Het was Zonclae een jaar geleden
dat generaal Von Hindenburg de Rus
sen bij de Mazoerische meren versloeg
en de Russen daardoor Oost-Pruisen
moesten ontruimen. Von Hindenburg
maakte daarbij nog een 90.000 Russen
krijgsgevangen. Dat is zoowat de inzet
geweest voor de Duitsche overwinnin
gen en sindsdien hebben de Russen
nog wel verschillende plaatselijke suc
cessen behaald, doch geleidelijk zijn zij
voor den Duitschen diuk moetbn reti-
reeren.
Thans kan men bij elke nieuwe vor
dering der Duitschers en Oostenrijkers
in de Fransche en Engelsche pers een
of andere argumentatie vinden, waar
van het doel blijkbaar is, het teleurge-
stel le publiek te troosten en het te
overtuigen, dat wat er gebeurt, toch
nog zoo heel erg niet is. Zoo leest men
nu, na den val van Brest en de snelle
vorderingen in oostelijke richting, die
daarop gevolgd zijn, dat de val der
vesting algemeen verwacht was, en dat
het dan toch maar den Grootvorst
prachtig gelukt is zijn legers tusscnen
de vijaudelijke strijdmachten die poog
den hen te omvatten, te laten „door
glijden"; dit beeld is ontleend aan
de „Temps". Bovendien, zoo redeneert
b.v. de bezadigde Londensche „West
minster Gazette", blijft het voornaam
ste punt, dat heel die Duitsche bewe
ging volledig eerstj succes zal hebben
en haar rechtvaardiging vinden zal,
indien zij 't zij R island dwingt tot een
afzonderlijken vrede,'t zij de Russische
legers dermate verstrooit dat zij niet
meer in 't veld kunnen komen en het
kader verschaffen voor de groote re
serves van getrainde mannen die Rus-
land tot zijn beschikking beeft. Onze
waarborg tegen de eerste van deze
rampen de „Westm. Gazette" is
aau tiet woord ligt in den prachti-
gen geest der Russische bevolking en
tegenover de tweede hebben wij de
waarborgen ten eerste in de natuurlijke
belemmeringen van het terrein en ten
tweede in de kunde waarvan het hoo-
ge commando der Russen blijk heeft
gegeven in het aangezicht! van bijna
ongelooflijke moeilijkheden. Een voort
durend terugtrekken moet eindelijk
leiden tot spiitsing van de legers, maar
dat staat niet gelijk met verplettering,
indien de gesplitste legers slechts ver
mijden dat zij gevangen worden door
superieure vijandelijke krachten. De
Duitschers staan voor een moeilijks
keus omtrent den weg dien zij moeten
gaan, en gezien het jaargetijde hebben
zij weinig tijd om erover te denken
en eerst het een en dan het andere te
probenreu.
De Russen geven terrein gewonnen
om tijd te winnen, en de Duitschers
putten slechts voordeel uit hun winst,
wanneer zij daardoor dichter komen
bij hun eigenlijk doel, dat niet bestaat
in het nemen van vestingen, maar het
verslaan van een leger binnen een be
paalden tyd.
Men zal opmerken dat er ontegen
zeggelijk een kern van waarheid schuilt
in het betoog van de „W.G." evengoed
als in de opmerking van de „Temps",
maar dit is dan ook alle troost die bij
elkaar gehaald kan worden en de hache
lijke toestand waarin het Russische
leger verkeert kan niet beter geken
schetst worden dan door deze troost
redeneeringen, die als het eenige licht
punt vinden, dat de Russische hoofd
macht althans nog niet verpletterd is,
doch de mogelijkheid dat dit alsnog
geschieden zal, allerminst uitsluiten.
In elk geval zal men in Engeland en
Frankrijk toch wel verstandig genoeg
te zullen doen.
Liesje was reeds naar de ouderlijke wo
ning teruggekeerd, na de hartelijkste dank
betuigingen van Neily en haar moeder in
ontvangst genomen te hebben. De oude
barones daarentegen bleef haar nog steeds
met dezelfde koele minachting bejegenen,
doch zij lette daar nauwelijks op. Bijna
dagelijks kwam zij op het slot en het vroo-
lijk gekout van het hartelijke joDge meisje
was als een zonnestraal, die voor een oogen-
blik de zorgen verdreef.
