Het Land van Heusden en Altena. de Langstraat en de liomnieierwaard.
Wijs Beleid.
Ver in 't Zuiden.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 3348. Woensdag 1 April1914.
FEUILLETON.
land van aU^
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 71/, ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
middag 12 uur ingewacht.
Het gaat met de huishouding van
een staat precies als met de huishouding
onzer huismoederser behoort even
wicht te zyn tusschen inkomsten en uit
gaven. Wordt dit ook maar éen oogen-
blik ernstig verstoord, de logische ge
volgen blijven niet uit, zoomin daar
waar het millioenen guldens betreft,
als waar het gaat om enkele guldens.
Wanneer de staat door boven zijn
financieele draagkracht te leven, de eene
leening op de andere stapelt, totdat
niet meer te leenen valt, dan grijnst
al spoedig het staats-brankroet den
staat en zijn geldschieters tegen, met
al de ernstige gevolgen van dienwanneer
een gezin maar steeds op den levens
voet geschoeid blijft, grooter dan aan
de inkomsten past, wanneer hier en
daar al reeds geld is opgenomen, maar
niet meer baat om het verloren even
wicht tusschen inkomsten en uitgaven
te herstellen, dan doemt het spook van
het failliet al ras aan den horizon van
het maatschappelijk leven op, en eer
men er soms op verdacht is doet het
in den levende lijve van den gerechts
dienaar zijn intree in de woning. En
ook dan zijn de gevolgen ntet minder
ernstig, en werpen vaak een schaduw
op geheel het verdere leven.
En toch, niettegenstaande men zich
zoo duidelijk voor oogen kan stellen,
wat de logische consequenties zijn, wan
neer, zij het dan door staat of particulier,
niet steeds en onafgebroken gelet wordt
op het gevaar van het verbreken van
het noodzakelijk evenwicht tusschen
„tering" en „nering", wordt in steeds
grooter mate dit evenwicht op roeke-
looze wijze meer en meer verbroken.
Men heeft er de statistische cijfers uit
de faillissementslijsten in de verschil
lende landen, en helaas ook in ons
eigen land maar op na te slaan, om
te ervaren, hoezeer het euvel om zich
heen grijpt en steeds grooter verhou
dingen aanneemt. Ecbter is het volkomen
duidelijk, dat de oorzaken, die tot een
financieele catastrophe leiden, niet altijd
aan eigen schuld te wijten zijn het
leven, vooral het zaken-leven in zijn
oneindige variaties en plotselinge vaak
onvoorziene wendingen, treft meer dan
eens ook hem, die zich aan geen enkel
vergrijp van roekeloosheid of onvoor
zichtigheid te buiten is gegaan. Maar
toch, hoe dikwijls is de allereerste oor
zaak van zulk een ramp niet gelegen
in gebrek aan verantwoordelijkheidsge
voel, en zucht naar eeu hooger levens-
DAISY E. A. JUNIUS.
2)
Wie gaat de reis mee aanvaarden naar
't zonnig Zuiden, wie keert straks nevelig
Amsterdam weer in, waar de lichten zullen
zijn ontstoken en het koortsig groote stads
leven je al aangrijpt bij het verlaten van
den trein?
't Schip gaat voort, langzaam door de
koude mist, tranen worden gedroogd. Het
scherpe zwaard van den honger wordt door
het slechte tweede ontbijt niet in de scheede
gestoken, alles is dezen eersten dag nog
ongeregeld, ieder teert op het afscheid, op
zijn zorg voor kinderen of koffers of beide,
de een zoekt een goed plekje voor zijn pape
gaai, de ander voor zijn dekstoel, sommige
zenuwachtige dames draven, handen vooruit,
heen en weer, andere hullen zich met hun
smart in hun mantels.
Plotseling hooren we onzen naam noemen:
een paar Afrikanen, die ons blijkbaar zoeken,
lezen het adres op onzen kofferWij
kqken op: professor X. en professor N.
staan voor onsde laatste zal met zijn familie
de reis naar Afrika maken, hij heeft op de
passagierslijst onze namen ontdekt en komt
zich nu voorstellen en ons vragen of wij
deel willen uitmaken van de „Afrikaansche
tafel", door hem samengesteld.
standaard, dan de middelen veroorloven.
Ook tal van groote en kleine staten
treft een gelijksoortig verwijt; ook daar
zien we een alom om zich heen grijpend
tekort in besef, dat voor alles het even
wicht tusschen uitgaven en inkomsten,
in het oog gevat dient te blijven, wil
de wagen van staat in het goede spoor
blijven loopen.
