J gevolg, nieuwe financiemiddelen zoekt
te verkrijgen, kan Duitschland, op zijne
eigen huishoudelijke sterk te aangewezen,
zijne financieelsoorlogsbenoodigdheden
gemakkelijk in heteigen land opbrengen.
dragen had aan Nederland, maar dat
hieraan niet kon worden voldaan, omdat
Frankrijk en Engeland dit als schending
der neutraliteit zouden verklaard heb
ben, doordat Duitschland dan zijn voor
raden alleen voor zijn leger zoude
kunnen gebruiken. In de terugroep aan
de Belgen gericht, wordt gezegd dat
de voeding thans door Duitschland
geregeld is.
In een artikel van de Pall Mall Ga-
zette wordt de positie der neutrale sta
ten, zooals Nederland en Denemarken,
behandeld. Het blad verklaart, dat de
onoordeelkundige bewering, dat het
beter voor Engeland zou zijn als Neder
land zich in den strijd mengde nooit
uitgesproken had moeten worden en
dat geenszins pressie behoort te worden
geoefend om dit land te bewegen zich
bij de geallieerden aan te sluiten.
Het is de taak van Engeland en Dene
marken te handhaven, in de eerste
plaats door toegeefelijkheid. „Wij moe
ten de moeilijkheden en gevaren van
de kleinere staten erkennen en niets
doen, dat hen in verwikkelingen zou
kunnen brengen met den vijand", zoo
vervolgt het blad. „Maar daarentegen
mogen wij van hen verlangen, dat zij
ook onze moeilijkheden in zake bet
recht van onderzoek erkennen."
Naar de „Frankf. Zeitung" meldt, is
aan Antwerpen een oorlogschatting op
gelegd van 30 millioen francs.
De Canadeesche hulptroepen welke in
Engeland zijn ontscheept, zijn vervoerd
geworden in 32 transportschepen en 14
kruisers en slagschepen.
Uit Bordeaux wordt aan de „Times"
geseind, dat de bestendige beweging
der legers in het noorden beschouwd
wordt als het voorteeken van een spoe
dige overwinning der bondgenooten.
Een voornaam lid van het kabinet ver
klaarde dat het nieuws van het front
uitstekend is. De algemeene indruk is,
dat men staat aan den vooravond van
de bevrijding van het Fransche gebied
en meent dat de vijand niet langer
weerstand zal kunnen bieden aan den
druk der gecombineerde legers.
De slag aan de Aisne is blijkbaar ge
ëindigd zonder resultaat.
Een bijzondere correspondent van de
Msb. meldt uit Brussel o. m.:
In diplomatieke kringen is men op
de hoogte van het plan, dat bij de
Duitscüe regeering bestaat om tot an
nexatie van België over te* gaan. Men
moet daarbij dan een zeer moeilijk en
gevoelig vraagstuk onder de oogen zien.
Hoe zal de houding der vreemde ge
zanten zijn, indien een annexatie mocht
worden geproclameerd? Zullen de ge
zanten deze als zoodanig te erkennen
hebben Men verzekerde mij, dat de stap
niet voorzichtig zou moeten genoemd
worden.
Immers zou als antwoord der gezan
ten geenszins onmogelijk wezen, dat zij
ten aanzien der onafhankelijkheid van
België liever den uitslag der krijgsbe
drijven afwachten.
Ik heb nog nooit in Amerika zoo'n
eenheid van gevoelen ten opzichte van
eenige zaak gezien aldus wordt aan
de „Westminster Gazette" gemeld
als thans de sympathie voor de En-
gelschenen Franschen en tegen Duitsch
land. De algemeene opvatting is, dat
het gaat voor of tegen het militarisme
in zijn Duitsche gedaante. Ook heeft
Duitschland's politiek door het schen
den van België's neutraliteit en later
door het opleggen van een belasting
aan Brussel de gemoederen zeer ver
bitterd.