Hoe goed heeft zij het toch! dacht
Nelly dikwijls, wanneer haar vriendin met
haar lichten tred huiswaarts keerde. Zij
«telde zich Liesjes aangenaam te huis voor,
in haar verbeelding zag zij hoe deze vleiend
haar armen om vaders hals sloeg en hem
haar „lief papaatje" noemde. Was zij niet
mef reden trotech op zulk een vader
Bij deze vergelijking vloeiden dan bittere
tranen over Nelly's wangen.
Zoo was November in het land gekomen
met zijn donkere dagen en stormvlagen, de
tijd ging voorbij en eentoonig kropen de
uren voort op het eenzame slot. Iedere
week kwam er een brief van den zoon, die
ver van hen verwijlde. Met angstig klop
pend bart verbrak zijn moeder de enveloppe,
telkens vreesde zij, een treurige tijding te
zullen vernemen.
Bemerkt u wel, mama, zuchtte Nelly
dan met tranen in de oogen, hoe ongeluk
kig hij is? Zijn brieven zijn zoo kort, zoo
geheel anders dan voorheen. En dan herlas
zij snikkend de weinige regels, wier kort
heid een diep terneergeslagen hart schenen
te verraden.
Het gaat hem goed I bracht de oude
barones dan op minachtenden toon in het
midden.
Hij hoopt het ook van ons, heeft het
druk met den dienst voil tout! Hij
zijn om te begrijpen dat het „veroveren
van vestingen" wel is waar het doel
niet der Duitschers is, maar toch wel
het noodzakelijke middel om tot dat
doel te geraken, en dat 't in elk geval
wel het doel der Russen was om door
middel van die vestingen de Duitschers
uit hun land te houden! Natuurlijk
begrijpt dit iedereen die wil begrijpen
en dio op de kaart kan zien dat de
Russen al achter de Rokitne-moerassen
staan, zóó diep landwaarts als eenige
maanden geleden niemand ter wereld
mogelijk had geacht; maar natuurlijk
is het niet de taak der pers om daar
op te wijzen en acht zij zich op 't oogen-
blik geroepen, om te waken tegen de
moedeloosheid die het Fransche en
Britsche volk zou kunnen overvallen,
tengevolge van het achteruitrollen van
de Russische stoomwals, die een jaar
geleden op weg was naar Berlijn.
Aan den benedenloop van de Jenis-
sei, in Siberië, nemen de uitgebroken
woudbranden steeds in omvang toe. In
de stad JeDissejsk kan men door den
rook nauwelijks meer ademen en vluch
ten de bewoners, ten prooi aan een he
vige paniek. In Krasnojar s loopen
wilde dieren door de straten, die voor
den brand uit de wouden vluchtten.
De heele loop van de Kamarivier is
ook in rook gehuld en de stoomhooten
hebben de vaart gestaakt. Men doet
geen pogingen om het vuur te stuiten.
Omtrent de Eugelsché munitie-aan
maak wordt gemeld:
Minister Lloyd George bericht, dat
190 nieuwe inrichtingen krachtens de
munitiewet onder toezicht zijn gesteld.
Er heerscht een innige samenwer
king tusschen het Britsche rijk en zijn
bondgenooten wat betreft den aanmaak
van munitie, zegt „Reuter". Bijna da
gelijks zijn er nieuwe bewijzen voor.
Een der meest merkwaardige uitingen
hiervan was de beschikbaarstelling van
twee millioen ton kolen uit het Brit
sche rijk voor het gebruik van de
Fransche staatsindustrieën en -munitie
fabrieken, waarvan een gedeelte werd
verzonden in schepen, die hiertoe
in het bijzonder waren gekeurd dooi
de Britsche admiraliteit.
Australië werkt thans, evenals Ca
nada, hard mede aan de voorziening
van groote voorraden munitie.
