Hel Land van Hensden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
jaar en al
De viouw van den Banneling.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 3477. Woensdag 30 Juni
FEUILLETON.
1913.
VOOR
UN8 ftïnivj
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 71/, ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
middag 12 uur ingewacht.
Het zijn ernstige gedachten, d e ons
bezighouden indien wij thans de dagen
heïïd«nken na den grooten slag bij
Waterl [oo, die een herboren Europa
na jareXp van onderdrukking en vreem
de overweldiging zagen ontstaan. Hoe
aoet hetu [n de harten van millioenen
d*gt\jdi3 gejubeld hebben, toen zij in
de e&rste dagen na die beslissenden
volkerenslag zich meer en meer be
wust werden, dat voorgoed het gevaar
van een nieuw tijdperk van lijden en
vernedering, van een vernietigd volks
bestaan en afhankelijkheid geweken
was. Ook al waren door den druk der
tijden de uiterlijke kenteekenen van
die jubel-stemming, gevoegd bij den
meer ingetogen aard van ons volk,
niet dermate groot, dat de geschied-
rollen daarvan nog in geestdriftige be
woordingen melding knaken, dat er
een iunige dankbaarheid in het ge
moed van alle vaderlanders moet zijn
opgeweld, daaraan valt niet te twijfe
len. Die dankbaarheid, zoo zij zich al
niet op luidruchtige wijze uiite, zij
deed niettemin overal haar invloed
gelden, getuige hetgeen in die dagen
door geheel Nederland geofferd werd,
zoowel finantieel als moreel.
Dat deed de dankbaarheid, en het
waren geen woorden, geen uiterlijk
feestbetoon, maar daadwerkelijk hulp
betoon waarvan toen geheel Nederland
blijk gaf. Het aandeel dat onze solda
ten in dien slag, welke de kaart van
Europa voor langen tijd zou verande
ren, gehad hebben, is niet altijd ten
volle erkend geworden, vooral niet in
het buitenland. Eerst zoovele jaren
later, eerst na dezen tijd was het
voorbehouden onomwonden tot de er
kenning te komen, hoezeer ook het
Nederlandsch aandeel van invloed ge
weest is op den loop der wereldge
schiedenis van meer dan honderd jaar
geleden.
Ook thans verkeert de wereld in een
even gewichtig, zoo niet nog belang
rijker tijdstip. Was het toen Frankrijk
73)
Maar de voerman kende geen vrees; hij
vertrouwde op zijn bekende kracht, en
was voor niemand bang; rustig gingen de
paarden voort; de man op den weg ver
roerde zich niet, en met een forschen slag
knalde de zweep om den roekelooze te
waarschuwen, die midden op den weg ge
vaar liep door het ^naderend voertuig onder
den voet gereden te worden, maar deze
bleef onbeweeglijk staan en maakte geen
aanstalten om den weg vrij te laten, die
zoo smal was dat de wagen onmogelijk
langs hem heen kon gaan.
Halt! klonk het eindelijk uit zijn
mond.
Waarom vroeg de voerman. Mag men
hier niet Janger voorbijgaan?
Jawel, vervolgde Christiaan bedaard
maar niet voordat wij afgerekend hebben!
Zoo
Ik heb u gezegd, dat wij eikander
nog wel eens zouden ontmoeten, vriendje,
en ge ziet: ik houd woord.
Welnu, dat is nu gebeurd, en ik heb
u genoeg gezien, laat mij doorgaan, ik heb
haast.
Gij zult niet voortgaan.)
Waarom niet?
Omdat wij zullen vechten.
Vechten? Gij houdt mij voor den gek.
Volstrekt niet.
En waarmede?
Christiaan toonde zijn armen juist zooals
Rigois de zijne kort geleden aan Pidaille
getoond had en zeide:
Hiermede! en zoader antwoord af te
wachten, ontdeed hij zich van jas en vest
en hing die aan een tak op.
Komaan gauw waten hij schoof de
mouwen van zijn hemd in de hoogte.
De paarden waren stil blijven staan, Ri-
dat tegenover een „wereld van vijan
den" stond, thans is de mogendheden
groepeering een gansch anderemaar
het allesoverwegend belang van den
afloop is voorzeker niet minder groot,
nu of toen.