En daar ontbreekt nog wel eens het
een en ander aan. Zoo zieu wij, dat
niettegenstaande de inkomsten van tal
van rijken in de laatste 10 jaar ont
zaggelijk zijn toegenomen, nochtans de
uitgaven in veel grooter verhouding
zijn vermeerderd, waardoor het nood
zakelijk evenwicht gevaar loopt. Belas
ting-verhoogingen en nieuwe leeningen
zijn dan ook aan de orde van den dag
en dal het staatscrediet daarbij ten slotte
in het gedrang raakt, bewijzen de aan
merkelijke verlagingen van den koers
der verschillende staatsschuldbrieven op
de internationale beurzen, in dit tijd
perk ingetreden, al is, ook dit zij
erkend, dat niet de eenige reden dier
gevoelige koers-achteruitgangen.
Ook ons land is, hoewel in geringer
mate en naar verhouding zijner positie,
aan dien laat ons maar zeggen stroom
des tijds niet kunnen ontkomen. Ook
hier zijn zoowel de algemeene belas
tingen, als het bedrag der staatsschuld
allengs zeer toegenomen, en wij zijn
daarbij nog geenszins aan het einde.
Sedert kort prijkt aan het hoofd der
koerslijst onzer effectenbeurs een nieuwe
vaderlandsche leening, en naar men
weet, staan nieuwe belastingverhoogin-
gen, in den vorm eener vermeerdering
der opcenten, voor de deur. Dat alles
is nu eenmaal noodigwij willen hier
niet ingaan op de verschillende oorzaken
die tot deze maatregelen hebben geleid.
Het gaat moeilijk deze of gene politieke
partij te verwijten 's lands gelden niet
zoo voorzichtig of zuinig te hebben be
heerd, als de beste stuurlui, die
aan wal staan vermeenen, dat het ge
val had behooreu te zijn. En napDiten
kan wel soms heel nuttig zijn, doch
baat is daaruit niet te verwachten. Wei
raag men veilig aannemen, dat de man
nen die aan het roer staan en stonden,
het schip van staat naar hun innig
beste weten bestuurd hebben en bestu
ren. Iets anders te veronderstellen, zou
zijn hun oprechte vaderlandsliefde in
twijfel te trekken, en niemand, ook de
felste politieke tegenstander, heeft daar
toe het recht.
Inmiddels doet dit aan het feit niets
af, dat om het, om welke oorzaken ook,
verstoord evenwicht tusschen uitgaven
Tot IJmuiden zijn we nog met een vrij
groot gezelschapwe gaan den nieuwen weg
met de electrische sluizen door, aan weers
kanten op den wal vertoonen zich weer de
vrienden, die de vertrekkenden opnieuw
toewuiven, de onzen gaan van boord, op
hun weg naar het station wuiven zij telkens,
maar het schip zet nu koers, de donkere
nevels in, wij wenden den blik voor het
laatst naar de hoofdstad, waar duizenden
lichtjes flikkeren en het avondleven begint
dan gaan we naar beneden, 't. is koud en
vochtig.
Mijn hut is een tooneel van wanhoop
voor mijhet moedertje, haar kinderen als
hoofdzaak en de kinderen, de geheele
hut met al wat er in is als hun eigendom
beschouwend, hebben letterlijk van alles
bezit genomen. Ik sta op zij van het gordijn,
als een indringster, lijdelijk het aanziende,
hoe ze mijn bed belikken en beslikken, hoe
de besabbelde vingertjes mijn handdoek
hebben gepakt om er de kleverige chocolade
lipjes mee af te vegen. Het moedertje kust
haar dauwworm kindje en wijst me op de
puistjes
De hut-steward komt zien of alles in
orde is en ontstelt bij mijn ontzielde blik
ken; hij zegt dat het zóó niet kan en be
looft hulpde ober-steward, wien ik mijn
ellende toevertrouw, zegt dat dAt niet gaat
en belooft verbetering maar morgen.
Na tafel verdwijnt het meerendeel der
reizigers, maar professor N. is een gesprek
mot ons begonnen over de Nederlandsche
letteren, en opeens ontdek ik, dat we nog
steeds met ons tweeën zitten te praten,
terwijl het al half elf is; ik neem vlug
afscheid, en daar sta ik, plotseling doodmoe,
en inkomsten des Rijks te herstellen,
zeer krachtige maatregelen noodig zqn.
