weerbaarheid van ons volk tot d^n hoog- sten trap op te voeren, de wereldschok kende gebeurtenissen om ons heen zul len thans een ieder wel de oogen heb ben geopend en hebben doen inzien, dat elk onnoodig uitstel een misdaad zou zijn tegen ons zelf bedreven. De Vereeniging Volksweerbaarheid doet daarom een beroep op het Neder- landsche volk om van stonde aan alle onverschilligheid ten aanzien onzer nationale verdediging te laten varen het spreke zich duidelijk uit, dat het allerminst bedoelt aanvallend op te treden, maar er voor wil zorgen onder alle omstandigheden baas te blijven in eigen huis, dat het daarom eischt, dat de verdediging niet langer alleen worde toevertrouwd aan een door loting daar toe aangewezen gedeelte, maar aan allen, die daartoe lichamelijk en geestelijk geschikt zijn. Als het vaderland in ge vaar is, moeten allen, die daartoe in staat zijn, als geoefende mannen zich zelf kunnen en willen geven om de heiligste goederen van ons volk te verdedigen, Alleen daarin schuilt de hoogste ze delijke kracht en de werkelijk eenige kans op behoud van ons onafhankelijk volksbestaan. Het Nederlandsche volk erkenne als gebiedende eisch van het oogenblik invoering van: Algemeene Dienstplicht en voor hen, die daar nog buiten vallen behalve de wegens gezondheidsredenen geheel ongeschikten: Oefenplicht. Natuurlijk zullen hiermede grootere persoonlijke en geldelijke offers gepaard gaan, maar wat beteekenen die, tegen over de hoogste belangen, waarom het hier gaat! Nederlanders, indien gij prijs stelt op dien naam, indien gij de vrijheid, bet erfdeel onzer vaderen, onverkort aan uwe kinderen wilt nalaten, zorg dan dat de fiere zinspreuk der Oranjes, die in uw Rijkswapen is opgenomen, niet slechts zij een schoon symbool, maar de krachtige uiting van den wil, die u bezielt, om allen, man voor man, weerbaar te zijn, teneinde in waarheid onverschrokken en vastberaden te kun nen verklaren! „Ik zal handhaven." Het hoofdbestuur der Vereeniging Volksweerbaarheid: A. E. Dudok van Heel, Amsterlam' kapt. vrijw. landstorm, Voorzitter; E van Thiel, gep. luit.-kol, N.-I. L., 's-Gravenhage, secretaris J. M. van Gogh, gep. luit.-kol. N.-I. L., 's-Gravenhage, penningmeester; Mr. H. Verkouteren, Amsterdam; Prof. M. Noordtzy, Kampen; Mr. A. W. F. H. Sanger, Groningen P. J. Geill, gep. kol. der inf., Breda J. T. T. C. van Dam van Isselt, gep. gen. maj., te 's-Gravenhage; R. P. Verspijck, gep. luit.-gen., Utrecht; C. F. H. Putman Cramer, gep. gen.-maj., Eindhoven Mr. J. J. Heyse, Middelburg; J. P. Runsink, Groningen Jhr. E. von Bose, gep. luit.-kol. N.-I. L., 's-Gravenhage; Mr. E. J. Korthals Altes, oud-res. kapt. der inf., Amsterdam Prof. dr. G. Kalff, Leiden, eerelid. Hun, die het met het bovenstaand betoog eens zijn, wordt beleefd verzocht hiervan blijk te geven door toezending van visitekaartje of briefkaart aan het secretariaat der Vereeniging Volks weerbaarheid, Columbusstraat 75, 's-Gra venhage. hopeloozer toescheen, dan gedurende zijn verblijf op de „Proserpina", en toen Touis- saint den volgenden morgen op den trein naar Lyon gegaan was, om zoo spoedig mogelijk de omstreken van la Varenne te bereiken, waar hij een onderkomen bij een ouden vriend, een bouthakker, die op eenigen afstand van 't dorp woonde, hoopte te vinden, begaf hij zich weer op weg naar de rue de Verneuil, om er nadere inlich tingen in te winnen. Hij werd te woord gestaan door de vrouw van den portier, die als looper bij den Credit Lyonnais in dienst was, en die toe vallig vroeger zijn woning verlaten had. Zij was een flinke vrouw van ruim vijftig jaar, wat ouder dan haar echtgenoot, en in haar gemakkelijken leunstoel gezeten, juist bezig om op haar gemak een smakelijk ontbijt