Amerika is overstelpend tegen den
Duitschen keizer in dezen onverdedig-
baren en barbaarschen oorlog. Zijn be
wering van Slaaf tegen Tentoon is 'n
armelijke dekmantel voor huichelarij
en wreedheid Behalve de Duitsch-
Amerikanen en een zeer klein aantal,
dat speciale banden met Duitschland
heeft, is de publieke opinie van Ame
rika krachtig voor de Bondgenooten.
Ik hoop op den val van 't Duitsche
aristocratische stelsel. Wanneer de vrede
is hersteld, moet in de handen van 3
menschen niet langer de macht gelaten
worden, om Europa in ellende te stor
ten. Ik had nooit gedacht, dat ik zou
te zien krijgen een Duitschland, dat
een universiteit en een bibliotheek ver
brandt Trots de protesten van den
keizer acht het volk hem verantwoor
delijk voor dezen verschrikkelijken oor
log.
De voorgeschiedenis van den oorlog.
De Norddeutsche Allgemeine Zeitung"
publiceert de officieele aktestukken,
waardoor de voorgeschiedenis van den
oorlog is iugeleid.
Het blad schrijft
„Aangezien bij ouze tegenstanders
het streven aanwezig blijkt te zijn om
de Duitsche militaire partij en het
Duitsche militarisme de schuld van den
tegenwoordigen oorlog in de schoenen
te schuiven, publiceeren wij nevens
gaande rij berichten van Duitsche di
plomatieke vertegenwoordigers in het
buitenland. Zij ghebben tot onderwerp
den politieken en vooral den militair
politieken samenhang der Entente mo
gendheden voor het uitbreken van den
oorlog. In een bericht van Juni 1914
wordt gezegd: „Door een bron, die al
van ouds steeds sympathien voor
Duitschland heeft gehad, is mij, met
het verzoek om de strengste geheim
houding, de hierbij gevoegde aanteeke-
ning ter hand gesteld betreffende
een conferentie, die op 26 Mei gehou
den is bij den chef van den Russi-
schen marinestaf, en waarin de grond
slag is gelegd voor onderhandelingen
over een Russisch-Engelsch maritieme
schikking".
De bijlage is gedateerd St. Peters
burg 1326 Mei 1914.
Er wordt o.a. in gezegdEen Rus
sische maritieme overeenkomst met
Engeland zal, evenals de Fransche
Russisch vlootovereenkomst, bedoelen
een samenwerkend, doch gescheiden
optreden van de Russische en de En-
gelsche oorlogsvloot.
Ten aanzien van de maritieme ope
raties in de Zwarte Zee en Noordzee,
evenals ten aanzien van de vermoede
lijke zeeslag in de Middellandsche Zee
moet Rusland er op uit zijn, van En
geland vergoeding te krijgen hiervoor
dat de Russische,, vloot een deel van
de Duitsche vloot voor haar rekening
neemt. In het gebied van den Bospo
rus en de Dardenellen moeten tijde
lijke ondernemingen in die zeeengten
als strategische operaties van Rusland
in geval van oorlog „beschouwd wor
den. De Russische belangen in de
Oostzee maken noodig, dat Engeland
een zoo groot mogelijk gedeelte van
de Duitsche vloot vasthoudt in de
Noordzeedaardoor zou de drukkende
overwicht van de Duitsche vloot over
de Russische worden opgeheven en
misschien een Russische landing in
Pommeren mogelijk worden. Bovendien
zou de Engelsche regeering een grooten
zij verafgoodt haar .nan!
Wat zal er van haar worden, als Jan
totaal geruïneerd is?
Kom, zeide zijn buurman, 't zal zoo'n
vaart niet loopen, Chevaignes beziet alles
van den donkersten kant. Ten eerste is er
nog een jongere broer, Cesar de Marcilles.
De kapitein van den generalen staf?
Dezelfde, 't is een goeden jongen, die
zeker zijn ongelukkigen broer wel helpen
zal.
De kapitein bezit niets meer, wierp f
de onverbiddelijke Chevaignes hier tegen
in. Wijntje en Trijntje. Hij heeft niets
meer dan zijn land, dat geen lor waard is,
en niet genofg oplevert om droog brood te
eten, en schoon water te drinken.