De fabriek van kleine wapenen in
Australië heeft sedert eenige dagen
met dubbele ploegen gewerkt, waar
door de aanmaak, die reeds groot was,
sterk toenam.
De gouvernementswerkplaatsen van
Nieuw Zuid-Wales zijn feitelijk her
schapen in arsenalen en vervaardigen
snelvuurkanonnen, die de vergelijking
kunnen doorstaan met alle snelvuur
kanonnen ter wereld.
De minister van landsver ediging
van het Australisch bestuur heeft thans
maatregelen genomen voor de vervaar
diging van granaten van sterke ont
plofbaarheid.
Uit telegrammen uit Reval aan de
Nowoje Wremja blijkt, dat met die
plaats de verdedigingszone van Petro-
grad begint en dat generaal Roeski
ook aldaar zijn opgeslagen. De stad was
gedeeltelijk door de burgerbevolking
ontruimd, deze is echter op uitdrukke
lijk bevel weder naar de stad terug
gekeerd.
Volgens de Korrespondenz Rund
schau houden de geruchten aan, dat
de Tsaritsa met haar kinderen Tsarkoje
Selo reeds heeft verlaten. De Tsaar zal
na zijn vertrek van het front niet
meer naar Petrograd terugkeeren, doch
is geen man, anders zou hij wel alles in
het werk stellen, om het uiterste te ver
hinderen. Mijn hemel, als ik in zijn plaats
was, zoo jong nog en het leven voor mij
Die rampzalige, echt duitsche s nümenta-
liteit, die ons aller ongeluk was.
En bevend van opgewondenheid schreef
zij hem dan een brief, waarin zij hem moed
insprak, benevens een anderen aan Heli-
wig, om hem aan te sporen, de kwestie
met de schuldeischers zoolang mogelijk te
rekken.
Zoo was ook November verstreken en
kwam December met zijn gierende win
terstormen. In één helderen nacht was de
vorst ingetreden, die de beek met een spie-
gelgladden ijskorst bedekte en Vrouw Holle
uit het sprookje breidde het eerste sneeuw
tapijt over velden en wegen uit.
Spoedig is het Kerstmis zeiden de dor
pelingen vergenoegd tot elkander.
Spoedig is het Kerstmis! zeide ook
Nelly tot de bleeke vrouw, die bij de haard
zat te breien, doch in haar gelaat was niets
merkbaar van vreugdevolle verwachting,
in het vooruitzicht op het schoone feest,
„Zou Army ook komen?" voegde zij er
vragend bij, en haar armen om den hals
harer moeder slaande, smeekte zij Lieve
mama, ik wil geen enkeljgeschenk hebben,als
Army maar komt.
Spoedig is het Kerstmis! juichte Lies-
je tot tante Mie, toen zij des morgens alles
met sneeuw bedekt zag. Het klonk zoo op
geruimd en hartelijk, dat de oude vrouw
haar verbaasd aankeek. Wat wasdatmeis-
jo in de laatste week veranderd 1 De oude
dartelheid, de overmoed, die haar ■mik een
bekoorlijkheid verleende, blonken weder
uit haar blauwe oogen. Even als voorheen
haalde zij thans weder van die onschuldi
ge guitenstreken uit, die zelfs haar ernstige
moeder hartelijk deden lachen.
En nu stond Kerstmis voor de deur.
dadelijk doorgaan naar Kasan, waar hij
zich blijvend zal vestigen, daar men
Moskou niet veilig genoeg meer acht.
Een bericht van deskundige zijde
meldt
De successen der Duitschers in Rus
land moeten niet worden overschat.
Hetgeen in den zomer van 1915 in
Rusland gebeurde, geschiedde in Au
gustus 1914 in Belgie en Noord-Frank
rijk.
Ook daar viel vesting na vesting,
en de opmarsch der Duitschers ging
misschien nog in sneller tempo. Tot
plotseling de vereenigde Fransche, En
gelsche en Belgische legers in staat
waren, esn eind terug te werpen,
waarna de toestand in het Westen
stationnair bleef.
De Russen verkeeren nu feitelijk in
dezelfde positie als de Franschen voor
een jaar. Echter, er is een belangrijk
verschilde Russen missen de noodige
spoor en straatwegen. Parallelwegen
met het front zijn er absoluut niet.