En wederom zijn het de glooiende
vlakten van het Belgenland, die ge
drenkt worden door het bloed van
vriend en vijand, en wederom geven
de legerscharen van Franschen, Engel-
schen en Duitschers elkander niet toe in
on8tuimigen moed, in niemand en niets
ontziende doodsverachting, in een be-
wondenngs waardig uithoudingsvermo
gen en straffe diciplme. Alleen, waar
toen de verliezen bij duizendtallen te
tellen waren, zijn deze het nu nauwe
lijks bij tienduizendtallenwaar de
kosten toen millioenen bedroegen, be-
loopen zij thans müliarden en waar
toen de worsteling zich op een terrein
concentreerde van enkele kilometers,
wordt thans over een front van hon
derden mijlen, en op verschillende
fronten gestreden. Toen stond Europa
op éen punt in lichtelaaie, thans
woedt van alle kanten de felle wereld
brand, in het oude Europa en daar
buiten.
Maar ook het aandeel van Neder
land is een gansch ander, nu of toen.
Wierp het zich destijds met het ont-
bloote zwaard in de vuist te midden
van het krijgsgewoel en deed het den
vijand gevoelen, wat het zeggen wil
zich ook kleine volken tot tegenstan
der te hebben gemaakt, thans al vloei
de, het worde dankbaar erkend, tot
dusver nog geen Nederlandsch bloed
over de velden waar de wereldkrijg
woedt, is het deel dat ons land in
dezen oorlog draagt voorzeker niet
minder moeilijk en bij tijden niet min
der zorgwekkend. De omstandigheden,
maar ook onze vaste wil legden ons
de handhaving eener onzijdigheid op,
die dikwijls grooter staatkundige be
zwaren met zich bracht en met zich
brengt, dan een blootweg partij kiezen
in den strijd. Telkens en telkens we
der doen zich in de strijd voerende
landen verschijnselen voor die er op
wijzen, dat zij nauwgezet acht geven
gois aarzelde een oogenblik, maar sloeg toen
de uitdaging af.
Welk een dwaasheid! zeide hij, ik heb
geen tijd. Komaan, laat mij door!
Zijt gij zoo laf? vroeg de markies.
Plaats makenschreeuwde de voer
man en trachtte den markies een zweepslag
in het gezicht te geven, maar deze weerde
met zijn blooten arm het touw af, dat zich
om zijn arm wond en een bloedigen indruk
naliet, waardoor tegelijk de zweep aan de
hand van Rigois ontsnapte en op den grond
viel.
In een volgend oogenblik had Christiaan
ze opgeraapt en ver weggeslingerd.
De vreeselijke worsteling begon; beiden
vochten met den moed der vertwijfeling
en de worstelaars vormden in hun uiter
lijke verschijning een merkwaardig contrast.
Aan de eene zijde, dierlijke, ruwe natuur
kracht, aan de andere klassieke schoonheid
en behendige lenigheid.
Rigois brulde van woede en deed zijn
uiterste best om het gelaat van zijn tegen
partij binnen zijn bereik te krijgen om het
te verminken en even afziohtelijk leelijk te
maken als hij zelf was. Toen hij ten laatste
op den grond geworpen was, met gebroken
arm en bijna geworgd door de forsc'ae vuist
van den markies, wiens rechterarm opge
heven was om hem den genadeslag toe te
brengen, haalde hij zijn mes voor den dag
en poogde dat met een krachtigen stoot in
den buik van zijn vijand te steken, maar
deze wist met een bliksemsnelle beweging
die poging te verijdelen, ontrukte hem het
mes, zooals hij hem daareven de zweep ont
rukt had, greep in een opwelling van woede
en verontwaardiging den kerel vast, wierp
hem als een beweginglooze massa met het
hoofd in het wagenspoor voor de kar en
schreeuwde: Hu! De paarden trokken aan,
de wielen begonnen te draaien, en het
zware gevaarte ging over het lichaam van
den overwonnene heen. Zijn schedel werd
verpletterd en de hersenen spatten in 't
rond Christiaan's haren rezen van ont
zetting ten berge, terwijl hij een paar schre
den in 't kreupelhout achteruit deinsde.
Dat heb ik gedaankreet hij als aan
een vreeselijke nachtmerrie ten prooi. Daar
op de houding der onzijdigen, en deze
niet altijd ten volle rechtvaardig be-
oordeelen.
