken bondgenoot uitgezien. Deze deed
zich voor, en wel aan de oostgrens van
het overwinnend Duitschland Rusland
bleek gaandeweg het rijk, dat, hoe ook
verschillend in binnenlandsche politiek
en cultuur, toch met de Fransche Repu
bliek in de buitenlandsche politiek zeer
veel overeenkomstige belangen had en
gelijksoortige oogmerken najaagde. O. a.
kwam vooral de Balkan-politiek van
Rusland op veel punten overeen met
die van Frankrijk, Rusland had en
heeft er allen belang bjj zijn invloed
op den Balkan te vergrooten, ten koste
van dien der Donau-monarchie, terwijl
Frankrijk gaarne de machts-positie van
Oostenrijk-Hongarije in het Drievoudig
Verbond zoo gering mogelijk maakt,
teneinde deze Alliantie in haar geheel
te treffen. Van daar, dat het aan de
Donau monarchie grenzend en met haar
op immer kwaden voet levend, Servië,
in zijn pogingen steeds door Rusland
gesteund werd. Bovendien was het voor
de tegenstanders van Oostenrijk van
zeer veel belang een sterken statenbond
tot stand te brengen ten zuid-oosten
van de monarchie.
We zien dan ook, dat Rusland en
Frankrijk alles aanwenden om zulk een
bond in het leven te roepen, doch het
reusachtig succes van dezen bond tegen
over Turkije heeft het doel der eigen
lijke aanstichters aan de Newa en de
Seine, op eenmaal voorbij gestreefd,
want op zulk een krachtsontwikkeling
was men niet voorbereid, en men wilde
geen macht, welke naar zich liet aan
zien, spoedig het Fransch-Russisch voog
dijschap zou moede kunnen worden.
Bovendien, de wedijver tusschen Ser
vië en Bulgarije om de opperheerschappij
in den Bond, scheen geheel ten voor-
deele van Bulgarije te zullen komen,
en een verzwakt Servië was niet naar
den zin van hen, die Oostenrijk geen
zier invloed op den Balkan gunnen.
Dies kwam het er nu maar op-aan,
Bulgarije het uitzicht op de hegemonie
te ontnemen en den Balkan-bond zoo
danig te verzwakken, dat deze niet al
te eigenmachtig zou optreden. Op dit
doel nu, is van uit Parijs en Peters
een zacht gefluister, daarna kwam de rit
meester opnieuw binnen en aan zijn zijde
juffrouw Von Deeken.
Zij sloeg den sluier terug en reikte Enge
ström de hand.
Wees niet boos op onszei ze met zachte,
vragende stem„uren als dit doen alle
vormen vergeten. Moet ik het verzoek
herhalen, waarmee mijnheer Von Kriewel
tot u kwam?"
Ze aarzelde een oogenblik en ging dan
voort, terwijl een fijn rood haar wangen
begon te kleuren:
„U kent mijn vader, mijnheer Von Enge
ström, u kent zijn onverzettelijke soldaten-
natuur. Hij heeft zich in het hoofd gezet
u als schoonzoon te krijgen, omdat uw vader
eens zeer met hem bevriend was. En hij
beweert dat u, ja hij beweert dat u mij
liet hebtEen zachte glimlach gleed over
het gelaat van de spreekster„Mijnheer
Von Engeström, wij hebben altijd vriend
schappelijk met elkaar omgegaan en, als
Ged het wil, zal het zoo blijven, maar
niet waar, liefhebben zouden wij elkaar
nooit? 1"
Engeström had den moed, Lia in de oogen
te zien. Wat hij in deze minuut leed was
onbeschrijflijk en toch sidderde hij niet
meer, een vreemde vastheid was over
hem gekomen.
Hij beantwoordde den druk van de kleine
hand, die nog in de zijne lag en antwoordde
diep ernstig en rustig:
„Neen, nooit!"
Met een haastig gebaar trad de ritmeester
op hem toe.
„Engeström," riep hij, „ge geeft aan onze
harten de rust weer terug o, mijn beste,
goede vriend 1 Nu echter nog een laatste
verzoek, wij zijn onverzadelijk, weet ge,
we zijn egoïstische menschen, als alle ver
liefden Schrijf den generaal en doe een goed
woord voor ons! Hij hecht zooveel aan uw
oordeel."