Tot dekking toch van het tekort op
de huidige begroeting, ook al blijven
de rijksmiddelen even ruim vloeien, is
ongeveer 10Vs millioen gulden noodig.
Voorwaar geen gering cijfer; vandaar
dat ook geen geringe middelen tot ver
betering kunnen worden aangewend 20
opcenten op de vermogensbelasting, 20
opcenten op de bedrijfsbelasting. 60
opcenten op de belasting der uitdeeling
van naamlooze vennootschappen.
Deze opcenten zullen in den loop
van dit jaar een bedrag opleveren van
f 4.170.000. De helft van het tekort
blijft dus nog ongedekt, ook al zal de
verhoogde bieraccijns dit met eenige
tonnen doen afnemen. Men ziet, heel
rooskleurig ziet het er nog niet uit.
Er is echter geen andere uitweg, dan
met een toestand die niet langer be
stendigd kan worden, schoon schip te
maken, zoo spoedig en zoo doenlijk
mogelijk. Dat zulke drastische maatre
gelen, als het opnieuw aandraaien van
de belastingschroef noodzakelijk zijn
geworden, valt te betreuren, dubbel bo
vendien omdat het waarlijk niet te
wijten is aan een te geringe toename
der inkomsten in de laatste jaren. In
tegendeel, waar zes jaar geleden 's lands
gewone inkomsten ongeveer 182Va mil
lioen bedroegen, bedragen zij thans
circa 229 millioen, en zijn dus in deze
korte spanne tijds met niet minder dan
omstreeks 461/, millioen vermeerderd.
En toch, ondanks deze zoo krach
tige toename van inkomsten moet op
nieuw een ernstig beroep gedaan worden
op de financieele draagkracht der bur
gers. Ons dunkt, dat, gelijk wij hier-
Doven aangaven, het vroed beleid, dat
noodzakelgk is zoowel in het groot over
den staat als in het klein voor eiken
particulier, om het evenwicht tusschen
inkomsten en uitgaven in stand te hou-
deD en te blijven houden, hier niet in
voldoende mate aanwezig is geweest.
Buitenland.
Te Marseille zijn de laatste dagen
verscheidene schepen binnengeloopen
met een eigenaardige lading uit den
Balkan: n.l. een groot aantal kleine
zakken, die elk ongeveer een centenaar
wegen en die niets anders inhouden
dan grillig gevormde stukken lood, plat
geslagen kogels, die voor een deel nog
duidelijk bloedspooren toonen. Alleen
het stoomschip „Grimée" heeft 2000
van die zakken aan land gebracht. Het
is een lugubere oogst van de slagvelden
in den Balkan, bijeengezocht door arme
in mijn hut; moedertje heeft met haar
zuigeling het onderste bed genomen en
slaapt; het jongetje op de sofa slaapt. De
hut is dicht bij de machine en smoorwarm,
een trapje is niet te vinden, op het beneden-
bed durf ik niet stappen uit vrees de zui
geling wakker te maken. Br is veel kans
mijn nek te breken, maar weinig kansom
in bed te komen, al deed ik alle pogingen
ik kies de planken, tocht door den rooster
der deur en alle kakkerlakken trotseerend.
De heilige familie slaapt onschuldsslaap
als het moedertje blank en bleek, heel zoetjes
en zacht, met de zware vlechten neerhangend
op baar witte nachtjapon, zich opricht om
haar jongste te gaan voeden en de oudste
met zijn rozenwangetjes en glimoogjes vanaf
zijn sofa toekijkt, is het een schilderij van
Rafaël.
„Ach ('t daagt reeds) ligt u op den
grond, neen, dat gaat niet, broertje, kom
bij mama, gaat u gerust op zijn sotaatje
nog een uurtje, hij is een zuiver jongetje
Dankbaar kruip ik op zuiver broertje's
sofa.
Had me dat een dag vroeger voorspeld!
Den volgenden nacht heb ik een andere
hut, bij een Hollandsch-Afrikaansche dame
en haar zoontje; ik heb nu een goed bed,
maar 's nachts wordt de dame, die den
geheel en dag opgewekt als een hoentje is
geweest, erg naar.
„Slaapt u?"
„Hm
„Voelt u het schip slingeren
„Neen
„Kan fl slapen?"
„Door alles heen."
„Ik... ik ben zóó naar, zoo ziék."
boeren en ongelukkige slagveldhyena's.