En zijn tante, wat denkt gij daarvan
Nu, die is beter, zeide Chevaignes
ironisch. Zij moet wel een millioen in
solide effecten, en nog een ongeloofelijken
spaarpot bezitten, maar
Zoo, is er een maar?
Die oude zottin, die ergens te Mon-
taudin op drie mijlen afstands van Mar
cilles en Combiers woont, is zoo gierig, dat
zij zelfs geen [stuiver zou geven, om haar
eigen vader uit de klauwen der deurwaar
ders te redden. Zij leeft als een uil in een
oud hol, met haar vroegere min, die nu
zoowat honderd jaar oud zal zijn, in een
dicht bosch, waar geen kip langs komt 't Is
om er bang te worden. Maar 't ergste is,
dat als Marcilles te koop aangeslagen wordt,
de tante in staat is dien armen Jan te ont
erven en al haar geld aan nuttige instel
lingen te vermaken, uit vrees, dat het anders
matr door de vingeis zal gaan.
Gij ziet de zaak donker in.
Ja, maar zoo 7ou het toch gaan, 't
zou een geluk zijn, als die oude tooverheks
maar spoedig kwam te sterven.
Amen! klonk het in koor.
Fulgence maakte aanteekeningen (men
kon nooit weten, hoe die nog eens te pas
konden komen) in zijn rood zakboekje.
Marcilles graaf Jan geruïneerd
zijn tante, een oude jongejuffrouw, woont
dicht bij Montaudin. Drie mijlen van Com
biers enorme spaarpot oude dienst
bode.
Toch scheen hij niet op zijn buren te
letten.
Het geheele gezelschap verliet te Laval
den trein; een jonge man met een aange
naam, open gelaat zat op den bok van een
nette met vurige paarden bespannen brik,
en werd door de jagers met een vroolijk
„Bonjour Jan!" begroet. Hij noodigde zijn
gasten in te stappen en wees even op een
keurige victoria met prachtig tweespan, die
de reizigers uit Parijs wachtte.
't Rijtuig van baron Raynaud, mor
gen, wordt de jacht bij hem geopend, ieder
een is er uitgenoodigd, komaan, vooruit.
De victoria was hem al voorbij gereden
en snelde nu den breeden weg op. Lazare
zat op den bok en vermaakte den koetsier
met zijn grappige verhalen, terwijl zijn
meester, achterover in de mollige kussens
geleund, zijn gedachten poogde te verzame
len, en 't wild begon te ruiken; die oude
gierige juffrouw kon een goed zaakje voor
hem worden, hé!
De brik volgde op een afstand om geen
hinder van het stof der victoria te hebben
en langen tijd rolden beide rijtuigen door
een laan van populieren, wat verder werd
het landschap verlaten en drie uren lang
voerde de weg door nauwe dalen, boschjes
en heuvelachtig terrein. Tegen het vallen
van den avond, sloeg de brik een zijweg in
en bereikte de victoria een breede laan van
beuken en olmen, aan welker einde zich
de trotsche tuinen van een groot kasteel
vertoonden. Dat was Combiers, het eigendom
van baron Maxime Raynaud.
dienst kunnen bewijzen, wanneer ze
voor het begin van den oorlog een
zoo groot mogelijk aantal handelssche
pen naar Baltische havens stuurde,
zoodat het gebrek aan Russische trans
pertschepen werd opgeheven.
Wat den toestand in de Middelland
sche Zee betreft, is het voor Rusland
voor het grootste belang, dat daar een
zeker overwicht van strijdkrachten der
Entente-mogendheden over de Oosten-
rijksch-Italiaansche vloot wordt geves
tigd, anders zouden aanvallen van de
Oostanrijksche vloot mogelijk zijn, wat
voor Rusland gevaarlijk zou kunnen
zijn.