Een afstand langs het front van 200
K.M. kost niet zelden drie dagen spo-
rens. Hiertegenover staat, dat de Duit
schers in het door hen bezette gedeelte
van het Russische rijk ook niet over
voldoende spoor- en straatwegen be
schikken.
Maar de Duitsche genie doet wonde
ren, en men kan er van verzekerd
zijn, dat aan de strategi-c e banen dag
en nacht gewerkt wordt. Over enkele
weken zijn de Duitschers op dit punt
de meerderen en de opmarsch, die
thans zeer vertraagd schijnt, kan weer
sneller gaan.
Toch gelooven wij niet, dat het den
Duitschers ernst is, naar Petersburg
op te trekken. Is Riga gevallen, is
Dunaburg in Duitsch bezit, en zijn
ook de laatste Russische vestingen
meer zuidwaarts gevallen, dan zullen
de Duitschers, dunkt ons, meer dan
tevreden zijn.
O.i. is de kans groot, dat het Duit
sche offensief dan in een defensief
overgaat. De Duitschers en de Oosten
rijkers zouden prachtstellingen kun
nen innemen, van de natuurlijke ge
steldheid des lands flink profiteerend,
en mede in verband met het sterk
verkleinde front, zouden spoedig an
derhalf Èl twee millioen Duitschers
vrijkomen. Deze troepenmachten kun
nen de Middel-Europeesche bondge
nooten best op andere plaatsen ge
bruiken.
Een opmarsch naar Petersburg, zou
noodzakelijkerwijs een verlenging van
het front ten gevolge hebben, en dat
zou dus beteekenen, dat het Oostenlijk
leger van Duitschland en Oostenrijk
nog krachtig zou moeten worden ver
sterkt.
Wij zijn niet in staat te beoordeelen,
of die versterking mogelijk is.
Het Viervoudig Verbond, zoo wordt
uit Sofia aan de Vossische Zeitung be
richt, heeft aan Bulgarije in ruil voor
beloften ten aanzien van Macedonië,
de voorwaarden gesteld, dat het aan
Turkije den oorlog zou verklaren.
Door de sluiting van een overeen
komst met Turkije hebben de koning
en de regeering van Bulgarije echter
te kennen gegeven, dat zij deze voor
waarde van de hand w zen. De cen
trale mogendheden en Turkije hunner
zijds verlangen van Bulgarije als con
traprestatie voor den afstand van een
deel van Turksch Tracië, uitbreiding
van de welwillende neutraliteit.
Wat dat beleekent blijft voorloopig
beter verzwegen. Later zal het wel
Toen tante Mie haar lieveling aanzag,
fluisterde de kleine mond, dicht aan haar
oor, iets van het Christenkindje, |van kerst-
boomen en kerstgeschenken, waarbij voor
tante zoo iets ongewoons, zoo mooi, als zij
zich niet kon voorstellen!
En al deze vreugde, dat gejubel was in
een enkel oogenblik te voorschijn geroepen,
door het enkele woord „Liesje!" uitgespro
ken op een teederen, dankbaren, en een en
kelen, vluchtigen handdruk.
Eindelijk was dan de heilige avond aan
gebroken over de wijde wereld; in ieder
huis tooverde hij een stralenden lichtglans,
hij ontstak de kaarsjes aan de groene
hoornen in de paleizen zoowel als in de
nederigste hutten.
„Eere zij God in den hoogen," klonk het
alom. „Vrede op aarde, in de menschen een
welbehagen."
Vrede op aarde!
Waren er dan ook niet harten' waar die
jubelkreet geen weerklank kon vinden?
Deze vraag stond te lezen in de oogen
van het jonge meisje, dat aan het hooge
venster stond en in den helderen nacht
naar buiten staarde.
Daarginds, in den molen, zijn dera
men feestelijk verlicht, daar brandt de
kerstboom! fluisterde zij en drukte, door
smart vervoerd, de handen tegen de borst.
Welk een verlangen maakte zich van haar
meester naar die verlichte, versierde groene
takken. Wel had Liesje haar uitgenoodigd,
doch wat ging haar die kerstboom aan?