te gebruiken. Nauwlettend nam zij den binnentredende door haar bril op; de indruk scheen gun stig te zijn. Wat is er van uw dienst? vroeg zij. Ik ben gisteravond ook hier geweest. Omstreeks middernacht? Ja, juist! Om naar een dame te vragen, die bier gewoond heeft? Naar mevrouw De Marcilles. De tijd was niet heel beat gekozen, om een fatsoenlijke jonge vrouw op te zoeken, wanneer gij ten minste haar man niet zijt, voegde zij er met een beteekenis- vol knipoogje bij. Maar ik heb hooren zeggen, dat de man ver weg is, en wel naar een plaats vanwaar niemand terugkeert. Hij schijnt overleden te zijn. Men zegt, dat hij voor zijn dood moeielijkheden met de justitie gehad heeft. Maar de justitie kan dwalen, merkte de graaf op zachten toon op, om de vrou welijke Cerberus wat zachter te stemmen. Het is meermalen gebeurd ■Buitenland. De Belgische minister-president, ba ron de Broqueville, die thans te Lon den verblijft, is aldaar door een cor respondent van de New-York World geinterviewd. De Amerikaansche journalist wees er den minister op, dat in de Veree- nigde Staten van Duitsche zijde werd beweerd, dat de toestanden in Belgie, wat den nood betreft, die door de werkloosheid en andere gevolgen der Duitsche invasie is ontstaan, overdre ven zijn afgeschilderd en dat in de komende maanden onder Duitsch be heer, de hongersnood zal worden ver meden door het heropenen der fabrie ken en de algemeene hervatting van het zakenleven en de industrie. Baron de Broqueville antwoordde, dat de algemeene toestand openlijk met deze bewering in strijd is, en wel om de volgende reden. De oorlogsschattingen, die nog voort durend aan iedere Belgische gemeente worden opgelegd, hebben de hulpbron nen van kapitaal in ons land doen opdrogen; een van de bedoelingen dezer schattingen was om Belgie's han del en industrie te verwoesten. Daarbij zou met geen enkel vreemd land liet drijven van handel worden toegestaan, zoodat er gedurende de Duitsche be zetting geen markt zou zijn voor onze productie, zelfs indien onze industrie herleefde. Van de burgerlijke mannelijke be volking zijn er velen als gijzelaars naar Duitschland gevoerd, en zij aan wie het toegestaan is, in Brussel, Ant werpen, of andere steden te blijven, zijn beroofd van alle vrijheid van han delen of beweging, zoodat het voor hen onmogelijk is eenig beroep uit te oefenen of het dagelijksch brood te verdienen. De requisities van voedsel, die zon der ophouden in alle gemeenten wor den gedaan, zijn niet alleen wreed, maar zelfs ontzettend geweest en schen den het tot dusver algemeen erkende beginsel van internationale wetgeving, dat de militaire bezetting van een land de verplichting medebrengt, om te zorgen voor het onderhoud der bewo ners, die door de voorwaarden der be zetting beroofd zijn van de gewone middelen om het dagelij ksch brood te verdienen. Hongersnood is tot nu toe alleen voorkomen door de voedselverschaffing door de welwillende tusschenkomst van de commissie tot ondersteuning van Belgie, opgericht en ondersteund door de edelmoedigheid der Ameri kaansche en Engelsche volkeren en de bewering, dat er eenige mogelijk heid bestaat, dat door de herleving van industrie en handel gedurende de Duitsche bezetting onze landgenooten zich zelf zouden kunnen onderhouden, kan alleen worden verspreid met het doel om het reeds ondragelijke lijden van het Belgische volk te vermeerde ren, door de eenige hulpbronnen te doen opdrogen. De „Vossische Zeitung" schrijft o.a. dat het Russische leger door Von Hin- denburg's overwinning tot den terug tocht in Polen gedwongen ie, waardoor het einddoel steeds nader komt. „De „Post" zegt, dat deze overwin ning ook van grooten invloed zal zijn op den strijd in 't Westen, omdat