De gevaren uit dien hoofde zijn
geenszins gering en mogen dau ook
niet onderschat wordenzij brengen
bovendien een toestand van voortdu
rende 8p inning mede, die allerminst
geëigend is een kalmeerenden invloed
uit te oefenen, die toch juist in dezen
tijd zoo hoog noodig is. Zijn wij noch
tans ongeneigd ons onzijdig standpunt
op te geven, wij zijn even vast beslo
ten ons niet ter wille van andere be
langen in het wereldconflict te laten
meeslepen, zoomin nu in de hitte van
den wereldstrijd, als wanneer de on
getwijfeld een uiterste waakzaamheid
vereischende viedes-onderhandelingen
een aanvang gaan nemen. Ook dan
zal onze regeering en met haar het
geheele Nederlandsche voik pal staan
vsor de rechtmatige eischen, die onze
belangen van volkomen onzijdig geble
ven staat met zich brengen. Ook dan
zullen er belangen voor ons op het
spel kunnen staan, weinig minder
groot, dan er gemoeid waren voor
deze gewesten bij de uitkomst van den
wereldkrijg van honderd jaren terug.
Maar evenals voorheen, zullen ook
thans onze mogelijke tegenstanders,
wie het ook zijn, zoo noodig ervaren,
wat het zeggen wil het rechtsgevoel
eener kleine, maar van zijn rechten
zoo goed als van zijn plichteD door
drongen natie te miskennen. Wat wij
wilden voorheen, willen wij ook thans
nog, en wat wij in de onvergetelijke
dagen, nu honderd jaren geleden de
den, dat zijn wij ten volle bereid ook
nu te doen, al behoeft nog niet het
zwaard daarbij den voorrang te hebben.
Maar even onverzettelijk als toen,
waarbij het er op aankwam onze po
sitie van een zich hervonden vrij en
krachtig volk te verdedigen, even on
verzettelijk zal men ons ook thans di
plomatiek en militair bereid vinden,
om het erfdeel onzer vaderen ongerept
aan onze zonen te kunnen overgeven.
Yl. Ct.
Buitenland.
Volgens een berekening van de Ma-
tin bedragen de Fransche oorlogsuit
gaven ongeveer 3 millioen francs per
uur.
Blijkens een mededeeling der Brit-
sche admiraliteit zijn er in de week,
eindigende op 23 Juni, slechts drie
Engelsche koopvaardijschepen door on-
derzeeers in den grond geboord, ter
wijl in dat tijdsverloop 1469 overzee-
sche stoomschepen in Engelsche ha
vens zijn aangekomen of van daar ver-
I trokken.
Aan de Tagliche Rundschau wordt
gemeld dat het Boekarester dagblad
Dreptaten uit Ungheni vernomen heeft
dat aan de Russische overheid gemeld
werd dat op den avond van 16 Juni
j de bevelvoerende admiraal van de
j Oostzeevloot met zijn geheelen gene-
ralen staf onder geheimzinnige om-
1 standigheden vermoord werd. Er moet
sprake zijn van een samenzwering op
groote schaal, waarbij ook officieren
van hoogeren rang betrokken zijn en
waarvan verscheidene reeds in hechte
nis genomen zijn. N. R. Ct.
In een rede te West-Hartepool heeft
de Engelsche minister van koophandel
gezegd, dat de Engelschen in Vlaan
deren maatregelen tot verdediging
tegen eiken aanval, hoe sterk ook, ge
troffen hebben. Het aantal Engelsche
soldaten daar was voor elke taak be
rekend en Engeland zou zijn beurt
Krijgen.
De regeering zou zoo noodig, krach
tig optreden tegen den- woeker met
levensmiddelen en steenkolen. Er was
niet genoeg vleesch voor alle burgers
en men moest een schaarschte ver
wachten.
Engeland leerde nu, hoe het tegen
over de bedreiging van den duikboot
oorlog moest handelen. De Engelsche
marine zal in staat zijn om haar taak
te vervullen. Dit kon nu nog stelliger
gezegd worden dan in April.
Engeland had genoeg ontplofbare
stoffen voor eigen gebruik. Ook was
men bezig om te kort aan munitie te
boven te komen.
na wiesch hij zijn handen in een plas
water, kleedde zich weer aan, nam zijn
stok en vertrok, zonder een enkelen blik
op de plaats des onheils te werpen.