Waarom Liesje's gelukkig gelaat te aan
schouwen Haar somber tehuis zou haar
daarna nog treuriger toegeschenen hebben.
Zij wendde zich om en schreed naar de
stoel, waarop haar moeder gewoonlijk zat.
Zij tastte met de hand en vond slechts het
ledige kussen.
Mama! riep zij zacht.
Het bleef stil.
blijken, zoodra de gebeurtenissen aan
het Donau-front zich voldoende ont
wikkeld hebben. Dan zal men tevens
zien, hoe Bulgarije zijn wenschen be
treffende Macedonië zal verwezenlijken.
Want dit land heeft natuurlijk geen
afstand gedaan van zijn eischeninzake
Macedonië.
Aan de belofte van het Viervoudig
Verbond hecht Bulgarije geen waarde.
Daar men dit te Nisj weet, is het
waarschijnlijk, dat Servie zich in zijn
antwoord op de jongste nota van het
Viervoudig Verbond tegemoetkomend
zal betoonen, al ware het slechts om
te toonen, dat Servie handelbaarder is
dan Bulgarije.
Door deze stand van zaken houdt de
druk van het Viervoudig Verbond op
Griekenland natuurlijk op. Want nu
Bulgarije niet ^alt over te halen tot
een oorlog met Turkije, kan er geen
sprake zijn 7an afstand van Grieksch
grondgebied aan Bulgarije.
Van Roemenie verwacht men een
blijvend ongunstige houding tegenover
de centrale mogendheden, zoowel als
tegenover Bulgarije.
Alleen aan ondersteuning van fami
lieleden van in het veld staande Ber-
lijners heeft die gemeente in het eerste
jaar van den huidigen oorlog reeds
zes-en-veertig en een half millioen
Mark uitgekeerd.
Alle in het buitenland woonachtige
Serviers tusschen 18 en 50 jaar moe
ten naar de Lyousche „Republicain"
uit Nisj verneemt, op last van den
minister van oorlog onverwijld naar
Servie terugkeeren.
Japan heeft, naar de New-Yorker
Staatscourant mededeelt, Engeland
laten weten, dat het onmogelijk kan
ingaan op den eisch, den handel met
burgers van vijandelijke naties te ver
bieden, omdat de wetten de voltrek
king van zulk een maatregel niet ver-
oorlooven.
Door ontploffing zijn de kruitfabrie
ken te Action en te Wilmington ver
nield. De fabrieken werkten voor de
Entente.
Men meent, zegt een „Reuter"-tele-
gram, dat pro-Duitschers verantwoor
delijk zijn voor de ontploffingen, waar
door de verschepingen vele weken zul
len worden vertraagd.
De New York Herald deelt mede,
dat Camille Flammarion telegrafisch
van het Vesuvius observatorium bericht
ontving, dat de Vesuvius, Etna en de
Stromboli in volle werking zijn. In het
observatorium zijn alle instrumenten
door aardschokken vernield. De Etna
heeft twee nieuwe kraters gekregen en
de Stromboli spuwt asch en vlammen.
De lavastroom werpt zich in zee. In
Zuid Italië werden aardschokken waar
genomen tot Tarente en Brindisi.
Volgens de Roesskoje Slowo hebben
de geallieerden in Noord-Ameraka voor
2 milliard roebel oorlogstuig besteld.
De familie, waartoe een zekere mevr.
Casey te Brentford, Engeland, behoort,
zegt de N. R. Ct., mag niet worden
gerekend tot die, welke haar taak in
den oorlog lauw opvatten. Tien van de
broers van deze mevrouw Casey heb
ben gediend: nl. acht bij de Connaught
Rangers en twee bij de Royal Irish
Rangers. Vijf zijn er al gesneuveld,
een gewond en een als invalide naar
huis gezonden. Voorts heeft mevr.
Casey twee schoonbroers in het leger
en ook haar eigen man.
Nu is ook zij naar grootmama ge
gaan Allen laten mij alleen. Ach, zou
den zij toch spoedig terugkomen! Mama
en Army.