Maandag zijn te Harderwijk genie
soldaten aangekomen om het kamp
verder in orde te brengen. Naar ver
luidt, zullen een 32-tal houten loodsen
worden gebouwd, waarin de geïnter
neerde Belgische soldaten, die nu in
linnen tenten zijn, zullen worden on
dergebracht. Ook zal een installatie
voor electrische verlichting van het
k*mp worden gemaakt.
Voor den aanvoer van hout en an
dere materialen zal, vanaf de spoorlijn
ZwolleHarderwijk, naar het kamp een
zijlijn worden gelegd.
Uit Harderwijk meldt men:
Zondag ontbraken in het kamp te
Harderwijk 61 Belgische geinterneerden
op het appel. De commandant heeft
aan den burgemeester der omliggende
gemeenten opsporing en aanhouding
verzocht.
Toen de tijdingen kwamen berichten
dat de Duitschers Ostende gingen be
zetten, begon er een paniek te heer-
schen onder de angstige vluchtelingen
In de „Daily News" verhaalt een cor
respondent hoe hij met de laatste boot
Ostende verliet, voordat de Duitschers
de stad hebben bezet. Om negen uur
's morgens kwamen hier Belgische wiel
rijders aan met het bericht, dat de
Duitsche voorposten op geen uur af
stand meer van de kust waren. Het be
richt miste haar uitwerking niet en een
menigte van wel een 15.000 vluchte
lingen, wild van zenuwachtigheid, bleef
op den pier achter, toen we even voor
twaalven 's middags de haven uitstoom-
den. Het vertrek van de vluchtenden
vormde een climax in de tooneelen die
Ostende in de laatste dagen heeft aan
schouwd. lederen nacht was een me
nigte van meer dan 30,000 arme dak-
loozen, beladen met wat fcze van hun
inboedeltje hadden kunnen redden, ge
legerd aan de haven.
In het Centraal Station, waar de cor
respondent 's nachts laat nog eens ging
kijken, waren er meer dan 8000, van
wie meer dan 1000 gewonde soldaten
en minstens 5000 kinderen, die om
hun moeders huilden of op armzalige
stroolegers lagen te slapen. Er stond
een heele groep menschen rondom zoo'n
strooleger. Dat was iets buitengewoons
zoo laat in den nacht en 't bleek, dat
een pleegzuster bezig was drie gewon
den ,te verplegen, die juist waren aan
gekomen.
Er stonden nog 30.000 menschen op
den pier te dringen om in de booten
te komen, op weg er heen, bij het pas-
seeien van den dijk, bleek dat daar een
menigte menschen in angst verkeerden
over de mistsignalen, die 's nachts aan
den mond van de haven door middel
van kanonschoten waren gegeven, en
die zich verbeelden, dat het bombarde
ment van de haven al begonnen was.
De eerste booten vertrokken zonder dat
er iets bijzonders voorviel. Ze waren
alle propvol.
H.
Een blonde schoonheid.
Combiers is geen eigendom voor burger-
luidjes; het date§rt van de Renaissance en
er is een kapitaal noodig om alles te on
derhouden, zoo uitgestrekt is het park dat
het omgeeft. De vader en de grootvader van
baron Maxime hadden goede zaken gemaakt
en gelukkig op de beurs gespeculeerd, maar
nu scheen deze van al het goud verzadigd
en deed geen moeite meer om het fortuin
te vergrooten; hij had Combiers niet zelf
gebouwd, maar van een in verval geraakte
adellijke gekocht, en bezat bovendien nog
andere landgoederen, die meer waard waren,
vooral La Varenne in Seine-et-Marne, dat
zijn bezitter minstens drie percent 'sjaars
rente opbracht. Vroeger zag men hem maar
zelden te Combiers en verdeelde hij zijn
tijd tusschen La Varrenne en zijn hotel in
den Faubourg Saint-Honorémoest hij nu
en dan voor zaken te Combiers zijn, dan
wist hij niet hoe hij spoedig genoeg weg
zou komen, maar plotseling was dat ver
anderd en scheen de baron op twee-en-
veertigjarigen leeftijd een hevige passie
voor Combiers te hebben opgevat. Een voor
bijgaande ontmoeting had die verandering
teweeggebracht.