nu Duitsche troepen in 't Oosten vrij ko men. De Weensche bladen bespreken met de grootste genoegdoening het succes Getuige de Courrier van Lyon in de zaak van Lesurgues. Dat heb ik gelezenMaar wat hadt ge van die dame noodig? De portiersvrouw bekeek nauwkeurig den vreemdeling, die er slechts met moeite in slagen kon, zich onverschillig voor te doen. Ik wilde haar alleen spreken, zeide hij eindelijk verward, haar spreken en zien, en haar een boodschap overbrengen van iemand, die belang in haar stelt. Woont die iemand hier in 't land? Neen Gij komt ook ver hier vandaan. Wie regt u dat? Uw kleeding is immers Engelsch, dat zie ik gauw genoeg, mijn eerste man Ma- loiseau was kleermaker, en de tweede, die u gisteren ontving, is kantoorlooper. Dat geeft geregeld werk en ook beweging, en die heeft hij dringend noodig, want hij wordt te dik! Ik kom inderdaad van Liverpool en ga er zoo spoedig mogelijk weer terug. De oude vrouw ging met haar ontbijt voort. En du«, hernam graaf De Marcilles, weet gij het adres van mevrouw De Mar cilles niet? Neen! Heeft zij u dat niet opgegeven? Dat is vreemd! Misschien wilde zij niet Gij be grijpt wel Neen, waarom! Misschien had zjj reden haar verblijf verborgen te houden voor anderen. Misschien kunt gij mij zeggen, tot wien ik mij wenden kan? O, Hemel neen, ik ken haar kenissen niet. Zij kreeg, terwijl zij hier woonde maar eens of tweemaal brieven. En bezoek? O, ja, veel, en heel deftig? Wacht der troepen in Polen, waarbij ze doen uitkomen dat 't de geweldigste slag is geweest, welke de wereldgeschiedenis kent. Het „Fremdenblatt" schrijft, dat de overwinning der verbondenen geen ver rassing is, ze steunt op hechte grond slagen. De nederlaag der Russen zal op alle politieke en militaire verhoudingen van dezen wereldoorlog invloed uitoefenen. Met Rusland hebben ook de andere vijandelijke mogendheden, die op de hulp van 't tsarenrijk rekenden, een beslissende nederlaag geleden. De „Neue Freie Presse" betoogt, dat de overwinning een gevolg is van de laatste meesterlijke plannen van de veldheeren en legers der verbonden keizerrijken. Aan de Daily News werd Vrijdag uit Noord-Frankrijk geseind: De Duitschers hebben ten noordwes ten van Rijsel opnieuw hun zware ka nonnen laten spelen en Donderdagnacht Armentières gebombardeerd. Gedurende verscheidene uren vielen er twee gra naten in de minuut in de stad. Onze artillerie antwoordde met groote uit werking van haar vuur. De algemeene strijd, die zich nu ont wikkelt, zal, naar verwacht wordt, ver scheidene dagen duren. Een majoor van de artillerie in het Servische leger schrijft: Weest niet terneergeslagen, wanneer ge van schijnbare tegenslagen voor ons leger leest. De oorlog duurt pas vier maanden en wat beteekent dat voor ons, die negen jaar vochten onder Ka- rageorgevitsj en twee jaren onder Mi- losh Obrenovitsj om nog niet eens van alle oorlogen te spreken, waarin wij, Serviërs, gewikkeld geweest zijn. Wij hebben alleen wat rust noodig nu en dan. De vijand erkent tot nu toe 180,000 man verloren te hebben, maar al verloren zijn er een millioen bij Servië zouden zij niet krijgen. Deze oorlog is wel de meest populaire, dien wij ooit hadden; mijn mannen lachen hartelijk wanneer zijgvernemen van overwinningen waarvan Oostenrijk gewaagt. Dit is onze meest populaire oorlog. De schitterende overwinning van Se- mendra, waarin 6000 Oostenrijkers bui ten gevecht gesteld werden, werd ge wonnen door geoefende recruten, die zingende naar het gevecht trokken. Het waren grootendeels Macedoniërs, die reeds even goede zonen van Servië zijn als wij ouderen. Onze verliezen zijn groot nu cn dan ontmoet men menschen met vier of vijf rouwbanden om den arm. Alleen is het jammer dat