O ja, Army is hier dat was toch on
getwijfeld een zoete troost. Morgen zou hij
zeker niet zooveel met grootmama te be
spreken hebben. Wat had hij toch, sinds
zijn aankomst, te verhandelen? Was het
nog altijd over Blanka?
Tot Nieuwjaar, nog slechts acht da
gen! sprak de oude dame op treurigen
toon.
Tot nieuwjaar, bevestigde Army, die
voor haar stond.
En je zegt, dvt Hellwig geen raad weet?
Zoo deelde hij mij mede.
Maar, dio mioHet is toch anders
voor een officier niet zoo moeilijk aan geld
te komen.
Anders I U vergeet echter, grootmama,
dat onze toestand algemeen bekend is.
.«iemand is zoo dom mij geld te leenen,
met het stellige vooruitzicht, dat hij het
kwijt is, en dat nog wel met zulke groote
sommen! Het eenige wat ik verkreeg, was
uitstel tot Nieuwjaar.
En heb je zelfs niet getracht, den weg
in te slaan, dien ik je als ons eenig red
middel heb aangewezen?
Met fiere blikken zag hij haar in het
gelaat.
Neen, antwoordde hij. Wel gaven mijn
schuldeischers mij denzelfden raad en wil
den mij er zelfs in behulpzaam zijn, doch
duizendmaal liever ga ik naar Amerika
om daar als boerenknecht te arbeiden, dan
zulk een last op mijn schouders te laden.
Zooals je wilt, sprak zij kortaf. Het
is jou zaak, niet de mijne.
Zoo is het! En met een zonderlingen
lach liet hij er op volgen:
Laat nu die heele geschiedenis mijnent-
I*Iaatsel(jk üleimi.
Heusden 4 Sept.
Woensdag 31 Aug. werd alhier vanwege
de Provinciale Regelingscommissie voor de
Paardenfokkerij in Noordbrabant eene keu
ring gehouden van hengsten met afstam
melingen
Twee stamvaders werden aangeboden
waarvan aan Cicero van Gebr. Oerlemans
van der Schans te Drongelen een prijs van
f 50 werd toegekend.
Van Cicero werden 15 afstammelingen
bekroond met f 10, n l. l£-jarige veulens
van wed. Jac. Branderhorst te Eeten, wed.
G. S. Boll te Doeveren, H. Smits te Waspik,
D. v. Buuren te Meeuwen en J. L. de Wilt
te Herpt en J-jarige veulens van G van
Everdingen te Heusden, J. H. Boll te Doe
veren, wed. G. S. Boll te Doeveren, A. J.
van Gre ven broek te Herpt, J. L. de Wilt
te Herpt, B. J. Timmermas Wz. te Waalwijk,
P. Nieuwkoop te Drongelen, G. S. M. Bran
derhorst te Eeten, H. Ockers te Sprang en
en D. v. Buuren te Meeuwen.
Verder werden van den henget Prins
Hendrik van M. J. de Vroom te Wijk nog
bekroond een anderhalf jarige, van J. v.
Bergeijk te Wijk en een halfjarig veulen
van dezelfde.
Woensdag, in den vroegen morgen,
vertrokken van hier met volle muziek, de
militairen die hier verblijf hadden gehou
den. Ze waren over het geheel gaarne nog
eenigen tijd gqbleven.
Vele handen werden gedrukt, ook van
vele jonge meisjes, die ze nog op een af
stand vriendelijk nawuifden.
Woensdagmorgen kwam een z.g. bol
derwagen, bespannen met twee paarden,
door de Engstraat en passeerde de bakkerij
van den heer Engelse, alwaar juist een ge
laden broodwagen voor de deur stond. De
raderen van beide wagens raakten meikaar,
met gevolg dat de broodkar op sleeptouw
genomen werd, waardoor de paarden schrik
ten en op hol sloegen, steeds ter zijde de
broodkar met zich voerende en gelijkertijd
over de Botermarkt brood verspreidende.
Voor de Vitrine van den heer Van Dijk
stonden de paarden te steigeren, werden
gegrepen en gelukkig liep alles zonder on
heil af. De voerman was trouw op zijn
post gebleven.