Bij een der zeldzame bezoeken aan Com
biers had aan het station Sillé-le-Guillaume
een jong paar, klaarblijkelijk man en vrouw,
plaats genomen in de coupé, waarin Ray
naud gezeten was. De jonge man was een
knappe jongen met bruin haar en baard,
een open, Hinken oogopslag en iets in zijn
houding dat den militair verried; hij koD
vier- of vijf-en-twintig jaar oud zijn; de
baron lette echter niet op hem, maar schonk
zooveel te meer aandacht aan zijn gezellin,
wier aanblik een waren storm van gevoelens
in hem wakker riep. Hij was zonder liefde
Maar toen er een Duitsche vliegma
chine boven de opgepropte havenhoof
den zweefde scheen de opwinding geeu
grenzen meer te kennen. Ieder geweer
aan boord of aan den wal werd afge
schoten op dezen dreigenden roofvogel,
die als een doodsengel boven de me
nigte zweefde.
Er was om aan boord te komen let
terlijk gevochten en gedrongen op de
kade. Met vletjes roeiden sommigen tot
bij het schip en dan werden kleiDe kin
deren aan boord gegooid en door sterke
armen opgevangen. Oude menschen en
vrouwen werden aan boord geheschen
en verscheidene vrouwen waren op de
loopplank zoo in het gedrang geweest,
dat ze flauw vielen zoodra ze aan dek
kwamen.
Niets kenteekent de gunstige mili
taire en economische toestand van
Duitschland beter, dan de teekening
van 4.4 milliarden Mark door alle krin
gen der Duitsche bevolking, van den
kleinsten spaarder tot den rijksten man.
Het Duitschland van 1914 is het
rijkste land van Europa.
Men kan het nationale vermogen van
Duitschland op 370400 milliarien
mark, Frankrijk op 255280 milliar
den mark en Groot-Brittanje op 290
320 milliarden mark schatten.
Men schrijft aan de N. R. Ct. dd. 17
October uit Antwerpen:
Van Maandag af zal hier een blad
verschijnen onder den titel: Antwerp-
sche Tijdingen. Het gemeentebestuur
en de Duitsche Kommandantur hebben
er het toezicht over. Alle Duitsche,
Fransche, Engelsche, Nederlandsche en
andere berichten zullen er in opgeno
men worden, zonder eenige censuur.
De redactie staat onder de leiding van
het gemeenteraadslid mr. Karei Weyler.
Het blad wordt gedrukt op de persen
van de Gazet van Antwerpen.
De toestand blijft geruststellend. De
paniek onder de vluchtelingen aan de
grenzen is ongemotiveerd. De Neder
landsche consul-generaal is eveneens
zeer optimistisch. Ik kan niet anders
raden aan al wie hier nuttig werk kan
verrichten, gerust terug te keeren. Alle
stads- en staatsambtenaren, onderwijzers
en onderwijzeressen, die een strenge
straf willen ontloopen, dienen zich te
haasten op hun post terug te zijn.
Ik verneem dat de welmeenende bur
gers, die de lieden aan de grens gerust
gaan stellen, vaak slecht onthaald wor
den. Het is pure onzin. Alles is hier
volkomen kalm.
Het blad „Koerier Kodzienni" meldt
De gemeentelijke en staatsbeambten
te Warschau hebben bevel gekregen in
geval de Duitsche troepen 30 mijlen
van de stad Warschau verwijderd zijn,
uit de stad te vertrekken en naar St.
Petersburg te vluchten.
De beambten zijn gereed ieder oogen-
blik de stad te verlaten. De bevolking
van Warschau kreeg de aansporing zich
spoedig, reeds thans, uit de stad te
verwijderen, omdat de vesting, gelijk
de militaire commandant bij manifest
bekend maakt, met alle middelen tot
het uiterste verdedigd wordt.
De Duitsche oorlogsleening.