Toen ifij 's avonds aan het bed der zieke
had plaats genomen, viel zijn buitengewone
bleekheid haar op en vroeg zij deelnemend
Wat scheelt er aan?
Niets.
Gij kunt mij niet om den tuin leiden.
Ja, 't is zoo. Ik heb een vreeselijk
tooneel bijgewoond.
Wat dan?
Een ongeluk,
Waar?
In het bosch. Ge weet wel, die man,
die u zooveel schrik aanjoeg, gij zult hem
niet wederzien.
Hoe dat zoo?
Hij is gevallen en zijn paarden zijn
over hem heen gegaan, en terwijl hij zich
het zweet van het voorhoofd wiSGhte, voegde
hy er bij:
God is rechtvaardig.
XIX.
Drie )aar later.
De tijd heelt alle wonden en bedekt al
les met cfen mantel der vergetelheid zoowel
de bouwvallen in hun groen kleed als den
haat, die bij gebrek aan nieuw voedsel
langzaam uitdooft. De don José Cavero's
zijn gelukkig zeldzaam in de wereld en de
onverzettelijke hidalge slaapt zijn laatsten
slaap onder de tombe van marmer en
porphyr, die zijn graf te Anonciade dekt.
De beide broeders zijn in 't bezit van
den eeuwenheugenden goeden naam van
hun geslacht en in hun vrijheid hersteld
en beijveren zich nu, schatrijk als zij zijn
door de nalatenschappen der arme ver
moorde freule en van den Spaanschen mar
kies, om vrede en welvaart te verspreiden
zoover hun invloed reiktmet trouwe toe
wijding waken zij voor het geluk en het
welzijn van hen, die aan hunne zorgen zijn
toevertrouwd.
Toussaint Vardon, wien op verzoek van
den graaf gratie is verleend, daar hij de
onschuld van zyn compagnon even over
tuigend als zijn eigene kon bewijzen, is
niet naar Frankrijk teruggekeerd, maar
beheert de uitgestrekte goederen van den
markies d'Anguilas in Buenos-Ayres, als
een mild en toegevend bestuurder, die zijn
kameraad in 't ongeluk, zijn besten vriend
onwankelbaar trouw blijft. Hij heeft maar
één geheim voor hem verborgen gehouden,
het treurspel in de herberg van Lafouille,
dat hij nooit heeft durven bekennen, en
dat nu als een centenaarslast op zijn borst
drukt. De eenige, met wie hij er somtijds
berouwvol over spreekt, is Melia, die nau
welijks meer te herkennen is, zoo groot is
de verandering die het gezonde leven, dat
zij nu drie jaar geleid heeft, en de reine
omgeving bij het bevallige meisje hebben
teweeggebracht. Nog altijd schoon als een
godin der klassieke oudheid, had het jonge
meisje tot in het voorjaar van 1887 zorg
vuldig de diepe, innige liefde verborgen
weten te houden, die zij voor den verloofde
harer vroegere vriendin, de ongelukkige
Louise Moraines, koesterde.
Op een schoon en Meiavond kwam Tous
saint te Las Florés, een der estancias van
den markies, op eenige mijlen afstands van
Buenos-Ayres, waar Melia en haar broeder
op den maagdelijken vruchtbaren bodem
een kalm, nieuw, als herboren leven
leidden.
Hoe gaat het u vroeg Toussaint,
terwijl hij broeder en zuster hartelijk de
hand drukte.
Zoo gelukkig als maar mogelijk is.
Is dat werkelijk waar?
Werkelijk waar.
Verlangt ge nooit naar uw vroeger
leven terug, Simon
Gelooft ge, dat de verdoemden, die
verlost zijn, naar de hel terugverlangen?
En gij Melia?
Zij zag hem met haar mooie oogen aan,
en antwoordde op ernstigen toon
Ik verlang niets anders, dan u dik
wijls te zien, al doet het mij ook innig
leed, dat gij steeds zoo droevig gestemd
zijt, Toussaint. Eu zij verwijderde zich om
het middagmaal te bestellen, zij, de door
allen beminde en geëerbiedigde meesteres
der hoeve.