Zondag is te 's Gravenhage in het
R. K. ziekenhuis op 63-jarigen leeftijd na
een langdurige ziekte overleden dr. W. F.
Jong.
Dr. Jong is dan 27sten October 1851 te
Heusden geboren. Na in 1878 het arts-ex
amen te Leiden te hebben afgelegd, pro
moveerde hij in 1879 tot doctor in de ge
neeskunde. In Juli van dit jaar vestigde
hij zich als geneesheer te Dordrecht waar
hij zich steeds in een zeer uitgebreide prac-
ij k heeft mogen verheugen.
Ongeveer 6 of 7 jaar geleden, vertrok
van hier naar Amerika, om met zijn gezin
aldaar zijn geluk te gaan beproeven, de
landbouwer P. J. Stoffels, die zich vestigde
te South-Heart in Noord-Dakota.
Het schijnt hem daar voordeelig gegaan
te zijn, want hij keert naar het vaderland
terug, na vooraf alhier te hebben aange
kocht het huis van de Erven Wed. de
Wilt, gelegen naast de Marechaussee-kazerne
met daaraan grenzenden grooten boomgaard,
die zich uitstrekt tot aan de Demer, alwaar
hij zich denkt te vestigen.
Aan het postkantoor alhier en de
daaronder ressorteerende hulppostkantoren
werd gedurende de maand Aug. ingelegd
f 15531.72, terugbetaald f 6053.664
Het laatste door dat kantoor uitgegeven
boekje draagt het nummer 5751.
Het aantal instellingen van 't Nut is
weer met één vermeerderd. Op 15 Sept.
a.s. wordt in het lokaal der Nutsteekenschool
de Vak-biblioteek geopend. De catalogus
77 nummers tellende, bevat boeken op ver
schillende ambachten en bedrijven betrek
kend hebbend als* metsel- en timmerwerk,
zink- en loodgietersbedrijf, schilderwerk,
smederij, metaalbewerking, stoommachines,
motoren, werktuigkunde, electriciteit, hy
giëne, typografie en land- en tuinbouw.
Daar een ieder des Zaterdagsavonds van
6 30 tot 7.30 uur voor slechts één cent per
wege naar den duivel loopenIk ben hier
niet gekomen om klaagliederen te zingen,
ik wil het Kerstfeest met u vierenHet
Kerstfeest! herhaalde hij spottend.
En hij dacht aan het vorige jaar, toen
hij dat feest gevierd had in de vorstelijke
woning van tante Stontheim, in gezelschap
van haar, van Blanka!
Het is goed, klonk de stem zijner
grootmoeder. Ik zal beproeven raad te'
schaffen. Er zijn nog wel menschen op de'
wereld, die den naam Derenberg niet ver
geten hebben. Morgen neen, hedenavond
nog schrijf ik aan den hertog van R
De lippen van den jongen man plooiden
zich tot een bitteren glimlach. Hij dacht
aan het portret, boven in de famiiiezaal,
dat zijn grootmoeder voorstelde als een
schoone burchtvrouw, die den hertog, in
die dagen nog erfprins, den welkomstdronk
aanbood in haar gastvrij huis.
Bedelarijklonk het verachtelijk in zijn-
binnenste. Hij voer met de hand over het
voorhoofd en sloeg een blik op de rijzige
gestalte tegenover hem, die zoo onbeweeg
lijk en met een uitdrukking van vastbera
denheid voor de tafel stond. Zij boezemde
hem mededoogen in, die trotsche vrouw,
hij besefte, hoe onnoemelijk zwaar haar het
schrijven van zulk een brief moest vallen.
Doe het niet, grootmama, fluisterde
hij op smeekenden toon. Gij moogt u zoo
niet vernederen.
Ik doe het! luidde het vastberaden
antwoord, want ik zie wel in dat ik de
eenige ben, in staatjom redding te brengen,
ofschoon ik slechts een oude vrouw ben.
Maar grootmama, zal de oude vorst
zich uwer nog wel herinneren?
Zij lachte.
k
Wordt vervolgd