De Potsdamer Handelskammer schrijft:
Vierduizend vierhonderd millioen
mark, dit is de geweldige som, die het
Duitsche volk binnen 8 dagen als oor
logsleening heeft geteekend. Den llden
September begon de inschrijving en op
den middag van den 19 September
werden de lijsten gesloten. Om eene
gekunstelde volteekening of spekula-
tieve ei} schijnteekeningen te vermijden,
was er voor de op te brengen som geen
bovenste grens vastgezet, en daarom
heeft de Regeering zich ook direct tot
het Duitsche volk gewend en het op-
biengen dezer leening niet aan eene
bank opgedragen. Twee milliarden wilde
de Regeering hebben, 4.4 milliarden
heeft het Duitsche volk haar vrijwillig
ter beschikking gesteld.
Terwijl Frankrijk zich tevergeefs tot
Amerika om geld heeft gewend en nu
in Engeland, ofschoon slechts met gering
getrouwd, nu sedert vijf jaar weduwnaar
met een dochterje van twaalf jaar, en leefde
te Parijs zonder zich een enkel genoegen te
ontzeggen, dat voor zijn geld bereikbaar was,
maar sedert hij de schoone reizigster zag,
hadden alle schoone schoonen, die hij op
de soirées ontmoette, hare aantrekkelijkheid
voor hem verloren, ontroerd als hij was
bij den aanblik dier rijzige, schoone vrouw
met asch blond haar waarop nu en dan een
gouden weerschijn als van de stralen der
ondergaande zon laghaar teint was onbe
rispelijk blank, maar warm en gezond, om
haar kersroode lippen, speelde een lachje
telkens als zij het woord tot haar echtge
noot richtte, en zij toonde dan een rij onbe
rispelijk witte tanden.
Woeste ijverzucht maakte zich van den
baron meester, hij vroeg zich af, waarom
die vrouw, die zijn hoogste ideaal verwezen
lijkte, aan dien ruwen buitenman behoorde,
in plaats van de zijne te zjjn en hij nam
zich voor al het mogelijke te doen, om haar
aan haar man te ontrukken. Zulk een
voornemen was een belofte, en baron
Raynaud was gewoon zijn beloften te hou
den.
Maar er zouden zich daarbij wel moeie-
lijkheden opdoen.
De jonge dame was gravin Helena de
Marcilles en bewoonde met haar echtge
noot een eigendom, omringd door vier of
vijf bunders bosch en middelmatig goed
land, dat de graaf met groote moeite en
kosten, maar zonder veel gevolg, poogde
rentegevend te maken. Zijne financieele
toestand, sedert lang hopeloos verward,
werd hoe langer hoe erger, en het noodlot
tig einde naderde met rassche schreden
één kans bleef hem maar over, zooals de
praatgrage jagers in 't bijzijn van dien
sluwen Straub terecht gezegd hadden, de
spoedige dood van freule Angelica Sybilla
van Marcilles die op het kasteel van Orgères
300 Vluchtelingen te Vlissingen
hebben een adres aan den minister van
binnenlandsche zaken gezonden, waarin
zij mededeelen, gaarne naar Antwerppn
erug te gaan, doch dat zij dit niet
durven.
Wie geeft ons de verzekering, aldus
het telegram, dat wij geen slavendiensten
zullen hebben te verrichten en mee te
werken aan de finale verwoesting van
ons onschuldig vaderland Wie geeft
ons de verzekering, dat ons leven zal
worden ontzien en dat wij niet noode-
loos zullen worden geprikkeld op ondra
gelijke wijze?