„Ja, ja zooveel!" zei Lia, „schrijf hem,
maar een enkel regeltje, dat wij allen
burg in den laatsten tijd rechtstreeks
aangestuurd: de Bulgaarsche vertoogen
bij den Tsaar werden óf onbeantwoord
gelaten óf leidden tot nietszeggende
raadgevingen te Athene en te Belgrado.
Parijs inmiddels zorgde voor de „ner-
vus rerum" en zoowel de Grieksche
regeering als de Servische hebben zich
bij de Fransche Haute Finance plotse
ling een crediet zien openen, waarvan
zij eenige maanden vroeger niet ge
droomd hadden. Rumenië krijgt in-eens
op de Peterburgsche conferentie gelijk
in zijn geschil met Bulgarije, terwijl
Frankrijk en Rusland als om stryd de
goede verhouding tusschen de regeering
van koning Carol en die van den Oos-
tenrijkschen keizer weten te verstoren
en Rumenië als het ware den weg
openen naar Noord-Bulgarye. De ge
beurtenissen dezer week hebben doen
zien, hoe wél het Rumeensche leger
van dien weg gebruik heeft weten te
maken.
Kortom, de toestand gelijk hij ginds
geworden was na Turkije's val is wel
verre van tot bezinking en kalmte te
komen, eensklaps zoo verward en moei
lijk geworden, als niemand behalve
dan die achter de schermen blijven
had kunnen vermoeden.
Terecht heeft de Engelsche minister
van buitenlandsche zaken dan ook kun
nen verklaren in de jongste zitting van
het parlement aan de Theems, dat de
toestand verwarder is dan ooit. Dat uit
dien warreboel in eens een zeer drei
gend gevaar voor Europa kan ontstaan,
spreekt van zelf. Immers het moet meer
en meer ieder duidelijk worden, waarom
die sterke wijziging in den toestand der
laatste 2 weken ingetreden is, en dat
de veeten en onderlinge naijver tusschen
de Balkan-volken wel als zeer bruik
baar materiaal zijn aangewend om het
vuur lustig te kunnen stoken, maar dat
de eigenlijke verwarring-stichters elders
gezocht moeten worden. Het zyn de
diplomaten die getrouw aan de spreuk,
dat het in troebel water goed visschen
is, wèl willen, dat het ginds vooreerst
tot kalmte en tot een normalen stand
van zaken komt, en zulks ter beooging
van hun doelwit, dat openlyk en recht
streeks niet te bereiken zou zijn, zonder
g&nsch Europa in vuur en vlam te
zetten, welke diplomaten men ner-
tegen hem hebben samengespannen, dat hij
inwilligen moet!"
„Ik zal schrijven," antwoordde Engeström.
„Maar ook dadelijk?"
„Dadelijk."
Een juichkreet was het antwoord. Nog
eenmaal greep Lia met beide handen zijn
rechter en drukte die warm en innig.
„O, o, wat ben ik u dankbaar!"
fluisterde zij onder tranen. „Nu is alles
goed, alles!"
En de ritmeester zei:
„Engeström, een schurk wil ik zijn,
wanneer ik dit uur ooit in mijn leven
vergeet
Engeström ging, toen ze beiden de kamer
hadden verlaten, dadelijk aan de schrijftafel
zitten en schreef den volgenden brief:
„Hooggeachte generaal,
„Een woord van opheldering! Ook een
zoogenaamde diplomaat kan zijn mond wel
eens voorbijpraten. Vergeet, als ik u ver
zoeken mag, wat ik, bij uw laatste vrien
delijk bezoek bij mij, tot u zei. De dichter
sprak uit mij, niet de practische man. Ik
heb mijzelf onderzocht. Wat ik meende dat
liefde was, is niet anders dan een gevoel
van hartelijke vriendschap. Ik heb uw
dochter niet lief, Dat klinkt zeer brutaal,
het klinkt leelijk, maar ik voel me tot deze
verklaring te meer verplicht, daar ik weet,
dat juffrouw Lia inderdaad bemind wordt.
„Ik wil noch anderen, noch mij zelf on
gelukkig maken. Ik wijk dus voor den heer
von Kriewel en wel met een vroolijk hart.
Ik wil voor het jonge paar zelfs een brui
loftsvers dichten.
„Wees niet boos, generaalWat de hemel
samenvoegt, zal den menscb niet scheiden.
„Vele groeten ook aan uw dames.
Uw steeds toegenegen
Engeström.
De assessor pakte het briefje in en adres
seerde het, daarna belde hij.
geus anders te zoeken heeft dan in de
buitenlandsche ministeries te Petersburg
en Par ij 8.