Deze resten van kogels die gewond of
gedood hebben of, verdwaald, ergens in
den grond zijn gesmoord, zullen nu
weer opnieuw gebruikt worden, doch
voor vreedzame doeleinden. Van Mar
seille gaan de zakken naar Parijs waar
hun inhoud tot het vervaardigen van
gas- en waterleidingbuizen wordt benut,
en zelfs tot capsules van wijnflesschen
wordt omgevormd. En de gepension-
neerde Balkan-officier, die, met zijn hou
ten beenen over elkaar, bij den haard
gezeten een flesch port ontkurkt, weet
niet dat hetzelfde stukje lood, nu met
begeerige haast van de flesch gescheurd,
hem zijn beenen heeft ontrukt.
Ook groote kisten met gebarsten pa-
tronenhulzen vau koper en met brokken
staal komen als oud roest naar Frank
rijk. Het metaal is te kostbaar om het
in de Balkanbergen te laten vergaan.
Beter dan alle mogelijke beschrijvin
gen wordt Durazzo, de hoofdstad van
Albanië, getypeerd door het volgende
staaltje, dat een te Boekarest verschij
nend blad meedeelt. Toen Albanië in
de Balkan-politiek zulk een belangrijke
factor werd, vond het Roemeensche blad
het noodig er een Albaneesch correspon
dent op na te houden. En het duurde
niet lang, of er verscheen in het re
dactiebureau een brief uit Durazza (van
onzen specialen correspondent")met
potlood geschreven. In een bijgevoegden
brief verontschuldigde de correspondent
zich over zijn potloodkrabbels. „Ik mr-et
mijn potlood gebruiken," zoo schreef
hij, „in het hotel, waar ik verblijf houd
en nog ongeveer veertien gulden per
dag betaal, is geen inkt te bekennen.
De hotelhouder beweert wel, dat er een
maal een flesch geweest is, maar dat
deze is omgevallen en in geheel Durazzo
was geen nieuwe te krijgen!"
Volgens den Balkan-correspondent
van de Times heeft de koningin van
Bulgarije, die eerlang de Ver. Staten
zal bezoeken, ongeteekende brieven
ontvangen, waarin zij gewaarschuwd
wordt tegen die reis. De koningin moet
echter besloten hebben, geen verandering
te brengen in haar plan.
Het parlement van den Amerikaan-
schen staat Massachusets heeft met 164
tegen 39 stemmen het vrouwenkiesrecht
ingevoerd. Het voorstel was reeds door
den Senaat aangenomen.
Lloyds agentschap te Brisbane seint
De Fransche stoomboot St. Paul, die
uit Noumea naar Sydney was vertrokken,
stootte op het oogenblik dat het de
haven van Sydney zou binnenstoomen,
op een rots. Het schip zonk. Er zijn
18 menschen verdronken.
De Zuid-Afrikaansche minister van
spoorwegen, heeft in den Volksraad
meegedeeld dat voor de laatste spoor
wegstaking alleen de 4 500 belhamels
dat zijn zij die niet na den eersten
oproep het werk hebben hervat ge
straft zullen worden. Die straf bestaat
in ontslag uit den dienst.
Oorspronkelijk had de regeering voor
gesteld de stakers die na den eersten
of tweeden oproep het werk hadden
hervat, met boeten te straffen, doch dat
heeft zij nu ingetrokken.
Het personeel dat niet gestaakt heeft
krijgt enkele dagen extra verlof.
W ilt u eau de cologne,pepermunt
„Als 't u blieftdank u vriendelijk, was
ik maar zoo flink als u, en zoo gauw van
't schip, of ging u maar heel de reis mee
De „Keurvorst" stampte niet zoo, was ik
maar op de „Keurvorst" och och
„Is u lang in Holland geweest?"
„Vier maanden, m'n man is gestorven,
nadat we al de ellende van den oorlog door
waren; anders een engel van een man, maar
kou gevat, in drie dagen weg, een èngel
van 'n man, dat zeg ik u, en dat durf ik
volhouden
„Dat is heel droevig
„Dèt is het; u kiest het juiste woord, u
begrijpt een mensch, ik zal u Alles vertellen"
(wie zou niet beven „want ach, u zult ook
wel veel van den oorlog en het leven weten,
dat zie ik u wel aan."
„Nog méér van slaap," gaapte ik.
Het zoontje stak zijn roodblond hoofd
boven het dek uit:
„Hoe laat?"
„Drie uur."
„Slaap jij maar Fraus; die kinders kunnen
slapen, ik arme weduwe maar geen cent
heb ik aan één gouvernement te danken.