onze rug bedreigd wordt door Bulgaren en Al- baneezen; hulp van Rusland, Frankrijk of Engeland hebben wij natuurlijk niet te verwachten maar alle eer van het terugdringen van den vijand zal ons dan ook alleen toekomen. Hoe zwaar der de taak, hoe grooter de eer. Volgens een bericht uit Italië aan de Fransche bladen, is het Oostenrijk- sche opleidingschip Beethoven op een mijn gezonken. Alle adelborsten en ma trozen die aan boord waren, zouden verdronken zijn. St. Petersburg, 19 December. Een of ficieuze nota steekt den draak met de Duitsche berichten over een algemeene overwinning der Duitschers in Polen, die er eenvoudig op berekend zijn, het publiek in eigen land en in de onzij dige landen te misleiden. In werkelijk- eens, soms kwam er een mijnheer met equipage, die de heele straat op de been bracht Hoe zag die er uit? Do equipage? prachtig en paar den En de mijnheer? Van middelbare lengte, mager en stijf, maar zeker schatrijk Hoe heet hij? Dat kan ik u niet zeggen, omdat ik het niet weet. Gij kunt mij dus niets mededeelen? Niets meer, 't spijt me, mijnheer. Ik dank u, vaarwel! Hij zag er zoo terneergeslagen uit, dat de portiersvrouw medelijden met hem had en hem nog toeriep: Houd maar moed. Gij zult haar wel vinden. Tot wederziens! In tegenwoordigheid der oude had de graaf zijn uiterste best gedaan, om zich in te houden, maar hij was aan de hevigste wanhoop ten prooi. Zijn vrouw, zijn innig beminde Helena, ontving dus bezoeken van heeren, in plaats van in haar eenzaamheid haar verloren echtgenoot te beweenen; en wie kon de man zijn, wiens equipage de buren aan 't babbelen bracht, en die blijkbaar vrijen toegang bij haar had in een tijd, dat zij zich geheel aan haar smart had moeten overgeven? Hij zocht in gedachten onder al zijn kennissen, maar geen enkele zijner vrienden kon zich zulk een luxe veroor- deelen, of geleek op de beschrijving. Plotseling viel hem een naam in. „Baron Raynaud" prevelde hij en hoeveel moeite hjj ook deed om de gedachte aan dien man van zich te zetten, het lukte niet; hij alleen beantwoordde aan het signalement van de portierster. Een oogenblik dacht hij er aan, naar haar terug te keeren en nog verder te beid zijn de Duitschers uit Folhauof naar de grens gedreven en zitten de Russen hen op de hielen. Behalve de rechtstreeksche slachtof fers, zijn er, volgens de Engelsche bla den, verscheidene ouden van dagen en zieke menschen ten gevolge van den schrik bij het bombardement van de Oostkust van Engeland bezweken. In het geheel zijn er 122 menschen om gekomen, 175 zwaar gewond en 374 licht gewond. De Matin zegt een serie van vier postzegels in handen te hebben, die zouden bewijzen dat Duitschland van plan is geweest de onzijdigheid van Zwitserland te schenden. De zegels, waarvan de Matin er twee reproduceert, dragen behalve het gewone opschrift „Deutsches Reich" het woord „Schweiz" in zwarte letters over het beeld van Germania gestempeld. Naar aan de Basler Nachrichten uit Parijs wordt gemeld, zijn vier nieuwe Russische dreadnoughts van het grootste type zoo goed als gereed voor indienst- stelling. Het Antwerpsch Centraalbureel voor inlichtingen aan Vluchtelingen te Roo sendaal deelt ons mede, dat op't oogen blik hongersnood is ingetreden in de provincies Henegouwen en Luxemburg en dat hongersnood in de overige Bel gische provincies niet kan uitblijven. Aan de grens bij Puttich (België) heeft de Duitsche grenswacht den ruim 40-jarigen kippenkoopman Deprins, uit het Belgische dorp Capelle, toen hij de Nederlandsche grens wilde passeeren, doodgeschoten. De man bracht regel matig brieven uit Belgie naar Neder land. Zijn lijk is door soldaten gevonden op Nederlandsch gebied. Vermoedelijk is hij gedood, toen hij