Buitenland.
Te Saarbrücken, zoo meldt men aan
de Matin, heeft een burgerscholier van
zeventien jaar zich in de Saar verdron
ken, omdat hij aan een scherp verhoor
was onderworpen, dat met een opzien
barend schandaal in verband stond. Eeni
ge dagen geleden waren te Saarbrücken
twee vrouwen onder verdenking van
koppelarij in hechtenis genomen. Uit
het gerechtelijk onderzoek bleek, dat
zij kamers verhuurd hadden aan onge
veer 100 jongens en meisjes van mid
delbare scholen, die een vereeniging
hadden opgericht met tot statuten dit
enkele artikel: Wij sluiten ons aaneen
om erotische gevoelens te ontwikkelen.
Aan het station te Wanne (Duitsch
land stak een hulpbesteller zijn hoofd
in een lift, die voor het naar boven en
beneden brengen van postpaketten wordt
gebruikt, toen de lift plotseling daalde
en den man onthoofdde. De romp viel
op het perron neer, het hoofd kwam
met het postkarretje beneden in den
tunnel aan.
De correspondent van de N. R. Ct.
te Berlijn seint:
De ingenieur Alfons Rappenechter,
uit Bremen, heeft een toestel uitgevon
den, dat aan iedere telefoon kan worden
bevestigd en in enkele seconden de kopij
van handschriften en teekeningen op
iederen afstand nauwkeurig overbrengt.
Deze nieuwe verreschrijver telepan, die
door de Telepanta-Gesellschaft in den
handel wordt gebracht zal waarschijnlijk
in het maatschappelijk leven en in het
bijzonder in de handelswereld een belang
rijke rol spelen. Het toestel bestaat uit
een gever en een ontvanger. De bedie
ning enz. is zoo eenvoudig, dat een ieder
die kan schrijven, er gebruik van kan
maken. Men behoeft slechts de schrijfstift,
die bij den gever aangebracht is, in de
hand te nemen en zijn mededeelingen
neer te schrijven. Zoodra de stift wordt
neergelegd, begint de ontvanger te wer
ken. Na enkele seconden valt er hier
een stuk papier uit even groot als het
origineel met precies dezelfde penne-
trekken. De constructie is van dien aard
dat de gever tegelijkertijd naar een wille
keurig aantal plaatsen schrijven kan.
Ook maakt het toestel het mogelijk om
„Breng dezen brief dadelijk naar generaal
von Deeken, Ajatz. 't Is niet noodig op
antwoord te wachten. En pak dan het
noodigste voor mij in. Ik ga vanavond op
reis naar het Zuiden."
Reeds een paar dagen later kreeg graaf
Trusen een briefkaart van Engeström, ge-
dagteekend uit Lugano. „Gisteren heb ik
om verlenging van verlof gevraagd. Wees
zoo goed en zeg op mijn bureau dat de
dokter mij nog veertien dagen berglucht
heeft voorgeschreven. Overigens gaat het
beter met mijik heb mij zelfs tot het
besluit gedwongen, om morgen den Monte
Generoso te beklimmen. Beste groeten.
Het was een nevelachtige dag.
De top van den Monte Generoso was in
een kap van wolken gehuld, die steeds
wijder scheen te worden. De zon liet zich
niet zienloodgrauw hing de hemel boven
het meer van Lugano en zijn betooverende
oevers.
Midden door die wolken beklom een
eenzaam voetganger het moeilijke, smalle
pad naar boven, dat over Maggio naar den
Generoso leidt. Van tijd tot tijd bleef hij
vermoeid staan, dikwijls ook ging hij tot
dicht aan den rand van den weg en keek,
met koortsachtig oog, in de nevelachtige
diepte. Daarna ging hij weer verder.
Ongeveer drie uren boven Maggio, op de
steilste plaats van den berg, werd voor jaren,
ter herinnering aan een hier verongelukten
tourist, een klein gedenkteeken opgericht,
een eenvoudig houten kruis met een een
voudig geschilderd madonnabeeld. Daarvoor
staat, uit drie groote granietblokken ge
vormd, een lage steenen bank.
Hier rustte de wandelaar. Hij viel ver
moeid op de met bruin mos overdekte
steenen neer en keek luisterend om zich
heen. Geen geluid liet zich hooren, niet
eens de tjilpende groet van een vogel. Maar
dichter en diohter werd de nevel.
met iemand tegelijkertijd schriftelijk en
mondeling in verbinding te treden. Ver
volgens kunnen mededeelingen en aan
vragen den telefoonbezitter bij zijn af
wezigheid bereiken, daar de beschreven
bladen zuiver mechanisch uit het toestel
te voorschijn komen.