Excellentie, wij hopen op een woord
van de Nederlandsche regeering. Iu
haar stellen wij vertrouwen en dat ver
trouwen wordt aan alle kanten nog
versterkt door de onuitputtelijke dank
baarheid, die ons bezielt jegens het
onuitputtelijk gastvrije Nederlandsche
volk en zijn edele Vorstin. Mocht ouze
edele gastvrouw, de Nederlandsche
regeering, er toe kunnen besluiten te
zeggenkeert terug naar de plaats,
waar ge gezaaid hebttwij zijn zedelijk
overtuigd, behoudens onvoorziene ver
andering der oorlogskansen, dat die stap
u niet berouwen zal, dan, Excellentie,
zullen wij niet aarzelen, met een hand
druk en een traan afscheid te nemen
van uw volk, dat dank zij onvolprezen
gastvrijhei 1 in het boek onzer historie
zich een bladzijde zal toegevoegd zien,
beschreven met gulden letters, naast
een pagina beschreven in bloed.
Leve Koningin Wilhelmiua en haar
doorluchtige gemaal, leve de Neder
landsche regeering, leve het Neder
landsche volk
De Mij. tot Expl. van Staatsspoor
wegen is in verbinding met de H. S. M
de N. C. S. en de N. B. D. S., bezig
een nieuwe dienstregeling samen te
stellen. Hoewel nog niet geheel bekend
is, in welken zin de uitbreidingen
zullen geschieden, kan het „N. v. d.
D." nu reeds melden, dat het in de
bedoeling ligt, met ingang van 1 No
vember verschillende treinen naar
Noord- en Zuid-Duitschland in te stellen.
Voorts zal de N. B. D. S. trachtt.n
op of omstreeks 1 November haar
gewone winterdienstregeling weer in
voeren. Hierdoor zullen dus de D.-
treinen, van Vlissingen over Gennep
welke tot nu toe slechts tot Gogh gaan,
weer doorrijden naar Berlijn.
Engeland en Nederland
De Engelsche legatie deelt mede:
Een zeer betreurenswaardig artikel is
verschenen in de „Saturday Review"
van den lOden dezer van de hand van
Vieille Moustache", waarin de aankoop
van Zeeland en de overdracht daarvan
aan België aangeraden wordt Holland -
sche nieuwsbladen namen het met on
gunstige commentaren over.
op drie mijlen afstands van Combiers
woonde en een groot fortuin zou nalaten.
Maar 't liet zich niet aanzien, dat die kans
zou uitkomen, want freule De Marciile-
was buitengewoon kras voor haar zeventig
jaren, en kon best de honderd halen. Er
is op Gods wijden aardbodem geen taaier,
meer aan 't leven gehecht schepsel dan zul
een gierige, oude juffrouw, tuk op haar geld,
die als de kraaien in eene ruïne leeft. Toch
zou men den armen graaf van Marcilles
onrecht gedaan hebben als men hem ver
weten had, naar een einde te verlangen,
dat toch zijn eenige redding zou zijn, want
Jan en Helena lee den in h m jeugdige
onbezonnenheid van den eenen dag op d*n
anderen, zonder zich veel om de toekomst
te bekommeren; denk ook eens aan,
ze telden samen nog geen halve eeuw! 't
Viel den baron niet moeielijk om kennis
met den graaf, zijn naasten buurman, te
maken, en eenmaal op de hoogte van zijn
toestand, hielp hij hem nu en dan van een
al te lastigen schuldeischer af, en liet geen
gelegenheid voorbijgaan om de gravin be
leefdheden te bewijzen, maar hoe hij twee
jaar lang ook zijn best deed en zich uitputte
in beloften en smeekgebeden, de schoone
bleef onvermurwbaar.
Eerst nam zij den schijn aan, de handel
wijze van den baron niet te begrijpen, maar
toen de beteekenis hoe langer hoe duide
lijker werd, wees zij hem met de grootste
minachting terug. Niets kon haar in ver
denking brengen, zij zou niet behoeven te
blozen voor haar lief, driejarig kind, dat
zij afgodisch liefhad, zij beminde haar echt
genoot, hem alleen, en was vast besloten
zijn lot, 't zij rijk of arm, te deelen. Maar
hoe verontwaardigd ook over de handelwijze
van den baron, zij moest hem ontzien, want
zij wist maar al te goed, dat hij hun lot
in handen had, en hun totalen ondergang kon
veroorzaken. (Wordt vervolgd).