zich door het prikkeldraad een weg baande. Het lijk is naar Putten vervoerd. De justitie doet onderzoek. (Hbld.) Volgens een bericht van Duitsche zijde heeft koning Christiaan van Dene marken op de samenkomst der drie Noordsche koningen voorgesteld dat de Noordsche koopvaardijschepen door Noordsche oorlogsschepen zullen gecon- voyeerd worden, waardoor de oorlog voerenden geen recht meer zouden heb ben om de schepen te doorzoeken, wijl dan vast zou staan dat de ladingen uitsluitend voor onzijdige staten bestemd zijn. Of er dienaangaande een besluit is genomen, is niet bekend. Het Petit Journal verneemt dat En geland weer 80,000 man troepen naar Vlaanderen heeft gezonden. Wij lezen in de N. R. Ct. van Zon dag o. m. De Duitsche pers komt op tegen de beschouwingen in Engelsche bladenover de beschieting van onversterkte kust plaatsen, waarmede Scarborough en Whitby bedoeld zijn. Zij houdt staande dat Scarborogh, zoowel als Hartlepool een „bevestigde plaats in de verdedi gingslinie der Engelsche oostkust" is en dat Whitby door zijn sein- en kust wachtstation eveneens onder arts. 2 der Haagsche Conventie van 1907 valt en dus aan beschieting rechtens is bloot gesteld. DeT&gliche Rundschau wijst er voorts op, dat de Engelschen den Duitschers vragen, maar hij vreesde achterdocht op te wekken, en vervolgde zijn weg, toen hij opmerkte dat een agent van politie hem oplettend gadesloeg. Hij kwam op de Seine- kade en richtte zijn schreden naar de Place de la Concorde, door den tuin der Tuile- rieën. Aan de andere zijde van dat plein in den faubourg Saint-Honoré woonde immers baron Raynaud, en hij alleen kon de ge heimzinnige bezoeker in de Rue de Verneuil zijn. Plotseling kwamen al de booze vermoe dens tegen dien man weer terugwie an ders kon den gruwelij ken aanslag, waarvan hij het slachtoffer geworden was, bedacht hebben! Wie, onder al zijn kennissen zou de macht gehad hebben met zooveel sluw heid en zoo ongestraft te handelen? Hoe dikwijls was hij ook gedurende slapelooze nachten aan boord der „Proserpina" ge kweld door vreeselijken twijfel, dien hij teve-geefs beproefde van zich te schudden! Nu was die twijfel zekerheid geworden, de sluier van 't geheim opgelicht, en hoe meer hij er over nadacht, hoe vaster hij overtuigd was, dat zijn vermoeden waarheid bevatte. Deze was de knoop der intrige, de oorzaak van zijn ongeluk te zoeken, en hij was de speelbal, de onnoozele speelbal van de listen en lagen van zijn tegenstander ge weest. Onder de groote boomen der Tuillerieën doelloos rondloopend, schoot hem de waar schuwing en de geschiedenis van don José weer te binnen, wiens goed vertrouwen even zoo wreed verraden was. Nu begreep hij den medelijdenden blik, waarmede deze hem had aangehoord, toen hij van zijn eigen vertrouwen en van de groote liefde, die '.ijn op zooveel mijlen afstands verwijderde vrouw hem toedroeg, vertelde. Een duivelsche glimlach school onder dien blik vol medelijden, want hij, de ten onrechte kwalijk nemen, wat zij zelf doen, nl. open steden bombardee ren. Engelsche vliegers hebben, om slechts één voorbeeld te noemen, de open stad Freiburg in Baden met bom men bestookt en er het noodlot is soms ironisch een Russisch onder daan gedood. Het blad meent dat de verontwaar diging der Engelschen ook maar voor gewend is, om de aandacht af te leiden van de onvoldoende beschermii g der oostkust. De beste schepen der Engel sche vloot liggen, om ze buiten bereik van Duitsche duikbooten te houden, aan de westkust, in de Iersche Zee en andere veilige wateren. Komisch viudt het blad de verzekering van de admi raliteit, dat zij haar vloottaktiek door het voorval niet zal wijzigen. Dat klinkt alsof zij zegt: „al schiet jelui onze heele