Een Keulsche firma, die handel in
spiritus drijft en deze per tankwagen
uit Zwitserland naar Duitschland in
voert, heeft zich sedert langen tijd aan
smokkelarij schuldig gemaakt, die thans
door de douane is ontdekt. De Kölni-
sche Zeitung verneemt over het geval,
dat de tankwagen een geheime afdeeling
had, die niet met spiritus, doch met
benzol was gevuld en tot nu toe steeds
aan de aandacht der douane was ont
snapt.
Bij elke zending moet wel 12,000
mark aan invoerrecht ontdoken zijn;
hoeveel de geheele ontdoken som be
draagt, is nog niet bekend.
De leden der firma moeten gevangen
zijn genomen, doch na storting van een
borgtocht, die ver over de 100,000 mark
beloopt, weer op vrije voeten zijn ge
laten.
De Londensche politie is leelijk bij
den neus genomen door de kiesrecht
vrouwen. Na het gevecht in het Pavil
joen, ruim een week geleden, was mevr.
Pankhurst er in geslaagd te ontsnappen.
Zij was naar haar kamers in Little
Smith-street teruggekeerd en werd daar
sedert dien door twee agenten bewaakt.
Zaterdagavond verzamelde zich een
groote menigte menschen, onder wie
veel kiesrechtvrouwen, voor het huis en
sommigen drongen er binnen. Tegelijker
tijd reed een huurrijtuig voor. Enkele
minuten later kwamen de vrouwen terug
met in hun midden een zwaar gesluierde
dame, die aan weerszijden werd onder
steund. De politie-agenten, die inmid
dels versterking hadden gekregen, dach
ten dat de gesluierde dame mevr. Pank
hurst was en namen haar mee. Onder
weg zei de aangehoudene: „ik ben mevr.
Pankhurst niet". De sluier werd opge
slagen en haar verzekering bleek juist.
Toen de politie bij het huis terug
kwam was de echte mevrouw Pankhurst
allang weg. Later is zij in haar woning
te Westminster, opnieuw gevangen ge
nomen.
De dreigende toestand in Mexico beeft
de regeering der Ver. Staten bewogen,
als maatregel van voorzorg 100,000 man
gereed te houden, om zoo noodig tus-
De eenzame man haalde een portefeuille
uit zijn borstzak en nam er een photografie
uit, het portret van een jonge dame. Hij
bekeek het portret lang en daarbij bewogen
zijn lippen, als sprak hij met haar, die hij
voor zich zag. En daarna kuste hij het
portret, verscheurde het in kleine stukken
en liet die naar beneden, in den afgrond
waaien.
Hij was opgestaan en ging nu dicht naar
den rand van den weg, waar, op deze plaats,
een stevig houten hek stond. Door de wol
ken was het onmogelijk in de diepte te zien,
maar de vreemdeling wist, dat de afgrond
uitliep op een rij van spitse rotskoppen,
die driehonderd voet dieper een geweldigen,
schilderachtigen warklomp vormden. Hij
wist dat. Hij vouwde de armen over de borst
en staarde in den witten nevel. In zijn
doorzichtig bleek gezicht bewoog zich geen
spier. Maar zijn oogen stonden donker, er
lag iets onheilspellends in.
En nu ontwrong zich aan zijn borst een
diep, smartelijk steunen, dan sprong hij
plotseling, met koortsachtig snelle bewegin
gen, over het hek, dat den weg van de
duizelingwekkende diepte scheidde, en
dan nog een zacht klinkend geluid, half
als smart, half als verlossing, en dichter
en dichter trokken de nevelsUit de
grauwwitte diepte klonk een doffe slag
en uit de bermstruiken en de lage cypres-
sen, die tusschen de rotspunten groeiden,
vloog, opgeschrikt, een lammergier door de
de wolken
Daar de heer von Engeström ook den
volgenden dag niet in zijn hotel terugkeerde
werden de gidsen uitgezonden, om hem te
zoeken. Men vond hem in den steilsten
afgrond van de Monte Generoso, met ver
pletterden schedel. De ongelukkige moest
in den nevel misgestapt en naar beneden
gestort zijn.
EINDE.
Naar het Duitsch