Honderdmaal hebben we gezegdZou Ne
derland dan niets doen voor ons oud-Neder
landers? Maar m'n man kende een hand
werk, een vak weet u; dat vonden ze alle
maal zoo fideel, en neutraal zijn we gebleven
we werkten voor allen, en me zoontjes ik
heb er nog een van zestien zochten mest,
daar bakte ik ons mielibrood op, want er
was niets anders te krijgen: alles ging aan
de Afrikaners, die liepen maar van de eene
commissie naar de andere te bedelen, alleen
maai om te hè..."
Te Goslag, Duitschland, pleegde de
ondernemer Deichmann zelfmoord. Zijn
vrouw, waanzinnig van smart, hing zich
met haar twee kinderen, een jongetje
en een meisje van 6 en 7 jaar, in haar
slaapkamer op.
Uit het stadje Brive in het depar
tement Corrèze komt bericht, dat er te
Noailhac een ernstige bergafschuiving
plaats vindt. Over een oppervlakte van
15 hectaren glijden rotsen en aarde naar
omlaag, alles verbrijzelende wat in den
weg staat. Boerderijen en woningen zijn
reeds weggevaagd, bewoners verlaten
hun huizen. De wegen naar Brive en
Lanteuil zijn over een lengte van 800
meter verwoest. Het schijnt alsof de
berg, langs welken de afschuiving plaats
vindt, door een aardschok is opgetild.
Met 394 tegen 95 stemmen heeft de
Fransche Kamer het wetsontwerp goed
gekeurd, dat de ministers van oorlog
en van marine machtigt voor de lands
verdediging buitengewone, voor eenmaal
toegestane kredieten te besteden, en wel
voor oorlog 1.143.500.000 francs, voor
marine 765 millioen francs. Een com
missie van vijf leden zal toezicht houden
op de uitgaven.
De Porte heeft Griekenland gepolst
over het beginnen van rechtstreeksche
onderhandelingen nopens de Egeïsche
eilanden. Zij heeft verzocht enkele con
cessies te doen, om de openbare mee
ning in Turkije te kalmeeren.
Griekenland heeft geantwoord, dat het
zich houdt aan de beslissingen der mo
gendheden.
Uit Chamoni wordt gemeld:
Een hotel, in de pas van Montes en
een aantal woningen te Trolechamp
moeten door een lawine vernield zijn.
Een andere lawine, komend© van de
Aigerille Verte heeft aanzienlijke schade
veroorzaakt. Menschenlevens zijn niet
te betreuren.
Het bericht, dat de rebellen bij Ter-
reon (Mexico) een geweldige nederlaag
hebben geleden, wordt bevestigd. In
Mexico city heeft deze tijding groote
vreugde gebracht. In regeeringskringen
„Waarom gaat u naar Afrika terug?"
„Ik was liever in Holland, maar om mijn
kinderen; ik offer alles voor mijn kinderen
op, en zij kunnen voor mij zorgen. Omdat
wij niet bedelden, waren we alom geacht
en ieder was even fideel; toen mijn man
stierf heeft een vriend alles geregeld, ook
dat ik voor mijn zenuwen naar Holland
zou gaan; ik heb daar heele lieve familie.
En ik heb er Frans Hollandsche en Engel-
sche les laten geven, want ik ben een moeder,
die niets voor haar zelf vraagt, maar alles
aan haar kinderen offert; hij is pas dertien,
maar hij kan ook al op een kantoor komen,
omdat hij zoo'n lieve, gewillige jongen is."
„Dat heb ik gemerkt, maar zou u nu niet
wat tot rust zien te komen, u vat kou."
„Ik zal mijn mantel omdoen, als ik maar
met u praten kan
Ik vrees echter, dat mijn beleefdheid het
voor mijn slaap heeft moeten onderdoen;
toen ik om zeven uur door den vroolijken
Weckruff wakker werd, zat zij nog net zoo
op den rand van haar bed in haar mantel
gehuld me aan te staren.
„U was ingeslapen."
„Ik geloof het ook."
Even een beweging, het electrisch licht
uit en de heerlijke zon in onze tabine. Vlak
onder het patrijsraampje klotste het water
het regelmatig geruisch van de zee
Vlug uit bed, en terwijl de muziek zich
hooren doet, me aangekleed en naar dek.
Over de wijde wateren, de zacht bewogen
zee, klinkt de muziek als een gewijd morgen
lied, een zang van levenslust en zonneschijn.
DOOR
Wordt vervolgd