De Corriere della Sera bespreekt de
tot dusver door de Italianen geleverde
prestaties, prijst in de eerste plaats de
schitterend uitgevoerde mobilisatie en
zegt dat de resultaten, met het oog op
het moeilijke grensgebied, alle ver
wachtingen hebben overtroffen, liet
blad troost degenen, die meer verwacht
hadden, met het feit dat de Duitschers
in 10 maanden de Fransche linie nog
niet hebben kunnen doorbreken.
De Engelsche regeering moge nog
niet tot algemeene dienstplicht heb
ben besloten, zij zal nu bij de wet
voorstellen een lijst van alle weerbare
mannen in Engeland aan te leggen.
Wij trachten, zegt de Times, een
drie millioen man op de been te bren
gen. De mannelijke bevolking tusschen
de 18 en 40 jaar telt ongeveer acht
millioen. Van die acht millioen zijn er
zeker nog een, twee of drie, die niet
voor het werk aanoorlogsmateriaal
noodig zijn.
Aangenomen, gaat de Times voort,
dat wij anderhalf millioen man op het
voornaamste oorlogsterrein noodig heb
ben, een half millioen op andere ter
reinen en een half millioen voor de
verdediging van het eigen land, dan
zullen er vermoedelijk maandelijks een
100.000 recruten noodig zijn, om die
legers op sterkte te houden.
Men schrijft aan de N. R. Ct.
Naar aanleiding van het bericht over
een duikboot bij Borkum, vernemen
we, dat Dinsdagavond een Duitsche
duikboot, van Embden naar de Noord
zee vertrokken, ter hoogte van het
eiland Borkum is gezonken. Een hevige
ontploffing had in de boot, die zeer
snel zonk, plaats.
De kapitein en twee leden der be
manning, die zich in den toren be
vonden, zijn, naar vermoed wordt, ge
red, al de overige opvarenden vonden
den dood in de golven.
Hoe de ontploffing ontstaan is, is
niet met zekerheid te zeggen.
De Duitsche pers bespreekt in vrien
delijke termen het vooruitzicht, dat
Engeland de blokkade van Duitschland
voortaan zachter zal uitoefenen. Dit zou
een onmiddellijke opleving van het
internationale handelsverkeer ten ge
volge kunnen hebben, hetgeen men in
Duitschland zeker niet zal tegenwerken.
's Avonds stonden zij naast elkander op
het balcon, dat het geheele gebouw omgaf
en staarden peinzend voor zich uit over de
groene, oneindige vlakte, waar ontelbare
kudden vreedzaam weidden, die door de
laatste stralen der ondergaande zon, wier
bloedroode schijf op het punt was van
onder den horizont te verdwijnen, meteen
een rosachtig licht overgoten werd, en waar
boven een als in vlammen staande hemel
zich welfde.
Dat herinnert aan den brand van
Boissy, zeide Toussaint even huiverend bij
de gedachte aan dien vreeselijken nacht.
Waarom spreekt gij zoo vaak over een
tijd, die achter u ligt? fluisterde Melia.
De herinnering aan het verleden stemt u
zoo droevig.
Ben ik dan zoo somber gestemd
Dat behoeft gij niet te verbergenIk
begrijp het, en dicht aan zijn oor vervolgde
zij zacht:
Kunt gij haar niet vergeten
Neen, nimmer.
Nu, nu, na tien jaar zelfs niet?
Nooit!
Gij moet haar dan wel teeder hebben
lief gehad
Louise? Ja, zeker
Niettegenstaande het gebeurde?
Niettegenstaande het gebeurde
En er is nog wat anders
Die geschiedenis van La Varenne
de mishandeling, die het jonge meisje onder
vonden heeft, o, 't is al te
Waarom denkt gij daaraan
't Was een misdaad, een werkelijke
misdaad.
Misschiengaf Melia op ernstigen
toon ten antwoord, en haar hand op den
schouder van La Brèche leggende, voegde
zij er bij
Ja, Toussaint zeker, die dingen
zijn afschuwelijk maar ze behooren
tot het verledene, en met nog zachter
stem, zoodat haar woorden den ouden
strooper als zooveel zuchten in de ooren
klonken
Ja tot het verledene, zooals al het
andere. Wij zijn zoo ver van Frankrijk
verwijderd, dat de afstand zoowel als de