oostkust in elkaar, wij houden onze dreadnoughts buiten schot." Dat de beschieting indruk heeft ge maakt, blijkt overigens uit de veel hoogere verzekeringspremies tegen bom bardement. In het begin van den oorlog werden die op de oostkust afgesloten tegen 5 of 10 shilling op 100 pond, thans worden al prenaies van 30 shil ling tot 5 pond gevraagd. Tegen de verklaring van de admira liteit, dat aan de beschieting geen mi litaire beteekenis kan worden toege schreven, halen Duitsche bladen het oordeel aan van het Deensche blad Po- litiken, 't welk betoogt dat het ver trouwen op Engeland's heerschappij in de Noordzee, bij alle handeldrijvende volken verdwenen is. Gebleken is toch aldus het blad dat Engeland niet in staat is zijn oostkust tegen een aan val van snelle vijandelijke kruisers te beschermen. Naar wij in een beschouwing van den marine-deskundige van de Times lezen, hebben de Duitschers voor den aanval al hun sterkste linie-kruisers gebruikt: de Derfflinger, Seydlltz, Moltke, Von der Tann en Blücher. De Italiaansche gezant te Konstanti- nopel heeft de Porte inlichtingen ge vraagd omtrent de bewegiug van vier duizend Arabieren onder Turksch-Duit- sche officieren, die tegen Tripoli is ge richt. Wanneer geen bevredigend ant woord wordt gegeven, dreigt de gezant met afbreking der diplomatieke betrek kingen. De correspondent van de New York Tribune geeft verslag van een dag, dien hij heeft doorgebracht bij de Duitsche zeemacht in Kiel. De Duitschers stellen een groot vertrouwen in dein aanbouw zijnde superdreadnoughts en onder zeeërs. De geheele bemanning van twee eskaders, bestaande uil kruisers voor de hooge zee en slagschepen, worden eiken dag gedurende vijf uur krachtig geoefend in het vuren met kanonnen. De Turijnsche Stampa zegt uit ver trouwbare bron te vernemen dat de mogendheden der Drievoudige Entente een overeenkomst hebben getroffen in zake de deelneming van 500.000 Japan ners aan den oorlog in Europa. Deze zul len in 't einde van het aanstaand voor jaar op het Westelijk oorlogsfront ver schijnen voor het geval de bondgenoo- ten er dan nog niet in geslaagd moch ten zijn om de Duitschers uit Frankrijk en België te verdrijven. Voor dit doel zouden bovendien een millioen man van Kitchener's nieuwe leger, 700.000 man nieuwe Iudische troepen en de koloniale hulptroepen gereed staan. grijsaard, de oude millionnair, kende de wereld, en had den tol aan zijn liefde be taald, toen hij om harentwil had geleden, en in een verwijderd land zijn haat en zijn wroeging moest gaan verbergen. Wie had nu gelijk gehad, hij zelf, de blinde vol vertrouwen, of die andere, met zijn vreeselijke ondervinding? Deze en dergelijke gedachten benauwden den armen banneling; op het punt den tuin der Tuilerieën te verlaten, bleef hij plot seling stilstaan. Een zijner vroegere vrienden, een school kennis nog, burggraaf De Piernay, kwam van den anderen kant aan, hij zou zonder twijfel weten, wat er van de gravin ge worden was, en reeds wilde hij op hem toetreden, toen de burggraaf een wantrou wenden blik op den vreemdeling wierp en zonder hem te herkennen langs hem heen ging- Jan durfde hem niet aanspreken! Wie en wat was hij ook, een ontvluchte galei boef! Toch deed die ontmoeting hem weldadig aan, want zij gaf hem de zekerheid, dat die twee jaren hem zoodanig veranderd hadden, dat zelfs zijn beste vrienden hem niet herkende*! Hij vervolgde zijn weg naar den faubourg Saint-Honoré. Waarom, dat kon hij zelf niet zeggen't was of hij er door een on zichtbare macht heen getrokken werd; misschien zou hij in de buurt van 't hotel wel iemand ontmoeten, die hem inlichtin gen geven kon. Wordt vervotgd)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1914 | | pagina 2